|
Harlingen. Den 5 juli binnengekomen het schonerschip LIVELY, kapt. William Baijes, met ballast van Londen.
Den 8 dito uitgezeild het sloepschip ATALANTE, kapt. James Bijrne, het schonerschip LUNA, kapt. Robert Cubeth, beide met boter naar Londen, en het brikschip MARTHA, kapt. Jens Larsen, met ballast naar Noorwegen.
Den 9 dito binnengekomen het schonerschip HOOPE, kapt. William Barfield, en het sloepschip UNION, kapt. A. Gallawaij, beide met ballast van Londen.
Den 10 dito uitgezeild de smakschepen de VROUW HENDRIKA, kapt. Jan Bruins, met ballast, de VIER GEZUSTERS, kapt. R.G. Oostra en de VROUW MAGERETHA, kapt. Edzert A. Pot, met steen, de VROUW REINERA, kapt. B.J. Bondrager, de VROUW ETTYNA, kapt. A.J. Zeeman, met ballast, het kofschip de VROUW CATHARINA, kapt. Arend Klazen, met pannen, alle op avontuur.
Den 11 dito binnengekomen het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het tjalkschip de VROUW MARGERETHA, kapt. A.H. Stuur, met pannen en steen, en het kofschip de VROUW IKINA, kapt. G. Postma, met ballast op avontuur.
Den 12 dito uitgezeild na gedane reparatie het kofschip de JONGE JAN, kapt. Frans H. Lampe, met stukgoederen van Hamburg naar Bijonne (opm: eerder als galjoot omschreven, zie LC 130620).
Den 13 dito binnengekomen het smakschip de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jonge, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het smakschip de VROUW MARTHA, kapt. D.C. de Groot, met ballast op avontuur, en het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met papier, pannen en steen naar Hamburg.
Den 14 dito binnengekomen het sloepschip AMALIA, kapt. W.J. Nehmtzow, met garst van Wismar.
Den 15 dito uitgezeild na gedane reparatiën het galjasschip ADOLPHUS, kapt. Johan Freeze (opm: zie LC 130620), met ballast op avontuur; de schonerschepen the HOPE, kapt. Wm. Barfield, en the LIVELY, kapt. Wm. Baijes, beide met boter naar Londen.
Den 16 dito niets binnengekomen. Uitgezeild het sloepschip PEGGY, kapt. John Schotland, ledig naar Amsterdam.
Den 17 dito binnengekomen het sloepschip SWIFT, kapt. Enos Page, met ballast van Londen. Uitgezeild het kofschip HOOP EN VREES, kapt. Y.P. Pijbes, met ballast naar de Oostzee.
Den 18 dito binnengekomen het schonerschip MARY, kapt. W. Atkinson, het sloepschip WILLIAM, kapt. William Nazebij, beide met ballast van Londen, de smakschepen WILLIAM OLIVIER (opm: WILLEM OLIVIER), kapt. Klaas Pieters Faber, met zout van Oleron, de VROUW LAMMIGINA, kapt. Otto Pieters Smit, met hout van Nerva, de kofschepen de JUFFER JEANNET, kapt. J.H. Limburg, de VROUW JACOBA, kapt. Jan J. Renk, beide met zout van Leverpool. Niets uitgezeild.
|