1804
Op 24 mei 1804 werd voor de kof de NEPTHUNUS een eerste zeebrief afgegeven voor kapitein Willem Menkes Kramer uit Groningen. Waarschijnlijk was W.M. Kramer partner in de kof. De boekhouder is niet bekend.
Het schip werd waarschijnlijk snel uitgevlagd naar Pruisen, met de bedoeling daarmee gevrijwaard te worden van een kaping door de Engelsen, die in hun strijd tegen Napoleon een blokkade hadden opgericht vanaf de Spaans-Franse grens tot de Eems (later uitgebreid tot Helgoland). De Engelsen trachtten de tot die regio's behorende schepen te kapen. Dat bleek een ijdele hoop, toen Napoleon het Staatje Hanover aan Pruisen ‘schonk’, maar met een addertje onder het gras. De keizer bedong namelijk dat Pruisen zijn havens voor Engelse schepen zou afsluiten. Als reactie werden door de Engelsen zo’n 400 Pruisische schepen gekaapt waaronder de NEPTHUNUS. De kof werd op 14 augustus 1806 als 1 van 19 schepen in Londen ingebracht in een veiling om voor 1361.14.3d pond sterling te worden verkocht. Daaraan was ongetwijfeld een gerechtelijke procedure vooraf gegaan. Het gebeurde nogal eens dat een schip door de eigenaars werd teruggekocht en dat lijkt bij de NEPTHUNUS ook het geval geweest te zijn. Dat in oktober 1806 de situatie was omgedraaid en Pruisen in oorlog ging met Frankrijk en vrede sloot met Engeland zal voor de reders onverteerbaar geweest zijn, maar gedane zaken namen geen keer.
Ondanks de Pruisische vlag werd de kof opgebracht en in de zomer van 1806 in Londen ingebracht op een veiling. Daaraan was ongetwijfeld een gerechtelijke procedure vooraf gegaan.
UC 080806
Van Londen wordt gemeld dat aldaar den 13e deezer het Pruisische schip NEPHTUNUS, kapt. W. Cramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer) zal worden verkocht (opm: in de veiling bracht de kof 1361.14.3d pond sterling op).
Over de situatie van de kof de NEPTHUNUS is tot 1814 nog weinig teruggevonden. Vermoedelijk is de kof namens Napoleon gefranciseerd en pas op 3 maart 1814 onder Nederlandse vlag gebracht.
1811
GRC 010111
De Procureurs J. Versteegh & Zoon, in qlté, gedenken op Woensdag den 2 January 1811 ’s avonds te Verkoopen: 1/16 Portie in het Kof-Schip, NEPHTUNUS (opm: NEPTHUNUS) genaamd, groot 100 Roggelasten, in den jare 1804 nieuw uitgehaald, gevoerd door Willem M. Kramer, thans onder directie van den Heer Draper.
1814
Op 3 maart 1814 werd een eerste zeebrief verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr. te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer.
Monsterrol: 1814-28
Datum: 17-09-1814
Scheepsnaam: Nephtunis
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Delfzijl, Gemeentearchief (Delfzijl)
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Alberts |
Derk |
stuurman |
34.67 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Forma |
H.R. |
matroos |
23.83 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Jager |
Jan R. |
kok |
26 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Kramer |
Willem M. |
schipper |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Oortjes |
Kornelis R. |
matroos |
23.83 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Rosema |
A. |
koksmaat |
10.83 |
niet vermeld |
niet vermeld |
Zwart |
J.J. |
lichtmatroos |
21.67 |
niet vermeld |
niet vermeld |
1816
Op 3 februari 1816 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr. te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer.
1817
OP 26 augustus 1817 werd een Turkse Pas verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr.te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer. Gedestineerd naar Bordeaux,
RC 220517
Rotterdam den 21 Meij. Heden morgen arriveerde in de Maas het schip de NEPHTUNUS (opm: kof NEPTHUNUS), kapt. W.M. Kramer, van Riga.
1818
Op 9 maart 1818 resp. 19 maart 1818 werden een nieuwe zeebrief en een Turkse Pas verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr. te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer.
PGC 310118
Mr. Willem Jan Quintus, openbaar notaris, te Groningen verkoopt op maandag 2 februari a.s. o.a:
- 1/16 Aandeel in het Kofschip genaamd NEPTUNUS, plusminus 100 roggelasten, schipper W.H. Cramer (opm: NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer).
1819
29.05.1819 suppletie betaling van NLG 12,-, op Turkse Pas 19.06.1818, voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr., voor Willem Menkes Kramer als kapitein. Betreft verlenging van reis van Memel naar Port à Port.
Monsterrol: 1819-15
Datum: niet vermeld
Scheepsnaam: Neptheunis
Scheepstype: niet vermeld
Grootte: niet vermeld
Bewaarplaats: Groningen, Groninger Archieven (Groningen
Achternaam |
Voornaam |
Rang |
Gage |
Woonplaats |
Leeftijd |
Cramer |
Willem Menthes |
kapitein |
niet vermeld |
niet vermeld |
niet vermeld |
Damste |
H.B. |
kajuitwachter |
niet vermeld |
niet vermeld |
15 |
Dillens |
S. |
matroos |
niet vermeld |
niet vermeld |
20 |
Kramer |
K. |
matroos |
niet vermeld |
niet vermeld |
17 |
Mathoos |
F.J. |
kok |
niet vermeld |
niet vermeld |
31 |
Por |
M.J. |
stuurman |
niet vermeld |
niet vermeld |
40 |
Schoof |
J. |
matroos |
niet vermeld |
niet vermeld |
29 |
Wilkens |
D. |
matroos |
niet vermeld |
niet vermeld |
24 |
29.05.1819 suppletie betaling van NLG 12,-, op Turkse Pas 19.06.1818, voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr., voor Willem Menkes Kramer als kapitein. Betreft verlenging van reis van Memel naar Port à Port.
RC 160919
Rotterdam, 15 September. Van den Briel wordt van den 14 dezer gemeld: den 14, des morgens zeilde de NEPTHUNUS, W.M. Craamer (opm: kofschip, kapt. W.M. Kramer) naar….
LC 311020
Harlingen. Den 18 Oktober uitgezeild de kofschepen de GOEDE VERWACHTING, kapt. J.H. Feen (opm: Jacob Harms Fijn), met ballast naar Noorwegen, NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, ledig naar Groningen.
1820
Op 6 maart 1820 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr. te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer.
LC 171020
Harlingen. Den 7 Oktober binnengekomen het smakschip de VROUW ALIDA, kapt. D.G. Klatter, het kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, beide met hout van Noorwegen.
LC 311020
Harlingen. Den 18 oktober. Uitgezeild de kofschepen de GOEDE VERWACHTING, kapt. J.H. Feen (opm: Jacob Harms Fijn), met ballast naar Noorwegen, NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, ledig naar Groningen, en het smakschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Jan E. Bart, met ballast naar Noorwegen.
1821
RC 190421
Rotterdam, 18 april. Van Vlissingen wordt den 14 april gemeld:
Sedert onze laatste is naar Antwerpen de Schelde opgevaren het kofschip NEPTUNES, W.M. Cramer (opm: NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van Oleron.
RC 160621
Rotterdam, 13 juni. Van Vlissingen wordt van den 12 gemeld: sedert onze laatste is alhier ter rede gekomen NEPTUNES, W.M. Cramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van Noirmoutier.
RC 120721
Rotterdam, 11 juli. Van Vlissingen wordt van den 7 gemeld:
Sedert den 4 dezer, van Antwerpen de Schelde afgekomen de schepen de VROUW CLARA GEZINA, kapt. E.J. Dik, naar de Marennes; de VRIENDSCHAP, B.A. Smith, naar St. Andero; de VROUW LUPPINA, E.H. Mulder, naar … ; NEPTUNIS, W.M. Cramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), naar Noirmontier.
RC 090821
Rotterdam, 8 augustus. Men meldt van Vlissingen van den 4 augustus:
Sedert den 30 juli zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede binnengekomen de schepen WEMELINA KRANENBURG (opm: WEMELINA KRANENBORG), J.J. Prange, van Petersburg; de VROUW REINA, H. Koops, van de Marennes; NEPTUNES, W.M. Kramer (op: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van Noirmontier.
RC 010921
Rotterdam, 31 augustus. Van Vlissingen wordt den 28 gemeld:
Van den 26 tot heden is van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild NEPTUNIS, W.M. Cramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt.W.M.Kramer), naar Noorwegen.
RC 241121
Rotterdam, 23 november. Van Vlissingen wordt van den 20 dezer gemeld:
Sedert onze laatste, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: NEPTUNIS, W.M. Cramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van Noirmontier.
1822
Op 12 februari 1822 wordt de vervallen zeebrief afgegeven d.d. 06-03-1820 voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr. te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer, ingeleverd door H.J. Draper Sr.
Op 12 februari 1822 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr.te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer.
RC 040422
Rotterdam, 3 april. Van Vlissingen wordt van den 28 maart gemeld:
Den 28 dezer is van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild NEPTUNES, W.M. Cramer (opm: NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), naar Londen.
RC 270422
Rotterdam, 26 april. Van Vlissingen wordt den 22 dezer gemeld: gisteren en heden is alhier ter rede gekomen NEPTUNES, W.M. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), hebbende geen bepaalde destinatie.
RC 180522
Rotterdam, 17 mei. Van Vlissingen meldt men van den 14 mei:
Sedert onze laatste zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild NEPTUNUS, W.M. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), naar Liverpool.
RC 250622
Rotterdam, 24 juni. Van Vlissingen meldt men den 18 dezer, dat sedert onze laatste aldaar ter rede gekomen zijn de schepen de ONDERNEMING, R. Hakker, van Liverpool naar Dordrecht gedestineerd; voor Antwerpen bestemd NEPTUNES, W.M. Kramer (opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van Liverpool.
RC 270622
Amsterdam, 25 juni. Door de Texelse loodsschipper P. Kuiper is den 11 dezer, op de hoogte van Portland, gepraaid kapt. W.M. Kramer, voerende het Groninger kofschip NEPTUNUS (opm: NEPTHUNUS), van Liverpool naar Antwerpen.
RC 200722
Rotterdam, 19 juli. In Vlissingen meldt men van den 15 dezer, dat sedert onze laatste van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de AREND, J. Pieterse, naar Glasgow; MARIA LOUISA, A.R. Berg, naar St. Ubes (opm: Setubal); CONCORDIA. J.D. Zijlstra, naar Cork; CHRISTINA VOS, N.A. Smaal, naar Londen; NEPTUNES, W.M. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), de JOSEPH, M. Bakker en ANNA PAULOWNA, H. Pothoff, naar Liverpool.
RC 080822
Rotterdam, 7 augustus. Van Vlissingen meldt men den 3 dezer, dat sedert onze laatste ter rede gekomen is het schip VRIENDSCHAP, J.H. Schippers, van Memel (opm: Klaipeda) naar Brussel gedestineerd, en voor Antwerpen bestemd NEPTUNUS, G.G. Smit, van Dantzig (opm: Gdansk); de VROUW ELLINA, J.R. Berg, ALIDA JANTINA, K.P. Bruins, en NEPTUNES, W.M. Cramer(opm: kofschip NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer) , van Londen.
RC 190922
Rotterdam, 18 september. Van Vlissingen meldt men den 14 september: Sedert onze vorige is van de rede naar zee gezeild het kofschip de NEPTUNS, W. Cramer (opm: NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), naar Stockton; van Antwerpen.
LC 051122
Harlingen. Den 28 Oktober binnen gekomen de kofschepen NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, met ballast van Stockton.
1823
LC 250323
Harlingen. Den 22 Maart. Uitgezeild de kofschepen NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, ARIUS JOHANNES, kapt. Hendrik van Wijk, het smakschip de VRIENDSCHAP, kapt. H.W. Smith, alle met ballast naar Noorwegen.
LC 290423
Harlingen. Den 21 april binnen gekomen de kofschepen VRIESLANDS WELVAREN (opm: kof VRIESLANDS WELVAART), kapt. F.D. van Veen, NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, beide met zout van Liverpool.
LC 160523
Harlingen. Den 7 Mei uitgezeild de kofschepen VRIESLANDS WELVAREN (opm: VRIESLANDS WELVAART), kapt. Fokke D. van Veen, WAAKZAAMHEID (opm: kof), kapt. H.S. Hofhuis, NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer, alle drie met ballast op avontuur.
DC 140823
Vlissingen, 9 augustus. Van den 6 dezer tot heden is, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen NEPTUNES, kapt. W.H. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer), van de Marennes met zout.
DC 200923
Vlissingen, 9 september. Den 7 en 8 dezer zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de volgende schepen, waarvan er echter twee door contrarie wind op de rede zijn teruggekomen, en wel die waarvan de namen hieronder met een * zijn getekend de GOEDE VERWACHTING (opm: kof), kapt. B.S. Stoffels naar Bristol met boomschors; CONCORDIA, kapt. J.J. Willems (opm: driemaster, thuishaven Oostende, mogelijk kapt. Auke Willems), met troepen, en CONCORDIA (opm: fregat CORNELIA), kapt. S.H. Veer, met stukgoederen beide naar Batavia; GEZINA (opm: kof GESINA), kapt. R.F. Taay met boomschors naar Liverpool; PEGASUS, kapt. G. de Haan naar Londen met vlas en boomschors; SOPHIA, kapt. J.F. Muijs, NEPTUNES, kapt. W.M. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer) en ARY EN CATHARINA, kapt. J. Vernes, alle drie naar Londen met boomschors.
DC 211023
Hellevoetsluis, 17 oktober. Gisteren namiddag arriveerden uit zee kapt. Hart, met de brieven van den 15 dezer, van Harwich; JONGE WILLEM (opm: kof), kapt. J. Parlevliet, van Havre; NEPTHUNUS, kapt. W. Cramer (opm: kof, kapt. W.M. Kramer), van Londen. De wind Z.Z.W.
1824
Op 1 maart 1824 resp. 9 maart 1824 werden een nieuwe zeebrief en Turkse Pas verstrekt voor de kof NEPTHUNUS, aangevraagd door H.J. Draper Sr.te Groningen, ten name van kapt. Willem Menkes Kramer. De Turkse Pas is bestemd voor een reis naar Lissabon.
Op 10 augustus 1824 verzocht de Gouverneur van Zuid-Holland aan de Staatsraad om de gestelde cautie voor de Turkse Pas in te trekken. Een reden werd niet aangegeven, maar deze was uiteraard het vergaan van de kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer nabij Oporto. Daarmee was er geen risico meer dat het schip gekaapt zou worden.
RC 220524
Het schip NEPTUNUS, kapt. W.M. Cramer (opm: kof NEPTHUNUS, kapt. W.M. Kramer) van Lissabon naar Port à Port (opm: Porto), is den 30 april, in een hevige storm, op de kust van Portugal geheel verbrijzeld. De kapitein en twee man zijn daarbij omgekomen; de stuurman, die met de overige vier gered was, is met een man te Amsterdam aangebracht door kapt. C.C. Kat (opm: kof NOORDHOLLAND), van Port à Port.