|
Harlingen. Den 2 maart uitgezeild de kofschepen WINDLUST, kapt. Geert R. Engelsman, de HOOP EN VREES, kapt. W.P. Piebes, de eerste gedestineerd naar Noorwegen, de tweede op avontuur, en de smakschepen de VROUW HENDRIKA, kapt. Jan Bruns, de ZEELUST, kapt. E. R. de Boer, beide met ballast naar Noorwegen. Den 3 dito uitgezeild het kofschip HARMONIE, kapt. H. C. Schut, met ballast naar de Marennes in Frankrijk. Den 4 dito uitgezeild de kofschepen de JONGE YPEUS, kapt. H. de Weerd, de GOEDE VERWACHTING, kapt. Jurien J. Schuuring, de TWEE GEBOEDERS, kapt. W.R. Luikens, de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, de VROUW HELENA, kapt. Joseph Bolwien, het tjalkschip de JONGE ELISABETH, kapt. T.IJ. de Vries, de eerste op avontuur, de laatste met pannen naar de Oostzee, verder de overige met ballast naar Noorwegen. Den 5 dito uitgezeild het tjalkschip de VROUW WICHERDINA, kapt. Egbert A. Oldenburger, met ballast op avontuur, het sloepschip NEPTHUNUS, kapt. Charles Warner, met boter naar Londen. Den 7 dito binnen gekomen het kofscheepje MERKURIUS, kapt. J.B. van den Oever, met ballast van Londen. Uitgezeild het brikscheepje THOMAS, kapt. William Watton, met boter naar Londen. Den 9 dito binnen gekomen het sloepschip HUBLIN, kapt. J. Rink, met ballast van Londen. Uitgezeild de kofschepen JUFVROUW BIBIANA, kapt. Israel Uiling, met ballast op avontuur, de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klasen en de smakschepen de VROUW MARTHA, kapt. Dirk Clasen de Groot, de VROUW ALBERDINA, kapt. Simon Fokkes Taaij, alle met ballast naar Noorwegen. Den 10 dito uitgezeild de vishoeker VRIJHEID, kapt. Jan van Duulen, naar de Noordzee; de kofschepen JUPITER, kapt. Barend R. van Wijk, de STAD MEPPEN, kapt. Rimmert Hardes (opm: Hanover vlag, kapt. Remmert Harders), ALIDA KLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, en het smakschip de VROUW ELFINA, kapt. H.G. Busker, alle met ballast naar Noorwegen.
|