Familiegegevens en opleiding
Auker Pieter Duinker werd geboren op 22 januari 1826 op Texel als zoon van de ondercommissaris der loodsen Pieter Duinker en Fijtje van der Wijk.
Hij trouwde op 01 juni 1854 te Den Helder als koopvaardijkapitein met Geertje Alderts Kleijenburg, geboren 21 januari 1823 te Texel als dochter van schipper Aldert Kleijenburg en Gertje Klein. Geertje overleed 27 oktober 1909 te Den Helder.
Het gezin vestigde zich in 1864 in de gemeente Den Helder komende van Nieuwendam.
Auke overleed te Den Helder als kapitein op 03 februari 1867.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.P.Duinker werd met vlagnummer 908 effectief lid van Zeemanshoop per 15 maart 1853 op voorspraak van P.Rijntjes. Zijn schip was de "Triton"002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd. 08/15 maart 1853.werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Aukes Pieters Duinker, oud 27 jaar, voerend de brik “Triton”, voor rekening van E.Smit te Koog aan de Zaan, wonend te Nieuwediep, adres bij de heer de Boer te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Rijntjes.023
Hij werd per 14 augustus 1855 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.003
Hij was effectief lid van “Zeemanshoop” met vlagnummer 908 van 1853 t/m 1854 en met vlagnummer 514 van 1854 t/m 1867.
A.P.Duinker was met vlagnummer R152 in 1858 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 februari 1867 verzoekt de wed. kapitein A.P.Duinker geb. Kleijenburg om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 28 maart 1867 wordt toegekend ingaande 01 mei 1867 voor haar en 2 kinderen. 042
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 07 maart 1907 staat een bedankje van de wed. A.P.Duinker voor de gift van f 100,-.Ook op 07 januari 1909 dankt zij voor de f 100,-. In de notulen dd 02 december 1909 staat een brief van A.P.Duinker mede namens de andere kinderen met een bedankje voor de steun die Zeemanshoop heeft gegeven aan de wed. Duinker. 042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 09 april 1867 staat vermeld dat per 01 mei 1867 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. A.P.Duinker geb. Kleyenburg voor haar en 2 kinderen.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 juli 1907 staat vermeld een: “Brief van de weduwe A.P.Duinker, bedankende voor de extra gift van f 100,-.” In de notulen dd 01 april 1909 staat weer een bedankje voor de extra gift van f 100,-023 (ik denk dat het hier gaat om een extra uitkering aan de vier oudst trekkende weduwen uit het Weldadig Zeemansfonds. Ik heb niet achterhaald wanneer die regel is ingegaan, maar dat die bestaan heeft blijkt uit andere uitkeringen en de daarover gevoerde correspondentie)
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 07 juli 1910 staat een: “Brief van den heer A.P.Duinker, ook namens de overige kinderen, bedankende voor de ondersteuning die zijn moeder zoo vele jaren van het Collegie Zeemanshoop heeft genoten.”023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
908 1853 brik Triton C.E.Smit te Koog aan de Zaan
514 1854-1861 brik Triton idem
1862-1866 brik de Jonge Evert idem
1867 "overleden"
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
A.P.Duinker Triton 03 juli 1860 22 januari 1861
Triton 19 april 1861 12 oktober 1861
Triton 24 december 1861 19 juli 1862
Jonge Evert 16 maart 1864 07 april 1865
Jonge Evert 15 juni 1865 geen melding
Jonge Evert 21 februari 1866 geen melding
Jonge Evert 14 mei 1866 geen melding
Bouma025 vermeldt A.P.Duinker als gezagvoerder gedurende:
* 1854 t/m 1862 op de brik “Triton”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 217 ton o.m., varend voor C.E.Smit & Zn te Koog aan de Zaan. Het schip werd verkocht in 1863 aan H. van Schouwenburg te Harlingen en herdoopt in “Drie Gezusters”;
* 1864 t/m 1867 op de brik “Jonge Evert”, gebouwd in 1863 te Nieuwendam, 242 ton o.m., varend voor C.E.Smit te Koog aan de Zaan.
Overige bijzonderheden
NRC 01 september 1856
Cargalijsten. Te Amsterdam arriveerden:
- Schip TRITON, kapt. Duinker, van Suriname, met 306 vaten suiker, 36 balen koffij, 21 balen katoen en 14 stukken cederhout. Adres: diversen……
NRC 24 september 1859114
Amsterdam, 23 september. Het schip TRITON, kapt. Duinker, van hier naar Suriname, is de 22e dezer in het Groot Noord-Hollandsch Kanaal, op de hoogte van Westgraftdijk, door het Pruisische barkschip CONFIDENCE, kapt. Lammert, van Memel (opm: Klaipeda) alhier aangekomen en toen door een stoomboot gesleept wordende, aangevaren. De CONFIDENCE was schijnbaar uit het roer geraakt en de TRITON dwars in de zijde gelopen, waardoor het potdeksel ontzet, de reling gesprongen, de voorsteng pardoens stuk, de verschansingen beschadigd, de rusten ontzet, het brikzeil gescheurd en meerdere schade geleden werd.
NRC 01 oktober 1859114
Amsterdam, 30 september. Het schip TRITON, kapt. Duinker, van Amsterdam naar Suriname, in het Noord-Hollandsch kanaal in aanzeiling geweest, heeft in het Nieuwe Diep een gedeelte der lading gelost, die onbeschadigd bevonden is.
NRC 12 april 1860114
Amsterdam, 11 april. Het schip (opm: brik) TRITON, kapt. A.P. Duinker, van Suriname in Texel binnen, had de 30e maart op 47º N.B. en 14º W.L. een hevige orkaan doorgestaan. Het schip had sedert geruime tijd onder de zeeën bedolven gelegen en maakte sedert meer water dan gewoonlijk.
NRC 19 april 1862114
Amsterdam, 18 april. Kapt. Duinker, voerende de brik TRITON, van hier te Suriname aangekomen, meldt, dat hij gedurende de reis voortdurend met hevige stormen en tegenwind heeft te kampen gehad, zodat hij eerst na 39 dagen reis de hoogte van Madeira had bereikt. Het schip had aan tuig en rondhout veel geleden. Er waren twee rustijzers enz. gebroken. Het schip was overigens in goede staat.
NRC 17 oktober 1863114
Rotterdam, 16 oktober. Gisteren is te Nieuwendam van de werf van de scheepsbouwmeesters W. en A.H. Meursing te water gelaten het brikschip JONGE EVERT, groot circa 240 tonnen, gebouwd voor rekening van een rederij onder directie van de heer C.E. Smit te Koog aan de Zaan, en zullende door kapt. A.P. Duinker bevaren worden.
Algemeen Handelsblad 03 december 1865114
Amsterdam, 2 december. Het schip (opm: brik) JONGE EVERT, kapitein A.P. Duinker, 13 oktober van St. Martha te Savanilla binnengelopen, zou in het begin van november naar Bremen vertrekken.
Familiegegevens en opleiding
Marten Sparrius werd geboren op 24 januari 1834 te Hollum op Ameland als zoon van Hendrik Martens Sparrius en Trientje Bottes Ney.
Hij trouwde op 14 november 1860 te Ameland met Gettje Olferts Lap, 22 jaar, geboren op 25 juli 1838 in de Brouwerstraat 23 te Amsterdam als dochter van Olfert Pieters Lap en Grietje Volkerts Visser. Zij overleed als Gertje Lap op 20 januari 1898..
Marten overleed op Ameland op 16 februari 1910 als weduwnaar.
Bron: Tresoar
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt M.Sparrius als gezagvoerder gedurende:
-
* 1868 t/m 1881 op de brik “Jonge Evert”, gebouwd in 1863 te Nieuwendam, 242 ton o.m., varend voor C.E.Smit te Koog aan de Zaan. Het schip voer in 1882 voor W.A.Huygens te Amsterdam en was herdoopt in “Dina”.
Overige bijzonderheden
De brik “Jonge Evert” onder kapitein M.Sparrius werd vermeld te Pernambuco op 02 augustus 1869 en kwam, geladen met suiker, te Valparaiso aan op 17 oktober 1869. Volgende melding op 13 november te Montevideo op weg naar Antwerpen. Zowel op de heen- als terugreis ronding van Kaap Hoorn.121
NRC 13 augustus 1868114
Vlissingen, 12 augustus. Heden zijn alhier gearriveerd het Nederlands brikschip JONGE EVERT, kapt. M.L. Sparrius, van Montevideo naar Antwerpen, en het Nederlands schoenerschip PELGRIM, kapt. R. Nieboer, van Dantzig naar Brussel bestemd.
Provinciale Groninger Courant 25 juli 1870 114
Amsterdam, 22 juli. Volgens brief van kapt. Sparrius, voerende het schip JONGE EVERT, van Newcastle naar Triëst, was hij de 18de dezer in goede staat de Hoofden kruisende. Kapitein Sparrius had in zee vernomen, dat onderscheidene oorlogschepen zich in het Kanaal bevonden. (opm: de uitgebroken Frans-Duitse oorlog)
NRC 26 april 1871114
Amsterdam, 25 april. Het Nederlandse schip JONGE EVERT, kapt. Sparrius, zou volgens brief uit Buenes Aires de dato 16 maart, naar Gualaguay verzeilen om voor het Kanaal te laden.
NRC 02 augustus 0872114
Buenos Ayres, 29 juni. Alhier zijn bevracht de navolgende Nederlandse schepen : IMMANUEL, kapt. Aden, om te Paysandu en GOEDHART, kapt. Sikkema, om op de Plata- rivier voor Europa te laden, en JONGE EVERT, kapt. Sparrius, om op de kust van Patagonië guano te gaan laden. Montevideo om order.
Krantengegevens uit latere jaren nog niet beschikbaar.
Familiegegevens en opleiding
Informatie van oud-notaris C.F.L.Klein te Leeuwarden via de heer S. ten Hoeve, Fries Scheepvaartmuseum te Sneek, dd 23 augustus 2003:
Cornelis Klein werd geboren op 18 of 20 februari 1843 te Vlieland als zoon van Jan Klein, geboren op 11 januari 1812 te Vlieland, scheepskapitein, en Nientje Jongkind, geboren 14 mei 1821 te Vlieland als dochter van Cornelis Jongkind, loods, en Jantje Duinwijk, zonder beroep.
Cornelis was gehuwd met Catharina Alida Reus, geboren te Harlingen op 13 april 1848.
Hij overleed te Hoorn (Noord-Holland) op 03 januari 1930.
* Volgens de geboorteacte 1843 nr.5 te Vlieland werd Cornelis Klein geboren 20 februari 1843 als zoon van Jan Klein en Mientje Jongkind. De geboorte werd aangegeven op 21 februari 1843. Toegevoegd is: “wonende te Amsterdam”. Kennelijk is moeder Mientje te Vlieland (bij haar familie?) bevallen, wellicht tijdens afwezigheid van vader Jan.
* Hij huwde volgens acte nr. 84 te Harlingen op 30 oktober 1876 met Catharina Alida Reus.
* Volgens acte 36 te Harlingen werd op 13 april 1848 aangegeven/geboren Catharina Alida Reus, dochter van Cornelis Reus en Alida Buisman.
* Uit dit huwelijk werden te Harlingen 5 kinderen geboren en wel: Jan (09 oktober 1878), Cornelis Ferdinand Leonard (12 mei 1880), Pieter en Alida Catharina( 08 september 1881) en Anne (13 september 1882).
* Volgens acte nr 120 te Harlingen overleed aldaar op 20 september 1904 Cornelis Klein, oud 61 jaar, gehuwd. De aangifte vond plaats op 21 september 1904. Gezien de leeftijd moet het hier gaan om “onze” Cornelis Klein.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Cornelis Klein, geboren 20 februari 1843 werd in januari 1877 met vlagnummer H74 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Zuiderzee", boekhouders J.& S.Wiarda. Zijn contributie werd betaald door zijn vrouw Catharina Alida Reus, geboren 13 april 1848028-fol.150.
Hij was de broer van kapitein Pieter Klein en de zoon van kapitein Jan Klein.
Hij was met vlagnummer H74 lid van het College in de periode 1876-1903034.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het Harlinger zeemanscollege Zeemansvoorzorg036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
H74 1874-1878 brik Zuiderzee J.& S.Wiarda, Harlingen
1881-1886 brik Dina (ex Jonge Evert) W.A.Huygens, Amsterdam
Bouma025 vermeldt C.Klein als gezagvoerder van/in:
* 1875 t/m 1879 van de brik “Zuiderzee”, gebouwd in 1845 te Harlingen, 196 ton o.m., varend voor J.& S.Wiarda te Harlingen;
* 1882 t/m 1885 van de brik “Dina” ex Jonge Evert, gebouwd in 1863 te Nieuwendam, 210 ton o.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
De Harlinger Courant dd 29 oktober 1874 vermeldt in de rubriek Scheepvaart-berigten het volgende096:
Binnengekomen:
“Hernösand vóór 17 Oct. Zuiderzee, C.Klein, Harlingen.”
Familiegegevens en opleiding
Tjakke Wieringa werd geboren op 03 november 1841 te Groningen als zoon van de bleeker Jan Tjakkes Wieringa en Trijntje Luitjes van Sluis,
Hij trouwdde op 09 juni 1876 te Groningen als scheepskapitein met Anje Homan, geboren te Garnwerd op 19 november 1849 als dochter van de commissionair, later veehandelaar Klaas Jan Homan en Harmtje Jans Brouiels. Anje overleed te Deventer op 04 februari 1938, 88 jaar.
Tjakke overleed op 15 september 1897 te Groningen, 55 jaar, winkelier
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
T.Wieringa was lid voor de vlag van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 22 in de periode 1878 t/m 1884.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt T.Wieringa als gezagvoerder gedurende:
* 1877 t/m 1881 van de galjoot “Sophia”, gebouwd in 1859 te Groningen, 97 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is in 1881 in de Noordzee gezonken.
* 1883 t/m 1884 van de brik “Tine” ex Meliora, gebouwd in 1858 te Hartlepool, 242 ton o.m., varend voor Barend Bulsing te Groningen. Het schip is in 1884 bij Westervik gestrand en wrak geraakt;
* 1886 t/m 1888 van de brik “Dina” ex Jonge Evert, gebouwd in 1863 te Nieuwendam, 210 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip werd op 42oN/24oW in zinkende staat verlaten.
Overige bijzonderheden
|