Over de periode vóór 1810 is dankzij de in Amsterdam (en Delfzijl in 1816) opgemaakte monsterrollen en de in Kopenhagen bijgehouden Sont-passages over de kapiteins van de BOSCH EN HOVEN een aantal gegevens gevonden.
1783
Op 22.2.1783 werd in Amsterdam een monsterrol getekend door kapt. Gerrit Visser. De fluit voer op dat moment onder Pruisische vlag en de bestemming was Straat Davis. Zeer waarschijnlijk werd het schip dat jaar ingezet in de Groenlandse walvisvaart.
1785
Volgens de monsterrol van 24.08.1785 lag de fluit onder kapt. Claas Piekes in Amsterdam met bestemming Narwa.
1786
15.5.1786: Klaas Piekes, thuishaven Hindelopen, passeerde de Sont, onderweg van Amsterdam naar de Oostzee.
1787
Op 15 10.1787 werd de Sont gepasseerd tijdens de beladen reis van Narva naar Amsterdam.
1788
Kapitein Piekes werd op 12.4.1788 opgevolgd door kapt. Tymen Frederiks; diens naam zien we in veel verschillende schrijfwijzen terug. De bestemming werd de Oostzee. Op haar tweede reis van dit jaar passeerde de BOSCH EN HOVEN de Sont op 3 augustus, onderweg van Amsterdam naar Narwa. Op 8 september werd Kopenhagen opnieuw gepasseerd, onderweg van Narwa naar Amsterdam.
1789
Op 11.4.1789 en 22.7.1789 had kapt. Frederiks volgens de monsterrollen opnieuw de Oostzee als bestemming.
1791 – 1792
Op 23.6.1791 en 19.8.1792 passeerde Tymen Fredricks de Sont, onderweg van Narwa naar Amsterdam. Op 5.6.1792 was de Sont-tol gepasseerd op de eerste thuisreis van het jaar, van Narwa naar Amsterdam.
1797 – 1798
Eind juni 1797 werd voor diverse schepen, waaronder de BOSCH EN HOVEN, kapt. Tymen Freedriks. Texel als bestemming genoteerd. Op 1.5.1798 idem. De reden hiervan is onbekend, maar was misschien ‘op avontuur’ wanneer de bestemming onbekend was.
1802 – 1803
Vanaf 20.3.1802 deed kapt. Geelt Meewes een reis naar St. Petersburg. Op 19.5.1802 was kapt. Teymen Vreericks weer aan boord, nu met bestemming Narva.
Op 16.8.1802 werd kapt. Frederiks opnieuw voor een reis afgelost door kapt. Geelt Meewes. destinatie Riga.
Op 29.04.1803 voer kapt. Tymen Fredriks weer naar de Oostzee. Op 10.11.1803 werd opnieuw gemonsterd onder kapt. Freriks, maar een bestemming is nu niet vermeld.
1804 – 1813
Omdat in deze periode geen monsterrol of ander teken van leven is gevonden heeft de fluit vermoedelijk vanaf 1804 opgelegd gelegen in Amsterdam, om zo kaping door met name de Engelsen te vermijden. Als reactie op een decreet van Napoleon die handel met Engeland verbood had Engeland een blokkade van de kust van het Rijk van Napoleon ingesteld, het zgn. Continentale stelsel. Deze boycot liep tenslotte van de Spaanse grens tot Helgoland.
Overigens valt niet uit te sluiten dat de fluit om deze reden enkele jaren onder een buitenlandse vlag heeft gevaren.
In november 1810 lag de BOSCH EN HOVEN onder kapt. T. Freerks, boekhouder Anne Sijtjes (Lammerts), Hindeloopen, opgelegd in Amsterdam. De fluit wordt genoemd in een in opdracht van Keizer Napoleon opgemaakte lijst van 194 schepen welke geschikt waren bevonden voor een invasie op Engeland. Waarschijnlijk in 1814 ging het schip voor het eerst weer naar zee.
1814
Op 6 augustus 1814 werd een eerste Nederlandse zeebrief verstrekt voor de BOSCH EN HOVEN onder kapt. Thijmen Freerks. De aanvrager was boekhouder Anne Sijtjes uit Hindeloopen, die inmiddels de familienaam Lammerts had aangenomen en namens een consortium van mede-eigenaars de aanvraag had gedaan .
PGC 181014
Advertentie. De openbare Notaris L.J.S. Ducelliee (opm: diens nazaten noemen zich Dusseljee), residerende te Delfzijl, zal aldaar op maandag den 31 oktober 1814 ten huize van Mej. de Wed. wijlen de heer R. Helperi, in het logement De Zon, des avonds te 6 uren, presenteren te verkopen, een welbezeild Fluitschip BOSCH EN HOVEN genaamd, wordende gevoerd bij kapitein Tijmen Frederiks, lang over de steven 142 vt, wijd 34 vt, hol in het ruim 16 vt, het dek hoog aan boord 7-8/11 vt, alles Amsterdamse maat, met staand en lopend want, ankers, touwen, zeil en treil, volgens inventaris, zoals het zelve laatst uit zee gekomen is en zich in de haven voornoemd bevindt.
Nader onderricht te opzichte van de conditiën van verkoop is te bekomen ten kantore van de Notaris voornoemd, zowel als bij de Heer E.A. Leeuwe te Delfzijl woonachtig letter K No 176.
(opm: de fluit werd waarschijnlijk gekocht door H.H. Nap te Groningen; zie PGC 190915)
1815
Op 1 augustus 1815 nam kapt. A.J. Engels tijdelijk het commando over; het management van de BOSCH EN HOVEN was overgegaan op H.H. Nap in Groningen.
PGC 190915
Advertentie. Uit de hand wordt te koop gepresenteerd, het Fluitschip BOSCH EN HOVEN, met zijn staand en lopend want, zeil en treil, ankers en touwen, zoals laatst uit zee te Delfzijl is aangekomen. Hij die gading maakt wordt verzocht, zich voor 10 oktober te adresseren bij E.A. Leeuwe te Delfzijl. (opm: het schip, bouwjaar 1779, was waarschijnlijk reeds in 1814 aangekocht door H.H. Nap; na restauratie en het binnenhalen van partners was deze veiling vermoedelijk slechts bedoeld om een waarde vast te stellen.)
1816
Op 26 juni 1816 werd een nieuwe zeebrief afgegeven voor de BOSCH EN HOVEN nu weer onder kapt. Thijmen Freerks / Frederiks. De aanvraag hiertoe was gedaan door de nieuwe eigenaar H.H. Nap te Groningen.
Monsterrol: 1816-15
Datum: 13-07-1816
Scheepsnaam: Bosch en Hoven
Scheepstype: fluit
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Delfzijl, Gemeentearchief (Delfzijl)
Akkerman |
Jan Freerks |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Beerends |
Wiebe |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Bos |
Gerhardus |
kajuitwachter |
niet vermeld |
Groningen (NL) |
niet vermeld |
Elders |
Steffen |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Elderts |
Jan |
Bootsman |
niet vermeld |
Sappemeer (NL) |
niet vermeld |
Feikens |
Roelf |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Freerks |
Hindrik |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Freerks |
Nanne |
Kok |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Freerks |
Tymmen |
Kapitein |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Geerts |
Jannes |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Hanepoot |
Otte Derks |
ondertimmerman |
niet vermeld |
Delfzijl (NL) |
niet vermeld |
Jurjen |
Frans |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Leeuw |
Derk Geerts |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Nannes |
Pieter |
Matroos |
niet vermeld |
Borkum (D) |
niet vermeld |
Postema |
Klaas Klasens |
Matroos |
niet vermeld |
Makkum (NL) |
niet vermeld |
Pouze |
Klaas Alberts |
Koksmaat |
niet vermeld |
Hindelopen (NL) |
niet vermeld |
Salings |
Auke |
Stuurman |
niet vermeld |
Hindelopen (NL) |
niet vermeld |
1817
RC 050617
Amsterdam, 3 juni. Brief van kapt. T. Freerks, fluitschip BOSCH EN HOVEN, van Riga naar Amsterdam. Op 1 juni, bij het opzeilen naar Amsterdam de vorige avond binnen Urk gekomen en door de loods aan de grond gezet; hetzelve zat in de Bogt van Harderwijk, ver buiten het vaarwater, en zou niet dan met zeer hoog water weder af te brengen zijn.
Op 27.7.1817 werd een nieuwe zeebrief afgegeven, noodzakelijk wegens wisseling van kapitein. Het document werd nu opgemaakt ten name van kapt. Aldert Jans Engels.
RC 231217
Amsterdam, 21 december. Heden is op de Haaks verbrijzeld een groot schip, kenneljik een Hollandse fluit, geladen met, zo het schijnt, Nerva balken. De gehele lading, benevens de wrakken en masten, drijft tussen Den Helder en Texel; de naam is onbekend. Volgens nadere berigten van daar, van den 19 dezer, is het bovenstaande fluitschip genaamd BOSCH EN HOVEN, gevoerd bij kaptein A.J. Engels (opm: bouwjaar 1779; kapt. Aldert Joost Engels), van Nerva naar Amsterdam gedestineerd; van de equipagie is waarschijnlijk niemand gered, alzo reeds negen lijken op het eiland Texel waren aangespoeld (opm: onjuist, zie RC 251217, 271217 en LC 240318).
RC 251217
Amsterdam, 23 december. Kaptein A.J. Engels meldt van Middelharnis, van den 21 december, dat hij de vorige dag met zijn gehele equipagie aldaar door twee vissers aangebragt was, hebbende den 17 dito op de hoogte van Petten het door hem gevoerd wordende fluitschip BOSCH EN HOVEN, van Nerva naar Amsterdam, alzo het vol water en roerloos was, moeten verlaten. Dit schip is hetzelfde, van hetwelk berigt is dat op de Haaks verbrijzeld is; negen lijken, op Texel aangespoeld, welke men veronderstelde van gezegde fluit afkomstig te zijn, moeten derhalve tot een ander schip behoord hebben. (opm: zie RC 231217 en 271217 en LC 240318)
RC 271217
Rotterdam, 28 december. Aldert Joost Engels, voerende het schip BOSCH EN HOVEN, op de Helder vergaan, is met zijn equipagie, te samen uit 17 mannen bestaande, den 20 te Middelharnis aangebragt door de stuurman Joost Abeele (opm: voerende de gaffelschuit JONGE JANNETJE), welke dezelve, drie dagen te voren, voor Egmond op zee had gered van een ogenschijnlijk gevaar om te verdrinken; hebbende in deze dezelfde ijver betoond als steeds door de vissers van Middelharnis, bij dergelijke gevallen, wordt aan den dag gelegd.
Op 20 december 1817 werd in Middelharnis een scheepsverklaring opgemaakt door schout Lambertus Kolff.
Aldert Jan Engels, oud 60 jaar, wonende te Hindeloopen, schipper van het fluitschip Bosschen Hoven, deed zijn verhaal.
Met zijn schip was hij 7 augustus 1817 het Vlie uitgezeild met als bestemming de Oostzee. Op 29 oktober zeilde hij van Nerva* weer naar de Nederlanden terug met een lading balken. Op 17 december om elf uur 's morgens ontdekte hij op de hoogte van Egmond aan Zee dat het schip zeer lek was en vol water liep, als gevolg van het stoten op de Engelsche banken. Hij had het roer verloren. Met zijn volk is hij in die hachelijke toestand aan boord gebleven tot vier uur 's avonds en is toen gered door en overgegaan op een gaffelvisschuit varende van Middelharnis, genaamd de Jonge Jannetje en gevoerd door stuurman (opm: benaming van de schipper van een vissersschip) Joost Abeele.
Voor Kolff verschenen tevens de stuurman van de gaffelschuit Joost Abeele, oud 42 jaar, en de matrozen Mattheus Smit, 60 jaar, Jan Wittekoek, 36 jaar, Jan Fredrik Klaassen, 34 jaar, Jan Smit, 22 jaar, Marinus Trommel, 44 jaar, Teunis de Bloeme, 36 jaar en Arend Witvliet, 26 jaar.
Ze verklaarden dat ze op 17 december om elf uur op de hoogte van Egmond aan Zee het bovengenoemde fluitschip hebben ontmoet. Het schip was al vol water en roerloos. Ze zijn er de hele dag bij gebleven. Om vier uur 's middags hebben ze de schipper en zijn volk ,16 man, aan boord overgenomen 'ten einde dezelve van een anders gewillige dood te bevrijden'. Ze hebben deze personen naar de haven van Middelharnis gebracht, waar ze vandaag om vier uur in de middag aangekomen zijn
Ondertekend door alle comparanten. Marinus Trommel en Arend Witvliet verklaarden niet te kunnen schrijven.
1818
LC 240318
Advertentie. De Haas en Zunderdorp, als last en procuratie hebbende, presenteren door een daartoe bevoegd beambte op het eiland Texel, op maandag den 6 april 1818, des morgens ten 10 uren, in publieke veiling te verkopen: een partij scheepsgereedschappen en tuigagiën en circa 1400 Nerva balken (opm: Nerva is een plaats in Estland) en een partij sparren, op Vlieland op vrijdag den 10 dito 75 balken, en op Terschelling op maandag den 13 dito groot 400 balken, alle van onderscheiden lengte en dikte, geborgen en behoord hebbende tot de lading van het op den 18 december 1817 op de Haaks voor Texel verbrijzelde fluitschip de BOSCH EN HOVEN, gevoerd door kapt. Aldert J. Engels, komende van Nerva en naar Amsterdam gedestineerd, liggende gemelde balken en sparren langs de stranden van dezelve eilanden, en zijn van heden af genommerd voor een ieder te zien. (opm: zie o.a. RC 251217)