Familiegegevens en opleiding
Geert Kruizinga werd geboren te Ommelanderwijk, gem.Veendam 05 januari 1840 als zoon van de landbouwer Gerrit Seijes Kruizinga en Geertje Lubberts Pekelder.
Hij trouwde op 07 juni 1869 te Zuidbroek als buitenvaarder met Diepke Fennema, geboren te Zuidbroek 29 januari 1845 als dochter van de bakker Jan Harms Fennema en Frauwen Edens. Diepke overleed op 18 februari 1929 te Winschoten, 84 jaar, weduwe.
Geert overleed op 25 september 1903 te Zuidbroek, 63 jaar, zonder beroep.
Geert staat in de geboorteakte van een kind in 1877 vermeld als “buitenvaarder”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s).
G.G.Kruizinga was vlaggelid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 78 in de periode 1870 t/m 1882.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.G.Kruizinga als gezagvoerder gedurende:
* 1870 t/m 1881 van de brik “Catharina Hendrika”, gebouwd in 1869 te Hoogezand, 221 ton o.m., varend voor J.A.Hooites te Hoogezand.
Het bestand aan monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen verwijst 4 maal naar een Geert Kruisinga/Kruizinga en wel:
19 januari 1856, galjoot “Alida Ikina”, schipper Jan J.Scholten, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen, lichtmatroos Geert Kruisinga, geen leeftijd en woonplaats vermeld en een kajuitwachter.
06 maart 1858, kof “Gesina Wilhelmina”, schipper Harm Roelfs Dokman, 43 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, kok Geert Kruizinga, 18 jaar uit Wildervank, 2 matrozen en een kajuitwachter.
05 februari 1859, kof “Anna Elisabeth”, schipper Jan Leffers, 33 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen waaronder Geert Kruisinga, 18 jaar uit Wildervank en een lichtmatroos.
11 februari 1860, schoener “Newa”, schipper Cornelis Holscher, 31 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman, kok, 2 matrozen waaronder Geert Kruisinga, 20 jaar uit Wildervank en een lichtmatroos.
Overige bijzonderheden
Geen
Datum vanaf: |
1869 |
Kapitein: |
Kruizinga, Geert Gerrits |
Overige informatie: |
Hoogezand. Volgens cedule 92/1869 uit Wildervank, mede-eigenaar |
Familiegegevens en opleiding
Lebrecht Emilius Biebericher werd geboren te Zuidbroek op 23 december 1839 als zoon van de koopman Lebrecht Emilius Biebericher en Siebertje Sierts Klugkist
Lebrecht trouwde op 25 april 1867 te Zuidbroek als buitenvaarder met Martha Lever, geboren op 21 december 1838 te Zuidbroek als dochter van de schipper Hindrik Geerts Lever en Trijntje Hindriks Klatter. Martha overleed op 23 november 1918 te Kampen, Overijssel, 79 jaar
L.E. Biebericher overleed op 07 oktober 1885 als gezagvoerder aan boord van zijn schip de “Catharina Hendrika” te Londen.
In Burgerlijke Stand gegevens uit de provincie Groningen wordt Lebrecht vermeld als buitenvaarder in 1867, als scheepskapitein in 1868, 1869, als buitenvaarder in 1871, 1875, 1877, 1878, 1879, als scheepskapitein in 1882, 1883.
Lidmaatschap van zeemanscollege(s)
L.E.Biebericher was ffectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer B2 resp. 26 in de periode 2868 t/m 1885
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.E.Biebericher als gezagvoerder gedurende:
* 1868 t/m 1881 van de kof “Martha”, gebouwd in 1867 te Hoogezand, 164 ton o.m., varend voor W.Waalkens te Zuidbroek. Het schip voer in 1882 voor v/d Goot & Kühn te Groningen en was herdoopt in “Allegona”;
* 1882 t/m 1885 van de brik “Catharina Hendrika”, gebouwd in 1869 te Hoogezand, 221 ton o.m., varend voor J.A.Hooites te Hoogezand.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen verneldt:
23 mei 1855, schoener “Magralena Johanna”, schipper Bruine Jans Timmer, kajuitwachter Lebrecht Emilias Biebericher, 16 jaar uit Noordbroek.
24 december 1869, schoener “Martha”, kapitein Lebrecht Emilius Biebericher, 30 jaar uit Zuidbroek.
Overige bijzonderheden
De Raad van Tucht bij de koopvaardij deed op 02 november 1868 uitspraak inzake een klacht tegen kapitein L.E.Biebericher, gezagvoerder van de schoener “Martha” varend voor W.Waalkens te Zuidbroek. Er zijn geen details van deze uitspraak vermeld. 104*
Familiegegevens en opleiding
Febo werd geboren op 18 oktober 1834 te Ter Apel/Vlagtwedde als zoon van de commies der Rijksbelastingen Pieter Jans Havenga en Aaltje Zwiers Visker. Hij was de tweelingbroer van kapitein Zwier Havenga.
Febo Havenga trouwde op 27 mei 1871 te Zuidbroek met Elizabeth Lever,geboren op 26 december 1845 te Zuidbroek als dochter van de zeeman Hindrik Geerts Lever en Trijntje Hindriks Klatter. Elizabeth overleed op 14 november 1905 te Groningen, 59 jaar, weduwe.
Febo overleed op 21 februari 1893 te Warffum, 58 jaar, logementhouder.
In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Febo vermeld als buitenvaarder in 1872, als kapitein in 1873, 1874. 1875, buitenvaarder in 1877, als logementhouder in 1893, 1898.
-
Havenga was effectief lid van het Groninger zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer 226 in de periode 1874 t/m 1893.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt F.P.Havinga als gezagvoerder gedurende:
* 1872 t/m 1880 van de 2-mastschoener “Juiko van Deen”, gebouwd in 1871 te Veendam, 171 ton o.m., varend voor D.S.Detmers te Meeden. Het schip is in 1880 te St.Domingo gestrand en stuk geslagen.
Juiko van Deen (1853-1931) was een landbouwer uit Duurkenakkker/Muntendam.
* 1882 t/m 1885 van de brik “Goorecht”, gebouwd in 1860 te Sappemeer, 202 ton o.m., varend voor W.P. de Vries te Sappemeer. Het schip werd met schade te St. Catharine (Brazilië) binnengebracht en geabandoneerd.
* 1886 t/m 1887 van de brik “Catharina Hendrika”, gebouwd in 1869 te Hoogezand, 221 ton o.m., varend voor J.A.Hooites te Hoogezand. Het schip is bij Rio Grande gestrand, afgebracht en afgekeurd.
In een Naamlijst van Leden van het Veendammer zeemanscollege in 1880 aanwezig in het Veenkoloniaal Museum te Veendam staat F.P.Haveng als gezagvoerder van de “Juiko van Deen” met vlagnummer 226.
In eem overlijdensakte uit februari 1873 van een dochter wordt Febo vermeld als kapitein van de schoener “Juiko van Deen” op reis van Maracaibo naar Europa aam boord bij het eiland Bajo Seco
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
26 april 1849, kof “Annegiena”, schipperAlbert Jans Schuring, katuitwachter Tebo Pieters, 14 jaar uit Meeden.
07 februari 1852, galjoot “Aquarius”, schipper Geert Douwes Doewes, kok Feibo Pieters Havinga.
19 januari 1853, kof “Rieka”, schipper Geert Derks Puister, lichtmatroos Febo Havinga.
21 februari 1857, kof “Aquarius”, schipper Geert Doewes Douwes, stuurman Febo Havinga.
03 februari 1864, schoener “Geziena”, schipper Jan Jans Doekes, stuurman T.P.Havenga, 29 jaar uit Veendam.
06 februari 1875, schoener “Juiko van Deen”, schipper Tebo Pieters Havenga, 40 jaar uit Zuidbroek/
Overige bijzonderheden
Geen
|