Inloggen
ROTTESTROOM (DE) - ID 10362


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1827-08-06 / 1849-01-06 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1827
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Brik
Masten: Two masts
Material Hull: Wood, oak, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Hendrik Frater, scheepmaker, op zijn scheepstimmerwerf De Hoop aan de Schiedamsche Hooge Zeedijk, even buiten de Schiedamschepoort te Rotterdam

Scheepsbouwer: Hendrik Frater, scheepstimmerwerf De Hoop, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1825-08-15
Launch Date: 1826-11-29
Delivery Date: 1827-03-24
Technical Data

Net Tonnage: 279.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 147.00 lasts (commercial)
 
Length 1: 26.40 Meters Registered
Beam: 5.54 Meters Registered
Depth: 4.44 Meters Registered
Configuration Changes

Datum 00-00-1827
Type: Remeasurement
Omschrijving: De bijlbrief vermeldt als grootte 418 tonnen en afmetingen lang 26,40 m., breed 5,54 m.

Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1827
Datum agenda: 1827-08-06
Register nr: 18270519
Scheepsnaam: ROTTESTROOM
Type: Brik
Lasten: 147
Gebouwd in provincie: Zuid-Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Vink & Co.
Plaats: Rotterdam
Kapitein op moment van verzoek: Glazener, J.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
1827 Turksche pas naarHavana / 1828 naar Oost Indien

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1827-03-24 DE ROTTESTROOM
Manager: Firma Vink & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Reederij van Vier Schepen, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1840-03-18 ROTTESTROOM
Manager: Teunis van Holst, Delfshaven, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Teunis van Holst, Delfshaven, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Delfshaven / Netherlands
Additional info: Na aankoop niet direct in de vaart gebracht

Date/Name Ship 1841-07-10 DELFSHAVEN
Manager: Teunis van Holst, Delfshaven, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Teunis van Holst, Delfshaven, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Delfshaven / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

  • Reederij van Vier Schepen, te Rotterdam, onder directie van de heer A. van Hoboken van Rhoon en Pendrecht c.s., aldaar, tot welke rederij behoren de fregatschepen de STAD ROTTERDAM en de MAAS en de brikschepen de ROTTESTROOM en de NIJVERHEID.

Ship Events Data

1828-04-06: Damaged
Het schip de ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, van de Havana naar Rotterdam, is den 6 april 1828 te Falmouth binnen gelopen, met verlies van fokkemast, boegspriet enz.
1840-03-17: Sold at auction
Advertentie. H. Montauban van Swijndregt, F. van Dam en F.N. Montauban van Swijndregt, makelaars te Rotterdam, zijn van mening op dinsdag 17 maart 1840, des namiddags te 4 uur, in het lokaal op de hoek van de Scheepmakershaven en Bierstraat, wijk A, 458, publiek te veilen het snelzeilend Nederlands gebouwd, gekoperd en kopervast tweedeks brikschip de ROTTESTROOM, gevoerd door kapt. B.H. Kuiper, volgens meetbrief lang 26,40 el, wijd 5,35 el, hol 4,44 el, en alzo groot 279 tonnen, met deszelfs rondhout, staand- en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verderen inventaris, zo als hetzelve thans is liggende in de Leuvehaven, westzijde, nabij de Janslijpensteeg, aldaar.
1849-01-06: Final Fate: Wrecked

Het Nederlands koopvaardijschip DELFSHAVEN, gezagvoerder J.D. Nordlohne, hetwelk op de 4e januari de rede van Batavia had verlaten teneinde naar Nederland terug te keren, is kort daarna, nabij Poeloe Dapoer gestrand. Nadat in de avond van de 5e januari de tijding van dit ongeval te Batavia was aangebracht, zijn nog in de daarop volgende nacht verscheidene praauwen tot het verlenen van hulp naar het gestrande vaartuig gezonden, en is Zr.Ms. stoomschip ONRUST in de vroege morgen van de 6e januari 1849 mede derwaarts vertrokken. In weerwil van deze maatregelen, in het niet gelukt het vaartuig te behouden, zijnde hetzelve door de hevige golfslag uiteen geslagen en verbrijzeld; slechts een gering gedeelte van de lading, benevens de bemanning, bestaande, behalve de gezagvoerder, uit twaalf personen, zijn gered. Voor het lot van dezen, die sedert alhier aangebracht zijn, bestaande uit de gezagvoerder, zijn stuurlieden en tien manschappen, wordt op gebruikelijke wijze gezorgd.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jacob Glazener werd geboren op 04 maart 1799 op Ameland. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Maasstraat Wijk 15 nr. 770.005

 

Jacob Glazener werd geboren in Nes op Ameland op 04 maart 1799.

Hij was gehuwd met Anna Klazes Zeba, geboren te Nes op Ameland op 12 juli 1800. 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Glazener (adres Masdorp) werd met nr.228 lid van Zeemanshoop per 18 september 1827 op voorspraak van kapitein B.J.Martens. Zijn schip ten rijde van de inschrijving was "De Drie Maria's" (in het register doorgestreept en vervangen door) de "Hugo Grotius"002.

Jacob Glazener, oud 28 jaar, wonende te Rotterdam en met als adres J.Bondix op de Bikkersgracht nr.48 te Amsterdam, werd in de Algemene Vergaderingen van 11/18 september 1827 van Zeemanshoop voorgedragen/benoemd als effectief lid op voordracht van kapitein B.J.Martens. Zijn vlagnummer werd 228023.

Hij werd per 19 januari 1830 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop. “Met 1 Mrt 1857 van beroep veranderd. Bedankt 1859 April”003.

 

J.Glazener was met vlagnummer R3 in de periode 1862 t/m 1879 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart005.

J.Glazener was met vlagnummer R104 in de periode 1826 t/m 1859 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. In de periode 1820 t/m 1825 ontbreken de ledenlijsten en het is dus mogelijk dat hij in één van de jaren uit de genoemde periode tot de Maatschappij is toegetreden058.

Jb. Glazener was met vlagnummer R3 in de periode 1860 t/m 1879 eveneens lid van de Maatschappij

Mevr. I.Glazener te Ede meldde mij per brief van 04 augustus 1999 dat in haar gegevens geen tweede generatie Jacob wordt gemeld, en dat hier wellicht toch sprake is van de Jacob die in 1799 werd geboren. Dan zou hij van 1826 (of eerder) t/m 1879  d.i. bijna 50 jaar lid van het Rotterdamse college zijn geweest, lang maar niet onmogelijk.

 

J.Glazener was van 1839, 1841-1842 en 1845 afwisselend commissaris en in 1847/1848 secretaris van de Maatschappij. In 1857-1861 was Jb.Glazener permanent commissaris en van 1862-1864 tevens 2e penningmeester058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 13 januari 1857 meldt kapitein J.Glazener aan de wal te blijven, maar verzoekt zijn lidmaatschap te mogen behouden. Het Bestuur heeft hem de nodige inlichtingen omtgrent deze regeling verstrekt.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering  dd 28 april staat het bedanken voor het effectief lidmaatschap van kapitein J.Glazener.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 17 mei 1859 staat de mededeling dat kapitein J.Glasener bedankt voor het honorair lidmaatschap.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001

vlagnummer          jaren           type                    scheepsnaam                          naam reder/boekhouder

        228                  1827           geen opg.           Rotterdam                               geen opgave

                            1828-1831     geen opg.           Rottestroom                            Reeder-Maatschappij

                            1832-1833     fregat                  De Drie Maria's                      A.van Hoboken & Zn te Rotterdam

                            1834-1835     fregat                  De Drie Maria's                      B.A.Mispelblom Beijer te Rotterdam

        140             1836-1837     fregat                  De Drie Maria's                      idem

                                 1838           geen opgave van schip en boekhouder

                            1839-1843     fregat                  Hugo Grotius                           B.A.Mispelblom Beijer te Rotterdam

                            1844-1853     fregat                  Hugo Grotius                           Sturenberg, Cankrien & Co te R.dam

          40             1854-1856     fregat                  Hugo Grotius                           idem

                            1857-1858     geen opgave van schip en boekhouder

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein J.Glazener met vlagnummer R104 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849, 1851, 1855 van het fregat “Hugo Grotius”             350 last     varend voor Sturenberg Cankrien & Co te Rotterdam

*    1858, 1859                     geen schip en reederij vermeld

*    In de Jaarverslagen van 1862 t/m 1867, 1874, 1877, 1878 staat J.Glazener met vlagnummer R3 in de ledenlijsten maar zonder schip en reeder

 

Bouma025 en van Sluijs013 melden dat J.Glazener gezagvoerder was van/in:

*    1827 t/m 1832 van de brik “Rotterstroom”, gebouwd in 1827 te Rotterdam op de werf “de Hoop” van Cornelis Frater  & Zn, varend voor de Reeder-Maatschappij te Rotterdam;

*    1833 t/m 1838 op het fregat "Drie Maria's", op 17 juni 1830 bij P.van Swijndrecht en de Wed.Visser te Rotterdam van stapel gelopen, 346 ton o.m., varend voor A.van Hoboken te Rotterdam;

*    1838-1842 kapitein op hetzelfde schip maar dan voor reder B.A.Mispelblom Beyer te Rotterdam.

*    1840 t/m 1857 kapitein op de "Hugo Grotius" voor rederij B.A.Mispelblom Beijer te Rotterdam. Het schip was een fregat dat op 08 juni 1839 op stapel werd gezet op de werf van de Wed.E.Visser te Rotterdam. Het mat 356 last, resp.673 ton o.m..

      Van Sluijs013 vermeldt bij het schip "Geertruida Maria" ene "Jan Glazener in 1822 als gezagvoerder. Een schip met dezelfde naam stond in 1819 onder commando van Hessel Glazener (zie aldaar). Mevr.I.Glazener te Ede meldde mij (04 augustus 1999) "De naam Jan komt, voor zover ik weet, niet bij de Glazener's voor. Mogelijk is het een verschrijving voor Jacob die in 1822 c.23 jaar oud was"

 

Overige bijzonderheden

Mevr.I.Glazener te Ede, die doende is een genealogie van het geslacht Glazener op te zetten stuurde mij (04 augustus 1999)  kopieën:

  1. van een brief van J.(acob).A.(ndriesz) Glazener:

“                                                                                                                                              Liverpool den 28 Februarij 1815

Waarde En Zeergeliefde Vader En Moeder

ik hoop dat gij Deze weinige Letteren in een staat van gezondheid moogt ontvangen  mij aangaande ik ben goddank gezond en Wel  hopen van u het zelfde  Wij schrijfen met Hollandsen Brik over Rotterdam En hopen dat gij die vorige brief van den 21 Januarij ontvangen hebt  wij zijn reeds klaar om te vertrekken weten nog niet regt waar heene.

Wij hebben alweer een anderen Stuurman En Bootsman  ik weet UE niet veel Niews te schrijven,  Wij we(ten) ook niet of Hessel schrijft of niet, Daar(om) zeggen wij hem ook niet of wij schrijfen  op(..) maar stel UE Daar maar in gerust  hiermee Breek ik af voor ditmaal wijl hier niet veel tijd overig is.  Groet mijne Lieve Broeders bovendien groet ik mijne Lieve Vader & Moeder en wat meer van mij is Zij van Harte Gegroet.

Blijve in Deze Uwe Zeer Geliefde Zoon

                                                                                 H.A.Glazener(handtekening)  1815”

Per zelfde datum schreef broer Anne, die op hetzelfde schip voer, een brief aan zijn ouders. Vandaar vermoedelijk de frekwent gebruikte wij-vorm.

 

  1. kleurenkopieën van scheepsafbeeldingen i.c.

de "Hugo Grotius" en de "Drie Maria's", beiden met de Rotterdamse collegevlag nr.104. Bronvermelding ontbreekt, maar wellicht uit het Rotterdamse scheepvaartmuseum.

  1. een kopie van een krantenadvertentie uit 1842 met als tekst:

“De Ondergeteekenden Officieren aan boord van het Fregatschip Hugo Grotius, Kapt.J. GLAZENER, bestemd naar Oost-Indië, roepen bij hun vertrek uit het Vaderland, hunne dierbaarste Betrekkingen, Vrienden en Vriendinnen, een Hartelijk VAARWEL toe.

                                                                                                                                                         C.H.ESCHAUZIER, 1ste Luit.Kommt

                                                                                                                                                         P.C.HOOGENDOORN, 2de Luit

                                                                                                                                                          W.C.CAMPBELL, 2de Luit

                                                                                                                             W.C.DE NIES, Off. V. Gezondh. 3de Klasse

REEDE HELVOETSLUIS, 15 Julij 1842”

----------

 

 

Mevr. Glazener te Ede stuurde mij per brief dd 07 april 2000 een fotokopie van een portret van kapitein Jacob Glazener. De foto zou ongeveer 1860/1865 genomen zijn.

 

J.Glazener verzorgde per 15 juli 1842 vanuit Hellevoetsluis met de “Hugo Grotius” een troepentransport van 4 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 22 oktober 1842 na 99 dagen065.

 

In het dagboek van de Roever073 staat een passage tijdens zijn reis als 3de stuurman in 1851/52 met de “Admiraal de Ruyter” onder kapitein G.M.Titsing:

Noorder Atlantische Oceaan net voorbij de evenaar op weg naar Nieuwe Diep.

“ … den 14de Januarij 1852 was het een stijve gereefde Marszeils koelte bij veel water overnemen, als wanneer des Kapiteins (G.M.Titsing) Echtgenoote beviel van een welgeschapen zoon, den 23ste (januari 1852) kregen wij bijstand en raad voor des Kapiteins vrouw en kind, van het met ons zeilend Barkschip Hugo Grootius, Kapitein Glaasser (moet zijn Glazener) welks docter met een sloep aan boord kwam en gehaald na een half uur verblijf weder terug keerden … “.

 

Ca. eind september 1827 vertrok de “Rotterstroom” van Rotterdam naar Havana. 069 – p.158

 

 

Datum vanaf: 1827
Kapitein: Glazener, Jacob Andriesz
Overige informatie: 1827 – 1830

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Kreeft was met vlagnummer R153 in de periode 1830 t/m 1832 effecief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1832 van het College (Gemeentearchief van Rotterdam, J/126) staat vermeld dat kapitein Kreeft in 1832 is overleden. In hetzelfde Jaarverslag staat in de Rekening-Courant dat de weduwe van kapitein H.Kreeft voor 3 maanden/18 dagen een uitkering voor haar en twee kinderen heeft gekregen van f 60,12. Hieruit is te concluderen dat kapitein Kreeft op 12/13 april 1832 is overleden. In 1833 en 1834 kreeg zij voor haar en drie kinderen een uitkering van f 177,30 resp. f 213,10058.

In de Jaarverslagen 1835, 1836 en 1837 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat bij de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf dat de weduwe H.Kreeft een uitkering krijgt van f 225,- voor onderstand en schoolgeld voor haar en haar drie kinderen. In 1838 is deze uitkering f 220,-. In 1839/1840 en 1841 is sprake van f 203, - resp. f 200,-voor haar en twee kinderen.. In 1849 staat zij nog vermeld voor f 157,70 voor haar en 4 maanden/3 weken voor één kind. In 1851, 1855, 1858 en 1859 is er alleen sprake van een jaarlijkse onderstand van f 150,- voor haarzelf058

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt H.Kreeft als gezagvoerder gedurende:

*    1832 op de brik “Rottestroom”, gebouwd in 1827 te Rotterdam, 274 ton o.m., varend voor de Reederij-Maatschappij te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1830
Kapitein: Kreeft, H.
Overige informatie: 1830 – 1832

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Deuling was met vlagnummer R88 in de periode 1833 t/m 1838 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1838 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat J.H.Deuling in 1838 is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.H.Deuling als gezagvoerder gedurende:

*   1833 t/m 1837 op de brik “Rottestroom”, gebouwd in 1827 te Rotterdam, op de werf “de Hoop” van Cornelis Frater & Zn,  274 ton o.m., varend voor de Reederij-Maatschappij te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

“In de winter van 1835 had er … maar weinig aan gemankeerd of de Rottestroom was vergaan, dichtbij de thuishaven zelfs. Het uit Indië komende schip vertoonde zich media maart bij de ingang van het Kanaal, op het moment dat daar een verschrikkelijke storm heerste. `De zee was zò onstuimig dat de bemanning het schip moest bijleggen ‘teneinde het overnemen van de geweldige breekzeeën, waardoor reeds een gedeelte der verschansing was weggerukt en onderscheidene zaken waren weggespoeld’ te kunnen weerstaan. De Rottestroom kwam deze malaise te boven en met behulp van een stoomsleepboot werd het schip het Goereese Gat binnengebracht.”069 – p.160

 

 

Datum vanaf: 1832
Kapitein: Deuling, J.H.
Overige informatie: 1832 – 1838

(Gedoopt als Lambertus Gerardus Cuipers)

Familiegegevens en opleiding

Lambertus Gerardus Cuipers werd gedoopt te Groningen (statie Guldenstraat) op 04 november 1804 als zoon van Hindrik Geerts Kuiper en Aaltje Bartelds Smit.

Hij trouwde`op 25 maart 1840 te Rotterdam met Geziena Jaspers, geboren te Zaltbommel op 21 december 1815 als dochter van Franciscus Jaspers, ritmeester der cavalerie, en Geziena Huijnink. Volgens zijn huwelijksakter noemde hij zich gewoonlijk Barteld Hendrik Kuiper. Geziena overleed op 07 januari 1896 te Bondowoso

Hij overleed te Soerabaja op 07 juli 1866. Hij was “kapitein ter koopvaardij” 055.

 

Lambertus Gerardus Cuipers, “zich gewoonlijk noemende Barteld Hendrik Kuiper”, werd gedoopt te Groningen (wonende te Veendam) op 04 november 1804 als zoon van Hendrikus Cuipers en Aleydis Bartels. Hij trouwde op 25 maart 1840 te Rotterdam met Geziena Jaspers, geboren 21 december 1815 te Zaltbommel als dochter van Franciscus Jaspers, ritmeester bij de cavallerie, en Geziena Huynink, beiden wonende te Arnhem005

 

Barteld Hindrik Kuiper is in 1838 kapitein op de brik “Rottestroom” voor Vincke & Co te Rotterdam. In de periode 1838-1845 vaart hij als kapitein/eigenaar op het kofschip “Wibbina”, wonende te Sappemeer, in 1845 wordt de naam van dat schip gewijzigd in “Thelina” en vaart hij dit schip voor Sandberg & Co te Dordrecht; van 1852 tot 1860 vaart hij het kofschip “Catharina Johanna” voor hetzelfde bedrijf.

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

B.H.Kuiper was van 1838 t/m 1866 met vlagnummer R88 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

B.H.Kuiper was in 1849 en 1852-1854 afwisselend commissaris van de Maatschappij058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1866 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1866 is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein B.H.Kuiper met vlagnummer R88 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849                       van het fregat “Anna”                        219 last             varend voor F.Moll te Rotterdam

*    1851, 1855, 1858, 1859, 1862 t/m 1865 geen schip en reeder vermeld

 

Bouma025 vermeldt B.H.Kuiper als gezagvoerder gedurende:

*    1838 t/m 1839 op de brik “Rottestroom”, gebouwd in 1827 te Rotterdam, 274 ton o.m., varend voor de Reederij-Maatschappij te Rotterdam. Het schip voer in 1840 voor T. van Holst te Rotterdam en was herdoopt in “Delfshaven”;

*    1845 t/m 1857 van het 3/mschip “Admiraal Jan Evertsen”, gebouwd in 1839 te Rotterdam, 750 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In de NRC van dinsdag 31 oktober 1854 (nr.301) staat onder de scheepsberichten ‘Brouwershaven (ZOtZ) vertr. Adm.Jan Eversen, (kap).Kuiper, Batavia”. Hij neemt hierbij zijn gezin mee055. (is dit wel Barteld Hendrik? Zie vermelding bij Bouma025).

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Kuiper, Barteld Hendrik
Overige informatie: 1838 – 1840

Familiegegevens en opleiding

Johann Dirk Nordlohne werd geboren op 23 augustus 1792/1803 (?) in Lohne (Oldenburg) als zoon van de Rooms-Katholieke Johann Bartelt Nordlohne en Anna Maria Breurink. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Leuvenhaven hoek Nieuwesteeg (Wijk 3 nr. 341).

Hij trouwde te Rotterdam op 29 januari 1840 met Gerarda Joanna van Litsenborgh, geb./ged. op 16 november 1809 te Rotterdam als dochter van de Rooms-Katholieke Jacobus van Litsenborgh en Catharina Maas, tapster.

Hij overleed te Rotterdam aan de Nieuwsteeg nr. 341 op 04 januari 1868005.

NRC 08 januari 1868114

Advertentie. Heden overleed in de ouderdom van 64 jaren mijn waarde echtgenoot Johan Dirk Nordlohne, ridder der orde van de Rode Adelaar 4e klasse, in leven oud-koopvaardij kapitein.

Rotterdam, 4 januari 1868, G.J. Nordlohne, van Litsenborgh.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.D.Nordlohne was met vlagnummer R151 in de periode 1838 t/m 1867 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1849 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1849 een schadevergoeding heeft gekregen van f 100,- (vanwege schade aan of verlies van zijn schip)058.

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.D.Nordlohne met vlagnummer R151 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

1849                                                                                                                           geen vermelding van schip en reeder

1851                      van de sch.brik “Pio Nono”                       127 last              varend voor E. Serruys te Rotterdam

1855, 1858, 1859, 1862 t/m 1866                geen vermelding van schip en reeder

 

Bouma025 vermeldt J.D.Nordlohne als gezagvoerder gedurende:

*    1838 t/m 1840 van de brik “Regent”, gebouwd in 1816, bouwplaats niet vermeld, 317 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar. Het schip werd in 1840 geveild te Amsterdam;

*    1840 t/m 1849 op de kof (brik) “Delfshaven” ex Rottestroom, gebouwd in 1826 te Rotterdam, op de werf “de Hoop” van Cornelis Frater & Zn, 273 ton o.m., varend voor T.van Holst te Delfshaven. Het schip strandde in 1849 bij Poelau Dapoer (Java) en geraakte wrak.

Lloyd’s vermeldt: “21 Mar.1849  DELFSHAVEN  lost.”087.

*    1850 t/m 1854 op de sch.brik “Pio Nono”, gebouwd in 1848 te Rotterdam, 240 ton o.m., varend voor E.Serruys te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

In het Algemeen Handelsblad van maandag 14 juni 1841 staat het volgende bericht:

“In het Journal de la Haije  leest men:

Men deelt ons uit Rotterdam de volgende opgave mede: Den 21sten November 1840 kwamen aan het Pruisische gezantschap te Rotterdam aan: M.C.Trapp, kapitein van de Pruisische brik Vigilante, alsmede de stuurman en acht matrozen, die den 15den dier maand, bij gelegenheid van een zwaren storm, op de kusten van Engeland, hun schip hadden verloren. Dit vaartuig te Memel te huis behoorende, was met eene lading eiken deelen en balken, naar Londen vertrokken. Den 13den bespeurde de kapitein, dat het schip een lek bekomen had. Alhoewel het scheepsvolk onmiddellijk en onafgebroken de pomp deed werken, steeg het water zoo zeer, dat er zich den 15den reeds 10 en een half voet water in het ruim bevond, en 1 en een half voet in de kajuit. Het slechte weder en de afmatting van het scheepsvolk, wien, ten gevolge der inspanning het bloed ontgudste, veroorzaakten, dat de kapitein aan het lot van het vaartuit begon te wanhopen en de noodvlag heesch. JHet is in dezen toestand, dat het schip gevonden werd door het Nederl. vaartuig Delfshaven, kapitein Noordloon van Delfshaven, komende van Riga, en zich met eene lading hout herwaarts begevende. Niettegenstaande het ongunstige weder en het gevaar, dat zijn eigen vaartuig liep, nam hij de ongelukkigen, die met den door bedreigd werden, op, redde en verzorgde hen en bragt hen herwaarts.

Deze schoone trek van menschlievendheid mededeelende, waarvan wij thans de bijzonderheden doen kennen - aldus gaat het Journaal voort - zijn wij gelukkig er te kunnen bijvoegen, dat de edele en moedige daad van onzen landgenoot, te Berlijn niet onopgemerkt is gebleven. Men verneemt, dat Z.M. de Koning van Pruisen, op het verslag, dat door het Pruisische gezantschap bij ons hof aan Hoogstdenzelven van deze zaak gedaan is, aan den kapitein Noordloon de orde van den Rooden Adelaar, vierde klasse, heeft geschonken, terwijl er eene som in geld aan het scheepsvolk is uitgereikt.”

De schoener “Pio Nono” onder kapitein J.D.Nordlohne vertrok uit Deal op 14 mei 1850 en arriveerde via Kaap Hoorn op 30 augustus  te Valparaiso. Het keerde via dezelfde route terug te Hellevoetsluis op 26 maart 1851.121

 

 

Datum vanaf: 1841
Kapitein: Nordlohne, Johann Dirk

Afbeeldingen


Omschrijving: DELFSHAVEN, In het ruim van het model werd het volgende briefje gevonden: "Dit schip is geheel gemaakt en getuigd door A.J. van der Wilde, oud 14 jaren. Delfshaven 13 april 1844, zijnde dit de datum waarop het is afgemaakt.
Collectie: Maritiem Museum Rotterdam
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Scheepsmodel
Algemene informatie

1826

RC 301126
Heden is regelmatig van stapel gelopen het brikschip de ROTTESTROOM, groot 370 Nederlandse tonnen, gebouwd door de heren Cornelis Frater en Zoon, onder het boekhouderschap van de heren Vink en Co., voor rekening der reederij van vier schepen, opgericht door den heer A. van Hoboken.

1827

Op 06-08-1827 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. J. Glazener.

RC 180927
Rotterdam, 17 september. De 17e, des morgens, zeilden van Helvoetsluis ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, naar Havana.

1828

RC 240128
Rotterdam, 23 januari. Op de 2e december 1827 zijn in de beste staat van Havannah gearriveerd het brikschip de NIJVERHEID, kapt. L. Heijkoop, van Rotterdam, laatst van Vera Cruz en het brikschip de ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, direct van Rotterdam.
RC 120426
Het schip de ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, van de Havana naar Rotterdam, is den 6 april te Falmouth binnen gelopen, met verlies van fokkemast, boegspriet enz.
OHC 060528
Den 29 April is van Falmouth vertrokken het aldaar binnen gelopen schip ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, van de Havana naar Rotterdam.
RC 100528
Rotterdam. 9 mei. De ROTTESTROOM, kapt. J. Glazenier, is uit de quarantaine ontslagen.
AH 170528
Carga-lijsten: Rotterdam, 14 mei. NEERLANDS KONINGIN, kapt. W. Verloop, van Canton; de ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, van Havanah.

Op 19-07-1828 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. J. Glazener.

RC 280828
Rotterdam, 27 augustus. De 26e dezer, zeilde van Helvoetsluis NEERLANDS KONINGIN, kapt. W. Verloop en ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, naar Batavia. 

1829

JC 290129
Den 26 januari is te Batavia gearriveerd de brik ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, met een passagier, den 27 augustus van Rotterdam vertrokken.
NIH 250229
Batavia, 18 februari. Binnengekomen ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, terug van het eiland Onrust.
NIH 080429
Batavia, 7 maart. Vertrokken ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener naar Rotterdam.
RC 150829
Rotterdam, 14 augustus. De 13e dezer, des namiddags, arriveerde te Helvoetsluis de ROTTESTROOM, kapt. J. Glazener, van Batavia.

1830

Op 02-04-1830 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Hendrik Kreeft.

RC 290430
Rotterdam, 28 april. De 27e dezer, des namiddags, zeilden van Helvoetsluis de ROTTESTROOM, kapt. H. Kreeft, naar Batavia en PERSEVERANTIA, kapt. H. Ludders, naar Archangel.
JC 260830
Batavia, 23 augustus. Heden arriveerden alhier de brik ROTTESTROOM kapt. H. Kreeft, de 27e april vertrokken van Rotterdam, en de brik OROMAZE, kapt. J. Willaert, met een passagier, de 30e april vertrokken van Antwerpen.

1831

AH 010131
Batavia, 30 augustus 1830. Gearriveerd ROTTESTROOM, Kreeft van Rotterdam.
RC 290131
St. Helena, 28 november 1830. Binnengekomen ROTTESTROOM, en is de volgende dag naar Antwerpen vertrokken.
RC 100231
Arrivementen: Te Cowes ROTTESTROOM van Batavia.
AH 220231
Cowes, 16 februari. Vertrokken ROTTESTROOM, Kreeft (van Batavia) naar Rotterdam.
OHC 240231
Te Helvoet is gearriveerd het schip de ROTTESTROOM, kapt. H. Kreeft van Batavia.
RC 170531
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Batavia, het Nederlands fregatschip MAAS, kapt. Jan Cornelis Tevez.
Naar Batavia, het Nederlands brikschip ROTTESTROOM, kapt. Hendrik Kreeft.
Beide schepen hebbende een zeer goede inrichtingen voor passagiers.

Op 25-06-1831 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Hendrik Kreeft.

RC 080931
Helvoetsluis, 6 september. Uitgezeild ROTTESTROOM, H. Kreeft naar Batavia.

1832

JC 170132
Batavia, 14 januari. Heden arriveerde alhier het schip ROTTESTROOM, kapt. H. Kreeft, den 5 september 1831 vertrokken van Rotterdam.
NIH 290232
Soerabaja. Uitvoer naar Nederland per ROTTESTROOM, 130 picols suiker.
RC 260632
Rotterdam, 25 juni. Den 10 februari is van Soerabaja over Passaroeang naar Rotterdam gezeild de brik ROTTESTROOM, kapt. H. Kreeft.
RC 140832
Rotterdam, 13 augustus. Den 12 dezer, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis: de DRIE MARIA’S, kapt. J. Glazener, en de NIJVERHEID, kapt. L. Heykoop, van Batavia; ROTTESTROOM, kapt. H. Kreeft, van Passaroeang.
RC 150932
Advertentie. Mijn hartelijk geliefde man, Hendrik Kreeft, kapitein van het brikschip ROTTESTROOM, overleed heden, in de ouderdom van 34 jaren en circa 5 maanden, aan een uitterende ziekte, mij nalatende twee kinderen, te jong om hun verlies te gevoelen. Rotterdam, 12 september, S. van den Bos, weduwe H. Kreeft.

Op 10-11-1832 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jan Hendriks Deuling.

1833

RC 060633
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading, naar Batavia: Mede voor passagiers, waarvoor hetzelve zeer goede inrichtingen heeft, het Nederlands brikschip ROTTESTROOM, kapt. Jan Hendriks Deuling, om ten spoedigste te vertrekken. Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.
RC 220633
Rotterdam, 21 juni. De 20e, des morgens, zeilden van Helvoetsluis NIJVERHEID, kapt. L. Heykoop, en ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, naar Batavia.
RC 200733
Rotterdam, 19 juli. Kapt. A. Holm, te Helvoetsluis binnen, rapporteert, dat hij de 3e dezer gepraaid heeft, op 43º NB 33º WL van Greenwich, de brik ROTTESTROOM, van Rotterdam naar Batavia, zijnde in goede staat met N.O. wind zeilende.
JC 231033
Batavia, 21 oktober. De 20 oktober is alhier gearriveerd de brik ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, de 20 juni vertrokken van Rotterdam.
RC 261033
Advertentie. Openbare vrijwillige verkoping. De notarissen Nozeman en Van der Loot, residerende te Rotterdam, als last hebbende van derzelver principalen, zijn voornemens op woensdag de 13e november 1833, des namiddags ten 4 ure, in het lokaal der publieke verkopingen, op de Gelderschekade, aldaar, in het openbaar te veilen en te verkopen:/304 aandelen in de Reederij van Vier Schepen, te Rotterdam, onder directie van de heer A. van Hoboken van Rhoon en Pendrecht c.s., aldaar, tot welke rederij behoren de fregatschepen de STAD ROTTERDAM en de MAAS en de brikschepen de ROTTESTROOM en de NIJVERHEID.Nadere informatiën zijn te bekomen ten kantore van de voorschreve notarissen en de te veilen panden twee dagen vóór en op de voormiddag van de dag der veiling te zien, mits gemunieerd zijnde van permissie-biljetten, door één der gemelde notarissen getekend; blijvende dezelve en ook de voornoemde aandelen inmiddels uit de hand te koop.
JC 161133
Batavia, 15 november. Uitvoer naar Rotterdam per ROTTESTROOM, koffie, suiker, sapanhout en bindrotting.

1834

AH 030234
Binnengekomen: Batavia, 20 oktober 1833. ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling van Rotterdam.
DC 150234
Kapt. H.J. Bonn, gisteren van Batavia binnengekomen, rapporteert, dat hij op 17 oktober ll. in Straat Sunda aan boord is geweest bij de St. Nicolaas hoek op het schip de NEDERLANDEN, kapt. A.J. Struik, van Amsterdam, aan boord alles wel, welk schip op 26º ZB 99º OL gepraaid had het schip SURINAME, kapt. Landsaat, van Amsterdam, nummervlag 205. Nevens Anjer passeerde nog dezelfde dag en heeft gepraaid brik NIJVERHEID, kapt. Heykoop, en de brik ROTTESTROOM, kapt. Deuling, ook alles wel.
RC 040334
Rotterdam, 3 maart. Van Batavia zijn vertrokken de schepen JOHANNA CORNELIA, kapt. G.M. Jansen, naar Soerabaya; LOUISA PRINSES DER NEDERLANDEN, kapt. J. Keyser, naar Dordrecht, ROTTESTROOM, kapt. J.W. Deuling en de NIJVERHEID, kapt. L. Heykoop, naar Rotterdam.
AH 120434
Op de hoogte van Douvres was 6 april, de ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, van Batavia naar Rotterdam gezeild 13 december 1833.
DC 220434
Hellevoetsluis, 18 april. Van de morgen arriveerde uit zee: ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, van Batavia.
RC 270534
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading: Naar Batavia, voor goederen en passagiers, het Nederlands brikschip ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, om de 6e juni te vertrekken. Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.

Op 05-06-1834 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jan Hendriks Deuling.

DC 240634
Hellevoetsluis, 20 juni. Heden morgen zeilden naar zee: ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, naar Batavia.
JC 221034
Batavia, 20 oktober. Heden zijn alhier aangekomen het schip J.C.J. VAN SPEIJK, kapt. J.C.F. Lupke, vertrokken van Rotterdam de 29e juni, en de brik ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, vertrokken van Rotterdam de 20e juni.

1835

RC 240335
Rotterdam, 23 maart. De 21e, des namiddags arriveerden Zr.Ms. stoomschip CURAÇAO, kapt.-luitenant Le Jeune, welke op sleeptouw binnenbracht de brik ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, van Batavia.
RC 140535
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading naar Batavia: Het Nederlands brikschip ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling; vertrekt de 22e mei.

Op 13-05-1835 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hendriks Deuling.

RC 300535
Rotterdam, 29 mei. De 28e, des morgens, zeilden van Helvoetsluis JOHANNA, kapt. F. Bergman, ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling en NICKERIE, kapt. F.A. Bunnemeyer, naar Batavia.
JC 300935
Batavia, 25 september. Heden is alhier aangekomen de Nederlandse brik ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, de 28e mei vertrokken van Rotterdam.
JC 011135
Batavia, 3 november. Vertrokken ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling naar Rotterdam.

1836

RC 110236
Rotterdam, 10 februari. De 7e oktober 1835 is te Samarang van Batavia gearriveerd het schip ROTTESTROOM.
AH 190336
St. Helena, 22 januari. Uitgezeild ROTTESTROOM, J.H. Deuling van Batavia naar Rotterdam.
DC 120436
Hellevoetsluis, 8 april. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, van Batavia.
RC 160736
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, om spoedig te vertrekken, het Nederlands nieuw gekoperd tweedeks brikschip ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling; hebbende zeer goede inrichtingen voor passagiers. Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer en Hudig en Blokhuyzen.
DC 110836
Hellevoetsluis, 8 augustus. Heden morgen zeilde naar zee: ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, naar Batavia.
JC 301136
Batavia, 27 november. De 25e dezer is alhier aangekomen het Nederlandse brik ROTTESTROOM, kapt. J.H. Deuling, vertrokken van Rotterdam de 8e dito.
JC 301136
Advertentie. Passage naar Rotterdam, met de snelzeilende brik ROTTESTROOM, kapitein J.H. Deuling, zullende van hier vertrekken in het laatst der volgende maand ; adres bij Reijnst en Vinju. Batavia, 25 november 1836.
JC 141236
Samarang, 4 december. Binnengekomen ROTTESTROOM, J.H. Deuling van Batavia 2 december.
JC 281236
Samarang, 16 december. Vertrokken ROTTESTROOM, J.H. Deuling, over Batavia naar Rotterdam, passagiers, de controleur der landelijke inkomsten der 2de klasse J. M. Schmidt Weijmans, vrouw en kind

1837

JC 070137
Advertentie. Brieven pakketten geopend, om te worden verzonden, per JACOB CATS, kapitein van der Linden, naar Dordrecht , als mede per de ROTTESTROOM, kapitein Deuling, naar Rotterdam, welken op morgen den 7den, des middags ten één uur, zullen worden gesloten.
RC 250437
Rotterdam, 24 april. In de Javasche Couranten tot den 7 december 1836 vindt men het volgende: Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen ROTTESTROOM en HENDRIKA naar Samarang en KONINGIN DER NEDERLANDEN naar het eiland Onrust.
AH 060537
St. Helena, 13 maart. Binnengekomen ROTTESTROOM, J.H. Deuling van Batavia naar Rotterdam.
RC 110537
Rotterdam, 10 mei. Kapt. J. van der Linden, van Batavia te Helvoetsluis binnen, rapporteert, dat met hem den 8 januari van Batavia is vertrokken de brik ROTTESTROOM, kapt. Deuling.
AH 180537
Cargalijst Rotterdam. ROTTESTROOM, J.H. Deuling van Batavia met 2.806 picols koffie, 1.130 picols koffie, 300 picols tin, 145 huiden, 20 picols rotting, 10 picols sapanhout, N.H.M.

Op 15-06-1837 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Hendriks Deuling.

JC 211037
Batavia, 18 oktober. Gisteren zijn hier aangekomen het Nederlandse schip MERCURIUS, kapt. H.B. Esink, de 28e juni vertrokken van Middelburg, en de brik ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuijper, de 23e juni vertrokken van Rotterdam.
JC 251037
Advertentie. Passage naar Rotterdam, met het Nederlands brikschip ROTTESTROOM, gezagvoerder B.H. Kuiper, zullende in het laatst der volgende maand van hier vertrekken; adres bij Reijnst & Vinju.
JC 111137
Batavia, 9 november. Vertrokken ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuijper naar Rotterdam.

1838

ZP 080338
Straat Sunda passeerden: den 7 november 1837 het schip (opm: brik) ERASMUS, kapt. P.F. Marks, van Batavia naar Rotterdam, en den 12 november het schip ROTTESTROOM (opm: brik), kapt. B.H. Kuiper, van Batavia naar Rotterdam.
AH 100338

St. Helena, 16 januari. Aangekomen ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuijper van Batavia naar Rotterdam.
RC 100338
Den 8 maart, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, van Batavia.
RC 100538
In lading te Rotterdam. Naar Batavia, voor goederen en passagiers: Het Nederlands gekoperd brikschip ROTTESTROOM, kapitein B.H. Kuiper; vertrekt den 13 dezer.

Op 10-05-1838 wordt voor de ROTTESTROOM door Vink & Co uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. B.H. Kuiper.

AH 190538
Helvoetsluis, 17 mei. Uitgezeild B.H. Kuyper, ROTTESTROOM, naar Batavia.
JC 050938
Batavia, 3 september. De 31e augustus zijn hier aangekomen de Nederlandse bark NICKERIE, kapt. F.A. Bunnemeijer, vertrokken van Rotterdam de 10e mei, en de brik ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuijper, vertrokken van Rotterdam de 17e mei.
JC 190938
Samarang, 13 september. Aangekomen Nederlandse brik ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, van Batavia den 6 den september.
JC 031038

Batavia, 26 september. Vertrokken Nederlandse brik ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, over Batavia naar Nederland. Passagiers, de heren C. Andreas, P. Hojer, W. Dirk en W. Dirkersen.

1839

DC 150139
Hellevoetsluis, 13 januari. Heden arriveerden, onder meer anderen, de schepen VLASHANDEL, kapt. H.H. Uil, en ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuiper, beide van Batavia.
AH 170139
Cargalijst Rotterdam. ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, van Batavia met 363 kratjan suiker, 3.281 balen koffie, 200 picols tin, 451 bossen rotting. N.H.M.; 1 kistje Japanse goederen. Order.
RC 160239
Advertentie. Naar Batavia, voor goederen en passagiers: Het Nederlands gekoperd brikschip ROTTESTROOM, kapitein B.H. Kuiper. Adres Kuiper, van Dam & Smeer.
UCO 130339
Den 11 maart zeilden van de rede van Hellevoetsluis naar Batavia: de schepen ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuiper, de SARACEEN, kapt. Devereus en de brik de COOK, kapt. J. Willems.
ZP 230339
Kapt. Radeloff, van Suriname in Texel binnen, rapporteert de 14e maart bij Lizard (opm: 49º57’ N.B. 5º12’ W.L.) gepraaid te hebben het schip (opm: brik) de ROTTESTROOM, kapt. B.H. Kuijper, van Rotterdam naar Batavia.
JC 130739
Ter rede van Batavia ligt de brik ROTTESTROOM.
JC 200739
Batavia, 19 juli. Vertrokken. De brik ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, naar Samarang, passagier, de heer Jonkheer C.L.J. van Hogendorp.
JC 210839
Samarang, 14 augustus. Vertrokken ROTTESTROOM, B.H. Kuiper, over Batavia naar Nederland met een vrouwelijke passagiers.
UCO 161239
Van Batavia is den 13de dezer,naar Rotterdam bestemd, te Hellevoetsluis binnengekomen de brik de ROTTESTROOM, kapt. Kuyper.
AB 171239
Cargalijst Rotterdam. ROTTESTROOM, B.H. Kuijpers van Samarang met 3.458 balen koffie, 866 kanasters suiker, 394 schuitjes tin, 390 bossen bindrotting. N.H.M.

1840

DC 290240
Advertentie. H. Montauban van Swijndregt, F. van Dam en F.M. Montauban van Swijndregt, makelaars, te Rotterdam, zijn van mening op dinsdag 17 maart 1840, des namiddags ten 4 uur, in het lokaal op de hoek der Scheepmakershaven en Bierstraat, wijk A, n°. 458, publiek te veilen het snelzeilend Nederlands gebouwd, gekoperd en kopervast tweedeks brikschip de ROTTESTROOM, gevoerd door kapt. B.H. Kuiper,volgens meetbrief lang 26,40 eI, wijd 5,35 el, hol 4,44 eI, en alzo groot 279 tonnen, met deszelfs rondhout, staand- en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verderen inventaris, zo als hetzelve thans is liggende in de Leuvehaven Westzijde, nabij de Jan Slijpensteeg, aldaar.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Nat.Archief-Den Haag archiefnummer Rott.3.03.56.65.217 __________________________________________________
Bijlbrief
Naam schip: de ROTTESTROOM

Plaats en datum acte bijlbrief, Rotterdam, 24 maart 1827

Soort schip brik

Bouwwerf / verkoper Hendrik Frater, scheepmaker, op zijn scheepstimmerwerf
De Hoop aan de Schiedamsche Hooge Zeedijk, even buiten de Schiedamschepoort te Rotterdam

Gevoerd door kapt.

Eigenaar / aankoper Reederij van Vier Schepen, Rotterdam, opgericht door Anthony van Hoboken

Te voeren door kapt. Jacob Glasener

Groot volgens meetbrief 418 tonnen

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen lang 26,40 m., breed 5,54 m., hol (niet genoemd)

Kiellegging 15 augustus 1825

Tewaterlating 29 november 1826, geheel volbouwd

Plaats en datum van registratie Rotterdam, 24 maart 1827

Nummer van registratie deel 1, folio 21, verso, afd. 5 en 6

Notaris Dammes Ledeboer, vrederechter te Rotterdam

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld)

Bijzonderheden






Researcher/datum research ML/230107

Naam ROTTESTROOM (de)
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1827
Toegang 3.03.56
Inventaris 65

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675. 31
DVD VIII – 61-63
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip ROTTESTROOM

plaats en datum acte openbare verkoping, Rotterdam, 17 maart 1840

type schip brik, gekoperd

bouwwerf/verkoper Vink & Co., reders te Rotterdam

gevoerd door kapt. B.H. Kuiper

eigenaar/aankoper T. van Holst, koopman en reder te Delfshaven

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 279 tonnen of 147 lasten (meetbrief d.d. 13 juni 1837)

tuigage / aantal dekken 2 dekken

afmetingen lang 26,40 m. breed 5,35 m. hol 4,44 m.

kiellegging

tewaterlating in Nederland gebouwd

plaats / datum registratie Rotterdam, 18 maart 1840

nummer van registratie deel 8, folio 59, verso, vak 5 en 6.

notaris griffier Arr. Rechtbank, Rotterdam

prijs NLG. 7.850,-

bijzonderheden: Volgens Bouma is het schip verdoopt in DELFSHAVEN. Indien juist, zie dan Kroniek 1849 onder NRC 230349.



researcher/datum research: ML/031207

Naam ROTTESTROOM
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1840
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1827
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
N.A. Den Haag archiefnummer Rott.3.03.56.65.217
N.A. Den Haag archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675. – No. 31
AB = Avondbode
AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordtsche Courant
JC = Javasche Courant
NIH = Nederlandsch-Indisch Handelsblad
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant
UCO = Utrechtsche Courant
ZP = Zeepost

Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk