1823
Preambule.
Er vaart ook een kapitein Geert Ernst Broekema met de kof JETSKA HILLECHINA.
Berichten zonder scheepsnaam kunnen dus beide G.E. Broekema’s betreffen.
Op 02-04-1823 wordt voor de IDA CORNELIA door kapt./ eig. Gerrit Ernst Broekema uit Veendam een eerste zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
1825
Op 05-04-1825 wordt voor de IDA CORNELIA door kapt./ eig. Gerrit Ernst Broekema uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AC 200625
Texel, 16 juni. De wind NO. Binnengekomen: IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Koningsbergen.
1827
Op 09-06-1827 wordt voor de IDA CORNELIA door kapt./ eig. Gerrit Ernst Broekema uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 280827
Amsterdam, 26 augustus. Het schip IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, met tarwe en hennep van Koningsbergen naar Amsterdam is de 20e dezer te Holtenau zwaar lek en beschadigd binnengelopen en zou naar Rendsburg verzeilen om te lossen en te repareren.
RC 040927
Amsterdam, 2 september. De tjalk IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Koningsbergen naar Amsterdam, eerst te Holtenau en vervolgens de 21e augustus te Rendsburg lek binnengelopen, heeft, zonder de lading, welke onbeschadigd bevonden is, te lossen, de geleden schade hersteld en bereids de 23e dito de reis voortgezet.
OHC 080927
Terschelling, 3 september. Binnengekomen G.E. Broekema van Koningsbergen.
RC 251027
Het schip IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Amsterdam naar de Oostzee, is de 15e dezer, wegens tegenwind, te Travemünde binnengelopen, doch heeft nog dien dag de reis voortgezet.
1828
AH 190428
Cargalijst Amsterdam. IDA CORNELIA, G.E. Broekema van Heiligenhaven met 31 ¼ last tarwe.
RC 020928
Rotterdam, 1 september. De 30e, des namiddags arriveerde DE GOEDE VERWACHTING, kapt. T.F. Lieffyn, van Wismar; IDA CORNELIA, kapt. G. Broekema, van Dantzig.
RC 060928
Rotterdam, 5 september. Te Antwerpen zijn gearriveerd IDA CORNELIA, kapt. Broekema, van Dantzig en THERESIA, kapt, Van de Pere, van Londen.
AH 100928
Cargalijst Rotterdam, IDA CORNELIA, G.E. Broekema, van Dantzig met 53 vaten potasch.
RC 111028
Rotterdam, 10 oktober. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild MARIANNA, kapt. E. Mulle, naar de Oostzee en IDA CORNELIA, kapt. G.C. Broekema, naar Hamburg.
1829
AH 090529
Advertentie. Amsterdam. In lading naar Koningsbergen,. Het tjalkschip IDA CORNELIA, kapt. Gerrit Ernst Broekema. Adres bij Kranenborg en Van Mourik; en de Wed. P. Poolmans & Jurz. en Zoon.
VEC 010729
Rendsburg, 21 juni. Gepasseerd IDA CORNELIA, G. E Broekema van Amsterdam.
1830
AH 260530
Carga-lijsten. Amsterdam, 25 mei. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema met 22last tarwe en 145 tonnetjes weedasch en MARTHA CATHARINA, kapt. H.R. Legger, van Dantzig.
AH 180930
Carga-lijsten. Amsterdam, 17 september. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema met 33 last tarwe, MARGARETHA GEZINA, kapt. J.J. Wever en JETSKA CORNELIA, kapt. L.K. de Boer, van Dantzig.
AH 201130
Carga-lijsten. Amsterdam, 19 november. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg met 195 vaten meel.
1831
AH 280531
Terschelling, 25 mei. Binnengekomen IDA CORNELIA, kapt. Broekema, van Danzig.
AH 160631
Vlie, 10 juni. Vertrokken: ANNA CORNELIA (opm. IDA CORNELIA) , kapt. Broekema, op avontuur.
1832
AH 180232
Terschelling, 13 februari. Binnengekomen: DE VROUW MAAYKE, kapt. E.S. Visser, van Tonningen; IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Tonningen.
AH 240232
Terschelling, 20 februari. Binnengekomen: Van de quarantaine ontslagen DE JONGE YPE, kapt. E.J. Karst, van Lübeck; IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Neustadt.
AH 250532
Cargalijst Amsterdam. IDA CORNELIA, G.E. Broekema, van Eckernfiörde met 488 vaatjes boekweit en 316 vaatjes garst.
Op 03-08-1832 wordt voor de IDA CORNELIA door kapt./ eig. Gerrit Ernst Broekema uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 271032
Rotterdam, 26 oktober. Den 25 dezer, des namiddags, arriveerden in de Maas: MARY EN BETSY, kapt. J. Schelcott, van Newcastle, en IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Tonningen.
AH 061132
Cargalijst Rotterdam. IDA CORNELIA, G.E. Broekema van Tonningen met 804 tonnetjes raapzaad.
1833
AH 060833
Scheepstijdingen. Binnengekomen: Texel, 3 augustus. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Nieuwstad.
AH 071033
Binnengekomen: Terschelling, 2 oktober. DE VROUW MAAYKE, kapt. E.J. Visser van Rostock; IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Timkenhaven.
AH 141033
Carga-lijsten Amsterdam: IDA CORNELIA, kapt. G.A. Broekema, van Lemkenhaven (opm: Fehmarn) met tarwe.
1834
PGC 110434
De schepen SOPHIA, kapt. H.J. Mulder, van Hamburg naar Rouen, en IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg naar Amsterdam en DE VROUW TRIENKE MARGARETHA, kapt. W.O. Wilters, van Wischhafen naar Amsterdam, zijn tussen 26 en 30 maart wegens tegenwind Cuxhaven binnengelopen.
RC 150434
Rotterdam, 14 april. Het schip CATARINA ELIZABETH, kapt. H. Kröger, van Freyburg naar Amsterdam, is de 1e en de schepen GERARDA MARIA, kapt. B.K. Dekker, IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, OSTFRIESLAND, kapt. J. Pieper en DE VROUW TRIENKE MARGARETHA, kapt. W.O. Wilters, alle vijf van de Elve te Cuxhaven binnengelopen.
Op 28-04-1834 wordt voor de IDA CORNELIA door kapt./ eig. Gerrit Ernst Broekema uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AH 110634
Carga-lijsten Amsterdam: IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg met eiken staven en kromhouten.
AH 140734
Uitgezeild: Vlie, 10 juli. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, naar Dantzig.
AH 290734
Danzig, 19 juli. Binnengekomen IDA CORNELIA, G.E. Broekema van Amsterdam.
AH 170834
Danzig, 5 augustus. Vertrokken IDA CORNELIA, G.E. Broekema naar Amsterdam.
AH 170934
Binnengekomen. Vlie, 14 september. De schepen gisteren gemeld zijn: MARTHA ALIDA, kapt. J.H. Plukker, JACOBA, kapt. E.M. de Jonge en CORNELIA (opm. IDA CORNELIA), kapt. G.E. Broekema, alle drie van Dantzig.
AH 170934
Carga-lijsten Amsterdam: IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Dantzig met tarwe, weedasch, potasch, linnen en borstels.
AH 191134
Warnemünde, 7 november. Aangekomen IDA CORNELIA, G.E. Broekema van Amsterdam.
AH 221134
Rendsburg, 11 november. Gepasseerd IDA CORNELIA, G.E. Broekema van Rostock naar Amsterdam.
AH 281134
Binnengekomen: Vlie, 24 november. HOOPENDE ZEEMAN, kapt. W.F. Pronk, VROUW GEZINA, kapt. J.H. Mulder en IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, alle drie van Rostock.
1836
RC 070536
Rotterdam, 6 mei. De schepen IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg naar Amsterdam en DE HOOP, kapt. J.L. Jonker, van Elmshorn naar Dordrecht, zijn de 27e april te Cuxhaven binnengelopen.
AH 090536
Scheepstijdingen: Terschelling, 3 mei. Gisteren avond na posttijd, zijn door assistentie van loodsschuiten en volk, wegens bekomen lekkage naar binnen en in deze haven gebracht, ARENDINA HERMINA, kapt. H. Hazewinkel, komende van Kiel en IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg, hebbende de beide laatstgemelde op de buitenrug van het Terschellingerstrand vastgezeten en gestoten.
PGC 100536
Groningen, 9 mei. Het volgende schrijft men uit Terschelling: Heden de 3e mei zeilden op de rug van het oude Terschellinger zeegat aan de grond een kofschip, ARENDINA HERMINA, kapt. H.J. Hazewinkel, geladen met zaad van Kiel naar Zaandam, en een tjalkschip, IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, met hout van Hamburg naar Amsterdam. De reddingsboot der Noord- en Zuid-Hollandsche Redding-Maatschappij aldaar, onder directie van de heer G.S. Rotgans geplaatst, begaf zich het eerst naar het tjalkschip, doch naardien ook twee loodsjollen aan die bodem aankwamen, verliet zij, na twee bootsgezellen tot hulp overgeplaatst te hebben, die voor een ogenblik en stuurde naar de kof, waarop zij enige der botelingen overzette. Het geluk diende, de kof raakte in vlot water en kwam de haven binnen. De tjalk, waarop zich, benevens de loodsen, ook de twee overgezette bootsgezellen mede bevonden, bleef echter nog vast zitten, en de zware wind en storm beletten toen de reddingsboot er andermaal bij te komen, hetgeen voor de aanschouwers een ogenblik van schrik en ontsteltenis opleverde. Doch daar het water op hoogste wies, en de equipagie zo sterk in manschap was toegenomen, gelukte het ook de tjalk met zwaar pompen in de haven van Terschelling binnen te brengen. Men kan dus in nadruk zeggen, dat alhier wederom de reddingsboot een grote medeoorzaak is geworden van het behoud van mensenlevens, alsmede van schip en lading.
PGC 130536
De kof ARENDINA HERMINA, kapt. H.J. Hazewinkel, van Kiel naar Zaandam, is de 3e mei op de rug van het oude Terschellinger zeegat gestrand, doch weder vlot geworden en met hulp van manschappen van de reddingsboot, tot assistentie van dit schip en van de tjalk IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, van Hamburg naar Amsterdam uitgevaren, in de haven van Terschelling binnengebracht. (opm. zie AH 090536 en PGC 100536; de IDA CORNELIA, bouwjaar 1823, kapt. Gerrit Ernst Broekema, werd op 18 augustus geroyeerd ‘zullende hetzelve worden gesloopt’)