Familiegegevens en opleiding
G.L.Swart was getrouwd met Antje Duijns overleden in februari 1869.
Gerrit overleed in 1862. Bij zijn overlijden is als woonplaats Amsterdam opgegeven.118.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
In de Algemene Vergaderingen van 20/27 september 1836 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop wordt als effectief lid voorgedragen/ingeschreven Gerrit Lammers Swart, oud 48 jaar, voerend de kof “Maria Catharina”, wonend in de Wieringenstraat 25 te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Bakker023.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 november 1834 staat een brief van “Gerrit Lamberts Swart, vroeger als Stuurman gevaren hebbende bij Kapt.J.H. de Boer, berigtende met een Deensch schip eene reis als Super Carga te zullen gaan doen, verzoekende op nieuw te mogen deelnemen en wordt dit verzoek gewezen van de hand als zullende hij op eenen Deensche en dus vreemde bodem gaan varen.”042.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 november 1846 wordt een maand gage toegekend aan kapitein G.L.Swart wegens schipbreuk.042
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 november 1848 verzoekt kapitein G.L.Swart om een uitkering. In de vergadering dd 28 december 1848 staat: “Besloten dat vermits kapitein Swart niet is in de voortdurende deelneming en niet bewijst waarvoor hij heeft deelgenomen het verzoek tot nader bewijs van de laatste gronden van aanspraak gewezen van de hand.” In de Vergadering dd 030 januari 1851 herhaald kapitein Swart zijn verzoek maar op 27 februari 1851 wordt “… gepersiteerd bij het besluit van 28 December 1848 als zijnde niet gebleken dat de verzoeker ziek van boord is gegaan.” Maar kapitein Swart houdt vol en herhaald zijn verzoek weer in de vergadering van 26 juni 1851. Per 31 juli 1851 wijst het Bestuur zijn verzoek weer af “aan de verzoeker onverlet latende alsnog een bewijs te leveren dat de verminking in 1846 bekomen hem ongeschikt tot de Zeedienst maakt.” In de vergadering van 26 augustus 1851 staat een brief “ten geleide van eene verklaring van een Geneesheer, alsnu verzoekende regt op uitkeering.” Op 25 september 1851 wordt hem dan een uitkering in de 1e klasse toegekend voor een periode van 12 maanden ingaande 01 augustus 1851. Deze wordt met 12 maanden verlengd in de vergadering dd 03 augustus 1852. Idem per 28 juli 1853. Idem per 26 juli 1855. In de vergadering dd 31 juli 1856 doet hij wederom een verzoek om onderstand. !2 maanden verleging per 30 juli 1857. Idem per 05 augustus 1858. Idem per 28 juli 1859. Idem per 26 juli 1860. Idem per 25 juli 1861.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 januari 1862 wordt een uitkering toegekend per 01 februari 1862 aan de wed. G.L.Swart, geb. A.Duijns.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 11 maart 1851 staat het volgende:
“Verslag … wegens aanvrage van kapitein G.L.Swart waarop in Jl. Bestuurdersvergadering is besloten bij het vroeger genomen besluit van 28 December 1848 te berusten, daar de Verzoeker geen bewijs heeft overgelegd dat hij in der tijd ziek van boord is gekomen.”. In de notulen dd 28 oktober 1851 wordt per 01 augustus 1851 een uitkering voor 1 jaar toegekend. Verlengd voor 1 jaar in de notulen dd 21 september 1852; dd 06 september 1853; dd 05 september 1854; dd 28 augustus 1855, dd. 09 september 1856, dd 11 augustus 1857, dd 17 augustus 1858, dd 23 augustus 1859, dd. 31 juli 1860, dd 20 augustus 1861023.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 11 februari 1862 staat de mededeling dat per 01 februari 1862 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. G.L.Swart geb. Drijver.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
360 1836-1837 sch.kof Maria Catharina geen opgave
1838 geen vermelding van schip en boekhouder
1839 kof de Vriendschap D.Beth
1840-1845 kof Cornelia idem
1846 geen vermelding van schip en boekhouder
1848-1849 kof Helena D.Beth
1850-1853 geen vermelding van schip en boekhouder
121 1854-1861 geen vermelding van schip en boekhouder
1861 “overleden”
Bouma025 vermeldt G.L.Swart als gezagvoerder gedurende:
* 1837 t/m 1838 op de sch.kof “Maria Catharina”, gebouwd in 1825 te Nieuwendam, 124 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes te Amsterdam;
* 1838 t/m 1839 op de kof “Helena”, gebouwd in 1831 te Groningen, 125 ton o.m., varend voor D.Beth te Amsterdam;
* 1839 t/m 1840 op de kof “Vriendschap”, gebouwd in 1818, bouwplaats niet vermeld, 102 ton o.m., varend voor D.Beth te Amsterdam;
* 1840 t/m 1846 op de kof “Cornelia”, gebouwd in 1840 te Harlingen, 129 ton o.m., varend voor D.Beth te Amsterdam. Het schip strandde in 1846 op de Engelsmanplaat en werd verkocht. Herdoopt in “Ceres”;
* 1850 t/m 1851 wederom op de “Helena”, varend voor D.Beth te Amsterdam; (klopt dus niet met de opgave uit de AAKZ- zie hierboven001). Het schip voer in 1852 voor J.& S.Wiarda te Harlingen en was herdoopt in “Onderneming”.
Van Sluijs013 vermeldt nog een G.L.Swart als gezagvoerder in 1823 op de “Verwisseling”, maar deze opgave komt niet in Bouma025 voor.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Klaas Boswijk werd geboren/gedoopt op 10/20 oktober 1805 te Nieuwe Pekela als zoon van de landbouwer Eertwijn Willems Boswijk en Jantje Dijkhuis.
Klaas Eertwijn trouwde op 16 februari 1843 te Nieuwe Pekela als schipper met Lummechien Harms Bruins, geboren 03 juni 1818 te Oude Pekela als dochter van de schipper Harm Jacobs Bruins en Frouke Klaassens Bakker
Geen overlijdensakten gevonden in www.wiewaswie.nl
Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen vermelden Klaas Eertwijn Boswijk als schipper in 1843, 1846, 1848, 1851.
Lidmaatschap zeemanscolleges
K.E.Boswijk was effectief lid van het naamloze zeemanscollege te Pekel-A met vlagnummer 31 in de periode 1840 t/m 1843.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt K.E.Boswijk als gezagvoerder gedurende:
-
1841 t/m 1846 van de kof “Hercules”, gebouwd in 1805, bouwlocatie niet vermeld, 112 ton o.m., varend voor K.M.Brouwer te Pekela;
-
1848 t/m 1855 van de kof “Ceres” ex Cornelia, gebouwd in 1840 te Harlingen, 129 ton o.m., varend voor K.M.Brouwer te Pekela.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
10 februari 1824, schip “Vrienschap”, kapitein Koert Willems Stu(u)t, matroos Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
09 februari 1825, schip “Vrouw Antje”, schipper Derk Klaassens de Groot, matroos Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
11 februari 1826, schip “Vrouw Antje”, schipper Derk Klaassens de Grooth, matroos Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
27 januari 1827, kof “Vrouw Jantina”, kapitein Geert Geerts Smid, matroos Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
08 maart 1828, schip “Jantina”, schipper Harmannus Eertwijns Boswijk, matroos Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
15 maart 1830, schip “Jantina”, kapitein Harmannus Eertwijns Boswijk, stuurman Klaas Eertwijns Boswijk uit Nieuwe Pekela.
20 februari 1840, kof “Hercules”, kapitein Klaas Eertwijn Boswijk.
1841, geen datum, kof “Hercules”, kapitein Klaas E.Boswijk.
28 februari 1842, schip “Herkules”, kapitein Klaas E.Boswijk.
04 juni 1847, kof “Ceres”, schipper Klaas Eertwijns Boswijk, 40 jaar uit Nieuwe Pekela.
Overige bijzonderheden
Geen