LEXICON VAN 19e EEUWSE NEDERLANDSE KOOPVAARDIJKAPITEINS
Dirk Klaasz Zwanenburg 1823-1915 Maarten van der Valk 1835 Pieter Cornelis Rosier 1823 - 1898
TOELICHTING
Onderzoek naar de maritieme historie in de 19e eeuw heeft nog steeds een geringe belangstelling van maritieme historici, in tegenstelling tot de geschiedenis van de VOC. De beschikbare gegevens zijn vooral verzameld door amateur-historici, die zich vooral hebben gericht (en nog richten) op de herkomst en verdere lotgevallen van SCHEPEN. Goede voorbeelden zijn de artikelenreeks van L.Smit in "Ons Zeewezen" uit het eind van de dertiger jaren, het uitvoerige overzicht van G.N.Bouma (“Lijst van Nederlandse Koopvaardijschepen alsmede hun gezagvoerders en thuishavens 1820-1900”) en in het bijzonder de zg. Lijsten van van Sluijs in het Nederlands Scheepvaartmuseum te Amsterdam.
Ten aanzien van de lotgevallen van ZEELIEDEN die op die schepen voeren zijn er talloze bronnen maar over het algemeen verspreid over vele archieven en derhalve veel moeizamer toegankelijk. Uiteraard moeten met nadruk de lijsten van van Sluijs genoemd worden als een waardevolle bron. Deze ontberen echter interne ordening en ook is het vaak lastig terugvinden van de bronnen een handicap. Aan geordend basismateriaal kan echter behoefte bestaan vanwege vragen die vanuit de invalshoek van de maritieme historie kunnen worden gesteld. Een goed voorbeeld is de scriptie van R.Rimkus "De leden van het Rotterdamse zeemanscollege ‘Maatschappij tot Nut der Zeevaart’ " (scriptie RUL, 1992. Aanwezig op het Maritiem Museum Prins Hendrik te Rotterdam). Hierin wordt de sociale herkomst van gezagvoerders in verband gebracht met de veranderingen in bevoegdheden en de daarop gebaseerde verschuiving in het maatschappelijk aanzien van die funktie.
Mìjn inspanning tot ordening van genealogische gegevens van zeelieden wordt gemotiveerd vanuit mijn genealogische belangstelling. Ik heb mij beperkt tot het samenstellen van een lijst van Nederlandse KOOPVAARDIJKAPITEINS met als beperking die uit de 19e eeuw. Aanvankelijk was een basis voor deze lijst de jaarlijkse overzichten van leden van zeemanscolleges, zoals voorkomend in de Amsterdamschen Almanak voor Koophandel en Zeevaart en in de Almanak van Sweijs. Later werden het werk van Bouma en de Lijsten van van Sluijs een uitvoerige aanvulling. Aan de alfabetisch geordende kapiteinslijst voeg ik per kapitein toe iedere snipper van informatie die ik via systematisch onderzoek of via toevallige litteratuurverwijzingen tegenkom. Ik beperk me daarbij tot de maritiem-biografische gegevens. Niet-maritieme gegevens, zoals aankoop van huizen, e.d. neem ik slechts bij uitzondering op.
Voor mij belangrijke bronnen zijn de archieven van de zeemanscolleges, (voor zover beschikbaar), zeejournaals, kweekschoolgegevens, archieven van rederijen, monsterrollen, biografische reisverslagen, e.d. Voorts krijg ik regelmatig informatie van collega-genealogen, die bezig zijn met het napluizen van hun (maritieme) voorouders en welk materiaal ik in mijn bestand opneem. Een vast uitgangspunt is om ieder gegeven te voorzien van een controleerbare bronvermelding. Daarbij is sprake van primaire bronnen, zoals bv. genoemde archieven, en van secundaire bronnen dwz bronnen die uit de tweede hand citeren. Ik doel daarbij op een reeks van boeken en tijdschriftartikelen, waarvan de eerder genoemde artikelenreeks van L.Smit een voorbeeld is. De gebruiker zal de bruikbaarheid en betrouwbaarheid van deze bronnen voor haar/zijn onderzoek zelf moeten beoordelen.
De opzet van mijn overzicht betekent dat het nimmer af zal komen, zeker niet door mijn individuele inspanningen. Ik heb op dat punt geen enkele pretentie. Ik heb wèl de pretentie met mijn werk een steun te kunnen zijn voor in ieder geval de genealoog. Vanwege de voortdurende uitbreiding van de gegevens per persoon houd ik het computerbestand in eigen beheer. Bij plaatsing op Centraal Bureau voor Genealogie en maritieme bibliotheken e.d. zou ik praktisch iedere maand aanvullingen moeten geven. Maar mijn bestand is door iedere belangstellende te raadplegen. Een update van mijn gegevens gaat ieder jaar in november naar de Stichting Marhisdata, die wellicht de gegevens in de toekomst met zijn eigen materiaal kan combineren. In ieder geval zal mijn bestand niet verloren gaan.
Het bronnenonderzoek heeft geleid tot het samenstellen van diverse rapportage, zoals een alfabetische lijst van de leden van zeemanscolleges zoals die jaarlijks werden opgenomen in de genoemde zeemansalmanakken uit Amsterdam en Rotterdam. Deze en ook andere rapportages zijn op A-4 formaat beschikbaar en in te zien op het CBG en op de maritieme bibliotheken te Amsterdam, Rotterdam, Sneek en Groningen. Men zoeke daarbij op de auteursnaam i.c. S.Parma. De gegevens uit deze rapporten zijn in de Lexicon opgenomen
S.Parma (ovl 2020)
Hilversum
Bijlage: BRONNEN opgenomen in de biografieen van de koopvaardijkapiteins
ZOEKEN IN DE LEXICON VAN 19e EEUWSE NEDERLANDSE KOOPVAARDIJKAPITEINS
De lexicon van Sikko Parma met gegevens van ongeveer 10.500 koopvaardijkapiteins is door onze Stichting in 2019 gedigitaliseerd en doorzoekbaar gemaakt. De tekstbestanden die door de heer Parma werden bijgehouden in word zijn per kapitein omgezet en opgenomen in een aparte tabel. De omzetting van word naar HTML zal helaas niet altijd tot de meest optimale presentatie leiden. Met name bij tabellen die opgenomen zijn in de tekst. Het belangrijkste is dat de informatie niet verloren is gegaan en vrij toegankelijk is voor wie hier interesse in heeft. Door de heer Parma is een standaardindeling aangehouden voor de presentatie van de door hem gevonden gegevens die per kapitein kunnen verschillen voor wat betreft de compleetheid.
Er wordt regelmatig verwezen naar bronnen in de biografieen. Deze bronnen zijn opgenomen in de bijlage die u hieronder kunt openen en downloaden.
De heer Parma was zich bewust, zie zijn opmerking hierboven, van de onvolkomenheden in de diverse bronnen ten aanzien van volledigheid en juistheid. Als voorbeeld noemen wij hier b.v. jaartallen die overgenomen zijn uit bv Sweijs. Deze willen nog weleens een later jaartal aangeven dan dat uit kranten of zeebriefaanvragen blijkt. Dit zijn logische onvolkomenheden die ook niet te wijten zijn aan de samensteller van Sweijs maar een gevolg van de toendertijd beschikbare middelen. Het kan de onderzoeker in incidentele gevallen weleens op het verkeerde been zetten. In die context moet de opmerking van de heer Parma gelezen worden.
U kunt thans zoeken op naam of delen van de naam van de kapitein. Verder kan middels het tekstveld gezocht worden in de biografieën. Ook kan er gezocht worden middels een combinatie van de kapitein en een zoeksleutel in het tekstveld. Eind 2021 verwachten we de biografieën gekoppeld te hebben aan de tabellen van de zeemanscolleges
KLIK HIER OM NAAR DE ZOEKPAGINA TE GAAN
Wij zijn op zoek naar afbeeldingen van 19e Eeuwse koopvaardijkapiteins om deze toe te voegen aan de biografieën. Contact