Familiegegevens en opleiding

Pieter werd geboren/gedoopt te Oude Pekela op 04/13 oktober 1799 als zoon van Hans Pieters, scheepstimmerman te Oude Pekela en Elszijn Hendriks Kok.

Pieter Hansens Schabels trouwde op 15 december 1829 te Oude Pekela als zeeman met Grietje Luitjes Hensema, geboren op 07 september 1800 te Oude Pekela als dochter van de timmerman Luitje Harms Hensema en Zwaantje Geerts Remkes.

Het echtpaar had de kinderen Luitje (geb. Oude Pekela 1834, n 1854 over boord geslagen en verdronken a/b van het schip “Ida Berendina”; en Pieter Hans, (geboren te Oude Pekela, 1835). Grietje overleed te Oude Pekela op 30 november 1856. Grietje overleed op 30 november 1856 te Oude Pekela, 56 jaar

Pieter overleed te Oude Pekela op 04 december 1870 als Pieter Schabels, 71 jaar, rustend schipper, weduwnaar.

 

In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Pieter Schabels vermeld als zeeman in 1829, 1830, 1834, 1840, als schipper/koopvaardijschipper in 1842, 1856, 1863 en als rustend schipper in 1869, 1870

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Pieter H. Schabeling wonend te Pekela was in de periode 21 september 1839 t/m 1841 met vlagnummer 34 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” en in de periode 1841 t/m zijn overlijden op 04 december 1870 met vlagnummer 27.^{111 en 64a}

 

P.H.Schabeling was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 77 in de periode 1852 t/m 1860 en met vlagnummer 70 in de periode 1862 t/m 1868.

De naam Schabeling komt niet in akten uit de provincie Groningen voor en ik heb aangenomen dat het gaat om Pieter Hansz. Schabels.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In een kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd november 1840 staat geboekt een entreebedrag van f 15,- door kapitein Schabeling.^064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat P.H.Schaberling als gezagvoerder^064a:

*     1842 t/m 1846; 1850; 1852 t/m 1853    kof “Harmonie” boekhouder P.& J. Hordijk te Dordrecht

*     1854 t/m 1855                                           geen vermelding van een schip

*     1856 t/m 1859; 1861                kof “de Maas”    boekhouder Pieter & Jan Hordijk te Dordrecht

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt P.H.Schabeling als gezagvoerder gedurende:

• * 1838 t/m 1854 van de kof “Harmonie”, gebouwd in 1828 te Dordrecht bij scheepsbouwmeester Gips ⁽⁰¹³⁾, 140 ton o.m. varend voor P.& J.Hordijk te Dordrecht;
• * 1857 t/m 1867 van de schoenerkof “Maas”, gebouwd in 1856 te Pekela, 161 ton o.m., varend voor P.& J.Hordijk te Dordrecht.

 

De collectie monsterrollel op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

24 februari 1838, schip “Geessina”, kapitein Klaas K.Wykmeijer, stuurman Pieter Hansses Schabels, uit Oude Pekela.

12 april 1856, schip “Maas”, kapitein Pieter H.Schabeling it Oude Pekela

 

Overige bijzonderheden

Ontleend aan van Blokland-Visser⁰⁶⁴:

In 1841/49 is hij kapitein van het kofschip ,,MAAS,, 61 last / reder Pieter en Jan Hordijk te Dordrecht. Deze opmerking wordt niet vermeld in Bouma, althans niet in genoemde periode

Volgens monsterrol nr. 1405 dd 06 maart 1849 in het Gemeentearchief van Dordrecht was hij gezagvoerder op de kof “Harmonie” en vertrok met 7 man op avontuur. Mee aan boord was zijn 14-jarige zoon Pieter Hans.

Melding van het overlijden door verdrinking van lichtmatroos aan boord van de kof “De Maas” onder kapitein Pieter Hensens Schabeling in de haven van Archangel.¹¹⁵

 

 

Familiegegevens en opleiding

J.Stoorvogel werd geboren in 1818 te Maassluis.

Hij overleed op 26 mei 1882 te Maassluis

In een kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 15 april 1882 een contributieboeking van kapitein Stoorvogel uit Dordrecht.^064b

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Johannes Stoorvogel wonend in Maassluis was in de periode 16 februari 1849 t/m zijn overlijden op 26 mei 1882 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer 23.^{111 en 64a}

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 01 april 1849 staat de inboeking van f 15,- als entreegeld van kapitein Stoorvogel.^064b

In het kasboek van het Dordtse College dd 18 december 1880 staat een boeking van een uitkering van f 6,- per maand uit te keren voor 3 maanden aan kapitein J.Stoorvogel conform een besluit van het Bestuur dd 17 december 1880.

Dd. 14 maart 1881 wordt aan kapitein Stoorvogel een renteloos voorschot geboekt ad f 70,- voor de aankoop van een snelpers, ingevolge een Bestuursbesluit dd februari 1881.^064b

In het kasboek van het Dordtse College dd 13 juli 1882 staat de de boeking van de uitkering aan de weduwe van kapitein L. van Haften van de regelementair toegestane f 200,- minus de f 70,- renteloos voorschot.^064b

In het kasboke van het Dordtse college staat in de periode 16 februari 1883 tot maart 1887 een maandelijkse uitkering van f 6,- aan de wed. Stoorvogel.^064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat J.Anokkee als gezagvoerder^064a:

*     1850; 1852 t/m 1856 kof “Adriana”     boekhouders A. du Bois & Zⁿ te Dordrecht.

*     1857 t/m 1859;                                        bark “Betsij”                     boekhouders Visser & v.d. Sande te Dordrecht

*     1861                                                                                          geen vermelding van een schip

*     1874                                                                                          kof “de Maas”    boekhouders P.& J.Hordijk te Dordrecht.

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.Stoorvogel als gezagvoerder gedurende:

*     1848 t/m 1855 van de sch.kof “Adriana”, ex Jacobina Barbara, gebouwd in 1829 te Veendam, 115 ton o.m., varend voor F.van Wageningen te Dordrecht;

*     1857 t/m 1860 van de bark “Betsy” ex Anna, gebouwd in 1847 te Dordrecht, 309 ton o.m., varend voor Visser & v/d Sande te Dordrecht. Het schip voer in 1861 voor Harmens & Zn te Harlingen en was herdoopt in “Macassar”;

*     1864 t/m 1867 van de 2/msch “Jenneke Hendrika”, gebouwd in 1855 te Sappemeer, 151 ton o.m., varend voor P.Smits Fz te Dordrecht;

*     1868 t/m 1873 van de schkof “Maas”, gebouwd in 1856 te Pekela, 161 ton o.m., varend voor P.& J.Hordijk te Dordrecht.

 

Overige bijzonderheden

In augustus is J.Stoorvogel stuurman op de kof “Roeland van Veendam” onder kapitein S.B.Kuiper.

Op 21 november 1849 is hij kapitein op de kof “Adriana (van Dordrecht)”, reder Abraham du Bois te Dordrecht en vertrok naar Belfast.

In 1855 was hij gezagvoerder op de schoener “Jenneke Hendrika”, reder Pieter Smits F^z te Dordrecht en in 1856 op de bark “Betsy”.⁰⁶⁴

 

 De bark “Betsy” onder kapitein J.Stoorvogel werd gemeld op 02 november 1859 te Valparaiso, dus via Kaap Hoorn. Via Callao, Chincha (guano) bereikte het schip op 16 januari 1860 Greenock en op 14 maart 1860 Brouwershaven, dus wederom na de ronding van Kaap Hoorn.¹²¹

 

 

Familiegegevens en opleiding

Simon Brouwer werd geboren te Wildervank op 12 mei 1835 als zoon van de schipper Geert Simons Brouwer en Agina Uidina Johanna Uniken.

Hij trouwde op 08 februari 1865 te Veendam als schipper met Marchien Prins, geboren te Veendam als dochter van de schipper Jan Remkes Prins en Lammechien Geerts Bakker. Zij overleed op 16 april 1885 te Nieuw Helvoet, 39 jaar.

Simon overleed op 23 februari 1901 te Wildervank, 65 jaar.

De schepen van de kapitein

lid van het college “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” te Veendam⁰³⁶

vlagnummer    periode      type                     naam van het schip                                 boekhouder/reder

    V^d116           1867-1869 sch.brik               Posteljon (ex Maria, ex Jenny)             Zeilmaker & C^o, Harlingen

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt S.G.Brouwer als gezagvoerder gedurende:

• 1865 t/m 1866 van de kof “Prudence” ex Wendelina, gebouwd in 1847 te Hoogezand, 121 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is in 1866 gestrand, wrak geraakt en binnengebracht te Dover.
• 1868 t/m 1870 van de schbrik “Postillon” ex Maria, ex Jenny, gebouwd in 1853 te Elbing, 177 ton o.m., varend voor Zeilmaker & C^o te Harlingen. Het schip werd in 1870 verkocht te Antwerpen;
• 1875 van de kof “Engelina Petronella”, gebouwd in 1853 te Hoogezand, 126 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip werd tussem Kroonstad en Petersburg aangezeild en afgekeurd;
• 1877 t/m 1885 van de schoenerkof “Maas”, gebouwd in 1856 te Pekela, 161 ton o.m., varend voor P.& J.Hordijk te Dordrecht;
• 1886 t/m 1887 van hetzelfde schip maar nu varend voor W.J. de Voogd te Dordrecht. Het schip werd in 1887 verkocht en uit de vaart genomen;
• 1886 t/m 1894 van de 3-mastschoener “Bato” ex Aboma, gebouwd in 1871 te Memel, 257 ton o.m., varend voor Voogd en Hordijk te Dordrecht. Het schip werd in 1894 verkocht naar Engeland;
• 1893 t/m 1898 van de 3-mastschoener “Bato II” ex Hendrik Robert Leemhuis S^r, gebouwd te Hoogezand, 237 ton o.m., varend voor Voogd en Hordijk te Dordrecht

 

Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Geert Simons Brouwer op:

16 februari 1850, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok, matroos, lichtmatroos en de kajuitwachter Simon Geerts Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld

08 februari 1851, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, , matroos en de lichtmatroos Simon Geerts Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld.

07 februari 1852, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok, lichtmatroos Simon Geerts Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld, en een kajuitwachter.

29 januari 1853, kof “Harmina”, schipper Pieter Simons Brouwer, geen leeftijd en woonplaats verrmeld. Voorts stuurman Simon Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld, kok, matroos en een lichtmatroos.

04 februari 1854, kof “Agina Uindina”, schipper Geert S.Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok,  matroos Simon Brouwer, geen leeftijd en woonplaats vermeld en 2 lichtmatrozen.

28 februari 1857, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, 52 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman Simon Brouwer, 21 jaar uit Wildervank, kok en een matroos.

27 februari 1858, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, 23 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman Simon Brouwer, 23 jaar uit Wildervank, kok en 2 matrozen.

23 maart 1859, kof “Agina Uindina”, schipper Geert Simons Brouwer, 54 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman Simon Brouwer, 24 jaar uit Wildervank, kok en een matroos.

20 januari 1877, galjoot Maas”, schipper Siemon Geerts Brouwer, 41 jaar geen woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos.

18 februari 1893, schoener “Bato”, schipper Simon Geerts Brouwer, 57 jaar uit Veendam. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen, een lichtmatroos en een scheepsjongen

16 mei 1894, schoener “Bato II”, kapitein S.G.Brouwer, 59 jaar uit Veendam. Voorts 1^ste stuurman, 2^de stuurman, kok, matroos, 2 lichtmatrozen, dekjongen en een passagier.

28 januari 1895, schoener “Bato II”, kapitein S.G.Brouwer, 61 jaar uit Veendam. Voorts 2^de stuurman en een kok.

25 juni 1896, schoener “Bato II”, kapitein S.Brouwer, 61 jaar uit Veendam. Voorts 1^ste stuurman, 2^de stuurman, kok, matroos, 2 lichtmatrozen en een dekjongen.

01 oktober 1896, schoener “Bato II”, kapitein S.G.Brouwer, 61 jaar uit Veendam. Voorts 1^ste stuurman, 2^de stuurman, kok, matroos, 2 lichtmatrozen en een dekjongen.

09 augustus 1897, schoener “Bato II”, kapitein Simon Brouwer, 62 jaar uit Veendam. Voorts 1^ste stuurman, 2^de stuurman, kok, 2 matrozen en 2 lichtmatrozen.

12 februari 1898, schoener “Bato II”, schipper Simon G.Brouwer, 62 jaar uit Veendam. Voorts 1^ste stuurman, 2^de stuurman, matroos en 2 lichtmatrozen.

29 augustus 1898, scchoener “Bato II”, kapitein Simon Brouwer, 63 jaar uit Veendam. Voorts een 1^ste stuurman.

17 juni 1901, schoener “Bato II”, kapitein S.G.Brouwer, geen leeftijd vermeld uit Veendam. Voorts een niet met rang vermeld bemanningslid.

 

In de 18 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Simon; S.G ; SimonG.; en Simon Geerts Brouwer.

Het overzicht luidt:

1850               kajuitwachter op de kof “Agina Uindina” onder Geert S.Brouwer                            geen leeftijd

1851-1852    lichtmatroos op de kof “Agina Uindina” onder Geert S.Brouwer                              geen leeftijd

1853               stuurman op de kof “Agina Uindina” onder Geert S.Brouwer                                    geen leeftijd

1854               matroos op de kof “Agina Uindina” onder Geert S.Brouwer                                      geen leeftijd

1857-1859    stuurman op de kof “Agina Uindina” onder Geert S.Brouwer                                    21-24 jaar

1877               schipper op de galjoot “Maas”                                                                                         41 jaar

1893               schipper op de “Bato”                                                                                                        57 jaar

1894-1901    schipper op de “BatoII”                                                                                                     59-66

 

Overige bijzonderheden

Kapitein S.G.Brouwer uit Veendam was van 1893 t/m 1903 gezagvoerder van de 3/m schoner “Bato II” (ex-Hendrik Robert Leemhuis S^r), gebouwd in 1879 te Hoogezand, groot 237 ton n.m., varend voor rederij Voogd & Hordijk te Dordrecht. ⁰⁴⁸

Overige bijzonderheden

Derk Brouwer monsterde op 28 januari 1895 te Liverpool als 2^de stuurman aan op de “Bato II” voor een reis naar Zuid-Amerika. Hij vermeldt deze reis uitgebreid in zijn “Herinneringen”, vooral zijn belevenissen in Zuid-Amerika. De reis ging naar Rio Grande, en vandaar korte trips met lading naar Porto Alegro en Rosario. In Buenos Aires ging de kapitein voor enige tijd aan de wal om twee matrozen in te huren, daar er twee oorspronkelijke bemanningsleden waren gedrost. Terug werd Falmouth aangedaan “for orders”. Zestien maanden na vertrek uit Liverpool werd Antwerpen bereikt waar de bemanning werd afgemonsterd⁰⁴⁸.