Familiegegevens en opleiding
Haije Rickers Ruhaak werd geboren in 1820 te Westerende/Hage/Ost Friesland als zoon van Jan Gerdes Ruhaak en Vomtje(?) Jaspers.
Hij trouwde op 23 augustus 1848 te Alblasserdam met Lucke Weers, geboren in 1816 te Hagermarsch/Norden als dochter van Peter Heije Weers (Weyers) en Antje Willems Oosterman. In 1845 kreeg hij de Nederlandse nationalitein.
Hij overleed vóór 1872. Hij werd in 1845 Nederlander te Alblasserdam.064.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.R.Ruhaak was van 1849 t/m 1864 met vlagnummer 270 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1864 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat H.R.Ruhaak in 1864 “volgens Art. 37 … van het Lidmaatschap vervallen verklaard moet worden”. Dit artikel regelt royement wegens het niet voldoen aan de financiële verplichtingen058.
De schepen van de kapitein
H.R.Ruhaak was in 1849 gezagvoerder op de “Hongkong”062.
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein H.R.Ruhaak met vlagnummer R270 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Hongkong” 137 last varend voor J.Vroege te Alblasserdam
* 1851 van de bark “Noord” 345 last varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam
* 1855, 1858 van de sch. “Zevenster” 110 last varend voor W.A. Terbruggen & Co te Rotterdam
* 1859, 1862, 1863 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt H.R.Ruhaak als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1851 op de bark “Hong Kong”, gebouwd in 1845 op de werf van Vornelis Smit teAlblasserdam, 260 ton o.m., varend voor C.Smit te Alblasserdam;
* 1852 t/m 1854 op de bark “Noord”, gebouwd in 1848 te Alblasserdam, 655 ton o.m., varend voor F.H.von Lindern te Alblasserdam.
Op weg naar Batavia is hij op 27 april 1854 vergaan op de reede bij Schouwen op de Banjaard. Dankzij het koelbloedig optreden van kapitein Ruhaak overleefde de bemanning de ramp. Hij zette het schip voor de wind op de kust en de bamanning kon zich in de boten redden. Ze werden door de voorgaats kruisende Brouwerhavense loodsboot opgenomen en te Brouwershaven binnengebracht064.
* 1856 t/m 1858 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor ter Bruggen & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
NRC 28 mei 1852114
Rotterdam, 27 mei. Volgens bericht van kapt. Ruhaak, voerende het barkschip NOORD, te Brouwershaven binnen, had het schip MOZAMBIQUE, kapt. Bouman, van Batavia naar Rotterdam, de 29e maart te St. Helena binnengelopen, schade aan het roer bekomen, doch zou binnen acht dagen gereed zijn de reis voort te zetten.
NRC 19 juni 1852114
Rotterdam, 18 juni. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 30 schepen:
Voor Rotterdam: NOORD, kapt. H.R. Ruhaak; JAN DANIEL, kapt. J.H. Zeeman; CORTGENE, kapt. J.A. Scott; SARA LYDIA, kapt. B. van der Tak; MENADO, kapt. N.N.; GENERAAL VAN DEN BOSCH, kapt. F. Parlevliet; WENA, kapt. J.F. des Ruelles; JULIA, kapt. J. Teygeler; OTTO, kapt. P. Flens. ….
NRC 29 april 1854114
Rotterdam, 28 april. Het te Alblasserdam te huis behorend barkschip NOORD, kapitein H.R. Ruhaak, van Panaroekan (opm: Panarukan) naar deze stad bestemd, is gisteren door hevig stormweder op de westpunt van de Banjaard gestrand en zal, daar het schip tot aan het dek onder water zit, hoogstwaarschijnlijk totaal weg zijn. De bemanning heeft zich in de boten gered en is door de voor gaats kruisende Brouwershavense loodsboot opgenomen en te Brouwershaven binnengebracht.
NRC 07 mei 1854114
Vlissingen, 4 mei. Te Westkapelle is aangespoeld een partij bindrottingen, een nagelbank, een kompas, zes gedeeltelijk geschonden dekbalken en enige stukken dekdelen, een en ander vermoedelijk afkomstig van het op de Banjaard verongelukte schip de NOORD, kapt. Ruhaak, van Batavia naar Rotterdam.
NRC 25 november 1858114
Poole, 22 november. De Nederlandse schoener DE ZEVEN STERREN, kapt. Ruhaak, van Rio Janeiro, laatst van Falmouth naar Bremen bestemd, hebbende 24 dagen reis van Falmouth, is alhier met gescheurde zeilen en wegens gebrek aan provisie binnengelopen.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.G.Borchers was met vlagnummer R253 in de periode 1849 t/m 1863 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1863 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat op hem “Art 37. van het reglement” is toegepast d.w.z. dat het College een einde aan zijn lidmaatschap heeft gemaakt, vanwege het niet nakomen van zijn financiële verplichtingen058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van het College staat kapitein H.G.Borchers met vlagnummer R253 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
- 1849, 1851 van de galj. “Eliza” 77 last varend voor de erve N.J. de Cock te Rotterdam
- 1855, 1858, 1859, 1862 geen vermelding van schip en reeder
H.G.Borchers was gezagvoerder van
- de schoener-kof “Elisa” (ex Anjien) (1846-1854, rederij N.J.de Cock te Rotterdam),
- de bark “Constance” (1856-1858, rederij de Cock, Hop & van Wijngaerdt te Rotterdam)
- de 2-mast schoener “Zeven Sterren” (1859-1860, rederij Ter Bruggen & Co te Rotterdam)013,025.
Bouma025 vermeldt H.G.Borchers als gezagvoerder gedurende:
- 1848 t/m 1854 op de sch.kof “Elisa” ex Anjien, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 145 ton o.m., varend voor N.J. de Cock te Rotterdam. Het schip werd in 1854 herdoopt in “Gier”;
- 1858 van de bark “Constance”, gebouwd in 1856 te Maassluis, 722 ton o.m., varend voor de Cock, Hop & van Wijgaerdt te Rotterdam;
- 1859 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor ter Bruggen & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Hulsinga was met vlagnummer R363 in de periode 1857 t/m 1859 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1859 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) is vermeld dat hij in 1859 voor het lidmaatschap heeft bedankt059.
De schepen van de kapitein
In het Jaarverslag 1858 van het College staat kapitein D.Hulsinga met vlagnummer R363 in de ledenlijst als gezagvoerder van de bark “Paul Johan”, 357 last, varend voor de Groot, Roelandts & Co te Schiedam058.
Bouma025 vermeldt D.Hulsinga als gezagvoerder gedurende:
* 1857 t/m 1859 van het 3/mschip “Paul Johan”, gebouwd in 1853 te Schiedam, 677 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam;
* 1860 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor J.A.Hooites te Hoogezand;
* 1861 t/m 1862 van hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Schiedam.
Overige bijzonderheden
Op 03 januari 1858 vertrok de bark "Paul Johan" van rederij De Groot Roelants & Co te Schiedam onder kapitein D.Hulsinga van de rede van Texel en arriveerde op 12 april 1858 te Batavia na een reis van 98 dagen. Het schip had 130 man troepen aan boord. Men vertrok weer van Batavia op 10 juni 1858, was in St.Helena op 31 augustus-01 september en liep te Brouwershaven binnen op 30 november na dus een reis van 171 zeedagen. Het is een voorbeeld van de grote verschillen in reisduur op dit traject026(38/220).
D.Hulsinga verzorgde per 03 januari 1858 vanuit Nieuwediep met de “Paul Johan” een troepentransport van 6 officieren en 130 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 13 april 1858 na 100 dagen. 1 manschap ontbreekt na de aankomst065.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.Hemmes als gezagvoerder gedurende:
* 1858 t/m 1861 van de 2/msch “Marius” ex Constantin, gebouwd in 1850 te Dagø, 89 ton o.m., varend voor Jansen & v/d Burg te Schiedam. Het schip is in 1861 gestrand in de Oostzee en wrak geraakt;
* 1863 t/m 1864 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor Jansen & v/d Burg te Schiedam;
* 1886 van de bark “Resolutie”, gebouwd in 1857 te New York, 1645 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam. Het schip werd op zee verlaten op 38oN/61oW;
* 1889 van het 3/mschip “Emmanuel” ex Steward Freeman, gebouwd in 1876 aan de Jordan River in Nova Scotia, 1485 ton n.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1893 t/m 1895 van de bark “Jan Melchers” ex Chandos, gebouwd in 1869 te Belfast/Maine, 1448 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.Hemmes als gezagvoerder gedurende:
* 1865 t/m 1869 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor Jansen & v/d Burg te Schiedam. Het schip is in 1869 gezonken;
* 1871 t/m 1873 van de sch.brik “Kosmopoliet”, ex Wilhelmina & Henriëtte, gebouwd in 1855 te Nieuwendam, 212 ton o.m., varend voor T.C.Melchers te Schiedam;
* 1874 t/m 1876 van hetzelfde schip maar nu varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1877 van de schbrik “Marie & Antoinette” ex Trident, gebouwd in 1864 te Granville, Nova Scotia, 420 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam. Het schip is in 1877 gestrand op Terschelling;
* 1878 t/m 1883 van het 3/mschip “Marie & Antoinette” ex Le Grand Gustave, gebouwd in 1857 te Kennebunk, 1680 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1884 van de bark “Walraven Melchers” ex Birmingham, gebouwd in 1860 te Kennebunk Maine, 1408 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1885 van de bark “Resolutie”, gebouwd in 1857 te New York, 1645 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1886 t/m 1889 van de bark “Jan Melchers” ex Chandos, gebouwd in 1869 te Belfast/Maine, 1448 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam;
* 1890 t/m 1891 van het ijzeren fregat “Khersonese”, gebouwd in 1855(?) te Belfast, 1711 ton o.m., varend voor S.J.Melchers te Schiedam. Het schip is in 1891 op de reede van Montevideo uitgebrand.
Overige bijzonderheden
Geen
|