1833
Op 2 april 1833 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door A.A. Wolkammer, Farmsum, voor zichzelf als kapitein.
AH 191033
Carga-lijsten. Amsterdam: CATHARINA, kapt. C. Kotsch, van Hamburg met tabak en wol; CATHARINA, kapt. C. Swart, van Hamburg met tabak, mahoniehout, buffelhoorns en ossenhoorns; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met gember, tabak, koehaar, bedveren, raapolie, tabak en thee; JONGE ALBERT, kapt. P.A. Ellens, van Bremen met tabak, suiker en lood; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met tabak en koehaar; ENGELINA, kapt. G.T. Borst, van Drontheim met stokvis en traan; ANNA PAULINE, kapt. J.W. Krap, van Südwesthorn met haver.
1834
AH 200334
Carga-lijsten Amsterdam: TWEE GEBROEDERS, kapt. W.J. Wilts, van Otterndorff met tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. J.D. Brumond, van Hingstford met boekweit; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met thee, wijn, tabak, drogerijen, ebbenhout en pokhout; HENDRINA, kapt. A.D. Kaf, van Emden met lijnzaad en veren.
AH 220334
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Rusland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, de Oostzee, enz.:
Bremen. Het Nederlands schip DE VROUW HILLEGINA, kapt. Augustus Albertus Wolkammer. Adres bij Blikman en Comp.
Dantzig. Het Nederlandse kofschip JOHANNA MARGARETHA, kapt. Berend H. Pot. Adres bij Kranenborg en Van Mourik en de Wed. Poolman Jz. en Zoon.
AH 260534
Carga-lijsten Amsterdam: FORTUNA, kapt. J.A. Hedman, van Christinastad met teer, potasch en teer; OTTOLINA HENDRIKA, kapt. G.E. Swart, van Bergen met traan, stokvis en bergmos; ALBERDINA, kapt. J.J. Joosten, van Hamburg met hout; AALTJE, kapt. J.G. Ommen, van Bremen met suiker; STIJNTJE, kapt. R. Ulrichs, van Bremen met suiker en honing; HENDRIKA, kapt. J.F. Drenth, van Bremen met suiker en lood; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met suiker, lood en linnen;
AH 260734
Carga-lijsten Amsterdam:
VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met suiker, traan, rozijn, lood en koehaar.
AH 020834
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Rusland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, de Oostzee, enz.
Bremen. Het schip DE VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer. Adres bij Blikman en Comp.
Dantzig. De Nederlandse kof DE EENDRAGT, kapt. Jan Harms Hut. Adres bij Kranenburg en Van Mourik en de Wed. P. Poolman Jz. en Zoon.
AH 111034
Carga-lijsten Amsterdam: DE HOOP, kapt. P. Haasnoot, van Figueira met wijn; LAMMEGINA GEZINA, kapt. J.J. de Jonge, van Cardiff met ijzer; BOUGINA, kapt. R.J. de Jonge, van Petersburg met hennep en koper; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met lood, tabak, suiker, zwartsel, koopm.
1835
AH 250235
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Rusland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, de Oostzee, enz.
Bremen. Het Nederlands schip DE HOOP, kapt. A.L. de Vries. Adres bij Blikman en Comp.
Bremen. Het Nederlands schip DE VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer. Adres bij Blikman en Comp.
AH 300535
Carga-lijsten Amsterdam: STANT FRIESZ, kapt. S.C. de Vries, van Suriname met suiker, katoen, koper en tin; CONCORDIA, kapt. J.J. Dyk, van Suriname met suiker, katoen en hout; ZAANDAM, kapt. L.H. Singer, van Havana met suiker; ELISABETH ALBERDINA, kapt. D.S. Bonker, van Hooksiel met tarwe, bonen, lijnzaad, sreenkalk en koehaar; DRIE GEBROEDERS, kapt. R.B. Roosema, van Bremen met lood, tabak, drogerijen, tabak en sigaren; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met lood, linnen en tabak;
Op 2 juni 1835 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door A.A. Wolkammer, Farmsum, voor zichzelf als kapitein.
AH 280735
Carga-lijsten Amsterdam: ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Dantzig met tarwe; BOUGINA, kapt. R.L. de Jonge, van Wismar, met tarwe; DE BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met souda, manufacturen, koehaar, garen, wol en tabak; CATHARINA, kapt. C. Koster, van Hamburg met koehaar en glas; WILHELMINA, kapt. W. Rosmuller, van Breen met lood, tabak en koehaar; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met lood, tabak en ijzerdraad.
AH 050835
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Rusland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, de Oostzee, enz.:
Bremen. Het Nederlands schip DE VROUW HILLEGINA, kapt. Augustus Alberts Wolkammer. Adres bij Blikman en Comp. Vertrekt vóór of op 6 augustus.
Bremen. Het schip TWEE GEBROEDERS, kapt. J.W. Santjer. Adres bij J.C. van Oven.
Hamburg en Altona. Het Nederlands schip DE VROUW REGINA, kapt. K.P. Kievit. Adres bij Blikman en Comp.
AH 011035
Carga-lijsten Amsterdam: HENRIETTE EN HENRI, kapt. B. Herderschee voor wijlen F.S. Vlieger, van Batavia met koffie en suiker; ZWAAN, kapt. C.J. van Driesten, van Suriname met suiker en katoen; DE GOEDE VERWACHTING, kapt. H.J. Kruse, van Hamburg met wol en koehaar; DE HOOP, kapt. A.L. de Vries, van Hamburg met raapzaad; DE VIER GEZUSTERS, kapt. L.G. Dublinga, van Bremen met tabak, pastel en thee; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. H.R. Onnes, van Bremen met honing; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met kistjes sigaren, tabak en suiker.
AH 221235
Carga-lijsten Amsterdam: THERESE, kapt. J. Tampcke, van Hamburg met glas, lood, kokosnoten, papier, tabak, was, wol en koehaar; MINERVA, kapt. F. Brand, van Hamburg met wol, linnen, manufacturen, wol en glas; GOEDE VERWACHTING, kapt. F.F. Lieflijn, van Hamburg met hout; VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met was, tabak, honig, koehaar, verfhout en linnen;
1837
PGC 060137
Het schip (opm: hektjalk) de VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Amsterdam naar Bremen is op 24 december 1836 wegens tegenwind, doch in goede staat te Delfzijl binnengelopen. Kapitein Wolkammer rapporteert, dat 14 à 15 schepen op de Eems in een gevaarvolle staat lagen.
Op 8 augustus 1837 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door A.A. Wolkammer, Farmsum, voor zichzelf als kapitein.
1838
Monsterrol: 1838-2
Datum: 10-03-1838
Scheepsnaam: Vrouw Hillechiena
Scheepstype: tjalk
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Delfzijl, Gemeentearchief (Delfzijl)
Achternaam
|
Voornaam
|
Rang
|
Gage
|
Woonplaats
|
Leeftijd
|
Valom
|
Jacob Jans
|
kok
|
1
|
Farmsum (NL)
|
15
|
Wolkammer
|
Albert Augustinus
|
stuurman
|
28
|
Farmsum (NL)
|
22
|
Wolkammer
|
Augustinus Alberts
|
kapitein
|
niet vermeld
|
Farmsum (NL)
|
44
|
Wolkammer
|
Meindert Augustinus
|
matroos
|
20
|
Farmsum (NL)
|
20
|
ZP 110938 – 181
Te Amsterdam zijn den 10 september gearriveerd de schepen:
- VROUW IKINA, kapt. D.L. Knoop, van Bremen, met tabak en zwartsel.
- VIER GEZUSTERS, kapt. L. Dublinga, van dito, met suiker, enz.
- VROUW HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van dito, met stukgoederen.
- ANNA MARGARETHA, kapt. L.M. Luths, van dito, met tabak, lood, koehaar en linnen.
- VROUW CHRISTINA, kapt. B. Bringman, van dito met stukgoederen.
1839
ZP 080439 – 359
Gearriveerd te Amsterdam de 6e april:
D.D. de Jong, WILHELMINA HENDRIKA, van Hull met manufacturen, aardewerk en hardwaren, liggende Oosterdok
A.A. Wolkammer, VROUW HILLEGINA, van Bremen met stukgoederen, liggende Nieuwe Brug.
Op 28 augustus 1839 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door A.A. Wolkammer, Farmsum, voor zichzelf als kapitein.
1841
Op 22 september 1841 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door A.A. Wolkammer, Farmsum, voor zichzelf als kapitein.
1844
GRC 090144
Advertentie. Verkoop van een Hek – Tjalkschip.
Mr. H.J. Offerhaus, notaris te Delfzijl, zal, ten verzoeke van A.A. Wolkammer, op maandag, den 22 januari 1844, des avonds te 6 uren, ten huize van den kastelein D.J. Vos, te Farmsum, publiek verkopen:
Een in den jare 1833 nieuw van stapel gelopen Hek-Tjalkschip, genoemd de VROUW HILLEGINA, groot 54 tonnen, liggende thans te Delfzijl, met deszelfs volle inventaris, welke acht dagen voor den verkoop ter lezing zal liggen ten huize van verkoop en ten kantore van den ondergetekende notaris.
Mr. H.J. Offerhaus.
(opm: GRC 120144 meldt dat de verkoop niet doorgaat.)
Op 5 februari 1844 werd de eerste zeebrief (bedoeld wordt nieuwe)verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door L.L. Bos, Delfzijl, voor zichzelf als kapitein.
1846
Op 6 februari 1846 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door L.L. Bos, Delfzijl, voor zichzelf als kapitein.
1848
Op 20 maart 1848 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW HILLEGINA, aangevraagd door L.L. Bos, Groningen, voor zichzelf als kapitein.
1849
Monsterrol: 1849-2
Datum: 01-02-1849
Scheepsnaam: Hillegina
Scheepstype: hektjalk
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Delfzijl, Gemeentearchief (Delfzijl)
1850
Op 19 maart 1850 werd de zeebrief van de VROUW HILLEGINA door de Ontvanger der Inkomende- en Uitgaande Regten en Accijnzen te Delfzijl naar Den Haag geretourneerd zonder vermelding van reden maar bleek verkoop te zijn waarna op 22 maart 1850 royement volgde.
Op 4 april 1850 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de VROUW ELISABETH, aangevraagd door W. Smit, Hoogezand, voor zichzelf als kapitein.
1853
NRC 090453
Stavanger, 19 maart. Voor enige dagen is te Hvidingsö binnengelopen het te Hoogezand te huis behorende schip VROUW ELISABETH (opm: hektjalk, kapt. Willem Smit), in ballast naar Krageröe bestemd. Hetzelve werd door de loodsen aldaar binnengebracht, aangezien de equipage door het koude weder zoveel geleden had, dat zij voor de arbeid onbekwaam was. Het schip had mede veel door het ijs geleden.
AH 110453
Hvidingsö, 19 maart. Het schip VROUW ELISABETH, kapt. Snuit (opm: hektjalk, kapt. Willem Smit) van Holland naar Krageröe, is alhier door loodsen binnengebracht, hebbende het volk door de koude zozeer geleden, dat men het schip, dat geheel met ijs bedekt is, niet meer kon reageren.
1854
GRC 140354
Zeetijdingen. Volgens brief van Garding, Westerhever, van den 3 maart, was aldaar aan het strand gespoeld een pak scheepspapieren van het jaar 1850/51, afkomstig van het schip VROUW ELISABETH, kapitein W.L. Snuit. (Aangaande het schip VROUW ELISABETH, kapitein W.L. Snuit, dat vóór den 19 maart 1853 op de reis van Holland naar Krageröe te Hvidingsöe binnengebracht, is geen nader bericht ontvangen).
(opm: van deze hektjalk, bouwjaar 1833, van kapitein Willem Smit is na het bericht in NRC 090453 en AH 110453 taal noch teken meer vernomen; mede gelet op de klaarblijkelijk slechte staat van het schip moet dan ook worden aangenomen dat de VROUW ELISABETH na vertrek van de vluchthaven op de Noorse kust is vergaan)
AH 140354
(Geen plaats of datum). Aangaande de tjalk VROUW ELISABETH, kapt. W.L. Snuit (opm: hektjalk, bouwjaar 1833, kapt. Willem Smit), van Nederland naar Krageröe, reeds voor de 19e maart 1853te Hvidingsöe binnengelopen, heeft men sedert niets vernomen.