Datum vanaf: |
1857 |
Kapitein: |
Lovius, D. |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D. van der Zee als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de bark “Drie Vrienden, gebouwd in 1837 op de werf van A.de Graaf & Zn “De Reus” te Amsterdam, 303 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam
* 1869 t/m 1877 van het ijzeren schroefstoomschip “Balmoral”, gebouwd in 1850 te Dumbarton, 277 ton o.m., varend voor M.H.Insinger (KNSM) te Amsterdam. Het schip ging in 1877 uit de vaart.
Overige bijzonderheden
Harlinger Courant 19 oktober 1874, Scheepvaartberichten
Uitgegaan: Bremerhaven 15 Oct. Balmoral (s), Rotterdam.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Lovius werd per 01 juli 1851 met vlagnummer 30 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Waakzaamheid", met de kapitein als boekhouder. Zijn contributie werd betaald door zijn vrouw Antje van der Zee, geboren 02 oktober 1815. Het echtpaar had bij de inschrijving 3 kinderen: Harmen (21 december 1841), Hiltje (12 januari 1843) en Rinze (27 oktober 1845)028-fol.030.
D.R.Lovius was met vlagnummer 30 lid van het College “Zeemansvoorzorg” in de periode 1851-1857034.
Een Douwe Lovius uit Amsterdam was in de periode 24 januari 1851 t/m het overlijden op 28 november 1872 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer D71. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de kof “Waakzaamheid”.064a
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
"Maart 1972
Aan de Buitengewone Leden van het Collegie Zeemans Voorzorg. Aan de Buitengewone Leden G.H.Smit Amsterdam O.S.Parma Midlum Jan Steeksma Hull H.Maas Nieuwediep Ph.Hannema Stadskanaal D.Lovius Amsterdam M.Lovius Purmerend J.D.Visser F.J.van Oppen
De Directie van het Collegie Zeemans-Voorzorg heeft de eer aan de Buitengewone leden dezer inrichting kennis te geven, dat in eene Algemeene Vergadering, gehouden op den 10 Febr. j.l., is besloten art.10 van het thans vigerende reglement te doen vervallen, en daarvoor in de plaats te stellen het navolgende:
Een gewoon lid, deze stad als woonplaats verlatende, zal daarvan schriftelijk kennis geven aan den Secretaris. - Wanneer hij gedurende vijf jaren lid is geweest, behoudt hij alle aanspraak op de fondsen van het collegie, en zijne weduwe of kinderen, regt op de bij het reglement bepaalde uitkeering, overschillig of hij al dan niet zeeman is gebleven, mits hij betalende de contributie, te rekenen vanaf den tijd dat hij opgehouden heeft die te voldoen.
Dit artikel is van toepassing op zoodanige leden, die sedert oprichting van het Collegie deze stad als woonplaats hebben verlaten.
Zij verzoekt daarvan nota te willen nemen. De Directie voornoemd (Get.) D.Fontein Pz, prisid. C.Teves H.Harmens Cz J.Foekens, Secr."033.
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat D.Lovius als gezagvoerder064a:
* 1852 t/m 1853 kof “Waakzaamheid” boekhouder Sandberg & Co te Dordrecht
* 1854 t/m 1858 kof “Waakzaamheid” geen boekhouder vermeld
1859; 1861 stoomboot “Balmoral” G.Schuurmans & Z
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
H30 1852-1857 sch.kof Waakzaamheid kap/eigenaar, Harlingen
overvaren door een stoomschip in de Sont (Petersburg - Amsterdam)
Bouma025 vermeldt D.Lovius als gezagvoerder gedurende:
* 1846 t/m 1847 van de kof “Nooit Gedacht”, gebouwd in 1826 te Harlingen, 105 ton o.m., varend voor Visser & v/d Sande te Dordrecht;
* 1848 t/m 1849 van de kof “Anna Maria”, gebouwd in 1839 te Muiden, 114 ton o.m., varend voor J.& F.van Wageningen te Dordrecht. Het schip is verongelukt bij Holyhead;
* 1852 t/m 1857 van de schkof “Waakzaamheid”, gebouwd in 1851 te Groningen, 103 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Harlingen. Het schip werd 2 keer te Harlingen geregistreerd en wel 1 keer met hout van Nerva en 1 keer met zout van Liverpool. Het is in 1857, gaande van Petersburg naar Amsterdam, ’s nachts overvaren in de Sont door een stoomschip;
* 1858 t/m 1865 van het ijzeren schroefstoomschip “Balmoral”, gebouwd in 1850 te Dumbarton, 277 ton o.m., varend voor S.M.”de Maas”, G.Schuurmane & Zn te Rotterdam;
* 1866 t/m 1868 op hetzelfde schip maar dan voor C.A.van Hemert te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
De Harlinger Courant dd 23 september 1857 meldt:
“Volgens alhier aangekomen telegrafisch berigt is het Ned. Kofschip Waakzaamheid, kapt. D.Lovius, (den 7 Septbr. l.l. van Croonstad vertrokken) in de Oostzee aangezeild en spoedig daarna gezonken. De equipage was gered. Nader bijzonderheden ontbreken nog.”
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D. van der Zee als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de bark “Drie Vrienden, gebouwd in 1837 op de werf van A.de Graaf & Zn “De Reus” te Amsterdam, 303 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam
* 1869 t/m 1877 van het ijzeren schroefstoomschip “Balmoral”, gebouwd in 1850 te Dumbarton, 277 ton o.m., varend voor M.H.Insinger (KNSM) te Amsterdam. Het schip ging in 1877 uit de vaart.
Overige bijzonderheden
Harlinger Courant 19 oktober 1874, Scheepvaartberichten
Uitgegaan: Bremerhaven 15 Oct. Balmoral (s), Rotterdam.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Lovius werd per 01 juli 1851 met vlagnummer 30 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Waakzaamheid", met de kapitein als boekhouder. Zijn contributie werd betaald door zijn vrouw Antje van der Zee, geboren 02 oktober 1815. Het echtpaar had bij de inschrijving 3 kinderen: Harmen (21 december 1841), Hiltje (12 januari 1843) en Rinze (27 oktober 1845)028-fol.030.
D.R.Lovius was met vlagnummer 30 lid van het College “Zeemansvoorzorg” in de periode 1851-1857034.
Een Douwe Lovius uit Amsterdam was in de periode 24 januari 1851 t/m het overlijden op 28 november 1872 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer D71. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de kof “Waakzaamheid”.064a
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
"Maart 1972
Aan de Buitengewone Leden van het Collegie Zeemans Voorzorg. Aan de Buitengewone Leden G.H.Smit Amsterdam O.S.Parma Midlum Jan Steeksma Hull H.Maas Nieuwediep Ph.Hannema Stadskanaal D.Lovius Amsterdam M.Lovius Purmerend J.D.Visser F.J.van Oppen
De Directie van het Collegie Zeemans-Voorzorg heeft de eer aan de Buitengewone leden dezer inrichting kennis te geven, dat in eene Algemeene Vergadering, gehouden op den 10 Febr. j.l., is besloten art.10 van het thans vigerende reglement te doen vervallen, en daarvoor in de plaats te stellen het navolgende:
Een gewoon lid, deze stad als woonplaats verlatende, zal daarvan schriftelijk kennis geven aan den Secretaris. - Wanneer hij gedurende vijf jaren lid is geweest, behoudt hij alle aanspraak op de fondsen van het collegie, en zijne weduwe of kinderen, regt op de bij het reglement bepaalde uitkeering, overschillig of hij al dan niet zeeman is gebleven, mits hij betalende de contributie, te rekenen vanaf den tijd dat hij opgehouden heeft die te voldoen.
Dit artikel is van toepassing op zoodanige leden, die sedert oprichting van het Collegie deze stad als woonplaats hebben verlaten.
Zij verzoekt daarvan nota te willen nemen. De Directie voornoemd (Get.) D.Fontein Pz, prisid. C.Teves H.Harmens Cz J.Foekens, Secr."033.
De schepen van de kapitein
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat D.Lovius als gezagvoerder064a:
* 1852 t/m 1853 kof “Waakzaamheid” boekhouder Sandberg & Co te Dordrecht
* 1854 t/m 1858 kof “Waakzaamheid” geen boekhouder vermeld
1859; 1861 stoomboot “Balmoral” G.Schuurmans & Z
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
H30 1852-1857 sch.kof Waakzaamheid kap/eigenaar, Harlingen
overvaren door een stoomschip in de Sont (Petersburg - Amsterdam)
Bouma025 vermeldt D.Lovius als gezagvoerder gedurende:
* 1846 t/m 1847 van de kof “Nooit Gedacht”, gebouwd in 1826 te Harlingen, 105 ton o.m., varend voor Visser & v/d Sande te Dordrecht;
* 1848 t/m 1849 van de kof “Anna Maria”, gebouwd in 1839 te Muiden, 114 ton o.m., varend voor J.& F.van Wageningen te Dordrecht. Het schip is verongelukt bij Holyhead;
* 1852 t/m 1857 van de schkof “Waakzaamheid”, gebouwd in 1851 te Groningen, 103 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Harlingen. Het schip werd 2 keer te Harlingen geregistreerd en wel 1 keer met hout van Nerva en 1 keer met zout van Liverpool. Het is in 1857, gaande van Petersburg naar Amsterdam, ’s nachts overvaren in de Sont door een stoomschip;
* 1858 t/m 1865 van het ijzeren schroefstoomschip “Balmoral”, gebouwd in 1850 te Dumbarton, 277 ton o.m., varend voor S.M.”de Maas”, G.Schuurmane & Zn te Rotterdam;
* 1866 t/m 1868 op hetzelfde schip maar dan voor C.A.van Hemert te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
De Harlinger Courant dd 23 september 1857 meldt:
“Volgens alhier aangekomen telegrafisch berigt is het Ned. Kofschip Waakzaamheid, kapt. D.Lovius, (den 7 Septbr. l.l. van Croonstad vertrokken) in de Oostzee aangezeild en spoedig daarna gezonken. De equipage was gered. Nader bijzonderheden ontbreken nog.”
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D. van der Zee als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de bark “Drie Vrienden, gebouwd in 1837 op de werf van A.de Graaf & Zn “De Reus” te Amsterdam, 303 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam
* 1869 t/m 1877 van het ijzeren schroefstoomschip “Balmoral”, gebouwd in 1850 te Dumbarton, 277 ton o.m., varend voor M.H.Insinger (KNSM) te Amsterdam. Het schip ging in 1877 uit de vaart.
Overige bijzonderheden
Harlinger Courant 19 oktober 1874, Scheepvaartberichten
Uitgegaan: Bremerhaven 15 Oct. Balmoral (s), Rotterdam.
|