Familiegegevens en opleiding
Hillebrand Harms Pot was stuurman, schipper, kapitein. Hij werd geboren/gedoopt te Oude Pekela op 08/14 december 1777 als zoon van Harm Hinderks Spaarpot en Antje Geerts Stobbe.
Hij trouwde te Oude Pekela op 05 april 1826 met Elisabeth Klaassens de Wijk, geboren te Oude Pekela op 14 september 1796 als dochter van Klaas Harms de Wijk en Jantje Wolters. Het echtpaar kreeg twee kinderen waaronder de latere koopvaardijkapitein Harm Hillebrands Pot (zie aldaar).
Hillebrand en Elisabeth overlijden te Oude Pekela op 05 augustus 1851 resp. 06 februari 1873.
Hillebrand wordt vermeld als stuurman op de “Gilde 7”, als schipper in de periode 1826-1840 en als gezagvoerder van de “Goede Hoop” en en de ” Elisabeth” in de periode (1829-1838)051.
De schepen van de kapitein
Bouma025 geeft over de hierboven vermelde schepen de volgende bijzonderheden:
* “Gilde 7” wordt niet vermeld;
* de kof (?) “Goede Hoop”, gebouwd in 1809, 82 ton o.m., in de periode 1819 t/m 1828 onder gezag van H.H.Pott, varend voor H.E.Evers te Groningen;
* “Elisabeth”wordt vele malen vermeld maar nimmer met een Pot(t) als gezagvoerder. Maar wèl:
* “Elisabeth Catharina” (zonder type, bouwjaar en tonnage) in 1852 onder gezag van H.H.Pot twee maal in Harlingen geregistreerd. (daar Bouma vaak een jaar te hoog vermeld zou deze melding in 1852 uit 1851 kunnen stammen en dan net voor de overlijdensdatum kunnen vallen).
Bouma025 vermeldt H.H.Pott als gezagvoerder gedurende:
* 1831 t/m 1832 van de kof “Goede Hoop”, gebouwd in 1824, bouwlocatie niet vermeld, 112 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;
* 1833 t/m 1837 van de kof “Vrouw Elisabeth”, gebouwd in 1828, bouwplaats niet vermeld, 90 ton,, varend voor J.Meihuizen te Pekela;
* 1837 t/m 1839 van de kof “Elisabeth”, gebouwd in 1828, bouwlocatie niet vermeld, 120 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Hilbrand Harms Pot op de:
“Goede Hoop”, dd 22 maart 1820;
“Elizabeth”, dd 20 maart 1829 en 27 juni 1838.
Overige bijzonderheden
te Rendsburg B.H. Brams van Stettin (opm: Szczecin) naar Delfzijl, H.T. Mulder van Riga naar Groningen, F.T. Visser van Libau (opm: Liepaja) naar Schiedam, H.H. Pot, H.B. Swart en B.J. Houwink van Elbing (opm: Elblag), E.B. Bol en J.H. Linger van Koningsbergen (opm: Kaliningrad) en J.H. Mulder van Dantzig (opm: Gdansk) naar Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 09 december 1819114
Amsterdam, 7 december. Van Tonningen (opm: Tönning) wordt van den 2 december gemeld, dat onder meer andere schepen wegens het ijs in de haven gehaald zijn de schepen ZELDENRUST, F.T. Visser, van Libau (opm: Liepaja) naar Schiedam (opm: het schip arriveerde 11 december te Helvoetsluis); de VROUW HENDRICA, B.J. Houwink; de VROUW EISABETH, H.B. Swart, en de GOEDE HOOP, H.H. Pot, van Elbing (opm: Elblag) naar Amsterdam; voorts was het schip de JONGE MARTHA, kapt. E.B. Bol, van Koningsbergen (opm: Kaliningrad) naar Amsterdam, wegens het ijs, tussen Rendsburg en Tonningen aan het strand gelegd; doch werd, daar het weêr zachter en de wind Z.W. geworden was, nog die dag te Tonningen verwacht.
Rotterdamsche Courant 16 december 1819114
Amsterdam, 14 december. Den 4 dezer zijn, met een gunstige wind, van Tonningen (opm: Tönning) in zee gekomen de aldaar door de vorst terug gehouden schepen de VROUW HENDRIKA, kapt. B.J. Houwink; de VROUW ELISABETH, kapt. H.R. Swart, en de GOEDE HOOP, kapt. H.H. Pot, van Elbing (opm: Elblag) naar Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 23 december 1819114
Amsterdam, 21 december. De schepen de VROUW ELISABETH, kapt. H.B. Swart, de GOEDE HOOP, H.H. Pot, en de VROUW HENDRIKA, B.J. Houwink, van Elbing (opm: Elblag), en de VROUW GEERTRUIDA, H.A. Bekkering, van Norden, in Terschelling binnen, zijn wegens ijsgang, met adsistentie van loodsen, in het Ras gebragt, de twee eersten tegen betaling van 500 en de twee laatsten tegen betaling van 400 guldens.
Rotterdamsche Courant 27 december 1821114
Amsterdam, 25 december. Het schip de GOEDE HOOP, kapt. H.H. Pot, van Bergen naar Amsterdam, is, volgens brief van Arendsdahl (opm: Arendal) van den 8 december, aldaar lek binnengelopen; moet lossen om te repareren.
Rotterdamsche Courant 31 augustus 1822114
Rotterdam, 28 augustus. Den 29 arriveerde te Helvoetsluis het schip DOLPHIJN, W. Verloop, van St. Thomas.
Den 30 arriveerde de HOOP, H.H. Pot, van Dantzig (opm: Gdansk), als bijlegger naar Antwerpen.
Rotterdamsche Courant 05 oktober 1822114
Rotterdam, 4 oktober. Van Vlissingen wordt van den 1 dezer gemeld, dat sedert onze laatste van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild zijn de schepen la LOUISE, P.J. Colas, naar New York, de GOEDE HOOP, H.H. Pott, naar Shields; de TWEE GEBROEDERS, D.H. van Wijk, naar Newcastle, en
aldaar ter rede gekomen LEOPOLD, J. Hammer, van Gothenburg, naar Rotterdam gedestineerd, en naar Antwerpen bestemd: HERMANNA, H. Stroijer, van Hamburg, en de DRIE GEBROEDERS, P.F. Suhlberg, van Danzig.
