Inloggen
Gezagvoerder

Vos, Wessel de

Naam: Vos, Wessel de
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
CHRISTIAAN LOUIS 1857 Brik Sailing Vessel 15186 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. de Vos was met vlagnummer R173 in de periode 1858 t/m 1860 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein W. de Vos met vlagnummer R173 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1858, 1859                    van de brik “”Christiaan Louis”         123 last varend voor J.C.P.Brak & Co te Amsterdam

 

Aankomst en vertrek te Amsterdam

Naam kapitein                                         Naam schip                                  Vertrek                              Aankomst

  1. de Vos Christiaan Louis 29 maart 1858                 15 maart 1861

 

Bouma025 vermeldt W. de Vos als gezagvoerder gedurende:

*   1857 t/m 1860 van de brik “Christiaan Louis”, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 232 ton o.m., varend voor J.C.P.Brack & Co te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In "Het Nederlandsche Zeewezen" 4e jaargang, 1925, p.181-184 staat een artikel onder de titel “Hoe kapitein Carst naar Japan ging en wat hij daar mee maakte” Het artikel geeft geen auteur. In dat artikel staan een reeks gegevens over andere kapiteins, o.a de vader van Jan de gezagvoerder Jeppe Pieters Carst, en die gegevens heb ik bij die persoon opgenomen.

31 Maart 1854 sloot commodore Perry een tractaat van vrede en vriendschap tussen Amerika en Japan, en in 1858 sloot Lord Elgin, opperbevelhebber der Britsche zeemacht, een tractaat te Jedo (later Tokio genaamd) en daarna volgden de tractaten met Frankrijk, Rusland en Nederland. Gevolg hiervan was, dat in 1859 de haven van Kanaguwa voor de vreemdelingen geopend werd.

De openstelling van Japan voor de vreemdelingen was niet naar den zin van een groot deel der Japanners, vooral de Daimio’s landheeren zagen hun macht bedreigd, zij werden vreemdelingenhaters en zetten hun onderhoorigen op tegen de vreemdelingen. Door hen en ook door de Ronins, onslagen officieren van de landheeren , werden verscheidene moorden op vreemdelingen bedreven.

Beschrijving van een verscherping van de situatie en een verzoek van de Nederlandse consul om wapens te mogen dragen. Beschrijving van de moord op de Hollandse kapiteins Wessel de Vos en Jasper Nanning Dekker.

“Twee Hollandsche kapiteins werden toch op 26 Febr. 1860 vermoord, n.l. Wessel de Vos, oud 42 jaar, gezagvoerder van de Holl. brik Christiaan Louis en Jasper Nanning Dekker, 49 jaar, gezagvoerder van de Holl.schoener Henriëtte Louise. … Den volgende morgen begaf de Hollandsche consul zich aan boord der Hollandsche schepen; de goederen der overledenen werden verzegeld en de beide eerste stuurlieden voorloopig als gezagvoerder aangesteld. Van boord terug komend begaf de consul zich naar den gouverneur van Kanawaga. De consul eischte opsporing en gestrenge bestraffing van de moordenaars en verzocht den gouverneur om de begrafenis der slachtoffers bij te wonen en den stoet te volgen. De gouverneur weigerde op grond, dat de slachtoffers kooplieden waren. Den volgenden morgen begaf de Hollandsche consul zich weder naar de gouverneur, nu in gezelschap van den commandant van het Russische oorlogsschip “Japanise” en twintig mariniers. Eerst weigerde de gouverneur weder om de begrafenis bij te wonen. Toen zeide de Russische commandant, dat er weder twee Russen verdwenen, denkelijk ook vermoord en dat de gouverneur door niet mee te gaan naar de begrafenis, het bewijs gaf, dat hij onverschillig was omtrent de te Yokohama gepleegde misdaden. Hierop beloofde de gouverneur om mee te gaan, maar verzocht om achter aan den stoet te mogen rijden omdat zijn paard schichtig was.

De begrafenis der slachtoffers had plaats op 29 Febr. 1860 op het Yokohama kerkhof. …Het lijk van den Heer de Vos, gedragen door acht matrozen, acht waarlooze dragers, aan beide zijden de vrijmetselaren. Het lijk van den Heer Dekker, gedragen door acht matrozen en acht waarlooze dragers. … Bij het nederlaten in het graf werd door de Rusen een salvo van twintig schoten gegevens, waarna de Hollandsche consul allen dankten voor de eer aan zijne landgenooten bewezen. Later werd op dit graf door het Japansche gouvernement een groot gedenkteeken opgericht.

4 Maart 1861 schrijft de Hollandsche consul aan de ministers te Jedo over den moord en eischte hij van het Japanse gouvernement:

  1. dat de moordenaars zijner beide landgenooten ten spoedigste werden gevat en met den dood gestraft op de plaats alwaar zij den moord bedreven;

2 dat het Japansche gouvernement aan ieder der weduwen van de beiden verslagenen zal uitkeeren een som van vijf en twintig duizend Mexicaansche dollars.

In hoeverre aan de gestelde eischen is voldaan, durven we hier niet te zeggen, maar de zekerheid, dat een en ander werd ingewilligd, is vrij zeker, want de invloed van Nederland op Japan was toen zeer groot, …

 

NRC 28 april 1860114

Shanghai, 6 maart. Zoëven arriveert alhier de stoomboot AZOFF van Kanagawa en Nagasaki en brengt het bericht mee, dat de Nederlandse gezagvoerders J.N. Dekker en W. de Vos respectievelijk met de schepen (opm: brikken) HENRIETTE LOUISE (opm: HENRIETTE LOUISA) en CHRISTIAAN LOUIS in Japan gearriveerd, op zekere avond verraderlijk in een van de straten van Yokohama zijn aangevallen en op een barbaarse wijze zijn vermoord.

 

NRC 29 april1860114

Rotterdam, 28 april. Door een vriendelijke hand zijn wij in het bezit gesteld van het onderstaande uittreksel eens briefs uit Decima in dato 2 maart:

Enige dagen geleden is Zr.Ms. corvet GRONINGEN alhier gearriveerd, overbrengende de nieuwe consul-generaal en zijn secretaris; de heer Donker Curtius heeft gisteren zijn betrekking neergelegd en zal met voornoemd schip via Jedo naar Siam gaan en zo vervolgens de reis per mail naar Europa voortzetten.

Hedenmorgen arriveerde alhier de stoomboot AZOFF van Yokohama, het bericht van een vreselijke gebeurtenis van daar meebrengende. De zaak is deze: de 25e februari, des avonds omstreeks 5½ ure, verlieten twee Nederlandse gezagvoerders, zijnde kapt. W. de Vos, van het schip CHRISTIAAN LOUIS en kapt. Dekker, gezagvoerder van de LOUISA CHRISTINA, het hotel van de heer Hufnagel, gewezen gezagvoerder van de NASSAU te Yokohama, voornemens zijnde naar hun schepen terug te keren; doch daar het kapt. Dekker inviel nog een weinig soja te willen kopen, zo volgde kapt. De Vos zijn collega, en nauwelijks waren zij enige huizen ver gegaan, of zij werden verraderlijk van achteren aangevallen en op de allerwreedaardigste wijze door de Japanners vermoord. Zij zijn onmiddellijk op de straat nedergeworpen en dood blijven liggen. Volgens een van de bladen van Hong-Kong was een Nederlandse oorlogsstoomboot van Nagasaki naar het toneel van de moord vertrokken.

 

NRC 30 april 1860114

Rotterdam, 29 april. Nopens de te Yokohama in Japan gepleegde moord op de Nederlandse gezagvoerders De Vos en Dekker, verneemt men nader, dat op ieder lijk drie vreselijke wonden zijn ontdekt. Van de moordenaars is niets bekend, doch alleen gist men, dat het officieren zijn van de in ongenade gevallen broeder des keizers, die op die wijze zoekt het land in oorlog te wikkelen en zich op de troon te helpen.

 

NRC 01 mei 1860114

Rotterdam, 30 april. De Utrechtsche Courant bevat een particulier schrijven uit Nagasaki, waarin nopens de moord te Yokohama op de beide koopvaardijkapiteins gepleegd o.a. nog de navolgende bijzonderheden worden medegedeeld: Een hand en een hoed zijn op een honderdtal passen verder gevonden. Zodra het feit ter ore van de gouverneur van Jedo was gekomen, liet hij dadelijk de poorten sluiten, om de moordenaars machtig te worden; doch het was reeds twee uur later. Voor de moorden, op personen van andere natiën begaan, is voor de achtergebleven betrekkingen steeds schadevergoeding gevraagd en dit zal ook hier het geval wel wezen. De GRONINGEN ligt hier, waarvan de commandant met het état-major een bezoek bij de gouverneur heeft gebracht. Zij zijn daar met de gewone plechtigheden ontvangen, hebben er gespijsd en gerookt, en als gewoonlijk werd aan ieder de verlakte rooktoestel, enz, na het gebruik aan het schip bezorgd. De gouverneur was aan de ene tafel, onze officieren waren aan een andere tafel daarnaast gezeten; tussenin zat de Japanse tolk. Opmerkelijk was het, dat de gouverneur zich zeer informeerde naar al wat de toebereidselen van de Engelsen voor de oorlog tegen China betrof, terwijl een van de Japanners al hetgeen daaromtrent verhaald werd, opschreef. Niettegenstaande dat beleefd verzoek dat de gouverneur beloofde te retourneren, is de GRONINGEN toch op zijn hoede, en ligt dat stoomschip, naar men zegt, met geladen batterij. Wegens de moord op de beide Nederlandse kapiteins, dacht men dat de GRONINGEN weldra naar Kanagawa zou vertrekken.