Familiegegevens en opleiding
De naam wellicht ook gespeld als Aggentz
De schepen van de kapitein
Zie hierna
Overige bijzonderheden
In een e-mail dd 20 april 2006 meldt André Delporte uit Luik het volgende:
FORTITUDO (zie ook bij Bulsing, Lievens en van den Broecke)
1816-1818: capt. S.Aggentz
03-01-1818 verlaat Batavia naar Oostende, op 09-03-1818 te Kaap de Goede Hoop
Rotterdamsche Courant 31 januari 1818114
Amsterdam, 29 januari. Volgens brieven van Batavia, van den 1 tot 6 september, was het schip COLUMBUS, kapt. H. van Uijen, den 27 augustus aldaar in twee dagen van Samarang (opm: Semarang) gearriveerd, alwaar in goede staat nog liggende was het schip WATERLOO, kapt. D. Hensken. Ter rede van Batavia was liggende Zijner Majesteits fregat WILHELMINA, kolonel Dibbets, alsmede de particuliere schepen HENRIETTA ELISABETH, kapt. C.F. Jansen, half beladen; FORTITUDE, kapt. S. Aggentz; SELLINA, kapt, G. Jansen, en AUGUSTE, kapt. J. Grevelink, ledig, benevens verscheidene Amerikaanse en Engelse schepen, welke door hun lage concurrentie in de vrachten bij de geringe voorraad producten aan de Nederlandse schepen weinig vooruitzigt overlieten om spoedig lading te bekomen. Er was een Amerikaans schip door het Gouvernement, met rijst bevracht. Het schip de HOOP, kapt. M.D. Irnken (opm: eerste drie letters van de naam slecht leesbaar), was den 6 september in het opzeilen naar de rede.
Rotterdamsche Courant 05 maart 1818114
Amsterdam, 3 maart. Volgens een brief van Batavia, van den 18 oktober (opm: 1817), waren aldaar destijds liggende de Nederlandse schepen COLOMBUS, kaptein H. van Uven, WATERLO, kapt. D. Hensken, de HOOP, M.D. Ihnken, L'AUGUSTE, kapt. J. Grevelink, FORTITUDE, kapt. S. Aggensz, en SEMILA, kaptein Gideon Jansen.
Rotterdamsche Courant 13 juni 1818114
Amsterdam, 11 juni. In een brief van de Kaap de Goede Hoop, van den 11 maart, wordt gemeld, dat kaptein S. Argentz, voerende het schip FORTITUDE, van Batavia naar Ostende gedestineerd, den 9 dito aan de Kaap de Goede Hoop gearriveerd, rapporteert, dat bij zijn vertrek van Batavia, op den 3 januari, in het opzeilen waren drie Hollandse schepen, vermoedelijk de CORNELIA, kaptein F. Sipkes, de KOORNZAAIJER, kaptein A. Smit, en de VROUWE IDA ALEYDA, kaptein Klaas Sipkes, van Amsterdam, alle drie in de maand december (opm: 1817) van de Kaap vertrokken. Een Zuid Amerikasche kaper, van 32 stukken, kruiste in die zeeën, en had een groot schip genomen en enige kustvaarders gemolesteerd. Zijner Majesteits oorlogschip TROMP, gecommandeerd door kaptein Wolterbeek, was uitgezonden om dezelve op te zoeken; voorts wordt gemeld, dat het schip de ZEEUW, kaptein L. Woutersen, van Canton naar Middelburg gedestineerd, tegen den 15 mei (opm: bedoeld is maart) de reize zou voortzetten.