Kronieken
1814
Op 07-03-1814 wordt voor de JONGE DIRK door Hendrik Feijen uit Nieuwe Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Geerts de Waal
OHC 040814
Aan deze stad zijn gearriveerd B. A. Weberding van Plymouth, D. Wiersma, P. Kruid en C. Bakker van Londen, H. B. Drend van Ostende, J. G. de Waal en J. J. Roos van Riga
RC 170914
Rotterdam
Heden zeilden uit de Put
J. G. de Waal naar Leverpool.
LCO 171014
Arrivementen
te Waterford: de JONGE DIRK, Kapt. J.G. de Waal, van Dordrecht
1815
RC 210315
Gisteren zeilde uit de Maas
en drie ledige Coljers, naar Sunderland; de Vrouw Marija, J. H. Zeeven, naar Leverpool; de JONGE DIRK, J. G. de Waal, naar Noorwegen.
1816
PGC 160216
De Griffier bij het Vredegeregt, Canton Pekel A, gedenkt ten verzoeke van de koopman H. Teyen (opm: Hindrik Feijen) en consorten, in de Nieuwe Pekel A woonachtig, op woensdag 21 februari, des avonds te 6 uuren, in de Nieuwe Pekel A, ten huize van de kastelein Hendrik Pieters, in de Nieuwe Pekel A, te verkopen, een Smakschip, genaamd de JONGE DERK (opm: JONGE DIRK), groot ongeveer 60 roggelasten, met deszelfs ankers en touwen, zeilen, treilen en verder opgoed, liggende bij de helling binnenzijds te Delfzijl, en de zeilen ten huize van de zeilmaker Kornelius Tjapkes aldaar, welk schip laatst door schipper Jans de Waal is bevaren. Zullende de inventaris van het gemelde schip, drie dagen voor de verkoop, ter lezing liggen ten huize van Hendrik Pieters aldaar.
Op 09-03-1816 wordt voor de DRIE GEZUSTERS door Christopher Meijer uit Oude Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Pieke Engels Mooij
RC 210516
Van de Reede zijn naar Terschelling gezeild R.J. Boeling en P. E. Mooy naar Droogbak
LCO 170616
Te Terschelling binnengekomen
P. E. Mooy DRIE GEZUSTERS, R. Boeling Vrouw Catharina, en D.J. Pik de Liefde, alle van Droogbak
LCO 050716
’t Vlie
uitgezeild
P. E. Mooy DRIE GEZUSTERS, S. K. Bouten Vrouw Swaantje, A. Klaasen Vrouw Catherina , J. Klaasen Alida en J.C. Hasenwinkel Vrouw Zwaantje, alle naar Noorwegen.
1817
LCO 010917
Te Terschelling zijn binnen gekomen
P. E. Mooy, van Arendahl.
LCO 100917
’t Vlie
Uitgezeild
J.B. Goosens , naar de Oostzee, P. E. Mooy, naar Arendahl.
1818
Op 13-02-1818 wordt voor de DRIE GEZUSTERS door Christopher Meijer uit Oude Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Pieke Engels Mooij
OHC 300418
Arrivementen
te Swinemunde P. E. Mooy van Delfzijl.
RC 210518
Te Rendsburg
P. E. Mooy en H. H. Solter van Stettin naar Holland
1819
RC 080419
Amsterdam, 6 april.
Volgens een brief van Elseneur (opm: Helsingör), van den 30 maart, is den 17 dito op de westkust van Jutland, op het Töllböll (opm: op het strand nabij Tolbøl; 13,5 km. N.N.O. van Thyborøn), in het ambt Thister (opm: Thisted), gestrand het smakschip de DRIE GEZUSTERS, kaptein P.E. Mooij, van Groningen naar Arendsdahl (opm: Arendal, Noorwegen); het schip was wrak, doch het volk vermoedelijk geborgen.