|
Vlissingen, 17 april. Van den 14 dezer tot heden zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild ANTWERP, kapt. H.C. Schuth (opm: kof ANTWERPER, Antwerpen), met stukgoederen, en CATHARINA, kapt. H.H. Veldhuis, met meekrap, beide naar St. Petersburg; TEUTONIA, kapt. P.C. Lange, de DRIE VRIENDEN, kapt. R.J. Schut (opm: R.Z. Schut), en WILHELMINA MARIA, kapt. J.J. Peters, alle drie naar Londen, met boomschors; de VROUW HENDRIKA, kapt. E.E. Hoveling, naar Colchester, met boomschors; the ALBION, kapt. J. le Cleminent, naar Guernsey, met stukgoederen; de VALCK, kapt. J. de Valck, naar Leith, met boomschors; MARTINA ALETTA (opm: galjoot), kapt. J.J. Hoetjer, naar Arbouth (opm: Arbroath), met vlas; l’ISIS, kapt. J. Morel, naar Duinkerken, met katoen. Van den 13 tot den 16 dezer zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen MARIA MARGARETHA, kapt. J.J. Jorgenson, van Messina, met fruit; le SANS REPOS (opm: smak, Brussel), kapt. C. Pethers, van Londen, met ballast; MARS, kapt. Viebert, van Jersey, met suiker en koffie; MERCURIUS, kapt. R. Folkerts, van Triëst, met stukgoederen; BATAVIA (opm: driemaster, Antwerpen), kapt. P. Blair, van Batavia, met suiker en koffie; WILLEM, kapt. H.W. Kiers, van Londen, met stukgoederen; die GUTE HOFFNUNG, kapt. J. Boluu, van Bordeaux, met wijn; de HEMMINA, kapt. S.F. Taaij, van Liverpool, met klipzout. Van den 18 dezer tot den 20 zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de VROUW AUKJE, kapt. L.C. Swart; l’UNION, kapt. J. van den Broecke, en l’ESPERANCE, kapt. A. van Geijt, alle drie naar Londen, met boomschors; the PILOT, kapt. John Ovenston, naar Leith, met vlas; POTOMAC, kapt. E. Webster, en the TWO BROTHERS, kapt. R. Meck, beide naar Petersburg, met ballast; de VROUW ANNA, kapt. G. Don, naar Leith, met vlas; THOR, kapt. J.M. Knoph, naar Noorwegen, met ballast; DINA GEZINA, kapt. J.A. Bootsman, naar Leith, met boomschors; DUNDAS, kapt. P. le Geijt, naar Guernsey, met tarwe; FREDERIKA, kapt. W. van Luijk, naar Gothenburg, met huiden. Ook zijn den 18 dezer, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: le VOLTIGEUR, kapt. W. de Ruyter, van Colchester, met ballast; TEUNEGINA GEZINA, kapt. R.P. Bossinga, van Liverpool, met klipzout.
|