|
Vlissingen, 27 juli. Sedert den 24 dezer zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: CONCORDIA, kapt. J.J. Dijk van Riga en DE GOEDE VERWACHTING, kapt. J.H. Fijn van Dantzig, beiden met houtwaren; LE GUILLAUME, kapt. W. de Ruyter, van de Havanna met koffie en verfhout; DE VROUW GEZINA, kapt. N.H. Baas, van Dantzig met houtwaren. Ook zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen, en den 24 en 25 dezer van onze rede naar zee gezeild: LA JOYEUSE ARRIVÉE, kapt. F. Beniest, naar Londen met boomschors; CONSTANCE, kapt. J. van der Kerkhoven, naar de Marennes met ballast; ENGELINA JANTINA, kapt. B.J. Wijgers, naar Bayonne met stukgoederen; ELDER BREWSTER, kapt. H. Wester naar Lissabon, THE RAMBLER, kapt. J. Carey naar Bengalen, beiden met ballast; THE REWARD, kapt. F. Riskey, naar Guernsey met dakpannen. Den 31 dito. Den 26 dezer is alhier ter rede gekomen het schip CAROLINE, kapt. J. Caithness, van Leabre naar Schiedam gedestineerd met gerst. Van quarantaine zijn ontslagen en naar Antwerpen opgezeild: MONTVERNON, kapt. J. Bursley; EYRON, kapt. F.A. Cotton en GUILLAUME, kapt. W. de Ruyter, alle drie van de Havanna. Sedert onze laatste zijn voor Antwerpen bestemd alhier ter rede gekomen: INDUSTRY, kapt. J.H. Kintzell, van Riga met houtwaren; FADRENELAUDET, kapt. N.E. Lunde, van Gothenburg met houtwaren; HIKKELIORD, kapt. N. Haasted, van Riga met hennep; DE VROUW JACOBA, kapt. J.J. Rink, van Dantzig met houtwaren; MINERVA, kapt. Th. Farnsworth, van New York met katoen en cacao; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. H. Wilt, van Plymouth met koffie en suiker. Voorts zijn nog van Antwerpen de Schelde afgekomen, en van den 27 dezer tot heden van onze rede naar zee gezeild: L’ESPERANCE, kapt. A. van Geyt, naar Londen met boomschors; DE BUITENWERF, kapt. E.J. Gust, naar Oléron met ballast; DE VRIENDSCHAP, kapt. S. Hubrock, naar Lissabon en DE NEDERLANDER (opm: eerste reis van deze brik), kapt. E. Mazens, naar Rio de Janeiro, beiden met stukgoederen; DE JONGE HORTENSE, kapt. O.H. Arends, naar Malaga met ballast; DE LEEUW, kapt. J. Verbruggen; DE VROUW MARIANNE, kapt. C. van der Weeg, beiden naar Londen en JULIA, kapt. J.P. Visser naar Aberdeen, alle drie met boomschors; AGNES, kapt. J. Stripling en PACKET, kapt. J. Tijler, beiden naar Petersburg met ballast; DE VROUW IKINA, kapt. G.J. Postema, naar Leith met boomschors; CALLIOPE, kapt. W.C. Waters naar Norfolk; NEWPORT, kapt. J. Burroughs naar Stockholm; THEODORE, kapt. J. den Duyts naar Bergen en MARGARETHA, kapt. H.R. Lutje, op avontuur, alle vier met ballast; TYNE, kapt. R. Londen, naar Newcastle en ANNA PAULOWNA, kapt. H. Pothoff, naar Douvres, beiden met boomschors.
|