Familiegegevens en opleiding
Gerrit Visser werd geboren te Schiermonnikoog op 16 november 1831 als zoon van Eltje Jacobs Visser en Trijntje Ruurds Fenenga.
Hij trouwde te Schiermonnikoog op 26 november 1856 met Margaretha Haaikes Zeilinga, geboren te Schiermonnikoog op 10 september 1829 als dochter van Haaike Abrahams Zeilinga/Zeilenga en Martha Alida Coerkamp. Zij overleed op 23 maart 1904 op de Maaskade te Rotterdam.
Gerrit overleed op 23 mei 1891 te Den Helder. Hij was toen zonder beroep. Als zijn moeder is vermeld Trijntje Veninga.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.E.Visser werd met vlagnummer 708 per 17 maart 1857 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein F.C.Jaski. Als zijn schip is genoemd de “Frederik Hendrik” 002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 10/17 maart 1857 is vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Gerrit Eeltjes Visser, oud 25 jaar, voerend de kof “Frederik Hendrik”, voor rekening van William Pont , met als adres F.Zeilinga te Amsterdam, op voordracht van kapitein F.C.Jaski.023.
Hij was met vlagnummer 708 in de periode 1857 t/m 1891 lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop”.
G.E.Visser was met vlagnummer 39 in de periode 1860 t/m 1868 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.
Hij was met vlagnummer 5 in de periode 1877 t/m 1891 lid van het Helderse zeemanscollege “Goede Bedoeling”.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 04 september 1890 vraagt. G.E.Visser om een uitkeringwelke hem in de vergadering van 06 november 1890 wordt toegekend voor 5 maanden en wel f 6,30 per maand.042.
In de Bijlagen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 04 september 1890 (Stadsarchief, Amsterdam, 491-42) is een brief dd Den Helder 17 juli 1890 van kapitein G.E.Visser, die om ondersteuning verzoekt. Hij was vanuit Barsingerhorn gezagvoerder op de bark “Vrede”. Het schip werd gesloopt, zijn gezondheid is slecht, de houtvaart neemt in betekenis af en het is voor hem moeilijk nog een zeemansbaan te vinden.
In de Bijlagen van de Bestuursvergadering dd 02 oktober 1890 staat een verslag van onderzoek naar kapitein Visser dd 01 oktober 1890. Hij is 59 jaar en zijn vrouw 61 jaar. Hij heeft 6 kinderen waarvan er nog 4 thuis wonen. “Dat huisgezin lijdt fatsoenlijke armoede … Hij is aamborstig en zwak ter been … Hij maakt op ons de indruk oude en versleten …”te zijn. In een tweede rapportage dd 01 november 1890 wordt gemeld dat kapitein Visser lijdt aan een nierziekte en dat hij deze ziekte op zijn laatste reis heeft opgedaan.
In de bijlagen bij de Bestuursvergadering dd 07 juni 1891 wordt zijn overlijden gemeld op 23 mei 1891. Als adres wordt opgegeven Breewaterstraat Den Helder..042.
In de Bestuursvergadering dd 01 oktober 1891 wordt aan de weduwe van kapitein Visser een uitkering toegekend ingaande 01 juni 1891.118
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 december 1890 staat dat kapitein G.E.Visser een tijdelijke onderstand ad f 6,30 per maand is toegekend.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 05 november 1891 staat dat een uitkering is toegekend aan de wed. G.E.Visser. In de notulen dd 07 september 1893 staat een verzoek van C.Th. Visser om inlichten omtrent de uitkering aan zijn moeder. Beantwoord door de secretaris. (ik ben er niet zeker van dat dit verzoek om inlichtingen slaat op de weduwe van Gerrit Eeltjes Visser. Zie ook bij Douwe Visser)023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
708 1857 kof Frederik Hendrik William Pont te Edam
1858-1862 hoeker de Zeehond F.C.Jaski
1863 schoner Hend(e)rika geen opgave
1864-1867 schoner Hend(e)rika B.W.Kaars Sijpestein te Krommenie
1868-1869 schoner Hend(e)rika W.A.van Laer te Zwolle
1870-1876 fregat Angenietha S.J.Engelenberg
1877 geen vermelding van schip en boekhouder
1878-1887 bark Vrede J.Smit te Barsingerhorn
1888-1890 geen vermelding van schip en boekhouder
Aankomst en vertrek te Amsterdam
Naam kapitein Naam schip Vertrek Aankomst
G.E.Visser Zeehond 15 februari 1860 28 januari 1862
Zeehond 29 maart 1862 niet vermeld
Hendrika 21 augustus 1868 geen melding
Bouma025 vermeldt G.E.Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1858 t/m 1860 van de kof “Frederik Hendrik” ex Fortuin, gebouwd in 1831 te Hoogezand, 84 ton o.m., varend voor William Pont te Edam.
* 1858 t/m 1863 van de hoeker “Zeehond” ex Sophie, ex Drie Johanna’s, gebouwd in 1850 te Vlaardingen, 194 ton o.m., varend voor F.C.Jaski te Amsterdam. Het schip werd in 1863 gesloopt of in Hamburg verkocht;
Overlap in vaarperioden.
* 1869 van de 2/msch “Hendrika”, gebouwd in 1863 te Veendam, 151 ton o.m., varend voor B.W.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;
* 1877 van het fregat “Angenieta” ex Dionysia Catharina, gebouwd in 1840 te Amsterdam, 824 ton o.m., varend voor C.Smit & J.Spaan te Barsingerhorn. Het schip is in 1877 in het Westgat van Texel gestrand;
* 1879 t/m 1884 van de bark “Vrede” ex F.C.Clarke, gebouwd in 1852 te Jersey, 703 ton o.m., varend voor C.Smit Jz te Barsingerhorn;
* 1885 t/m 1889 van hetzelfde schip maar nu varend voor G.Smit Dz te Barsingerhorn. Het schip is in 1889 verkocht en gesloopt;
Een combinatie van de gegevens in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart, in de Almanak van Sweys en die uit Bouma geven voor G.E.Visser als gezagvoerder de volgende vaarperioden:
* 1857 van de kof “Frederik Hendrik” ex Fortuin, gebouwd in 1831 te Hoogezand, 84 ton, varend voor William Pont te Edam;
* 1858 t/m 1862 van de hoeker “Zeehond” ex Sophie, ex Drie Johanna’s, gebouwd in 1850 te Vlaardingen, 194 ton, varend voor F.C.Jaski te Amsterdam. “in Januarij ’63 te Hamburg verkocht.” (Sweys);
* 1863 t/m 1867 van de 2-mastschoener “Hendrika”, gebouwd in 1863 bij K.& J.Wilkens te Veendam, 151 ton, varend voor B.W.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;
* 1868 t/m 1869 van hetzelfde schip maar nu varend voor W.A.van Laer te Zwolle;
* 1870 t/m 1877 van het fregat “Angenieta” ex Dionysia Catharina, gebouwd in 1840 op de werf “Het Witte Kruis” bij J.Meijjes te Amsterdam, 824 ton, varend voor S.J.Engelberg te Amsterdam. Het schip is in 1877 in het Westgat van Texel gestrand (Bouma);
Handelsblad 05 december 1877: “Nieuwediep 5 december 1877. Het Nederlandsche schip “ANGENIETA”, kapitein Visser, van Hangö herwaarts, is in de bal van het Westgat gestrand en bezig de deklast overboord te werpen. Heeft 2 sleepboten ter hulp.” (Hoedemaker);
Handelsblad 11 december 1877: “Vlie 9 december. Het alhier aangespoelde wrak is vermoedelijk dat van de “ANGENIETA”, kapitein Visser, van Hangö naar Nieuwediep en op de rasende bol gestrand.” (Hoedemaker);
* 1878 t/m 1889 van de bark “Vrede” ex F.C.Clarke, gebouwd in 1852 te Jersey, 703 ton, varend voor C.Smit Jz te Barsingerhorn.
Monsterrol uit het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1888-29, 04 april 1888, bark “Vrede”, kapitein G.Visser, 56 jaar uit Den Helder. Voorst 1ste stuurman Hendrik Douwes Teensma, 37 jaar uit Den Helder, 2de stuurman Ambrosius Visser, 23 jaar uit Schiermonnikoog, kok, timmerman, matroos/zeilmaker en 7 matrozen;
Op 14 april 1868 verzocht Willem Abraham van Laer, zonder bepaald beroep, wonende te Zwolle, de recchtbank te Zwolle de volgende acte te willen registreren:
Verklaring van K. en J.Wilkens dd 8 decceember 1863, scheepsbouwmeesters te Veendam hebben op hun werf Werklust te Veendam gebouwd voor rekening van B.Kaars Sijpestein te Krommenie een schooner scheepsstal genaamd Hendrika … thans liggende te Groningen om bevaren te worden door kapitein G.Visser. Het schip blijkt in Rotterdam te liggen,
Ontleend aan “ZEEVAART ZWOLLE e.o.. Chronologieperiode 1731-1880”, door G. van Heel
Typoscript 158 pp (.p.130)
In de bibliotheek van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn, Nr 546.
Overige bijzonderheden
De schoener “Zeehond” onder kapitein G.E.Visser werd gemeld uit Amsterdam en daarna op 30 oktober 1858 te Valparaiso, dus na een ronding van Kaap Hoorn. Via een aantal zuid-amerikaanse havens aan de westkust werd, wederom na ronding van Kaap Hoorn op 11 oktober 1860 Dordrecht bereikt.121