De eerste vermelding van LOODSBOOT Nr. 3 treffen wij aan in september 1824.
Een aanbesteding voor een Loodsboot/ Rinkelaar voor de Zeeuwse en Rotterdamse wateren stamt uit 1816.
Na het vergaan van de RINKELAAR VAN VLISSINGEN in 1838 kocht Borghmans als vervanger de OLIVIER.
1839
RC 220139
Advertentie. De onder-inspecteur over het Loodswezen van Goedereede en de Maas is voornemens, ingevolge daartoe bekomen autorisatie, ten overstaan van den te Brielle residerende notaris van Kruyne, ten bijzijn van getuigen, op maandag den 28 januari 1839, des voormiddag ten elf ure, binnen dezelve, stad Brielle, op het Maasland, te verkopen: Enige afgelegde goederen van voornoemd Loodswezen, bestaande in een Loodsboot, een Rinkelaar, een grote partij zeilen, touwwerk, ijzer, lood, koper, enig rondhout, zwaarden en wat verder te koop zal worden aangeboden; zullende na afloop van dien verkoop door genoemde notaris almede worden verkocht een overdekte boeijer, genaamd DE JONGE JOHANNES, met den daarbij behorende inventaris, liggende aan het Maasland te Brielle.
(opm: de rinkelaar betrof de loodsboot Nr. 3 van Brielle die voor 460 gulden werd aangekocht door J.F. Borghmans te Vlissingen; als OLIVIER, kapt. T. Kamermans, werd het scheepje getuige afgegeven zeebrieven waarschijnlijk een aantal jaren in de vrachtvaart gebruikt)
Op 23 november 1839 wordt voor de OLIVIER door Johannes Franciscus Borghmans uit Vlissingen een zeebrief aangevraagd voor kapt. Teunis Kamermans.
1841
Op 15 november 1841 wordt voor de OLIVIER door Johannes Franciscus Borghmans uit Vlissingen een zeebrief aangevraagd voor kapt. Teunis Kamermans.
1843
Op 9 december 1843 wordt voor de OLIVIER door Johannes Franciscus Borghmans uit Vlissingen een zeebrief aangevraagd voor kapt. Teunis Kamermans
1848
RC 040148
Van Vlissingen uitgezeild OLIVIER, T. Kamermans naar Scheveningen.
1855
Op 22 december 1855 wordt de zeebrief van de OLIVIER door de ontvanger te Vlissingen naar Den Haag teruggestuurd, zonder vermelding van reden, waarna royement volgt. Aangenomen wordt dat het schip in 1855 is gesloopt. Het schip zal zo’n 35 à 40 jaar dienst hebben gedaan