1830
Op 30 september 1830 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de TWEE GEBROEDERS, aangevraagd door M. Joostens en G. Stuyck, Antwerpen, voor R. Folkerts al kapitein.
België
Na de opstand der Belgen decreteerde de koning bij Koninklijk Besluit van 28 oktober 1830 (Staatsblad No. 73) dat van de schepen welke in de Zuidelijke Provinciën van het Rijk tehuis behoorden de Nederlandse zeebrieven moesten worden ingetrokken. Dit betrof 196 schepen waaronder de TWEE GEBROEDERS, van M. Joostens, Antwerpen, kapt. R. Folkerts
1832
AH 070632
Dover, 30 mei. Binnengekomen BROTHERS (opm: Belgische schoenerbrik TWEE GEBROEDERS), kapt. R. Folkerts, van Cadix.
1833
MCO 030833
Vlissingen, 30 juni. Van Antwerpen is de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild de TWEE GEBROEDERS, kapt. R. Folkerts, naar Liverpool, met ballast.
PLDA 301033
De 27e oktober stond er een zware zuidelijke storm die later afnam en zuid-oostelijk werd. De TWEE GEBROEDERS (opm: Belgische schoenerbrik), kapt. R. Folkerts, is Holyhead binnengelopen met verlies van zeilen en rondhouten.
1834
DC 181234
Vlissingen, 15 december. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild: PHOENIX, kapt. J.S. van Dierendonck, naar Liverpool, met vlas; la VICTOIRE, kapt. H.H. Rosendaal, naar Boulogne, en LEOPOLD DE EERSTE, kapt. F.A. de Vries, naar Nantes, beiden met brandhout; de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, naar Liverpool, met ballast; de JONGE JOHANNA, kapt. J. Verbrugge, naar London, met boomschors; NEPTUNES, kapt. F. Peters, naar London, met boomschors en vlas; AURORA, kapt. L.B. Jansen, naar Cuxhaven, met stukgoederen; de VROUW GRIETJE, kapt. J. de Vries, naar Bremen; de FLORA, kapt. N. Hollesen, naar Hamburg; FORTUNA, kapt. J.J. Albers, naar Emden, en CAROLINA MATHILDA, kapt. J. Ostermann, naar Bremen, allen met stukgoederen; GUTE HOFFNUNG, kapt. C.J. Wiese, naar Hontor, met ballast; de MARIA, kapt. J.H. Bunnemeijer, naar Dublin, met boomschors.
1835
AH 180735
Vlissingen, 15 juli. Voor Antwerpen bestemd is alhier ter rede gekomen de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, van Liverpool
1836
DC 050336
Vlissingen, 2 maart. Voor Antwerpen bestemd zijn alhier ter rede gekomen: de DRIE GEBROEDERS, kapt. C. Muys, van London, met stukgoederen; de COMMERCIE, kapt. C.F. Gaukema, van London, met stukgoederen; de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, van Liverpool, met klipzout.
DC 210436
Middelburg, 15 april.
Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild: MINERVA, kapt. H.H. Albers, naar Napels, met mechanique goederen; de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, naar Liverpool, met boomschors; HELENA GEERTRUIDA, kapt. C. Roskamp, naar Genua, met mechanique goederen.
DC 280636
Vlissingen, 24 juni. Voor Antwerpen bestemd zijn alhier ter rede gekomen: de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, van Liverpool, met klipzout; de VROUW MARINA, kapt. E. Langhetee, van Liverpool, met klipzout.
DC 110836
Vlissingen, 5 augustus. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild: de ONDERNEMING, kapt. B. Hendriks, naar Rüstersiel, met stukgoederen; HELENA, kapt. J.E. Witteveen, naar Smirna, en de DRIE GEZUSTERS, kapt. T. Verstrepen, naar Bremen, beiden met stukgoederen; de CERES, kapt. H.C. Kruger, naar Leith, met ballast; HENRIETTE, kapt. L. d’Hondt, naar Liverpool, met schors en vlas; BARBARA CATHARINA, kapt. V. Govaerts, naar Dublin, met schors; de VROUW ANTJE, kapt. C. Luijers, naar Emden, met stukgoederen; de VROUW ANNA, kapt. E. Langhetee, en de LEEUW, kapt. F. Goedts, beiden naar Liverpool, met schors; GOEDE VERWACHTING, kapt. H.F. Freerichse; ANNA MARIA, kapt. H.P. Brinck, en ANNA, kapt. J. Brinck, alle drie naar Hamburg; de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, naar Dublin; de VIJF GEZUSTERS, kapt. A.J. Rorden, naar Cuxhaven, en de JONGE GERARD, kapt. B.H. Ricke, naar Bremen, allen met stukgoederen; de ZEEVOGEL, kapt. M. Zeplien, naar de Oostzee, met ballast; de TWEE GEBROEDERS, kapt. C.D. Westelink, naar Cork, met schors.
DC 131036
Vlissingen, 10 oktober. Voor Antwerpen bestemd zijn alhier ter rede gekomen: de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, van Liverpool, met klipzout; de TWEE GEZUSTERS, kapt. P. Thuroe, van New York met potasch; ANGELINA, kapt. J.E. Visser, van St. Jago-di-Cuba, met stukgoederen, laatst van Vere; de VROUW ANNA, kapt. G. Cuyt, en de VICTORIE, kapt. P. Boeije, beiden van Bremen; les DEUX AMIS, kapt. J. Cornelis, van Rotterdam, en HERKULES, kapt. F. Kamps, van Keulen, alle vier met stukgoederen.
DC 311236
Vlissingen, 26 december. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild: de PELIKAAN, kapt. C. Douwes; AMPHYTRITE, kapt. W. Clingh; de DRIE GEBROEDERS, kapt. J.S. Smit; de JONGE JOHANNA, kapt. J.B. Bergman, en de JONGE JOHANNA, kapt. J. Dillewijns, allen met schors, naar London; de PRESIDENT, kapt. W. de Ruijter, naar Haïti, met meel; de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Michelsen, naar Cork, met schors; ANGELINA, kapt. J.G. Visser, naar Marseille; de VICTORIE, kapt. B.D. Klein, naar Brazilië, alle drie met stukgoederen; JEANNETTE, kapt. H.G. Winter, naar Bordeaux, met ballast; de KOMEET, kapt. J.H. Kruger, naar Napels, en FREDERIK, kapt. J.H. Witteveen, naar Lissabon, beiden met stukgoederen.
1837
RC 200737
Rotterdam, 19 juli. Kapt. J.J. Michelsen (opm: Belgische schoenerbrik TWEE GEBROEDERS), van Liverpool naar Antwerpen, te Vlissingen binnen, heeft den 13 dezer in de Hoofden (opm: Nauw van Calais) gezien een groot Hollands schip, tonende vlag met de letters DC, en den 14 dito, mede in de Hoofden, het schip MARIA, kapt. A.R. Arfsten, van Antwerpen naar Triëst.
1838
ZP 230338
Het schip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Michelsen (opm: schoenerbrik, bouwjaar 1830, Belgische ex-Zuid-Nederlandse vlag, kapt. J.J. Michelsen), van Newcastle naar Lissabon gedestineerd, is den 3 maart bij de Cascaes baai (opm: de Baia de Cascais, 38º41’ NB 09º25’ WL) totaal verongelukt.