1954-09-13: |
Algemeen Handelsblad 13-09-1954: Verschoven deklast. Schip drie dagen met slagzij op Noordzee. In Grimsby (Eng.) is Zondag het 459 ton metende vrachtschip Alja, afkomstig uit Groningen, met een bemanning van acht uitgeputte en hongerige zeelieden na een driedaagse reis met 35 graden slagzij binnengelopen. De deklast van de Alja was, zoals kapitein Willem Bos vertelde, gaan werken toen het schip Donderdag na het vertrek uit Kiel in een storm verzeild raakte; het voerde 500 ton hout. Drie dagen heeft de bemanning op water en brood geleefd; door de zware helling van het schip was het onmogelijk geweest te koken of te slapen. De machinekamer van de Alja stond onder water.
NvhN 13-09-1954: De Alja maakte slagzij. De te Groningen thuishorende kustvaarder Alja is gisteren de haven van Grimsby te Engeland binnengekomen met een slagzij van 35 graden, zo meldt Reuter. De kapitein, de heer W. Bos, zei dat de slagzij was ontstaan doordat de deklading drie dagen geleden bij het verlaten van het Kielerkanaal in een storm verschoven was. De machinekamer, zo weet Reuter verder te melden, stond onder water en door de slagzij had men niet kunnen koken, wassen of slapen. Men had op brood en water moeten leven. De fa. Onnes te Groningen, die de bevrachting verzorgt, vernam vanmorgen van de kapitein dat aan boord van de Alja alles in orde was. Men had slecht weer gehad, doch er zijn geen ongelukken voorgevallen. Ook is geen van de opvarenden gewond.
Het Vrije Volk 13-09-1954: Acht zeelieden 72 uur in een nachtmerrie. Acht uitgeputte en hongerige zeelieden zijn Zondag in de Engelse haven Grimsby aangekomen na een driedaagse reis als een nachtmerrie op het Nederlandse schip „Alja" uit Groningen. De 580 ton grote kustvaarder kwam aan met een slagzij van 35 graden naar stuurboord. Verder stond de machinekamer blank. Kapitein Willem Bos verteldei dat de deklast van de „Alja", bestaande uit hout, was gaan werken, toen het schip Donderdag enige uren na het vertrek uit Kiel in een storm verzeild geraakte. De „Alja" had Kiel aangedaan om de machines te laten repareren. „De bemanning heeft drie dagen op water en brood geleefd, omdat het onmogelijk was iets op het fornuis in de kombuis te houden," zo vertelde hij. „Wij hebben in 72 uur niet geslapen en wij waren allen uitgeput. Dolf Stem, een 27-jarige kok uit Groningen, vertelde, dat hij een ketel een uur op het fornuis had, gehouden om thee te zetten. De „Alja" vertrok twee weken geleden uit Kotka in Finland met 500 ton hout aan boord.
Het Vrije Volk 20-09-1954: Alja-verhaal: 'Danig overdreven'. (Van een onzer verslaggevers) De krantenmensen hebben alles danig overdreven," beweerde de 23-jarige kapitein Willem Bos, nadat hij Zaterdagavond zijn kustvaarder „Alja" veilig in Rotterdam aan de kade had gemeerd. Maar de foto (een opname uit Londen) laat zien, dat het toch allemaal niet zo eenvoudig is geweest. De afgelopen week kreeg de „Alja", met hout op weg naar Londen, met zwaar weer te kampen. De lading ging schuiven. Het 485 ton metende schip, een notedopje op het wijde water, maakte slagzij tot 32 graden. Toch kwam het schip, na twee etmalen ploeteren, behouden aan de Engelse wal. „Natuurlijk, het was niet lollig," zei de jeugdige kapitein. „De kompassen werkten niet meer en we kregen last van buiswater. Maar gevaar was er niet. Dan had ik wel om assistentie gevraagd." Voorlopig is het de laatste reis van Willem Bos. In Rotterdam stapte hij van de „Alja" om weer naar school te gaan. Voor het behalen van zijn laatste diploma. |