|
Opgebrachte schepen. Volgens opgaaf van de viceconsul te Swinemünde zijn daar in de loop van 1918 de volgende Nederlandse schepen opgebracht: De LUNA, Amsterdam, van de Kon. Nederlandsche Stoomboot Mij; de NOOIT VOLMAAKT, Scheveningen, van de rederij Jac. den Dulk & Zonen; de TJAKIENA, Stadskanaal, van M. Meinen: de MILLY, Rotterdam, van H. van Krieken, Boompjes 70; de HOLLANDIA I, Rotterdam, van de N.V. Scheepvaart Maatschappij Hollandia; de AGNETA, Rotterdam, van de Hollandsche Gulf Stoomvaart Mij. Jos. De Poorter; de MEGREZ, Rotterdam, van Van Nievelt, Goudriaan & Co., Parklaan 4; de ZEEBURG, R’dam, van de Nederlandsche Scheepvaart Mij. Transatlanta, Boompje 65; de MARIA JAKOBA, Vlaardingen, van V. d. Burg, Schiedamscheweg 101; de GEZIENA, Groningen, van Jan Koopman. Piet Heinstraat 5; de JANTJE, Groningen, van Jacob Koopman, Piet Heinstraat 52; de VRIJHEID, Haren, van kapt. Wildervank, van kapt. De Groot (führt selbst sein Schiff); de ROELFINA, Gasselternijveen, van H. Holwerda; de ZEESTER, Rotterdam, van Soetermeer & Fekkes en Co., Westerstraat 38. RN 170618 Rotterdam, 15 juni. Blijkens het verslag van de Scheepsexploitatie Maatschappij Navis te Sliedrecht, over het eerste boekjaar, uitgebracht in de jaarlijkse vergadering van aandeelhouders op 22 mei 1918, gelukte het reeds kort na de oprichting van de vennootschap aan te kopen een stoomschip, in aanbouw bij de werf De Groot & Van Vliet te Slikkerveer, van circa 1.000 ton, waarvoor een leveringstijd werd geconditioneerd van 15 augustus daaraanvolgende. De prijs bedroeg NLG 450.000. Ofschoon door de bouwers met alle energie aan het werk is gegaan om dit op de bepaalde tijd gereed te krijgen, is dit door verschillende oorzaken, voortspruitende uit de tijdsomstandigheden, niet gelukt en kon het schip eerst half sept. worden geleverd. Het schip heeft ten volle voldaan aan de gestelde eisen. De MERWEDE is op 10 oktober 1917 haar eerste reis begonnen en heeft tot 1 jan. 1918 drie reizen kunnen volbrengen, waarvan twee naar Engeland en een naar Noorwegen. Het exploitatie resultaat van deze drie reizen bedroeg NLG 42.284, hetwelk, na aftrek van onkosten, interest en een afschrijving van 31/2 pct. op het stoomschip groot NLG15.750 en een afschrijving van 20 pct. op de oprichtingskosten groot NLG 1.328, een netto winst van NLG 11.463 geeft. Voorgesteld wordt 8 pct. dividend uit te keren, waarna, na betaling van de rijksinkomstenbelasting, een onverdeeld winstsaldo van NLG 718 overblijft.
|