Familiegegevens en opleiding
Hindrik werd geboren 21 april 1824 te Leek als zoon van de scheepskapitein Hindrik Hindriks Kwint en Jantje Menses Feringa.
Hij trouwde op 08 december 1853 te Groningen als schipper met Aaltje Mulder, geboren te Groningen op 27 oktober 1819 als dochter van de weversknecht, later wever Roelf Mulder en Janna Nieman. Aaltje overleed op 20 december 1898 te Groningen, 79 jaar, weduwe.
Hindrik overleed op 24 november 1893 te Groningen, 69 jaar.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.H.Kwint was lid voor de vlag van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 4 in de periode 1869 t/m 1883.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.H.Kwint als gezagvoerder gedurende:
* 1844 t/m 1847 van de tjalk “Vrouw Cornelia”, gebouwd in 1835 te Leek, 55 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Leek;
* 1848 van de tjalk “Cornelia”, gebouwd in 1847 te Groningen, 68 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is op de Holsteinse kust gestrand en wrak geraakt.
Bouma vermeldt als kapitein ene H.K.Kwint. Ik heb geen Burgerlijke Standgegevens van een H.K.Kwint kunnen vinden. Ik neem voorlopig aan dat het een volgend schip refererend aan ene Cornelia van Hindrik Hindriks Kwint betreft.
* 1859 t/m 1868 van de galjoot “Cornelia Jantina”, gebouwd in 1858 te Groningen, 117 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is verongelukt bij Lemvig;
* 1868 t/m 1875 van de 2/msch “Zuurdijk”, gebouwd in 1867 bij J.Berg Jr te Sappemeer, 121 ton o.m., varend voor E.Ellens te Ulrum. Het schip is in 1875 gestrand bij Marseille en wrak geraakt;
* 1875 t/m 1879 van de 3-mastschoener “Zuurdijk”, gebouwd in 1875 bij J.Berg te Sappemeer, 150 ton, varend voor E.Ellens te Ulrum
Overige bijzonderheden
NRC 09 oktober 1848114
Hamburg, 4 oktober. Het schip CORNELIA, kapt. Kwint, van Dantzig naar Amsterdam, is de 29e september bij het Schönberger strand, noord-westkust van Holstein, verongelukt, doch het volk gered en een gedeelte der lading droog geborgen.
NRC 25 april 1858114
Rotterdam, 24 april. Eergisteren werd van de werf van de scheepsbouwer G.K. de Vries aan het Zuiderdiep te Groningen te water gelaten de nieuwgebouwde galjoot CORNELIA JANTINA, groot ongeveer 70 last, zullende worden bevaren door kapt. H.A. Kwint, van Groningen.
NRC 29 juni 1865114
Elseneur, 25 juni. De Nederlandse kof CORNELIA JANTINA, kapt. H.H. Kwint, van Charlestown naar St. Petersburg, was 21 dezer bij Laesoe in aanzeiling met een Franse bark en is dientengevolge alhier met gebroken roer en verlies van bezaansteng binnengelopen.
Algemeen Handelsblad 04 juli 1865114
Elseneur, 29 juni. Het schip CORNELIA JANTINA, kapt. Kwint, van Charlestown naar Petersburg bestemd, heeft heden na geëindigde reparatie de reis voortgezet
NRC 01 november 1866114
Kopenhagen, 28 oktober. De Nederlandse galjootschepen ALBERDINA, kapt. Van den Bos en MARIE JANTINA, kapt. De Boer, alhier aangekomen van Petersburg, hebben order bekomen naar de Maas, Schiedam enz.; terwijl CORNELIA JANTINA, kapt. Kwint, eveneens van Petersburg aangekomen, op orders wacht en het galjootschip SALUS, kapt. Tieman, order bekomen heeft naar Groningen.
Provinciale Groninger Courant 22 juni 1867 114
Groningen, 21 juni. Gisteren arriveerde hier het nieuwgebouwde schoenerschip ZUURDIJK, groot plm 120 ton, kapt. H. Kwint, gebouwd bij J. Berg Jz. te Sappemeer.
NRC 24 september 1868114
Lemvig, 22 september. Volgens telegrafisch bericht is het schip (opm: galjoot) CORNELIA JANTINA, kapt. H.H. Kwint, van Londen naar Sundswall bestemd, geladen met gerst, alhier verongelukt. Nadere bijzonderheden ontbreken nog (opm: zie NRC 041068).
NRC 04 oktober 1868114
Hjörring, 29 september. Het bij Harboøre gestrande schip CORNELIA JANTINA, is des daags na de stranding gezonken, nadat 460 tonnen (opm: vaten) van de lading gerst gered geworden zijn.
NRC 17 januari 1872114
Falmouth, 14 januari. De Nederlandse schoener ZUURDIJK, kapt. H.H. Kwint, de 12e dezer van Catanzaro alhier aangekomen, is op de bank gehaald om de bodem schoon te maken.
NRC 11 februari 1874114
Harlingen, 9 februari. Lek en met averij is hier binnengekomen het schip ZUURDIJK, kapt. Kwint, met haver van Groningen naar Gloucester, zijnde bij het Vlie over de gronden geslagen.
NRC 25 maart 1874114
Amsterdam, 24 maart. Volgens bericht uit Harlingen heeft het Nederlandse schip ZUURDIJK, kapt. Kwint, van Groningen naar Gloucester aldaar met schade binnen, de geleden schade hersteld en is gereed de reis voort te zetten. Van de lading waren 71 quarters haver beschadigd, die in publieke veiling voor NLG 506,88 zijn verkocht.
Provinciale Groninger Courant 16 oktober 187414
Rio Grande, 1 september. De volgende Nederlandse schepen werden hier bevracht: ALIDA CATHARINA, kapt. Nagel, reeds vertrokken, met beenderenas tot Sh.25/- naar het Kanaal, ZUURDIJK, kapt. Kwint, met huiden etc. tot GBP 295 in eens af naar Vigo, TRIËST, kapt. Schenk, naar de Westkust en terug met meel tot Sh.57/6, en ELISABETH, kapt. Meedendorp, met gezouten huiden naar Falmouth voor order tot Sh.37/6.
Algemeen Handelsblad, 14 maart 1875
Marseille, 11 maart.
Het schip Zuurdijk, kapt. Kwint is ter reede van Planier gestrand. Adsistentie is derwaarts gezonden, doch het zal waarschijnlijk moeilijk zijn het schip af te brengen.
De Harlinger Courant 16 maart 1875
“Marseille 11 Maart. Het Ned. Schip Zuurdijk, kapt. H.H.Kwint, is ter reede van Planiez gestrand. Assistentie is derwaarts gezonden, doch het zal waarschijnlijk moeielijk zijn het schip af te brengen.”
De Tijd, 19 maart 1875
Amsterdam, 18 maart. Het schip Zuurdijk, Kap. H.H. Kwint, op Planier reeds gestrand, is geheel uit elkander geslagen. Er is niets gered.
NRC 06 december 1887114
Rotterdam, 5 december. De Nederlandse schoener ZUURDIJK, kapt. Kwint, van Rio Grande naar Liverpool, is lek in Rio de Janeiro binnen gelopen.
Hendrik Hendriks Kwint was gezagvoerder van de galjoot “Cornelia Jantina”. Op 28 maart 1863 beviel dochter Jantje van de kapitein van een dochter, die Sygien werd genoemd. Dr. Schnobel en de Nederlandse consul Stelling, beiden te Libau stelde een akte op waaruit blijkt dat de lichtmatroos Hindrik Pieters Winsemius erkende de vader van dit kind te zijn. “Uit deze akte blijkt dat het schip echt als een familiezaak werd gerund. Vader Hendrik Hendriks Kwint is kapitein; Harm Kwint is stuurman; Jan Kwint matroos; vermoedelijk zal Jantje Kwint wel als kokkin gefungeerd hebben, terwijl Hindrik Pieters Wintsemius dus lichtmatroos was. Naderhand trouwden Hindrik Pieters en Jantje in Groningen.”
“Volgens nasporingen van de familie Kwint verging in 1868 bij Lervig (zal zijn Lemvig) op de kust van Noorwegen (zal zijn Denemarken in de Limfjorden) een galjoot Cornelia Jantina, dus vermoedelijk hetzelfde schip dat in 1863 Libau binnenliep … Het leek aanvankelijk redelijk te veronderstellen dat het gezin Winsemius met dat schip gebleven was. Een en ander leek ook te passen bij de overlevering van de familie, waarin sprake was van een aanvaring (evenwel met een eigen nieuw schip) in de Sont.”
Bij verdere naspeuringen kwam een akte boven water waarbij sprake was een stuurman Matheus Kwint, die op 18 april 1866 van Newcastle was vertrokken onder kapitein Hendrik Wintsemius. “De reis ging met kolen naar Roskilde in Denemarken. Al op 24 juli meldde het Handelsblad: “Aangaande het schip Vriendschap. kapt. Winsemius, den 13den April j.l. van Newcastle naar Roeskilde vertrokken, heeft met sedert niets meer vernomen.”…
“Hendrik Pieters zou dus tussen 17 januari (de geboortedatum van de tweede dochter) en 18 april 1866 kapitein moeten zijn geworden, vermoedelijk op het nieuwe schip van de familie Kwint. Het schijnt wel zeker dat het hele gezin in april op zee gebleven is, volgens familieoverlevering werd hun schip in de Sont overvaren.”
Familiegegevens en opleiding
Geert werd geboren op 03 oktober 1845 te Wildervank als zoon van de zeeman Egbert Geerts Olthof en Grietje Steenhuis.
Geen huwelijksakte gevonden en dus wellicht ongetrouwd gebleven;
Geen overleed op 14 mei 1915 te Rotterdam, 69 jaar. In de akte wordt geen partner vermeld.
In het Bevolkingsregister 1880-1940 te Rotterdam staat Geert ingeschreven op 09 mei 1898 als kantoorbediende.
Geert Ez. Olthoff, geboren op 03 oktober 1845, afkomstig uit Veendam, behaalde zijn diploma 1e stuurman aan de zeevaartschool te Veendam met nummer 192.099.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.E.Olthof was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 61 in de periode 1872 t/m 1885.
G.E.Olthof was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer 204 in de periode 1872 t/m 1906.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.E. Olthof als gezagvoerder gedurende:
* 1870 t/m 1879 van de galjoot “Anna Margaretha”, gebouwd in 1866 te Hoogezand, 160 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip is op het eiland Ameland verongelukt;
Noot: Niet Ameland maar Aland ,Botnische golf. JS 100423
* 1881 van de 2-mastschoener “Dirk & Pieter” ex Jantje Nanninga, ex Alida, gebouwd in 1858 te Veendam, 180 ton o.m., varend voor J.M.Meihuizen & Zn te Wildervank. Het schip is in 1881 verkocht en gesloopt;
* 1883 t/m 1888 van de 3-mastschoener “Zuurdijk”, gebouwd in 1875 te Sappemeer, 150 ton o.m., varend voor C.Doornbos te Zuurdijk;
* 1893 van de bark “Twee Gebroeders” ex Orion, ex William Leckie, gebouwd in 1855 te Sunderland, 416 ton o.m., varend voor H.G.Albers te Werkendam. Het schip was getuigd als 3-mast schoener en is in 1893 bij Larvik verongelukt.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
29 januari 1870, galjoot “Anna Margretha”, kapitein Egbert Geerts Olthof, 56 jaar uit Veendam. Voorts stuurman Geert Egberts Olthof, 24 jaar uit Veendam, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos.
05 februari 1872, schoener “Anna Margrieta”, scchipper Geert E.Olthof, 26 jaar uit Veendam. Voorts stuurman, kok, matroos en een lichtmatroos.
12 januari 1877, schoener “Anna Margretha”, schipper Geert E.Olthof, 31 jaar uit Veendam. Voorts een kok.
21 maart 1893, schoener “Twee Gebroeders”, kapitein Geert Olthof, 47 jaar uit Veendam. Voorts stuurman, bootsman, kok, 3 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen.
25 januari 1894, schoener “Twee Gebroeders”, kapitein Geert Olthof uit Veendam en een niet met rang vermeld bemanningslid.
In 5 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Geert E./Egberts Olthof.
Het overzicht luidt:
1870 stuurman op de schoener “Anna Margretha” onder Egbert G.Olthof (zijn vader) geen leeftijd
1872-1877 schipper op de schoener “Anna Margretha” 26-31 jaar
1893-1894 schipper op de schoener “Twee Gebroeders” 47-48 jaar.
Overige bijzonderheden
Uit “De Hollandse Hervormde Kerk in Sint-Petersburg”. Deel III. Blz. 321. Overlijdensregisters.Tijd van overlijden, namen en stand der overledenen, ouderdom, ziekte, begraven; aanmerkingen.Jaar 1872. Enige inschrijvingen in het jaar 1872 door W.L. Welter, emiritus predikant der gemeente sedert het begin van mei 1872.
“Den 15 augustus Klaas Gerrits Lohman geboren te Veendam, matroos aan boord van het Nederl. schip “Anna Margaretha”, kapt. G.H. Olthof, omtrent tweeentwintig jaren, pokken, den 17 augustus op Smolensk.”
“Aktenummer: 1889-14, 16-02-1889
Op heden 9 april 1884 zijn voor ons ondergetekende, Leonard van Riet, Consult der Nederlanden te Rio Grande del Sul, ten deze handelende als ambtenaar van de Burgerlijke Stand, verschenen: Reint Jan de Boer, van beroep oud-scheepskapitein, oud 33 jaren, wonende te Rio Grande del Sul, bekende van de overledene en Geert Olthof, van beroep scheepskapitein, 37 jaren, wonende te Veendam, bekende van de overledene, die ons hebben verklaard dat op 8 april jl. des voormiddags om 8.30 uur in het huis staande te Rio Grande del Sul, Praça, Sete de September, nummer 32, is overleden Albert Houwen, van beroep scheepskapitein, wonende te Oude Pekela, in de ouderdom van 44 jaren, gehuwd met Antje van der Veen.”115