Inloggen
Gezagvoerder

Duit, Derk Harms

Naam: Duit, Derk Harms
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
FROUWINA 1858 Schoenerkof Sailing Vessel 15393 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Derk Duit werd geboren te Veendam op 10 augustus 1821 als zoon van schipper Harm Derks Duit en Hindrikje Jacobs Boiten. Hij was de jongere broer van kapitein en collegelid Jacob Duit.

Derk trouwde op 04 februari 1851 te Oude Pekela als schipper met Frouwina Jans Prange geboren op 19 mei 1825 te Oude Pekela als dochter van schipper Jan Jacobs Prange en Wemelina Kranenborg. De familienaam is ook vermeld als Pranger. Geen overlijdensakte van Frouwina gevonden maar zij overleed vóór 1877.

Derk overleed te Oude Pekela op 09 april 1877, 56 jaar, weduwnaar, schipper.

 

Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Der Duit als schipper in 1851, 853, 1855, 1856, 1859, 1862, 1865, 1872, 1877.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Een D.H.Duit was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” in Oude Pekela met vlagnummer 25 in de periode 1851 t/m 1877.

Vlagnummer 25 staat vanaf

1878 in de AAKZ ene J.D.Duit en in Sweys D.Duit

1879 in de AAKZ ene J.H.Duit en in Sweys J.D.Duit

1880 in de AAKZ ene J.D.Duit en in Sweys J.D.Duit

1881 in de AAKZ ene J.D.Duit en in Sweys J.D.Duit

1882 t/m 1895 in de AAKZ ene J.D.Duit en in Sweys J.D.Duit

 

D.H.Duit was effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege "Maatschappij tot Nut der Zeevaart" met vlagnummer R372 in de periode 1855 t/m 1874.

 

Een D.H.Duit was volgens de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer 92 in de periode 1875 t/m 1886

In de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart staat inderdaad een D.H.Duit als lid in de periode 1875 t/m 1886, maar in Sweys staat onder hetzelfde nummer 92 in genoemde periode ene O.H.H.Duit als effectief lid. Dat zou kunnen slaan op Obbo Duut/Duit, geboren op 07 september 1844 te Beneden Verlaat, gem. Veendam als zoon van de schipper Heero Hindriks Duut en Fenna Obbes van Dam. Het kan in ieder geval niet gaan om Derk Harmz. Duit want die was in 1877 overleden

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat “het Bestuur zich genoodzaakt heeft gezien Art. 37 toe te passen” hetgeen betekende dat hij wegens het niet nakomen van zijn financiële verplichtingen uit de Maatschappij is gezet058.

 

De schepen van de kapitein

Volgens het Register van Schepen in het Oosterdok te Amsterdam045 arriveerde de kof Frouwina onder kapitein D.H.Duit op 28 augustus 1861 en vertrok weer op 15 oktober 1861 met bestemming Friese.

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein D.H.Duit met vlagnummer R372 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1855                                        de kof “Frouwina”                    ? last   varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekel-A

*    1858, 1859, 1862 t/m 1867  sch.kof.galj. “Frouwina”        ? last  varend voor H.T.Kranenborg  te Pekel-A

 

Bouma025 vermeldt D.H.Duit als gezagvoerder gedurende:

*    1829 t/m 1837 op de smak “Maria Margaretha”, gebouwd in 1829, bouwlocatie niet genoemd, 55 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar  vanuit Veendam;

*    1834 t/m 1849 op de kof “Maria”, gebouwd in 1834 te Wildervank, 70 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;

Voorgande schepen kunnen, vanwege de leeftijd van de kapitein, niet van Derk HARMS zijn. Volgens de monsterrollen is er ook een zeeman Dirk HINNDRIKS maar niet met de kapiteinsrang

 

*    1852 t/m 1858 van de kof “Frouwina”, gebouwd in 1836 te Pekela, 141 ton o.m., varend voor P.B.Kolk te Pekela;

*    1859 t/m 1873 op de galjoot “Frouwina, gebouwd in 1858 te Pekela, 142 ton o.m., varend voor H.T.Kranenborg te Pekela;

*    1874 t.m 1876 op hetzelfde schip maar nu voor de weduwe Kranenborg te Pekela;

*    1877 t/m 1880 wederom op hetzelfde schip maar nu voor J.J.Koerts Jr te Pekela. Deze opgave moet fout zijn, gezien het overlijden van Derk Harms Duit in 1877.

 

De collectie monsterrrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:   

16 februari 1839, kof “Jantje”, schipper Jan Hindriks Schippers, matroos Derk Harms Duit.

07 fevruari 1846, kof “Fennechiena”, schipper Heero Hindriks Duit, stuurman Derk Harms Duit

03 april 1858, schip “Frouwina”, kapitein Derk H.Duit uit Oude Pekela.

04 juni 1858, kof “Frouwina”, kapitein Derk Harms Duit,

05 juni 1858, kof “Frouwina”, kapitein Derk Harms Duit,

13 januari 1874, kof “Frouwina”, kapitein Derk Harrms Duit uit Oude Pekela.

 

Nadere bijzonderheden

Zeepost 23 december 1839 – 580114

Door de postpraaischipper op Vlieland wordt in dato 20 december aan de belanghebbenden de haven aldaar ten hoogste aanbevolen als hebbende de schepen DE HOOP, kapt. Panjer van 13, CAROLINA, kapt. Berentsen van 20, HERSTELLING, kapt. Bieze van 18 en MARIA, kapt. Duit van 21 palmen diepgang, aldaar veilig gelegen en zijn zonder hinder van daar bij gunstige gelegenheid naar zee gezeild.

 

Provinciale Groninger Courant 16 juni 1840114

De schepen MARIA, kapt. Duit, van Koningsbergen naar Honfleur, PIETERDINA, kapt. Duit, van Kiel, en VROUW LOLLINA, kapt. Visser, van Dantzig, beide naar Rouen, MARGARETHA EVERARDA, kapt. Sap, van Memel naar Antwerpen, en de HOOP, kapt. Panjer, van Tonningen naar Grimsby, zijn te Cuxhaven binnengelopen, doch hebben derzelver reizen voortgezet.

 

Provinciale Groninger Courant 30 oktober 1840114

…../Volgens brief van Cuxhaven, van den 22 oktober, waren aldaar sedert den 18e binnengelopen de schepen: -…..MARIA, kapt. Duit, van Amsterdam naar Stettin, ….

 

NRC 07 september 1851114

Colberg, 30 augustus. Het schip FROUWINA, kapt. Duit, van Amsterdam alhier aangekomen, is in de storm van eergisterennacht van deszelfs ankers weggeslagen en bewesten deze haven gestrand, doch na de lading gelost te hebben, weder in vlot water gekomen.

 

Provinciale Groninger Courant 29 november 1862114

Advertentie. Mr. B. Haitsema Viëtor, notaris te Winschoten, gedenkt, ten verzoeke van de erven van wijlen de heer A. Kranenborg en vrouw, op dinsdag 6 januari 1863, des avonds te 5 uur in openbare veiling te verkopen de volgende aandelen in zeeschepen, te weten:….

  • 1/28 in de FROUWINA, kapt. D.H. Duit. ….

 

NRC 03 september 1870114

Bremerhaven, 1 september. De Nederlandse schoeners AALTJE MAATHUIS, kapt. Eefting, FROUWINA, kapt. Duit, en MARGARETHA, kapt. Smith, zijn hier opgelegd.

 

Harlinger Courant  25 oktober 1874114.

Scheepstijdingen

“Binnengekomen

VLIE 20 Oct. Frouwina, D.H.Duit, Memel.”

 

Provinciale Groninger Courant 28 december 1876114

Advertentie. Mr. J. Fresemann Viëtor, notaris te Winschoten, zal maandag 15 januari 1877, om 7 uur, bij J.P. Scherpbier te Oude Pekela publiek verkopen het Nederlands kofschip de TROUW, groot 145 ton, in 1875 aanzienlijk verbeterd, laatst bevaren door kapt. N. Wiardi, thans liggende te Harlingen. De inventaris is op franco aanvraag verkrijgbaar.

Benevens:

  • 1/30 in de CHRISTINA (kapt. Hazelhof),
  • 1/60 SUSANNA (kapt. Middel),
  • 2/50 ELISABETH (kapt. De Jonge),
  • 2/56 ALIDA (kapt. Brouwer),
  • 2/30 ELISABETH (kapt. Arents),
  • 3/56 FROUWINA (kapt. Duit).

 

NRC 09 maart 1877114

Termunterzijl, 5 maart. Heden is men begonnen om het in de nacht van 30 op 31 januari alhier gestrande Nederlandse schip FROUWINA, kapt. Duit, af te brengen.

 

NRC 22 maart 1877114

Termunterzijl, 18 maart. Het Nederlandse schip FROUWINA, kapt. Duit, is afgebracht. Het Nederlandse schip VRIENDSCHAP, kapt. Kruize, dat mede in de storm van 31 januari gestrand was, wordt ook afgebracht.

 

Provinciale Groninger Courant 07 april 1877114

Uit Termunterzijl schrijft men ons d.d. 5 april, het volgende:

Een paar weken geleden heb ik u medegedeeld dat van de drie schepen, die in de storm van de 30-31e januari jl. hier op de dijk waren geworpen, één, n.l. de kof van kapt. Duit, was te water gelaten. – Heden kan ik u berichten dat gisteren de brik VRIENDSCHAP, van kapt. Kruize, groot 175 tonnen, alhier te huis behorende, van de dijk tot zijn element is teruggekeerd.

Het afbrengen was aangenomen door de heer Zijlman, scheepsbouwmeester alhier, die de uitvoering had opgedragen aan zijn bekwame meesterknecht, de heer C. Nanning. Niet minder dan tweeëndertig zware vierkante balken waren onder de brik aangebracht, waarop de sleep was bevestigd die het vaartuig de weg wees naar de haven. – Een talrijk publiek uit deze en naburige gemeenten had post gevat op de dijk voor en langs het vaartuig, dat met verlangen en mede niet geheel zonder vrees het gewenste ogenblik afwachtte. Ruim drie uur in de namiddag sloeg Nanning met een zware hamer het hout los, dat aangebracht was om de afreis te beletten, waarna het schip in beweging werd gebracht , en ziet, mijnheer de redacteur, ik kan als ooggetuige u de verzekering geven, geen drie minuten daarna lag het vaartuig, dat met verbazende snelheid van de hoge dijk naar beneden liep, goed en wel in de haven. – Men roemt algemeen de handelswijze van de scheepstimmerman Nanning, die het zo heeft weten in te richten dat het schip in zijn gevaarvolle tocht niet het minste letsel heeft opgelopen. – Van het derde vaartuig hoop ik u ook de afloop te berichten.