|
Vlissingen, 13 februari. Sedert onze laatste zijn, zo uit onze haven als van de rede, naar Antwerpen de Schelde opgezeild: de JOSEPH, kapt. J.H. Arends, van Liverpool, met katoen en klipzout; de FANNY, kapt. P. Robin, van Batavia, met koffie en suiker; SARAH, kapt. P. Landberg, en the HERO, kapt. G. Romril, beide van Rio Janeiro, met koffie en huiden; HENRIETTE ELISABETH, kapt. J.C. Burmester, van Bordeaux, met stukgoederen; MAGNANIME, kapt. J. Sietzes, van Buenos Ayres, met huiden; de ONDERNEMINGSLUST, kapt. H. Gronewold, van Heiligenhafen, met raapzaad; FANCHON, kapt. H. Nieman, van Nantes, met wijn; de FLORA, kapt. J. Scheepers, van Cette, met wijn en brandewijn; la LAURE, kapt. J. Lavaux, van Bordeaux, met wijn en pruimen; JOSEPHUS, kapt. M. Bakker, van de Marennes, met zout; RESOLUTION, kapt. J. Strobuur, van Lissabon; LOUISE (opm: kof LOUISA), kapt. D. Guyt, van Jersey, en MARGARETHA, kapt. G.S. Rotgans, van Marseille, alle drie met stukgoederen; COSSACK, kapt. J. Harley, van Buenos Ayres, met huiden; de JUFVROUW TITSIA (opm: JUFFER TITIA), kapt. L.J. Besseling, van Liverpool, met klipzout; le PRINTEMPS, kapt. L. Belz, en l’ETOILE, kapt. C. Lameau, beide van Bordeaux, met wijn en pruimen; AURORA (opm: kof), kapt. S.J. Brouwer; de VROUW JACOBA (opm: kof), kapt. J.J. Rink, en JANNA HAZINA, kapt. D.F. de Jonge (opm: kof, kapt. Derk Tjebbes de Jonge), alle drie van Liverpool, met klipzout; ENCHANTRESS, kapt. D. Oltman, van Nantes, met wijn, en de JUFVROUW ANNA, kapt. J.G. Sap, van Noorwegen, met timmerhout. Nog is naar zee gezeild WILHELM en JEANNE, kapt. G. Heyneker, van deze stad naar Zierikzee gedestineerd, met zout. Eindelijk zijn hier ter rede gekomen: het Nederlandse kofschip VRIESLAND, kapt. E.J. Drent, van Liverpool, met klipzout; en de Engelse brik the PILOT, kapt. R. Sly, van Londen, met stukgoederen, beide naar Antwerpen gedestineerd.
|