Familiegegevens en opleiding
Albert Schuuring werd geboren te Edam op 30 november 1823 als zoon van Jan Hindriks Schuuring en Eefje Tijn.
Hij trouwde op 01 februari 1849 te Nieuwe Pekela als schipper met Annechien Tiessens Nuisker, geboren op 04 november 1824 te Nieuwe Pekela als dochter van Ties Jans Nuisker em Annechien Koerts Dik.
Overlijdensakten van Albert en Annechien zijn niet gevonden.
“Ingekomen Stukken Nieuwe Pekela.
Afschrift van een akte van overlijden: Op 9 okt. 1868 compareerden voor mij, Jan Jacob Mignot Lieste, Consul der Nederlanden, residerende te Buenos Aires: Stefan Lindström, kok, 23 jaren, August Relke, lichtmatroos, 21 jaren, Carl Ewert, matroos, 29 jaren, allen behoord hebbende tot de bemanning van het Nederlands schoenergaljootschip “Eersteling”, die, na ieder voor zich de eed in onze handen te hebben afgelegd dat zij de waarheid zullen zeggen en niets dan de waarheid, hebben verklaard dat op 18 maart jl. op de reis van Montevideo naar Corriëntes Albert Jans Schuring, in leven gezagvoerder van het Nederlands galjootschip “Eersteling” is overleden en het lijk met behulp van de heer José Rosella, eigenaar van de loodsboot “Santa Rosa” met genoemde loodsboot is aan land gebracht en aan de kant van de rivier begraven.
Waarvan akte, welke gedeponeerd blijft in het archief van dit Consulaat der Nederlande en die de comparanten na gedane voorlezing met mij Consul der Nederlanden hebben getekend ten dage, maand en jaar als boven.
Was getekend: Stefan Lindström, kok, August Relke, lichtmatroos, Carl Ewert, matroos, J.J.M.Lieske, Consul der Nederlanden
Voor eensluidend afschrift uitgegeven te Buenos Aires op 18 okt. 1881,”115
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.J.Schuring als gezagvoerder gedurende:
-
* 1858 t/m 1859 van de schoenerkof “Annechiena”, gebouwd in 1849 te Veendam, varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip is in november overzeild;
-
* 1861 t/m 1868 van de galjoot “Eersteling”, gebouwd in 1869 te Pekela, 157 ton o.m., varend voor W.W.Pott te Pekela;
Monsterrol uit het Gemeentearchief van Delfzijl
19 juli 1860, schoenerkof “Eersteling”, kapitein A.J.Schuring, 36 jaar uit Nieuwe Pekela. Voorts stuurman L.G.Schnuit, 26 jaar uit Ditzum (D), kok 2 matrozen en een kajuitwachter.
Overige bijzonderheden
NRC 160857
Cargalijsten.
Te Rotterdam zijn aangekomen het schip RIGA, kapt. H.W. Maas, van Maracaibo, met 136 ton geelhout, adres H. van Rijckevorsel; het stoomschip SOPHIE, kapt. P.L. Schep, van Cardiff, met een lading ijzer, adres E.S. de Jonge, en het stoomschip LOUISE, kapt. P.J. v.d. Grient, van Grangemouth, met 100 ton gietijzer, adres E.S. de Jonge.
Te Amsterdam zijn aangekomen het schip ZWAANTINA THELLINA, kapt. de Boer Sap, van St. Petersburg met 1032 tschetwert (opm: Russische inhoudsmaat, vooral gebruikt voor graan; 1032 tschetwert = 2310 hectoliter) rogge, adres Böninger, Frank & Co; JENNY, kapt. Van Wijk, van St. Petersburg met 1246 tschetwert rogge, adres Wed. J. d´Arripe; het schip TECLA JOHANNA, kapt. Kroon, van St. Petersburg met 1049 tschetwert rogge, adres order; het schip ANNECHIENA, kapt. Schuring, van St. Petersburg met 1124 tschetwert rogge, adres A. & F. Haerten, en LAMMECHINA, kapt. Koops, van St. Petersburg met 977 tschetwert rogge, adres Bunge & Co.
NRC 041258
Cuxhaven, 1 december. Kapt. Schuring met het Nederlandse kofschip ANNECHIENA heden alhier van Oporto gearriveerd, heeft op 49º30’ N.B. en 09º30’ W.L. gered 2 man van de equipage van de Russische schoener ANNA MARIA, kapt. Muller, van Cardiff naar Elseneur (opm: Helsingör) bestemd, welke bodem op evengenoemde hoogte gezonken is. Vier man zijn er bij omgekomen.
NRC 041159
Elseneur, 1 november. De te Pekela tehuis behorende kof ANNEGINA, kapt. Schuring, van St. Petersburg naar Firth of Forth, is gisteren morgen om 4 uur bij Kullen in aanzeiling geweest met de galjas ARGO, kapt. Spiegelberg, van Newcastle naar Stettin (opm: Szczeccin). Het eerste schip bekwam daarbij een lek en verloor de fokkemast en boegspriet en daar de manschap vreesde dat het schip zou zinken, verlieten zij het en gingen op de ARGO over, waarmede zij gisteren namiddag hier aankwamen. De ANNEGINA werd later door de Pruisische schepen PATRIOT en SIDONIA opgemerkt en op sleeptouw genomen. Door windstilte waren deze echter genoodzaakt de hulp van het stoomschip MARIE in te roepen en gesleept door deze boot werd de kof gisteren avond alhier ter rede gebracht. De ARGO heeft schade in de bakboordboeg bekomen.
NRC 240260
Aan het werkje, getiteld: Neêrlands Vloot en Reederijen, opgemaakt door H. Sweys, kapitein-expert van Veritas, ontlenen wij de volgende Staat van de uit de vaart geraakte schepen, in het jaar 1859:
soort
|
scheepsnamen
|
kapiteins
|
grootte/last
|
Gebd.
|
|
Aanmerkingen
|
Zeetijding NRC
|
|
|
|
|
|
|
|
|
Bark
|
ADOLF VAN NASSAU
|
T. Meester
|
217
|
1839
|
|
Afgekeurd op Java
|
30-01-59
|
brik
|
ADRIAAN GEORG
|
W.H. Bontekoe
|
92
|
1857
|
|
Amerikaanse kust verbrijzeld.
|
30-11-59
|
Sch
|
AFINA VAN LINGEN
|
P.J. Maathuis
|
66
|
1855
|
|
In Liverpool verkocht
|
09-09-59
|
brik
|
ALIDA IKINA
|
J.J. Scholten
|
109
|
1858
|
|
Gestrand en vermoedelijk wrak
|
17-12-59
|
Bark
|
AMBOINA
|
W.H. Rusman
|
382
|
1840
|
|
afgekeurd te Batavia
|
17-03-59
|
kof
|
ANNA
|
P.S. Brouwer
|
76
|
1847
|
|
Totaal weg in de Golf van Finland (opm: Bouma: nov. 1859)
|
|
kof
|
ANNA ELISABETH
|
J.G. Leffers
|
75
|
1830
|
|
Gestrand en wrak
|
07-04-59
|
Bark
|
ANNA PAULOWNA
|
W. Bek Wzn.
|
325
|
1839
|
|
Afgekeurd op Java doch nog op de kust varend onder andere naam
|
27-02-59
|
kof
|
ANNA SIEBERLINA
|
Pietersen ( ex Ugen)
|
42
|
onbek
|
|
Gestrand en weg
|
30-08-59
|
Kf 1 m
|
ANNA SOPHIA
|
G.L. Visser
|
30
|
1836
|
|
Gestrand
|
17-03-59
|
kof
|
ANNEGINA
|
A.J. Schuring
|
52
|
1849
|
|
Overzeild
|
01-11-59
|
NRC 060361
Elseneur, 3 maart. De Nederlandse schoener-kof EERSTELING, kapt. A.J. Schuring, van Schiedam naar de Oostzee, is hedenmiddag onder het laveren het strand te na gekomen en ten zuiden van onze haven aan de grond geraakt.
NRC 100361
Elseneur, 7 maart. Het Nederlandse schoenerkof EERSTELING, kapt. A.J. Schuring, van Schiedam naar de Oostzee, in de Sond aan de grond geraakt, is, na de ballast uitgeworpen te hebben, gisterenavond, zonder belangrijke schade, weer in vlot water gekomen.
PGC 120361
Elseneur, 7 maart. Het schoonerkofschip EERSTELING, kapitein A.J. Schuring, van Schiedam naar de Oostzee, in de Sont aan de grond geraakt, is na ballast uitgeworpen te hebben, gisteravond onder belangrijke schade weder in vlot water gekomen.
Familiegegevens en opleiding
Egbert Pot is op 20 augustus 1827 geboren in Oude Pekela als zoon van de zeeman Ullem Ebbes Pot en Anna Alberts Tap.
Egbert trouwde op 01 december 1860 te Oude Pekela als schipper met Geertruida Schuur, geboren op 09 december 1831 te Oude Pekela als dochter van schipper Pieter Geerts Schuur en Johanna Israels Vos. Geertruida overleed op 21 februari 1919 te Oude Pekela, 87 jaar.
Egbert overleed met de familienaam Pott op 29 april 1889 te Oude Pekela, 61 jaar, kastelein.
In Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen wordt Egbert Pot/Pott vermeld als schipper in 1860, 1861, 1863, 1865, 1870, zonder beroep in 1885 en als kastelijn in 1889.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
E.U.Pot was met vlagnummer 123 in de periode 1857 t/m 1889 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela.
In de opgaven tussen de AAKZ en Sweys zijn nogal wat verschillen onder andere in de vermelding van de initialen, maar w er is gekozen voor de vermelde aaneengesloten lidmaatschapsperiode.
Ook voor de periode 1874-1875 wordt een E.U.Pott genoemd als lid van “De Trouw”, maar nu met vlagnummer 144.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt E.U.Pott als gezagvoerder gedurende:
* 1867 t/m 1868 van de sch.brik “Geertruida”, gebouwd in 1866 te Pekela, 210 ton o.m., varend voor W.W.Pott te Pekela. Het schip is in 1868 verongelukt in Brazilië;
* 1869 van de galjoot “Eersteling”, gebouwd in 1860 te Pekela, 157 ton o.m., varend voor W.W.Pott te Pekela. Het schip werd verkocht in Brazilië;
* 1874 t/m 1876 van de kof “Jantina Margaretha”, gebouwd in 1864 te Pekela, 164 ton o.m., varend voor de wed.H.T.Kranenborg te Pekela;
* 1877 t/m 1884 van hetzelfde schip maar nu varend voor B.J.Scherpbier te Pekela. Het schip is in 1884 bij Danzig gestrand en afgekeurd.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
10 januari 1854, schip “Anna Arendina”, kapitein Ullem E.Pott. 1ste stuurman Egbert U.Pott uit Oude Pekela.
12 juli 1866, schoenerbrik “Geertruida”, kapitein Egbert U.Pott uit Oude Pekela.
30 augustus 1866, schoenerbrik “Geertruida”, kapitein Egbert U.Pott, 29 jaar uit Oude Pekela.
25 maart 1875, galjoot “Jantina Margretha”, kapitein Egbert Ulms Pott uit Oude Pekela.
08 februari 1876, galjoot “Jantina Margaretha”, kapitein Egbert U.Pott, 48 jaar uit Oude Pekela.
15 februari 1881, galjoot “Jantina Margaretha”, kapitein Egbet Ulms Pott uit Oude Pekela.
01 februari 1883, galjoot “Jantina Margaretha”, kapitein Egbert U.Pott uit Oude Pekela.
Krantenberichten
Provinciale Groninger Courant 11 juni 1874
Kopenhagen, 8 juni. De hier van Malaga binnengekomen galjoot JANTINA MARGARETHA, kapt. Pot, lost de voor hier bestemde goederen en zeilt daarna dadelijk met het restant naar St. Petersburg.
NRC 28 september 1875
Delfzijl, 27 september. Het Nederlandse schip JANTINA MARGARETHA, kapt. Pott, van St. Petersburg met een lading rogge naar Groningen, is met onklare pompen en slagzijde, alhier op de rede ten anker gekomen.
NRC 24 januari 1879
Napels, 18 januari. Het galjootschip JANTINA MARGARETHA, kapt. E.U. Pott, uit Pekela, van Catania naar Civita Vecchia met zwavel, liep hier binnen in de nacht van 15 op 16 om een lek te stoppen en enige schade te herstellen, veroorzaakt door zwaar stormweder waardoor een man van de equipage overboord geraakte en verdronk, Het schip zal vermoedelijk de 20e of 21e januari de reis weer kunnen voortzetten.
Provinciale Groninger Courant 27 februari 1880
Advertentie. Zaterdag 28 februari 1880, des avonds te vijf uur, zullen ten verzoeke van de heren curatoren in het faillissement van de firma D. Mulder en Zoon, en van haar individuele leden, in het hotel De Boer te Oude Pekela, in het openbaar worden verkocht:
De volgende aandelen in de na te noemen in de Nederlanden thuis behorende schepen, als: ….
- 3/80 Aandelen in het schip JANTINA MARGARETHA, kapt. E.U. Pott…..
Algemeen Handelsblad 01 januari 1884
Delfzijl, 28 december. De lading planken van het schip JANTINA MARGARETHA, kapt. Pott, van Memel naar Dordt, lek alhier binnen, wordt met lichters naar de destinatieplaats gebracht. Er wordt NLG 1.000 sleeploon gevraagd. (opm: schoener-kof JANTINA MARGARETHA (PDVK), 142 ton nieuwe meting, kapt. Egbert Ulms Pott van Oude Pekela).
NRC 21 oktober 1884
Amsterdam, 20 oktober. Het Nederlands schip JANTINA MARGARETHA, kapt. Pott, van Nerva naar Delfshaven, is bij Danzig gestrand.
AH 23 oktober 1884
Danzig, 20 oktober. Het bij Schiewenhorst (opm: Swibno) gestrande Nederlandse schip JANTINA MARGARETHA, heeft de grote mast gebroken. Het volk is gered.
NRC 27 oktober 1884
Danzig, 24 oktober. De Nederlandse schepen NOORDZEE en JANTINA MARGARETHA, beide gestrand, zijn nagezien en afgekeurd geworden.