Familiegegevens en opleiding
Louwe Koning werd gedoopt op 01 november 1801 te Veendam als zoon van de zeeman Evert Louwes Koning en Derkjen Alberts (Groenewoud).
Hij trouwde op 30 januari 1833 te Veendam als zeeman met de hoedenmaakster Janna Jakobs Puister, gedoopt op 17 juni 1804 te Veendam als dochter van schipper Jakob Hindriks Puister en Margjen Hiddes (Bosma). Geen overlijdensakte van Janna Jakobs kunnen vinden.
Provinciale Groninger Courant 26 december 1863
Nieuwe Diep, 23 december. Nabij de rode toren, onder Wieringen is gister ten gevolge van de hevige Noorwesterstorm gestrand de kof JOHANNA MARGARETHA (opm: galjoot JOHANNA MARCHIENA), kapitein L.E. Koning, van Newcastle naar Zwolle bestemd. De kapitein, stuurman en twee matrozen zijn verdronken. De loods Buis, benevens de kajuitsjongen die zich gedurende een dag en een nacht in de mast hebben vastgeklemd, werden hedenmorgen door een Texelse visserschuit gered.
In BS-akten van 1833 t/m 1840 wordt Louwe Koning vermeld als “zeeman”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s).
L.E.Koninge was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 126 in de periode 1859 t/m 1863.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.E.Koning als gezagvoerder gedurende:
* 1836 van de kof “Elisabeth Alida”, gebouwd in 1818, bouwlocatie niet vermeld, 123 ton o.m.. Geen eigenaar en thuishaven vermeld. Het schip werd 2 keer te Harlingen geregistreerd, 1 keer komend van Noorwegen en 1 keer komend van Riga;
* 1838 van de kof “Hoepellust”, gebouwd in 1837, bouwlocatie niet vermeld, 100 ton o.m., varend voor J.Goedkoop te Amsterdam;
* 1838 t/m 1840 van de schoenerkof “Mercurius”, gebouwd in 1833 te Zwolle, 110 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam;
* 1843 t/m 1852 van de kof “Stad Almelo”, gebouwd in 1840, bouwplaats niet vermeld, 90 ton o.m., varend voor de Zwolsche Reederij-Mij te Zwolle
* 1858 t/m 1862 van de galjoot “Johanna Marchiena”, gebouwd in 1852 te Martenshoek, 64 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;
* 1863 van hetzelfde schip maar nu varend vanuit Zwolle. Het schip is in december 1863 gestrand en gezonken.
Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Louwe Everts (of variatie daarop, wellicht vanwege moeilijkheden bij het lezen van de tekst) op:
23 februari 1818, schip “Jonge Pieter”, schipper Simon Geerts Brouwer. Voorts stuurman, kok Louwe Everts Koning, matroos en een scheepsjongen.
08 februari 1819, schip “Twee Afwezige Zusters”, kapitein Jan Freerks de Boer. Voorts stuurman en een kok L.E.Koning.
11 maart 1820, schip “Drentsche Welvaren”, schipper Jan Berents Mulder. Voorts stuurman, kok Lauwe Everts Koning en een matroos.
03 maart 1823, schip “Vrouw Jeltina”, schipper Eilt Obbes de Vrede. Voorts stuurman, kok en een matroos Lauwe Erents Koning.
16 februari 1824, schip “Vrouw Jeltina”, schipper Eilt Obbes de Vreede. Voorts stuurman, kok, koksmaat en een matroos Louwe Everts Koning.
12 februari 1825, schip “Alberdina”, schipper Abraham Kornelis Hazewinkel. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen waaronder Louwe Everts Koning en een kajuitwachter.
06 februari 1828, schip “Engelina Jantina”, kapitein Barteld Jacobs Wychers. Voorts stuurman Liuwe Everts Koning uit Veendam, kok, matroos en een lichtmatroos.
14 maart 1832, schip “Gezina”, kapitein Jan F. de Boer. Voorts stuurman L.E.Koning, kok en een matroos.
19 februari 1834, schip “Petrus Jakobus”, schipper Marten Pieters de Jonge. Voorts stuurman Louwe Everts Koning, kok en 3 matrozen.
14 februari 1835, kof “Petrus Jacobus”, schipper Marten Pieters de Jonge. Voorts stuurman Louwe Everts Koning, kok, en 2 matrozen.
In de 11 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Louwe Everts (of variatie daarop, wellicht vanwege moeilijkheden bij het lezen van de tekst) Koning op:
Het overzicht luidt:
1818 kok op de “Jonge Pieter” onder Simon Geerts Brouwer.
1819 kok op de “Twee Afwezige Zusters” onder Jan Freerrks de Boer
1820 kok op de “Drentsche Welvaren” onder Jan Berents Mulder
1823-1824 matroos op de “Vrouw Jeltina” onder Eilt Obbes de Vrede
1825 matroos op de “Alberdina” onder Abraham Kornelis Hazewinkel.
1828 stuurman op de “Engelina” onder Barteld Jacobs Wychen
1832 stuurman op de “Gezina” onder Jan F. de Boer
1834-1835 stuurman op de “Petrus Jakobus” onder Marten Pieters de Jonge
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
T.Visser Pz (adres Gemmening & Penning) werd met vlagnummer 399 per 20 maart 1838 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.Visser. Als zijn schip is vermeld “de Vrouw Anna”. Toegevoegd is “bedankt” 002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 13/20 maart 1838 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Tijs Visser Pietersz, 25 jaar, voerend de smak “Vrouw Anna”, wonende op Terschelling, met adres Gemmering & Penning te Amsterdam op voordracht van kapitein P.Visser. Hij kreeg vlagnummer 399023.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
399 1838 smak de Vrouw Anna geen opgave
1839-1849 kof Bernard en Eliza J.van Leeuwen te Alkmaar
1850-1852 schoner Industrie W.Ruys JDz te Rotterdam
1852-1853 bark Jeannette idem
143 1854-1859 bark Jeannette idem
1860-1861 geen vermelding van schip en boekhouder
1862-1863 stoomsch. Gouverneur van Ewijck Paul van Vlissingen
1864 geen vermelding van schip en boekhouder
T.Visser Pz. was van 1851-1853 gezagvoerder van de schoenerbrik de "Industrie", 250 ton, als eerste ijzeren zeilschip gebouwd bij Fop Smit aan de Kinderdijk voor W.Ruys J.Dz. te Rotterdam. "... in 1851 op weg van Callao naar Cowes noodweer, waarbij masten en tuigage verloren gingen; onder noodtuig werd Rio de Janeiro bereikt op 21 augustus 1851, alwaar gerepareerd; ..."024 en 025.
T.Visser was van 1858-1860 gezagvoerde van de bark "Jeannette", 652 ton, in 1841/1842 gebouwd bij Corns.Gips & Zn. te Dordrecht als "Borneo" en overgenomen en herdoopt door rederij W.Ruys J.Dz. te Rotterdam. "In 1859 door noodweer zwaar beschadigd op reis van Java naar Rotterdam; Port Louis, Mauritius, werd aangedaan als noodhaven; na reparatie heeft het schip blijkbaar de reis kunnen voortzetten, daar het in augustus 1860 voor ¦11.350,- werd verkocht aan Fop Smit, Kinderdijk - nieuwe naam: Admiraal Metlin; in 1863 gesloopt"024 en 025.
Bouma025 vermeldt T.Pz Visser als gezagvoerder van/in:
* 1839 van de smak “Vrouw Anna”, gebouwd in 1820, bouwplaats niet vermeld, 80 ton, varend voor J. van Leeuwen te Terschelling;
* 1843 t/m 1847 van de kof “Bernhard en Elise”, gebouwd in 1839 te Nieuwendam, 100 ton o.m., varend voor J. van Leeuwen te Alkmaar;
* 1848 t/m 1852 van hetzelfde schip maar nu varend voor F.G. de Weijer te Amsterdam;
* 1851 t/m 1852 van de ijzeren 2/msch. “Industrie”, gebouwd in 1847 te Kinderdijk, 224 ton o.m., varend voor W.Ruys JDz te Rotterdam;
Overlap in vaarperioden.
* 1853 van de bark “Jeannette” ex Borneo, gebouwd in 1842 te Dordrecht, 652 ton o.m., varend voor Wm. Ruys JDz te Rotterdam;
* 1858 t/m 1860 van de bark “Jeannette” ex Borneo, gebouwd in 1842 te Dordrecht, 652 ton o.m., varend voor Wm. Ruys JDz te Rotterdam. Het schip lag in 1860 voor reparatie te Mauritius en voer in 1861 voor Fop Smit te Kinderdijk, herdoopt in “Admiraal Metlin”;
* 1863 t/m 1864 van de stoomschoener`” Gouverneur van Ewijck”, gebouwd in 1845 in Amsterdam, 321 ton o.m., varend voor de Nederl. Stoomschoenermaatschappij Paul van Vlissingen te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Algemeen Handelsblad 11 december 1854 rubriek Binnenland
“Het schip Jeannette, kapt. T.Visser, van Sunderland naar Batavia is, volgens telegrafisch berigt van Londen, op de Theems lek binnengeloopen.”
Ik heb enige twijfels over de identiteit van T.Pz Visser, en wel omdat hij de carriërre gemaakt zou hebben van gezagvoerder van een smak tot die van een bark, varend op Indië. Zie ook de overlap in vaarperiode van de “Bernard en Elise” en de “Industrie”. Is er sprake van twee personen met dezelfde initialen? De opsomming in de lijsten van Zeemanshoop001, zoals aan het begin van deze pagina, spreekt mijn twijfel echter tegen.
De brigantijn “Industrie” onder kapitein Thijs Visser verliet Deal op 15 oktober 1850 en bereikte via Kaap Hoorn op 11 januari 1851 Valparaiso. Via dezelfde route keerde het op 19 december 1851 terug in Cowes. Voor Rio de Janeiro staat schade genoteerd.121
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt E.Schaap als gezagvoerder gedurende:
- * 1853 t/m 1856 van de kof “Bernard & Elise”, gebouwd in 1837 te Nieuwendam, 100 ton o.m., varend voor Westkirch & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1857 voor Harmens & Co te Harlingen en was herdoopt in “Boreas”.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Hendrik de Boer op september 1828 te Harlingen als zoon van Jan Hendriks de Boer en Wytske Annes de Vries.
Hij trouwde op 15 mei 1856 te Harlingen met Harmina Hoogterp, geboren op 20 maart 1834 te Franekeradeel als dochter van Daniel Harkes Hoogterp en Mettje Joostes Bergsma.
Een overlijdensakte werd niet in Tresoar, dus Friesland gevonden.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Hendrik J.de Boer werd per 21 januari 1856 met vlagnummer H49 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Zijn schip was de “Boreas”, boekhouders Harmens & Zn. De wijze van contributiebetaling is niet vermeld. Hij was gehuwd met Hermina D.Hoogterp, geboren 21 maart 1834028-fol.051.
Hendrik J.de Boer was van 1856-1866 lid van het College “Zeemansvoorzorg”034.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip .boekhouder/reder
H49 1855-1860 sch.kof Boreas (ex Bernard & Elisa) Harmens & Zn, Harlingen
november 1860 bij Texel gestrand en wrak
1861-1862 kof Weltevreden (ex Jansjen, ex Ida Maria, ex Vrouw Alida)
J.Vellinga, Harlingen
1863 kof Sperwer (ex Weltevreden, ex Jansjen, ex Ida Maria, ex Vrouw
Alida) J.F.van Oppen, Harlingen
1864 glj. Zwaluw J.F.van Oppen, Harlingen
1866 kof Vier Gebroeders (ex Johanna Christina) H.O.Heida, Dokkum
Bouma025 vermeldt H.J.de Boer als gezagvoerder gedurende:
* 1856 t/m 1860 van de kof “Boreas” ex Bernard & Elise, gebouwd in 1839 te Nieuwendam, 85 ton o.m., varend voor Harmens & Co te Harlingen. Het schip is in november 1860 bij Texel gestrand en verloren gegaan;
* 1865 t/m 1866 op de galjoot “Zwaluw”, gebouwd in 1864 te Waterhuizen”, 94 ton o.m., varend voor J.F.van Oppen te Harlingen;
* 1867 t/m 1868 van de kof “Vier Gebroeders” ex Johanna Christina, gebouwd in 1860 te Veendam, 69 ton o.m., varend voor H.O.Heida te Amsterdam;
* 1868 van de kof “Frouke”ex Johanna Geertruida, gebouwd in 1848 te Grouw, 75 ton o.m., varend voor H.O.Heida te Dokkum. Het schip is in 1868 gestoten en gezonken;
Bremer094 vermeldt de stranding van de schoenerkof “Boreas” op 20 november 1860 in het Schulpengat, geladen met steenkool, onder gezag van kapitein H.J. de Boer.
Overige bijzonderheden
Er is een mix in de opgaven met die van Haaike J. de Boer.
|