Kronieken
1814
Op 14-03-1814 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door Harm Dik uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Klaas Harms de Weerd
Op 06-06-1814 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor hemzelf
LCO060714
1 juli uit het vlie gezeild Vrouw Lubbegina , Kapt. C.H. de Weert, na Memel.
1815
Geen scheepvaart berichten gevonden
1816
Op 24-05-1816 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
1817
Geeen scheepvaart berichten gevonden
1818
LC 030418
Harlingen, 2 april. Op 30 maart l.l. zijn uitgezeild: het smakschip de VROUW REINERA, kapt. B.J. Bondrager, het smakschip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Harm H. Hulst, het smakschip de VROUW MARGARETHA, kapt. Edzert A. Pot, en het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd, alle naar Noorwegen met ballast
LC 050518
Harlingen, 2 mei. Den 30 april is alhier binnengekomen het tjalkschip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Joachem Oltmans, ledigscheeps van Amsterdam om alhier te laden, het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weert, van Witstein met hout.
Op 12-06-1818 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door Harm Jans Dik uit nieuwe Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Klaas Harms de Weerd.
LC 120618
Harlingen, 11 juni. Den 8 dito is van hier uitgezeild het smakschip (opm: tjalk) MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met granen naar Londen, en zijn binnen gekomen het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd, met hout van Droback (opm: Drøbak)
LC 061018
Harlingen, 5 oktober. Den 2 oktober is alhier binnen gekomen het tjalkschip de VROUW ROSINA, kapt. Albert H. Lukkien, met hout van Noorwegen.
Den 3 dito zijn alhier binnen gekomen het kofschip de GOEDE VERWACHTING, kapt. Jurgen J. Schuuring, met hout van Nerva (opm: Narva, Estland), de smakschepen de WAAKZAAMHEID, kapt. Coert W. Stuit, de VROUW ANNA, kapt. H.A. Smit, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid, het kofschip WINDLUST, kapt. Geert R. Engelsman, het tjalkschip de JONGE GERRIT, kapt. G.E. Broekema, allen met hout van Noorwegen, en het tjalkschip de DRIE GEBROEDERS, kapt. M.H. Groenewoldt, met granen van Dantzig (opm: Gdansk). Den 4 dito zijn alhier binnengekomen het galjootschip de VROUW HENDRIKA, kapt. Klaas van den Oever, met ballast van Londen, het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, met hout van Memel (opm: Klaipeda)
1819
LC 060419
Harlingen. Den 3 dito binnen gekomen het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd; het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, het brikschip MARGARETHA, kapt. Lars Jacobsen, en het smakschip de VROUW HENDRICA, kapt. Jan Bruins, alle vier met hout van Noorwegen.
LC 110519
Harlingen. Den 6 mei binnen gekomen het smakschip de VROUW ANTJE, kapt. J.J. Post met hout van Memel (opm: Klaipeda), de kofschepen de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klaasen, en de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, beide met hout van Noorwegen.
LC 210519
Harlingen. Den 18 mei binnen gekomen het sloepschip DIAMANT, kapt. Dinis Pond met smidskool en slijpstenen van New-Castle, en het smakschip de VROUW ELSINA, kapt. Evert Pekelder, met hout van Noorwegen.
Uitgezeild de smakschepen de VROUW HENDRIKA, kapt. Jan Bruns, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smid en het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, alle drie met ballast naar Noorwegen
LC 220619
Harlïngen. Den 19 dito binnen gekomen het tjalkschip de VROUW BEERENDINA, kapt. Eisse Jans Karst, met hout van Stettin (opm: Szczecin) en de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd, de VROUW MARGARETHA, kapt. Harm Mugge en het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, alle drie met hout van Noorwegen.
LC 060719
Harlingen. Den 3 dito uitgezeild de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, met ballast op avontuur
LC 021119
Harlingen. Den 29 dito binnen gekomen het kofschip VROUW ELISABETH, kapt. A.B. Ekkel, het smakschip DIANA, kapt. G.S. Bossinga, beide met hout van Noorwegen, het kofschip VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd, met hout van Dantzig (opm: Gdansk).
1820
LC 040420
Harlingen. Den 30 maart uitgezeild het sloepschip SWIFT, kapt. Enos Page, met boter naar Londen, het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerdt, met ballast op avontuur
LC 020520
Harlingen. Den 28 dito binnengekomen het smakschip de VROUW MARGARETHA, kapt. E. Pot, het pinkschip PROVIDENTIA, kapt. S. Giertsen, het smakschip de VROUW MARGARETHA, kapt. G. Piebes, het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas Harms de Weerd, het smakschip de 2 GEBROEDERS, kapt. H. Hulst, en het kofschip de EENDRAGT, kapt. H. Koster, alle met hout van Noorwegen
LC 160520
Harlingen. Den 9 dito binnengekomen het tjalkschip de VROUW METTA, kapt. J.C. Beet (opm: hoogstwaarschijnlijk Biet), met rogge van Rostock, het tjalkschip St. ANTONIUS, kapt. L.C. Scheepers, met garst van Wismar, en het smakschip de VROUW RIEKA, kapt. Rente Everts Zoutman, met hout van Noorwegen.
Uitgezeild het tjalkschip WELVAART, kapt. B.J. de Groot, ledig op avontuur en het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. C.H. de Weerd, met ballast op avontuur.
Op 05-07-1820 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door Harm Jans Dik uit nieuwe Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Klaas Harms de Weerd.
LC 120920
Harlingen. Den 7 dito, binnengekomen de koffeschepen DE JONGE HENDRIK, kapt. T.G. Lofvers, van Noorwegen; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, van Memel (opm: Klaipeda), beide met hout.
1821
Geen scheepvaart berichten gevonden
1822
Geen scheepvaart berichten gevonden
1823
DC 021123
Vlissingen, 18 oktober. Sedert den 22 dezer zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen de VROUW LUBBEGYNA, kapt. C.H. de Weerde (opm: kof VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas Harms de Weerdt), van Petersburg met potasch en koper; de VROUW JOHANNA, kapt. Jan de Vries, van Riga met raapkoeken.
1824
MCO180324
Voorts zijn, van den 14 dezer tot heden, van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild: de Vrouw Lubbegina, kapt. C.H. de Weerd, en die Gute Hoffnung, kapt. U. Hanschen, beide naar Leith, met boomschors.
DC 211024
Vlissingen, 16 oktober. Van den 13 dezer tot heden zijn alhier ter rede gekomen de VROUW ANNEGINA, kapt. R.W. Huisman, en de VROUW LUBBEGINA, kapt. C.H. de Weerdt, beide van Londen, met ballast
1825
AC 250425
Texel, 23 april. De wind O en W. Binnengekomen: EENDRAGT, kapt. E.M. de Jong en VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, beide van Liverpool.
Op 02-05-1825 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AC 190925
Texel, 16 september. Binnengekomen: HEBE, kapt. P.D. Drost en VRIENDSCHAP, kapt. J.H. Lange, beide van Riga; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Memel
1826
Geen scheepvaart berichten gevonden
1827
Op 06-06-1827 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 110927
Rotterdam, 10 september.
Te Antwerpen zijn gearriveerd VROUW LUBBEGINA, kapt. Weerd, van Emden en WANSHOPEN, kapt. Gorts, van Stockholm.
RC 270927
Rotterdam, 26 september. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE HARMONIE, kapt. C. de Reus, naar Bergen; MARIA LUCIA, kapt. L.B. Kuper, naar Petersburg; BARBARA, kapt. H. Abrams en DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar……;
1828
Geen scheepvaart berichten gevonden
1829
Op 04-06-1829 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 200829
Rotterdam, 19 augustus. De 18e te Antwerpen zijn gearriveerd JONGE PIETER, kapt. Brons, van Petersburg; LAURA, kapt. Laland, NEPTUNUS, kapt. Elbting en FLORA, kapt. Hendt, van Riga; VROUW LUBBEGINA, kapt. De Weerd, van Dantzig en CATHERINA, kapt. Van der Schuyt, van Londen en GOEDE HOOP, kapt. Boon, van Memel.
1830
AH 210730
Carga-lijsten. Amsterdam, 20 juli. HELENA, kapt. D. Grim, van Batavia; HARMONIE, kapt. A. Middents, VROUW MAAIKE, kapt. E.J. Visser en VROUW ALIDA, kapt. P.T. Swiers, van Koningsbergen; WIBBINA, kapt. J.H. Kuiper, SOPHIA, kapt. H. Nieman en GEZINA CATHARINA, kapt. P.J. Mulder, van Riga; MARIA MARGRIETA, kapt. D.H. Duit en DE VRIENDSCHAP, kapt. A.P. de Jong, van Dantzig; DANIËL, kapt. J.M. Heldt en VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Memel
1831
AH 260331
Vlie, 24 maart. Vertrokken: 21 maart. FRIESLANDS WELVAREN, kapt. F.D. van Veen, naar Liverpool; MARGARETHA HENDRIKA, kapt. S.A. van der Werf, naar Liverpool; DE TWEE VRIENDEN, kapt. G.T. Schipper, naar Hull; DE JONGE DIRK, kapt. H.E. Vos, naar Riga; DE VROUW ELIZABETH, kapt. J.H. Cappen, naar Koningsbergen; ENGELINA, kapt. E.J. Brons, naar Koningsbergen; DE JONGE YPEUS, kapt. H. de Weerd, naar Koningsbergen; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven, naar Koningsbergen; DE JONGE RENGER, kapt. J. de J. Brouwer, naar Bergen; DE VROUW LUMMEGINA, kapt. H.J. Hubert, naar Drobach; DE VROUW MARTHA, kapt. H.H. Naatje, naar Oudsoen; DE JONGE FREERK, kapt. P.A. Visser, op avontuur; JACOBA CATHARINA, kapt. T.L. Kuiper, op avontuur; HELENA GEERTRUIDA, kapt. C. Roskamp, op avontuur; TITIA, kapt. J.J. Zelling, op avontuur; DE VIGELANTIE, kapt. J.H. Wildeman en DE HOOP, kapt. H.W. Onstwedder, op avontuur; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, JOHANNA ELIZABETH, kapt. K.H. Nagel en DE NIEUWE ONDERNEMING, kapt. K.L. Domeni, alle op avontuur.
AH 020631
Vlie, 30 mei. FLORA, kapt. J. Mauldon, naar Londen; DE VERWAGTING, kapt. J.R. Schippers, naar Hull; DE NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, naar Petersburg; DE WELVAART, kapt. A.H. Dijkhuis, naar Petersburg; FRIESLANDS WELVAREN, kapt. F.D. van Veen, naar Petersburg; HET B.J. (opm: vermoedelijk de kof DOLPHIJN), kapt. B.J. Bakker, naar Petersburg; ANNA FREDERIKA, kapt. C. Brandt, naar Riga; CONCORDIA, kapt. J. Assies, naar Riga; DE JONGE GERRIT, kapt. A. Hazewinkel, naar Flensburg; FEM SÖLSKENDE, kapt. T. Brun, naar Bergen; PRINS OSCAR, kapt. H.C. Agerup, naar Tonsberg; LANGELAND, kapt. O.H. Sem, naar Noorwegen; WEMELINA KRONENBORG, kapt. J.J. Prange, naar Noorwegen; FENNA, kapt. A.K. de Weerd, op avontuur; HENDRIKUS, kapt. C.A. Roskamp, op avontuur; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, op avontuur; NEERLANDS WELVAART, kapt. H.K. Rentes, op avontuur; MARIA ADOLPHINA, kapt. J.H. Haverbult, op avontuur; DE BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. W.B. Bakker, op avontuur; ENGELINA, kapt. J.K. de Jonge, op avontuur.
AH 090831
Vlie, 4 augustus. Binnengekomen: DE VROUW LUBBEGINA, kapt. De Weerd, van Memel
AH 080931
Vlie, 5 september. ALIDA KLASINA, kapt. L.E. Tiktak, van Christansand.
Van de quarantaine zijn ontslagen: JOHAN HERMAN, kapt. H.W. Laarman; VROUW EGBERDINA, kapt. A.J. Visser; VROUW GEERTRUIDA, kapt. A.J. Hansen, alle drie van Riga; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Memel.
1832
Op 20-03-1832 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AH 080632
Texel, 6 juni. Binnengekomen: AMSTERDAM, kapt. C. Abrahams, van Suriname; UNION, kapt. A. Galoway, van Londen; BINGDOVE, kapt. C. Gilbert, van Poole; ST. PETER, kapt. S. Pedersen, van Nerva; JANTINA, kapt. J.K. de Boer, van Memel; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.A. de Weerd, van Memel
AH 260632
Vlie, 22 juni. Vertrokken: SISTERS, kapt. B. Walleker, naar Newcastle; CONCORDIA, kapt. T.J. Dijk, naar Archangel; ALTE FREDERIK, kapt. J. Mund, naar Riga; ENGELINA, kapt. G.T. Borst, naar Koningsbergen; VROUW HILKE, kapt. N.H. Bonjer, naar Danzig; GEZINA HARMINA, kapt. J.H. Jonker, naar Memel; VREDE, kapt. M. Laeke, naar Brahéstad; FLORA, kapt. J.P. Kiertholfs, naar Bergen; CHRISTINA MARGARETHA, kapt. E.A. Wahlman, naar Drammen; ST. PETRUS, kapt. J. Peddersen, naar Drammen; JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, naar Oosterrisoer; HOOP, kapt. A.L. de Vries, op avontuur; REGINA, kapt. H.W. Stuit, op avontuur; VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, op avontuur; THERESIA JOSEPHINA, kapt. F. Ruster, op avontuur; JOHANNA, kapt. D.R. Douwes, op avontuur; GEZINA, kapt. M.N. Huizing, op avontuur; VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, op avontuur; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, op avontuur; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, op avontuur; CONCORDIA, kapt. N.C. Fos, op avontuur.
1833
AH 200833
Scheepstijdingen. Binnengekomen: Vlie, 17 augustus. CATHARINA ENGELINA, kapt. E.H. de Groot, OTTOLIENA HENDRIKA, kapt. G.E. Swart en ARENDINA HARMINA, kapt. H.J. Hazewinkel van Koningsbergen; ALETTA, kapt. K.H. Slagter, van Dantzig; CONCORDIA, kapt. D.H. van Wyk en MARIA, kapt. M.C. Peters, van Memel; VROUW STYNA, kapt. E.H. Bekkering, van Odense; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Drammen.
AH 180933
Uitgezeild: Vlie, 15 september. VROUW MARIA, kapt. J.H. Aden, naar Duinkerken; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar Drammen; VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
1834
Op 08-03-1834 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AH 250434
Vlie, 6 mei. De schepen gisteren gemeld zijn: JOHANNA MARGARETHA, kapt. J.H. de Boer, naar Petersburg; LUDWICH WILHELM, kapt. J.F. Mulder en ALBERTINA, kapt. J.P.C. Vagt, naar de Oostzee; CONCORDIA, kapt. H.D. van Wyk, naar Koningsbergen; KLEINE HANS, kapt. C.G. Hagen, naar Rostock; LOUISA HENDRIKA, kapt. L. Gertke, naar Stettin; DOROTHEA, kapt. R.R. Hendricus, naar Lübeck; TWEE GEZUSTERS, kapt. H.N. Moller, naar Kopenhagen; EENIGHEDEN, kapt. P. Thomassen en VROUW LUBBEGINA, kapt. K. de Weerd, naar Oosterisoer; GOEDE HOOP, kapt. W.E. Boswyk, naar Oudsoen.
AH 270534
Binnengekomen: Texel, 25 mei. VROUW LUBBEGINA, kapt. R.H. de Weerd, van Oosterisoer.
AH 160634
Uitgezeild: Vlie, 12 juni. VROUW STYNA, kapt. E.A. Bekkering, naar Petersburg; VROUW RYNA, kapt. H. Koops, naar Riga; ANNA MARIA ELISABETH, kapt. J. Nielsen, naar Drammen; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar Oosterisoer
AH 040734
Binnengekomen: Vlie,. 30 juni. STAD GRONINGEN, kapt. J.J. Kortryk, van Nerva; HERSTELLING, kapt. A.H. Karsijns, van Libau; DIANA, kapt. R.H. Duyt, van Koningsbergen; JANTINA ROELFINA, kapt. J.B. Kuiper, van Dantzig; JONGE TRYNTJE, kapt. M. Wybes, van Lübeck; GESINA, R.L. Roelfsema, van Egersund; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Oosterisoer; CLOTILDA, kapt. H.J. Polter, van Fahrsund.
AH 190734
Binnengekomen: Uitgezeild: Vlie, 15 juli. GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jong, naar Newcastle; HANSINA, kapt. O. Rasmussen, naar Flensburg; CHRISTIAAN, kapt. A.A. Kruse, naar Kopenhagen; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd en DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra, beide naar Oosterisoer
AH 180834
Uitgezeild: Vlie, 13 augustus. VROUW BERTHA, kapt. H.J. Kreuter, naar Hull; ACTIEF, kapt. J.L. Meyer, naar Memel; JAN FREDRIK, kapt. H.H. Kok, naar Oosterisoer; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd en AMELINA, kapt. H.H. Naatje, naar Noorwegen;
AH 230934
Binnengekomen: Terschelling, 18 september. CONCORDIA, kapt. R.H. Dekker, van Petersburg. 19 september. DE GOEDE VERWACHTING, kapt. T. Wynstok, van Stettin; HENRIETTA JOHANNA, kapt. E.J. Kluin, van Dantzig; ROELINA, kapt. K.J. Pronk, van Stralsund; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H.D. Waard, van Arendahl.
1835
AH 170435
Binnengekomen: Texel, 15 april. DE NIEUWE ONDERNEMING, kapt. L.M. Domeni, van Cette.
Vlie, 14 april. ONS GENOEGEN, kapt. M. Douwes, van Kiel; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Droback.
AH 230535
Binnengekomen: Texel, 21 mei. DE VRIENDEN, kapt. S.Y. Parma, van Batavia; NEPTUNUS, kapt. J. Blom, van Drammen; HENDRIKA MARCHINA, kapt. G.G. Bakker en NEPTUNUS, kapt. S. Feye, van Fahrsund; HILLECHIENA GEERDINA, kapt. H.L. Roelfsema, van Dantzig; ANNEGINA, kapt. P.R. Huisman, van Holmstrand; ANNEGINA, kapt. J.R. Kuiper, van Droback; VROUW LUBBEGINA, kapt. H.K. de Weerd, van Oosterisoer.
AH 020735
Binnengekomen: Texel, 30 juni. DRIE GEZUSTERS, kapt. L.C. Swart, van Bordeaux; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Oosterisoer.
AH 150735
Uitgezeild: Vlie, 12 juli. ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, naar Newcastle; JONGE HENDRIK, kapt. H.M. Pot, naar Droback; EENDRACHT, kapt. P.C. Koops, VROUW LUBBEGINA, kapt. H.K. de Weerd en DRIE ZUSTERS, kapt. D.T. de Jong, naar Noorwegen
AH 140835
Uitgezeild: Vlie, 11 augustus. NICOLAAS JOHANNES, kapt. K.Y. Parma, naar Riga; EENIGHEDEN, kapt. A.A. Haralden, MARCHINA MARGARETHA, kapt. H.J. Oortjes; JONGE HENDRIK, kapt. H.M. Pot; LUNA, kapt. L. Bakker, de laatste vier naar Drammen; GEERTRUIDA, kapt. A.A. Hansen, naar Flekkefiorde; DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra, naar Christiaansand; GEERTRUIDA HENDRIKA, kapt. E.R. Zoutman, naar Hamburg; FORTUNA, kapt. J.C. Bartels, naar Petersburg; EMANUEL, kapt. N. Eversen, ALIDA CLASINA, kapt. K.K. Tiktak; AMELINA, kapt. H.H. Naatje en ANNA MARIA ELIZABETH, kapt. J. Nielsen, de laatste vier naar Drammen; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar Oosterisoer;
1836
Op 03-03-1836 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AH 080436
Binnengekomen: Texel, 6 april. VENNERNE, kapt. P.A. Falkenberg en NEPTHUNUS, kapt. N. Aalberg, beide van Krageroe. ST. JOHANNES, kapt. H.J. Hesselberg en WILHELMINA, kapt. J.C. Falck, beide van Larwich; WENSKABETH, kapt. F.W. Holst, van Holmstrand; INDUSTRIE, kapt. C.G. Jessing, NEPTHUNUS, kapt. J. Blom en EMANUEL, kapt. M. Bruun, alle drie van Drammen. Gisteren nog: VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Oosterisoer.
AH 250436
Uitgezeild: Vlie, 20 april. ELIZABETH, kapt. S.J. Brouwer, naar Riga; VREDE EN VRIJHEID, kapt. F.A. Lammerts, naar Nerva; VROUW HENDRIKA, kapt. H.E. Boswyk, naar Dantzig; GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, naar Witzen; HENDRIKA, kapt. J.T. Hardingh, naar Droback; LANGELAND, kapt. O.H. Sem, WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, CHRISTIANIA, kapt. H.R. Elligers en VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, alle vier naar Larwich; DRIE GEZUSTERS
AH 130636
Binnengekomen: Texel, 10 juni. DILIGENCE, kapt. H. Bos, van Batavia; CLARA HENRIETTE, kapt. H. Blokziel, van Batavia.
Vlie, 8 juni. VROUW BARBARA, kapt. R.J. Jonker, van Stralsund.
Terschelling, 7 juni. JESELINA, kapt. R.R. Legger, van Danzig; JAN FREDRIK, kapt. H.H. Kok, van Christiaansand; DE JONGE PIETER, kapt. G.S. Brouwer, van Sunderland; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Danzig.
AH 010736
Uitgezeild: Vlie, 28 juni. ARENDINA, kapt. H.D. de Groot, naar Londen; ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, naar Newcastle; HENDRIKA, kapt. G.O. Sap, naar Hull; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.D. Bos, naar Archangel; ANNA MARGARETHA, kapt. H. Nieman, naar Riga; WILLEM OLIVIER, kapt. G.J. Korter, naar Memel; ANSINA, kapt. P.W. Lindeboom, naar Drontheim; FREDERIKA, kapt. O. Ostberg, naar Ystad; JONGE HENDRIK, kapt. K.M. Pot en VROUW JANTINA, kapt. K.E. Vos, beide naar Droback; NEPTHUNUS, kapt. A. Andersen, naar Drammen; HOUTHANDEL, kapt. D.K. de Groot, naar Christiaansand; ARGO, kapt. J.C. Schuts, JESELINA, kapt. R.R. Legger en VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, alle drie op avontuur.
AH 250836
Amsterdam, 24 augustus. Uitgezeild: Vlie, 22 augustus. UNITY, kapt. B.P. Baarsen; ST. JOHANNES, kapt. H.J. Hesselberg en MARIA OLETTA, kapt. A.P. Beilegaard, alle drie naar Drammen; DRIE GEZUSTERS, kapt. D.T. de Jong, VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd en JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, alle drie naar Oosterisoer
1837
Geen scheepvaart berichten gevonden
1838
Op 31-03-1838 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
1839
LC 140539
Harlingen. Binnengekomen: den 28 april het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Droback.
LC 210539
Harlingen.Uitgezeild:
den 12 mei het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar Noorwegen.
LC 180639
Harlingen. Uitgezeild: den 10 juni de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, MARGRIETA, kapt. K.F. Harding en de JONGE DIRK, kapt. J. Visser, alle drie naar Noorwegen.
LC 160739
Harlingen. Den 1 juli de schonerkof de WAAKZAAMHEID, kapt. H.B. Drok, van Oostrisoer; de kofschepen JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, van Oostrisoer en de VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, van Laurvig.
LC 230739
Harlingen. Uitgezeild: Den 17 dito de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd en de BROEDERS, kapt. J.H. Fijn, beide naar Noorwegen, IKINA WILHELMINA, kapt. H.J. Top, naar Schotland en ALLERSMA, kapt. R.W. Vos, op avontuur.
LC 200839
Harlingen. Binnengekomen: den 11 augustus het brikschip BRODRENE, kapt. K. Pallesen, van Riga; het barkschip TRENDE BRODRE, kapt. N.S. Bjonnes, van Holstrand. Den 13 dito het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. T.K. de Weerd, van Droback.
LC 270839
Harlingen. Uitgezeild: Den 24 dito de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. T.K. de Weerd, de HOUTHANDEL, kapt. D.K. de Grooth, NIMPHIA, kapt. H.K. de Weerd, ARENDINA, kapt. H.D. de Grooth, LUDOLF THEODORUS, kapt. J.A. Zijl en WILHELMINA, kapt. R.K. Visser, alle zes naar Noorwegen.
LC 011039
Harlingen. Binnengekomen: Den 26 dito de kofschepen de WAAKZAAMHEID, kapt. H.B. Drok, van Drammen en de BROEDERS, kapt. J.H. Fijn, van Droback; het tjalkschip NIORD, kapt. H.H. Christensen, van Drammen; de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd en de VREEDE, kapt. B.B. Keun, beide van Droback.
1840
Op 22-02-1840 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor F.K. de Weerd.
LC 170340
Harlingen. Uitgezeild: Den 11 dito de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd en MARGARETHA, kapt. K.F. Harding, beide naar Noorwegen; het pinkschip DIRKJE ADEMA, kapt. H.B. Rickmers en het barkschip SPITSBERGEN, kapt. H. Rickmers, beide naar Groenland.
LC 280440
Harlingen. Binnen gekomen: Den 23 dito de kofschepen de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, van Droback, GOUVERNEUR VAN ZUIJLEN VAN NIJEVELD, kapt. B.R. van Wijk, van Liverpool en de JONGE HENDRIK, kapt. B.H. Plukker, van Christiaansand.
LC 050540
Harlingen. Uitgezeild: Den 1 mei het tjalkschip WILHELMINA HENDRIKA, kapt. W.H. Mulder, naar Hull; de kofschepen de GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, de JONGE DIRK, kapt. H.E. Vos en ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhoff, alle vier naar Noorwegen.
LC 230640
Harlingen. Binnen gekomen: Den 14 dito de kofschepen de JONGE JAN, kapt. H.J. IJmker, van Christiaansand en de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, van Droback.
LC 300640
Harlingen. Uitgezeild: Den 27 dito het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, naar Noorwegen.
LC 040840
Harlingen. Den 27 juli het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, van Droback.
LC 180840
Harlingen. Uitgezeild: Den 11 dito de kofschepen de VROUW ANTJE, kapt. B.D. de Grooth, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd en HENDRIK, kapt. J.A. Keun, alle drie naar Noorwegen.
LC 080940
Harlingen. Binnen gekomen: Den 4 dito de kofschepen CAROLINA MATHILDA, kapt. N.S. Bjonness, van Holmstrand, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, van Droback, de DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dijkstra, van Oostrisoer, de JONGE HENDRIK, kapt. B.H. Plukker, van Droback en SOPHIA, kapt. O. Houwink, van Memel.
LC 220940
Harlingen. Uitgezeild: Den 14 september de kofschepen MARGARETHA, kapt. T.K. Mulder, naar Noorwegen, JOHANNES, kapt. A. Sluik jr., MARIA, kapt. H.H. Ebes, beide naar Dantzig, NIMPHIA, kapt. H.K. de Weerd, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, de JONGE HENDRIK, kapt. B.IJ. Plukker, HENDRIK, kapt. J.A. Keun, alle vier naar Noorwegen en de HOOP, kapt. J.E. Scherpbier, naar Hull; het barkschip ARGO, kapt. C. Haagensen, naar Noorwegen.
LC 201040
Harlingen. Binnen gekomen: Den 8 dito het smakschip HILLEGONDA MARIA, kapt. D.D. Visser en het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.R. de Weerd, beide van Oudsoen.
1841
LC310541
Harlingen. Uitgezeild: Den 22 Mei de kofschepen Henderina, kapt. J. J. Buiten, naar Hull, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F. K. de Weerd, Sophia, kapt. R. G. Wever, beide naar Noorwegen.
LC310841
Harlingen. binnengekomen: Den 22 Augustus het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. F. K. de Weerd van Droback.
1842
Op 14-04-1842 wordt voor de VROUW LUBBEGINA door kapt./ medereder Klaas Harms de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor F.K. de Weerd.
LC120742
Harlingen. binnengekomen: Den 7 dito het barkschip Nordlijset, kapt. P. J. Arbo, van Drammen; het schonerschip Eclipse, kapt. S.H. Finch, van Londen; het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, van Droback.
LC260742
Harlingen. Uitgezeild: Den 20 dito de kofschepen Jacoba Hazewinkel, kapt. J.G. Boon, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, alle naar Noorwegen.
1843
LC140343
Harlingen. uitgezeild: Den 10 dito het kofschip VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, naar Noorwegen
LC180443
Harlingen. Binnengekomen: Den 10 April de kofschepen Sophia, kapt. R.G. Wever van Droback, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, de Lemmer, V.J. Tammes, beide van Laurvig
LC090843
Harlingen. Uitgezeild: Den 5 dito de kofschepen de Broeders, kapt. H. J. Fijn, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd en Willem , kapt. J. J. de Boer, alle drie naar Noorwegen.
LC031043
Harlingen. Binnengekomen: Den 17 september het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt, F.K. de Weerd, van Laurvig
LC101043
Harlingen. Uitgezeild: Den 6 dito het kofschip Gezina Catharina Brons, kapt. J.U. Jansen, Leda, kapt. J.H. Pauls , Maria, kapt. H.H. Ebes, alle drie naar de Oostzee, de Broeders, kapt. H.J. Fijn, Hendrika, kapt. H.J. Smit, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd, Zeelust, kapt. W.J. de Boer, het smakschip het Toeval, kapt. J.D. Visser en het barkschip Argo, kapt. C. Haagensen, alle zes naar Noorwegen.
LC211143
Harlingen. Binnengekomen: Den 15 dito de kofschepen Engelina Jantina, kapt. B.J. Wijgers, van Dantzig, de VROUW LUBBEGINA, kapt. F.K. de Weerd en de Broeders, kapt. H.J. Fijn, beide van Droback
1844
LC140544
Harlingen. Binnengekomen: Den 5 Mei de kofschepen de VROUW LUBBEGINA , kapt. F.K. de Weerd en de Broeders, kapt. H.J. Fijn, beide van Droback.
Op 10-05-1844 wordt voor de kof de VROUW LUBBEGINA een zeebrief aangevraagd door kapt. B.P. Bruins uit Harlingen.
Een verkoop transactie van K.H. de Weerd naar B.P. Bruins is niet gevonden.
Ook komt de kapt. B.P. Bruins niet voor in onze lijst van zeebrieven vóór deze datum.
AH270544
Uitgezeild: Vlie, 23 mei, B.P. Bruins, VROUW LUBBEGINA, Drobach
AH030744
Binnengekomen: Vlie, 30 juni, wind Noordelijk; B P. Bruins, VROUW LUBBEGINA, Drobach
NRC050744
Vlie 30 Juni gearriveerd W.D. Dekker, Vr. Alida, van Slolpemunde. B.P. Bruins, VROUW LUBBEGINA, van Drobach
LC060844
Vlie. Binnengekomen: Den 2 augustus hel kofschip VROUW LUBBEGINA, kapt. B.P. Bruins, van Droback.
LC200844
Harlingen. Den, 12 augustus de kofschepen Barend, kapt. J.O. Stunt, AUKJEN, kapt. G.A. Veenstra, beide op avontuur en de VROUW LUBBEGINA, kapt. B.P. Bruins, naar Noorwegen.
AH160844
Uitgezeild. Vlie, 13 augustus, B.P. Bruins , VROUW LUBBEGINA , Drobach
AH170944
Uitgezeild: Vlie, 14 september B.P. Bruins, VROUW LUBBEGINA, Ondsoen.
RC10101844
Arrivementen: te Grimstad B.P. Bruins van Harlingen
LC051144
Harlingen. Binnengekomen: Den 27 dito de kofschepen, de jonge Hendrik, kapt. B.H. Plukker en VROUW LUBBEGINA, kapt. B.P. Bruins, beide van Oudsoen
1845
LC110445
Notaris Wijma, te Harlingen, zal, op den 14 april 1845, 's voormiddags ten 10 ure, bij de Kraan aldaar, om contant geld, in het openbaar verkopen, de inventaris van het kofschip, de VROUW LUBBEGINA, als: 1 Ankertouw dik 11 duim, de Voorlooper weinig gebruikt lang 124 a 125 vadem; 1 dito dik 10 duim lang p.m. 130 vadem; 23 stuks Zeilen zoo halfsleten als oud ; Trossen, Ankers, Koks gereedschap en wat meer zal worden aangeboden.
Voorts op de 15 den dito ten 11 ure ‘s voormiddags, in het Logement van Teunis eidschat, het HOL van voorschreven Kofschip, groot 57 lasten of 108 ton met de beide daarin staande Masten.
Adres ten Kantore van heren Repco en Teersma aldaar
(opm: de zeebrief van kapt. B.P. Bruins werd op 17 april vanuit Harlingen geretourneerd; een reden is niet vermeld, maar gelet op de gescheiden verkoping is de koop van het hol (opm: bj 1810) door een sloper het meest waarschijnlijk).