|
Rotterdam, 7 oktober. De 6e dezer, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis DE TREKVOGEL, kapt. H.T. de Jong, van Marennes, en DE JUFVROUW HENDRIKA, kapt. H.H. Scholtens, van Liverpool; CONCORDIA, kapt. H. Bos, van Batavia; de VROUW ALIDA (opm: tjalk), kapt. A.T. Smit, van Rouaan en ELIZA, kapt. T. Fennings, van Bristol. Kapt. Scholtens, bovengemeld, rapporteert, dat hij de 30e september, de Meeuwesteen (opm: Eddystone) ten noorden van zich, met een westen wind en in goede staat gepraaid heeft de brik DE JONGE JACOBUS, kapt. J.A. Pronk, van Rotterdam naar Batavia. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de stoomboot DE BATAVIER, kapt. J.H. Giese, naar Londen; DE JONGE HIDJE TROMP, kapt. J. Zeilstra, naar Marseille; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. J.K. Potjewyd, naar ……; HOSTEN, kapt. M. Holst, naar Noorwegen; HENDRIKA, kapt. T.T. Harding, naar Belfast, KAREL, kapt. B.H. Sturman, naar Meetemoris; REMBRAND, kapt. F. Petersen, naar de Havannah; ELISABETH, kapt. S.J. Brouwer, naar de Marennes; MERCURIUS, kapt. J.P. Hoefft en DE HERSTELLING, kapt. Z. Jans, naar Leith. Te Antwerpen zijn gearriveerd PLATO, kapt. Knapps, van de Havannah; FREDERIKA DOROTHEA, kapt. Kragen en ELGIN, kapt. Horsrok, van Riga; NOOIT GEDACHT, kapt. Gelders (opm: mogelijk NOOITGEDACHT, kapt. J. Geltes), van Hamburg en de stoomboot BATAVIER, kapt. Giesen, van Londen
|