|
Vlissingen, 8 juli. Den 6 dezer is alhier ter rede gekomen PROVIDENTIA, kapt. E.J. Salvesen, van Christiaansand naar Neuzen gedestineerd, met kreeften. Ook zijn van den 5 dezer tot heden, voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: DE JONGE NIKOLAAS, kapt. H. Peters en JOHANNA ALIDA ALIDA (opm: kof JOHANNA EN ANNA ALIDA), kapt. J.J. Kortrijk, beiden van de Marennes; DE VROUW ALIDA, kapt. S. Weijers en MARIA JOHANNA ELISABETH, kapt. H.G. Boekhout, beiden van Tremblade, en alle vier met zout; EMMA SUZANNA, kapt. B. Bolland, van Bordeaux met wijn; SAMUEL, kapt. E. le Blancq, van Montevideo met huiden; DE LEEUW, kapt. J. Verbrugge, van Londen met stukgoederen; LE CONSTANT, kapt. W. Schipman, van Rio Grande met huiden; DE VRIENDSCHAP, kapt. J.J. Valom van Oléron en MAARTEN EN JAN, kapt. E.R. Kring van de Marennes, beiden met zout; DE JONGE HENDRIK, kapt. J.J. Stijntjes, van Oporto met stukgoederen; de VROUW ALIDA, kapt. T.E. Bart, van Oléron met zout; THE DOLPHIJN, kapt. J. Touzeau, van Rio de Janeiro met koffie en huiden; PACKET, kapt. S. Tijler, van Mantanzas met suiker en koffie; MERCUUR, kapt. J.T. Pieters Smit, van Rio de Janeiro met koffie, suiker en huiden; DIANA, kapt. F. Meulenberg, van Batavia met koffie en suiker. Voorts zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen, en van den 4 dezer tot heden van onze rede naar zee gezeild: DE HARMONIE, kapt. J.J. Moller, naar Bergen in Noorwegen met ballast; DE VROUW MARTHA, kapt. J.K. Vlas, naar de Oostzee met huiden; ARENTINA HENDRINA, kapt. A.H. Breeland, naar Poole met boomschors; HOLLEBARDEN, kapt. T.J. Cornelissen naar St. Ubes en ANFANG, kapt. M.C. Bjorn naar Kopenhagen, beiden met ballast; VESTA, kapt. N.S. de Wolff, naar Flensburg met steenkolen. Den 11 dito. Van de 9 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: DE HOOP, kapt. E. Harms, van Tremblade met zout; THE TYNE, kapt. R. Londen, van Newcastle met slijpstenen; KALLIOPE, kapt. W.C. Waters, van Savannah met katoen; ELDER BREWSTER, kapt. H. Weston, van New York met katoen en potasch; AGNETHA, kapt. L.S. de Haan, van Cette met brandewijn; de HEMMINA, kapt. S.F. Taay, van Noirmoutier met zout; THE RESIGNATION, kapt. W. Saunders, van Palermo met stukgoederen; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. J.K. Potjewijd, van de Marennes met zout; WILLEM DEN EERSTEN, kapt. J. Langhetee, van Rio de Janeiro met koffie; MEDUSA, kapt. J. Lubbing, van Londen met stukgoederen; THE RAMBLER, kapt. S. Corcy, van Salem met katoen, rijst en tabak; LIBRA, kapt. G.R. Engelsman, van de Marennes met zout; DE HENRY, kapt. J. van der Steen, van Mantanzas met koffie; DE HOPENDE ZEEMAN, kapt. C. Platt, van Bayonne met stukgoederen; DE VROUW MARGARETHA, kapt. P. Muller, van Alexandria met katoen en rijst; DE JONGE ORANCIA, kapt. S. de Best, van Smyrna met stukgoederen en THE ANN, kapt. G. Godsden, van de Havanna met koffie en suiker; de drie laatstgenoemde moeten quarantaine houden. Van 9 dezer zijn van onze rede naar zee gezeild: DE DOCHTER ALIDA, kapt. J.D. Duyt, van Leuven naar Boston bestemd met boomschors; SOLON, kapt. J. Rickmers, naar de Oostzee en THE EAGLE, kapt. H. Duckworth, naar Londen gedestineerd, beiden van Antwerpen met ballast. De brik DE SNELHEID, kapt. Van der Linde, van Rotterdam naar Marseille gedestineerd, is den 2 dezer maand, in Het Kanaal, bij Portland, gepraaid; zijnde aan boord alles wel.
|