1810
Na de publieke verkoop op 07-03-1810 wordt Cornelis Kooter kaptein op de JUNO
RC 070710
AMSTERDAM den 5 Juli Den 3 en 4 dezer is in Texel niets binnengekomen ; maar zijn na Zee gezeild, P. Berg, J. H. Prins , T. Dirks, R. Douwes en C. Kooter naar Archangel.
OHC 081210
Volgens brief van Archangel van den 27 oktober
Van de schepen die over de Baar geraakt waren, waren 8, onder zware ijsgang, den 24sten dito voor Lappe Minke (alwaar de Russische oorlogschepen leggen) behouden ten anker gekomen, waaronder die Freundschaft, kapt. J. Hendriks, en Juno, kapt, C. Kooter, wachtende op verlof om de haven binnen te komen.
1814
Op 14-02-1814 wordt voor de JUNO door Mannekus, Beijers & Steur uit Maassluis een zeebrief aangevraagd voor kapt. Cornelis Kooter
Op 06-06-1814 wordt voor de JUNO door Mannekus, Beijers & Steur uit Maassluis een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Schepen
1815
RC21031815
Heden arriveerde te Helvoetsluis het Schip Juno, J. Schepen, van Bergen.
1816
Op 30-04-1816 wordt voor de JUNO door Mannekus, Beijers & Steur uit Maassluis een zeebrief aangevraagd voor kapt. Bruede Johannes Martens
RC 010816
Helvoetsluis
Den 30, des morgens, zeilde Juno, B. J. Martens, naar Teneriffe: de wind N. O.
1817
RC 230817
Advertentie. R. Hoyman, J. Tentye, J. van Ouwerkerk de Vries, T. van Olivier, J.E. Lublink en J. Boelen, makelaars, zullen, op maandag den 1 september 1817, des avonds ten 6 uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, verkopen: een extraordinair welbezeild gekoperd Fregatschip, genaamd JUNO, gevoerd door kaptein B.J. Martens, lang 100 voet, wijd 27 8 duim, hol 14 voet, het verdek 6 en 1 half voet; alles Amsterdamse maat. Breder bij inventaris en berigt bij de makelaars.
Op 12-11-1817 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jan Ingerman
RC13121817
Sedert onze laatste is in Texel uitgezeild B. J. Martens (opm: ex. Kapt van de JUNO) naar Teneriffe, J. Ingerman ( VROUW CATHARINA ELISABETH. Ex. JUNO) naar St. Domingo.
1818
RC 080918
Sedert onze laatste zijn in Texel binnengekomen, J. Ingerman van St. Domingo (Kaap Henry ,Haiti)
Op 03-12-1818 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jan Ingerman
1819
Op 02-11-1819 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jan Ingerman
OHC 301119
Texel en zijn uitgezeild A. Boyd naar Batavia , J.J. Barth naar Curacao,. J. Ingerman naar St. Domingo.
RC 041219
Texel J. Ingerman terug uit Zee, zijnde gedestineerd naar St. Domingo.
RC 091219
Texel uitgezeild J. Ingerman, naar St. Domingo
1820
RC 310820
Sedert onze laatste zijn in Texel binnengekomen J. Ingerman van St. Domingo, (ligt quarantaine)
RC 120920
Uit quarantaine is ontslagen kapitein J. Ingerman van St. Domingo
1821
Op 26-03-1821 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jan Ingerman
RC 050521
Naar Batavia ligt zeilree, om uiterlijk half mei (weer en wind dienende) in zee te zeilen, het extra snelzeilend tweedeks gekoperd fregatschip de VROUW CATHARINA ELIZABETH, voorzien van een ruime aangename kajuit, ingerigt met de vereiste gemakken voor passagiers; adres bij de kapitein van het schip Jan Ingerman, wonende te Amsterdam op de Haarlemmerdijk, tussen de Oranjestraat en de Eenhoornsluis, no. 255. N.B. Met deze bodem vertrekken geen militairen.
RC 210621
Amsterdam, 19 juni. Het schip (opm: fregat) VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman, den 30 mei uit Texel gezeild naar Batavia, is den 7 juni op de hoogte van Goudstaart (opm: Start Point) gepraaid.
RC 181221
Rotterdam, 17 december.
Den 25 september is aan de Kaap de Goede Hoop gearriveerd het schip CATHARINA ELIZABETH, Ingerman, van Amsterdam; hetzelve heeft den 4 oktober de reis naar Batavia voortgezet; den 29 september het schip HERO, Pepper, van Antwerpen, en den 5 oktober het schip CORNELIA SARA, Marcussen, van Batavia.
1822
RC 300322
Rotterdam, 27 maart. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 26 maart:
te Batavia den 7 december 1821 VROUW CATHARINA ELIZA (opm: fregat DE VROUW CATHARINA ELISABETH), J. Ingerman, van Amsterdam
RC 031222
Amsterdam, 1 december. Den 27 juli van van Batavia naar Amsterdam vertrokken het schip VROUW CATHARINA ELIZABETH (opm: fregat VROUW CATHARINA ELISABETH), kapt. J. Ingerman.
RC 101222
Rotterdam, 9 december. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijsten van den 3 en 6 december:
Den 24 september is aan de Kaap de Goede Hoop binnengelopen het schip VROUW CATHARINA ELIZABETH (opm: fregat VROUW CATHARINA ELISABETH), J. Ingerman, van Batavia naar Amsterdam.
RC 241222
Rotterdam, 23 december. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 17 december:
Batavia. Den 15 dezer is Deal gepasseerd de Nederlandse oorlogscorvet EENDRAGT, kapitein Schroder, van Helvoetsluis naar Surinamen.
Van de Kaap de Goede Hoop is den 5 oktober vertrokken het schip CATHARINA ELIZABETH (opm: fregat VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman), van Batavia naar Amsterdam.
1823
AC 270823
Texel, 25 augustus. Heden zijn alhier gearriveerd de schepen TWEE JONKVROUWEN (opm: bunschip), kapt. M.P. v.d. Zee, van Londen, VROUW AFFINA (opm: smak VROUW AFINA), kapt. H.W. Drent, van Rochefort, MARIA ELISABETH (opm: smak), kapt. D. Ouwehand, van Hull, en VROUW GEZINA (opm: smak), kapt. J.H. Mulder, van Noorwegen naar Rotterdam, en is uitgezeild het schip VROUW CATHARINA ELISABETH (opm: fregat), kapt. J. Ingerman, naar Batavia.
1824
BC 310124
Te Batavia zijn onder meer aangekomen: Den 29 januari het schip de VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. Jan Ingerman, van Amsterdam den 26 augustus 1823, met 5 passagiers
BC 260624
Den 24 januari is te Batavia gearriveerd het schip (opm: fregat) VRIENDSCHAP, kapt. J. Cremer, den 16 februari van Amsterdam vertrokken, en den 20 dito vertrok de VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. J. Ingerman, naar Amsterdam.
AC 031124
Texel, 1 november. Binnengekomen VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman, van Batavia; LOUSIA AGATHA, kapt. H. Breekling, van Suriname met verlies van ankers en touwen; SARA ELISABETH, kapt. J. Kruibergen, van Dordrecht, als bijlegger door tegenwind, bestemd naar St. Ubes; NEERLANDS KROONPRINSES, kapt. J.P. Jelsma, van Londen.
1825
Op 22-07-1825 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt Jan Ingerman
AC 240825
Door Alkmaar zijn langs het Noord-Hollandsche Kanaal gepasseerd:
Den 15 augustus de VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman, van Amsterdam
AC 260925
Texel, 24 september. Binnengekomen: DAGERAAD, kapt. R.C. Stada, L' AUGUSTE, kapt. J. Hulsen Jr. en MARGARETHA JOHANNA, kapt. J.A. Hermans, alle drie van Suriname; HESPERUS, kapt. Madsen, van Demerary; WILLIAM, kapt. J. Ellos, van New York; WABASH, kapt. J. M'Lay, van Baltimore; YSSELSTROOM, kapt. W. de Weerd, van Newcastle; JOHN, kapt. J. Dobie, van Leith; JOHANNA, kapt. J.J. Kiers, van Riga; VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman, naar Batavia bestemd, terug uit zee.
AC 300925
Texel, 28 september. Binnengekomen: ELISABETH CORNELIA, kapt. Paul H. Bos, van Suriname.Uitgezeild: Zr.Ms. oorlogsfregat BELLONA, kapt. Dibbets; aan boord hebbende Zr.Ms. commissaris generaal voor Nederlands Indië en deszelfs gevolg, naar Batavia; SNELHEID, kapt. E. Clausen en ANNA MARIA, kapt. J. Rinses, beide naar Curaçao; PHOENIX, kapt. D.T. Visser, naar Havannah; PIETERTJE STAPERT, kapt. J.R. Hottinga, naar Cette; JONGE JAN, kapt. H.S. van der Zee, naar Marseille; VROUW JANTJE, kapt. A.G. Jonkhoff, naar Rochefort; DANAB, kapt. J. Roose en EDWARD, kapt. E. Rice, naar Londen; MINERVA, kapt. D. Dirks, naar Yarmouth; TWEE GEBROEDERS, kapt. S.J. Brouwer, naar Chester; DELIGHT, kapt. M. Willingham, naar Wells; BUITENWERF, kapt. J.E. Just, naar Liverpool; de LIEFDE, kapt. S. Kroon, naar Hull; GEORG, kapt. J.B. Erboe, naar Portsgrand (opm: Portgränd, Trelleborg); JAGE, kapt. R. Thomson, naar Rye; ENIGHEDEN, kapt. E. Lorentsen, naar Drammen; VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. J. Ingerman, is mede onder zeil geweest, doch door stilte terug gekomen.
RC 111025
Amsterdam, 9 oktober. Kapt. Van Veen, heeft den 2 dezer, bij het eiland Wight, gepraaid kapt. J. Ingerman, voerende het schip KATARINA ELIZABET (opm: fregat VROUW CATHARINA ELISABETH), van Amsterdam naar Batavia, en den 7 dito, op de hoogte van Goudstaart (opm: Start Point) gezien een driemast schip en een kof, beide voerende de rode vlag, de eerste met No. 69 en de laatste met No. 57.
1826
BC 120426
Alhier ter rede (opm: Batavia) is gearriveerd den 9 april het schip VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. Jan Ingerman, vertrokken met twee passagiers van Amsterdam den 27 september (1825), en is van hier vertrokken op den 9 april het schip JORINA, kapt. P.H. Kock met bestemming naar Bantjer. (opm: waarschijnlijk het met schade verkochte schip JORINA, zie BC 110326)
RC 060726
Amsterdam, 4 juli. Scheepvaartberichten:
- Het schip DE VROUW KATHARINA ELIZABET (opm: fregat VROUW CATHARINA ELISABETH), kapt. J. Ingerman, van Amsterdam naar Batavia, is, volgens brief van Batavia van den 25 februari, op de kust van Brazilië in goede staat gepraaid door kapt. J.H. Peter, voerende het schip DE BARON VAN DER CAPELLEN, van Rotterdam, te Batavia aangekomen.
1827
Op 05-09-1827 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Boes Lutjens
RC 290927
Advertentie. Van Amsterdam naar Batavia zal omtrent de 25e oktober aanstaande worden geëxpedieerd het nieuw gekoperd snelzeilend fregatschip DE VROUW CATHARINA ELISABETH, gevoerd door kapt. Dirk Boes Lutjens. Passagiers voor Java worden uitgenodigd van deze gelegenheid gebruik te maken, als zijnde dit schip daartoe bijzonder ruim en tot gemak ingericht; zullende met hetzelve geen militairen vertrekken. Iemand hiertoe genegen zijnde of wensende goederen met hetzelve te verschepen, gelieve zich te adresseren aan de cargadoors Coopman en De Wit en Lenartz, Hoijman en Schuurman, van Olivier en comp., of De Vries en comp., te Amsterdam.
1828
RC 080128
Amsterdam, 6 januari. Volgens brief van kapt. Bax, voerende het brikschip DIANA, van Amsterdam naar Berbice, in dato 29 december laatstleden, was hij die dag in goede staat met N.N.W. flauwe koelte zeilende in het Kanaal, hebbende Dungeness N.N.O. naar gissing twee en een halve mijl van zich; genoemde kapitein rapporteert, de 25e dito in goede staat gezien te hebben, op 53 graden 6 min. noorderbreedte en 3 gr. 11 min. lengte beoosten Greenwich, de schepen DE NEDERLANDEN, kapt. C. Hofker, mede naar Berbice en DE VROUW KATARINA ELISABETH, kapt. D.B. Lutjens, naar Batavia gedestineerd.
RC 140228
Amsterdam, 12 februari. De schepen ATLANTA, kapt. W. Zuidhoff, van Suriname naar Amsterdam; CATARINA, kapt. H.H. Duintjer, van Amsterdam naar Rouaan en DE VROUW NEELTJE, kapt. J. van Gelderen, van Vlaardingen naar Lissabon, alle te Ramsgate binnen, waren de 3e dezer aldaar nog liggende, het eerste onder reparatie. Ook lag destijds aldaar nog in het dok het schip ANNA MARIA, kapt. W. Poort, van Delftshaven naar Cette. Kapitein J.J. Stijntjes, voerende het schip DE JONGE HENDRIK, van Antwerpen naar Marseille, te Plymouth binnen, meldt van daar, in dato 2e dezer, dat zijn schade hersteld was en hij met de eerste gunstige gelegenheid de reis zou vervolgen.Het schip DE VROUW KATARINA ELIZABETH, kapt. D.B. Lutjens, van Amsterdam naar Batavia, te Falmouth binnen, heeft de 2e dezer de reis voortgezet.
JC 010728
Te Batavia gearriveerde schepen: Den 28. juni de brik NEDERLANDER, kapt. H. Batten, van Samarang den 25. juni met twee passagiers en Zr.Ms. troepen en het schip VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. D.B. Lutjens, van Amsterdam den 23. december met twee passagiers.
AH 131228
Carga-lijsten. Amsterdam, 12 december. CATHARINA ELISABETH, kapt. D.B. Lutjens, van Batavia; MAGDALENA, kapt. H.R. Lutje, van Bordeaux.
AH 131228
Amsterdam, 11 december. Kapt. D.B. Lutjens, eergister van Batavia te Texel binnengekomen, heeft brieven van daar tot 3 augustus meegebracht. Tot op die dag was te Batavia nog niets bekend van het ongeluk dat volgens de Lloyds lijst van de 2e dezer aan het schip CORNELIS HOUTMAN zou zijn overgekomen. Dat bericht schijnt overigens nog nadere bevestiging te vereisen en er zijn zelfs redenen om het in twijfel te trekken. Kapt. Waldeck, voerende het schip FLORENTINA, onlangs te Antwerpen binnengekomen, is enige dagen later dan kapt. Lutjens van Batavia vertrokken. Beide kapiteins hebben elkander op St. Helena weer ontmoet. Kapt. Lutjens vroeg de kapt. Waldeck of er sedert zijn vertrek te Batavia iets bijzonders bekend was geworden, waarop deze laatste hem antwoordde dat hij hoegenaamd niets vernomen had. Niettemin zou het juist kapt. Waldeck zijn, die in Engeland het gerucht van het vergaan van het schip CORNELIS HOUTMAN verspreid heeft en door wiens rapport die tijding in de Lloyds lijst gekomen moet zijn.
DC 131228
’s Gravenhage, 11 december. Men heeft alhier berichten ontvangen uit Batavia, gaande tot den 2 augustus. Dezelve zijn aangebracht met de CATHARINA ELISABETH, kapt. Lutjens, en behelzen het verslag van enige schermutselingen, welke tussen de Nederlandse macht en de muitelingen hebben plaats gehad, en waarin de eerste steeds de overhand hebben gehouden.
1829
Op 04-09-1829 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Boes Lutjens
OHC 201029
te Cowes D. B. Lutjens van Amsterdam naar Padang, met verlies van een touw.
RC 221029
Amsterdam, 20 oktober. Kapt. D.B. Lutjens, voerende het schip DE VROUW KAT. ELIZABET (opm: de VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D. Boes Lutjens), van Amsterdam naar Padang, meldt van Cowes van de 12e oktober, dat hij de vorige dag aldaar was binnengelopen, hebbende een anker en touw gekapt en een ander anker gebogen en waarschijnlijk gebroken. Voorts meldt kapt. Lutjens dat hij in de Noordzee ontmoet had een roerloze Amerikaansche brik, van welke noodschoten en seinen om hulp gedaan werden, die hij echter niet in staat was te verlenen.
1830
OHC 281030
te St. Helena D. B. Lutjens van Padang naar Amsterdam
OHC 041130
Amsterdam den 2 den November. Den 1 sten dezer zijn in Texel binnen gekomen de schepen Catharina Elisabeth, kapt. D. B. Lutjens van Padang
AH 031130
Carga-lijsten. Amsterdam, 2 november. DE VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D. Boes Lutjens, van Padang; DE VERWISSELING, kapt. C. van der Drift, van Villa Nova.
1831
Geen scheepvaart berichten gevonden
1832
AH 120332
Advertentie - Schepen in lading te Amsterdam: - Naar Batavia. Het gekoperde tweedeks fregatschip DE VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. Dirk Boes Lutjens, van Amsterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, Van Olivier en Co., Hoyman en Schuurman en De Vries en Co.
Op 03-04-1832 wordt voor de VROUW CATHARINA ELISABETH door A.L. Harpen & Zoon uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Boes Lutjens
AH 170532
Texel, 16 mei. Vertrokken: VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D.B. Lutjens, naar Batavia
1833
AH 050233
St. Helena, 8 december. Alhier zijn gearriveerd de 27e november. DE JONGE ADRIANA, kapt. H. Bruhn, van Batavia, bestemd naar Rotterdam, en de 7e december DE VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D. Boes Lutjens, van Batavia, bestemd naar Amsterdam; dezelve heeft de volgende dag de reis voortgezet.
AH 090233
Men meldt uit Deal, dd. 4 februari, dat het schip DE VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. D. Does Lutjens, van Batavia naar Amsterdam bestemd, door het Engels oorlogsfregat CONWAY de 1e februari in de Noordzee genomen is.
RC 160233
Rotterdam, 15 februari. Uittreksel uit de Lloydslijst van 12 februari.
De PAULINE, kapt. Hofman, van Demerary naar Middelburg, te Ramsgate opgezonden, is lek en heeft veel geleden. De lading is beschadigd en een gedeelte daarvan is opgepompt.
Te Margate is opgezonden de VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. Lutjens, van Batavia.
AH 260233
De 19e februari is het schip DE VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D. Boes Lutjens, te Chatham gearriveerd.
JC 300533
Uit een ontvangen lijst der schepen, welke tussen de 6 tot en met de 30 december l.l. St, Helena hebben aangedaan, blijkt, dat aldaar de 6 dier maand is aangekomen het Nederlands schip VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. D.B. Lutjens, van Batavia, hetwelk de volgende dag de reis naar Amsterdam had voortgezet.
AH 050633
Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 3 juni. VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. B. Lutjens, van Batavia, l. v. Chatham; VROUW HELENA, kapt. J.O. Timmen, van Carolinensiel.
AH 050633
Carga-lijsten Amsterdam: DE VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. D. Boes Lutjens van Batavia
JC 080633
Batavia, 7 juni. Het blijkt, dat de van Batavia vertrokken brik ONDERNEMING, kapt. Engels, die, zoals wij vroeger meldden, te Ramsgate was opgebracht, de 11 januari te Texel is binnen gekomen, en dat het schip de KONINGIN DER NEDERLANDEN, van hier vertrokken met een aanzienlijke lading ter factuurwaarde van NLG 235.000, aan de waakzaamheid der Engelsen ontsnapt en behouden te Dordrecht is aangekomen. Daarentegen is de VROUW CATHARINA ELIZABETH, kapt. D.B. Lutjens, door het Engelse oorlogsschip CONWAY aangehouden. Van de equipage waren 7 man opgebracht, doch van het opbrengen van het schip zelf hebben wij nog geen berichten.
JC 030733
Voor zo ver wij voorlopig hebben kunnen bespeuren, zijn in de uit Nederland ontvangen berichten tot 16 maart weinig bijzonderheden omtrent de stand van zaken der Belgische kwestie vervat. Niettegenstaande de voortdurende maatregel van het embargo hadden evenwel de Nederlandse schepen VEREENIGING, kapt. Herman, van Batavia naar Amsterdam, en SNELHEID, van Smirna, in Texel weten binnen te komen. De JONGE ADRIANA, kapt. W. Schaap, van Batavia naar Rotterdam, was te New York binnen gelopen. Het schip VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. D.B. Lutjens, hetwelk wij vroeger meldden dat door het Engelse oorlogsschip CONWAY was aangehouden, is naar luid der Lloyd’s lijst van de 22e februari l.l. te Chatham opgebracht.
1834
AH 030434
Advertentie. Johannes Boelen, makelaar, zal, op maandag de 21e april 1834, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg aan het Y, verkopen een extra ordinair welbezeild gekoperd Nederlands barkschip, genaamd: DE VROUW CATHARINA ELISABETH, gevoerd door kapt. D.B. Lutjens, volgens Nederlandse meetbrief lang 27 ellen 48 duimen, wijd 5 ellen 62 duimen, hol 4 ellen 71 duimen en alzo gemeten op 323 tonnen of 171 lasten. Breder bij de inventaris en bericht bij bovengenoemd makelaar. (opm: de bark wordt verkocht en blijft onder dezelfde naam onder Nederlandse vlag in de vaart)
AH 160434
Advertentie. Johannes Boelen, makelaar, zal, op maandag de 21e april 1834, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stads-Herberg aan het Y, verkopen: een extra ordinair welbezeild gekoperd Nederlands barkschip, genaamd: DE VROUW CATHARINA ELISABETH, gevoerd door kapt. D.B. Lutjens, volgens Nederlandse meetbrief lang 27 ellen 48 duimen, wijd 5 ellen 62 duimen, hol 4 ellen 71 duimen en alzo gemeten op 323 tonnen of 171 lasten. Breder bij de inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaar.
AH 230434
Verkoping van schepen in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ op maandag 21 april 1834:
- Het gekoperd barkschip DE VROUW CATHARINA ELISABETH, kapt. Dirk Boes Lutjens. NLG 15.400, in slag NLG 2.600. H.I. Rietvelt. (opm: een makelaar) (opm: schip blijft onder NL vlag en wordt herdoopt in CATHARINA)
Op 27-05-1834 wordt voor de CATHARINA door J & T van Marselis uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. K.M. Hillers
AH 140534
Advertentie. Schepen in lading. Naar Nederlandse koloniën:Suriname. Het gekoperd barkschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman.
AH 050634
Binnengekomen:Texel, 3 juni Uitgezeild: Texel, 3 juni. JONGE BAREND, kapt. R.R. van Wyk en CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, beide naar Suriname
AH 170634
Scheepstijdingen. Op de hoogte van Dartmouth was 11 juni, de CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam naar Suriname.
NSC 290734
Paramaribo, 28 juli. Gisteren zijn alhier aangekomen, beide van Amsterdam, de schepen HARMONIE, kapt. D. Spreeuw, en CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, met een passagier.
NSC 050934
Paramaribo, 4 september. Alhier zijn uitgezeild:de 27e augustus het schip de SURINAAMSCHE VRIEND, kapt. J.A. de Lang, naar Amsterdam met vier passagiers, 88 vaten en 2.225 balen hele koffie, 8 vaten en 300 balen gebroken koffie, 37 balen schone katoen, 12 balen vuile katoen en 20 balen cacao. de 28e augustus het schip CATHARINA, kapt K.M. Hillers, naar Amsterdam met een passagier, 471 vaten suiker en 60 balen schone katoen.
AH 161034
Scheepstijdingen: Kapt. J.J. Bart, voerende de WILHELMINA EN MARIA, 31 augustus van Suriname vertrokken en 14 oktober in Texel binnen, rapporteert dat 6 dagen, vóór hem gezeild was, de JONGE BAREND, kapt. B.R. van Wyk, naar Amsterdam bestemd, welke schip hij 6 september op 18º breedte 56º lengte, alles wel aan boord zijnde, gepraaid heeft, verder rapporteert gen. kapt., dat gelijk met hem waren vertrokken, de LEONIDAS, kapt. B.M. Corbiere, de CATHARINA, kapt. K.M. Hillers en een dag vóór hem DE SURINAAMSCHE VRIEND, kapt. J.A. de Lang, alle drie naar Amsterdam en de 27e dito het schip DE HOOP, kapt. L. Teunis (opm: kapt. Lourens Teunis Kerkstra), naar Middelburg; wijders dat de WILHELMINA FREDERIKA, kapt. J.A. Boeman en de HENRIETTE, kapt. J.C. Willems, 14 dagen na hem, naar Amsterdam en Middelburg zouden zeilen.
AH 041134
Carga-lijsten Amsterdam: CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname met suiker en katoen.
AH 041134
Texel, 1 november. Binnengekomen: CATHARINA, kapt. H.M. Hillers, van Suriname
AH 151134
Advertentie. Schepen in lading. Naar Nederlandse koloniën:Suriname. Het gekoperd tweedeks barkschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman.
Op 03-12-1834 wordt voor de CATHARINA door J & T van Marselis uit Amsterdam een Turkse pas aangevraagd voor kapt. K.M. Hillers
AH 181234
Binnengekomen: Vlie, 15 december. FENNEGINA, kapt. H.J. Puister, van Nakskov.
Uitgezeild: Texel, 16 december. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, naar Suriname; HOOP IN VERWACHTING, kapt. J. Haasnoot, naar Lissabon.
1835
AH 190335
Suriname, 19 januari. SOPHIA MARIA, kapt. G.L. Röperhoff, van Amsterdam in 36 dagen. 21 januari. MARIA ANNA, kapt. J.R. Brons, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en STANT FRIEZ, kapt. S.C. de Vries, van Amsterdam. 24 januari. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam.
AH 200635
Op de hoogte van Portsmouth van 10 juni, het schip DE STAD AMSTERDAM, kapt. L. Spengler, van Amsterdam naar Batavia, en 11 juni op de hoogte van Portland, de CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname naar Amsterdam.
AH 220635
Binnengekomen: Texel, 19 juni. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname
AH 230635
Carga-lijsten Amsterdam: IJSTROOM, kapt. A.T. Oosterloo, van Batavia met koffie, suiker, foelie, nagelen en bindrottingen; ZEEPAARD, kapt. E.J. Drent, van Batavia met koffie, suiker en huiden; CATHARINA, kapt. K.M. Hillers van Suriname met suiker en katoen
AH 030735
Advertentie. Schepen in lading.Naar Nederlandse koloniën: Suriname. het gekoperd tweedeks fregatschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam.
Adres bij Hoyman en Schuurman.
AH 150735
Advertentie. Schepen in lading. Suriname. het gekoperd tweedeks barkschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam. Adres bij Hoyman en Schuurman.
1836
RC 070136
Rotterdam, 6 januari. Van Suriname zou de 6e november vertrekken het schip THE REGENT, kapt. A. Allan, naar Rotterdam; de 15e dito het schip SURINAME, kapt. R. van der Mey en de 25e dito het schip ASTREA, kapt. J.A. de Lang, beide naar Amsterdam. Voorts lagen de 6e dito aldaar nog in lading de schepen ELIZABETH, kapt. J.H. Brandt, LEONIDAS, kapt. C.M. Corbière; JEANNETTE, kapt. J. Bodeman Hz., REMKE, kapt. J.J. Oltmans en CATARINA, kapt. K.M. Hillers, alle vijf mede naar Amsterdam.
AH 120236
Binnengekomen:Texel, 10 februari. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname.
AH 120236
Carga-lijsten Amsterdam: CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname met suiker en katoen
AH 110336
Naar Nederlandse koloniën: Suriname. Het gekoperd tweedeks barkschip CATHARINA, kapt. Klaas M. Hillers, van Amsterdam.
Adres bij Hoyman en Schuurman.
AH 180436
Uitgezeild: Texel, 15 april. JOHANNA, kapt. R. Maalsteed, EMANUEL, kapt. J. Flemming en HANDELMAATSCHAPPIJ, kapt. W.H. Buykes, alle drie naar Batavia; WILHELMINA GEZIENA, kapt. L.N. Baas, naar Rio de Janeiro; CATHARINA, kapt. K.H. Hillers, naar Suriname
PGC 060536
Rotterdam, 4 mei. Kapt. H.J. Mulder, van Stettin naar Rouen, te Havre aangekomen, heeft de 18e april op de hoogte van Douvres gepraaid het schip CATHARINA, kapt. Hendriks, van Rotterdam naar Batavia (waarschijnlijk het schip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, met troepen van Amsterdam naar Suriname). Aan boord was alles wel.
AH 070936
Binnengekomen:Texel, 5 september. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname
AH 070936
Carga-lijsten Amsterdam: CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname met suiker, katoen en cacao
RC 130936
Rotterdam, 12 september. Kapt. K.M. Hillers, van Suriname in Texel binnen, rapporteert dat de 27e juli bij zijn vertrek van Suriname aldaar arriveerde het schip HILLEGONDA IDA, kapt. H.A. Hendriks, van Amsterdam.
Op 14-10-1836 wordt voor de CATHARINA door J & T van Marselis uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. K.M. Hillers
AH 141036
Advertentie. Naar New-York, zal tegen het laatst der maand oktober van Amsterdam vertrekken: het snelzeilend gekoperd barkschip CATHARINA, kapt. R.M. Hillers. Diegenen welke als passagiers van de bijzonder welingerichte kajuit gebruik wensen te maken, gelieven zich te adresseren bij de cargadoors Hoyman en Schuurman, te Amsterdam.
AH 311236
Uitgezeild:Texel, 29 december. CLAUDIUS CIVILIS, kapt. W. Groen, naar Batavia; HILLEGONDA IDA, kapt. H.A. Hendriks, NOORD-HOLLAND, kapt. H.K. Ruyl, DE BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. C. van der Drift, HET VERTROUWEN, kapt. C. Zaal, WEST-INDIË, kapt. J.J. Boon; SOPHIA CECILIA, kapt. B.F. Ipsen, PHOENIX, kapt. J.C. Töpper en JEANNETTE, kapt. T. Bodeman Hzn., alle acht naar Suriname; CATHARINA EN JOHANNA, kapt. P.S. Matzen, naar Demerary; HAVANA PACKET, kapt. J. Visser, naar Havana; MARIA, kapt. J.J. Remkes en CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, beide naar New-York.
1837
RC 191237
Rotterdam, 18 december. Het schip (opm: bark) CATARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam naar Suriname, was den 10 dezer op de hoogte van Hastings; aan boord was alles wel.
1838
ZP 260338 – 37
Scheepsaandelen ter verkoop op maandag 2 april in de Nieuwe Stads Herberg te Amsterdam:
- 1/16e Part in het gekoperd brikschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers.
ZP 030438 – 44
Verkoping van scheepsaandelen te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg op maandag 2 april:
- 1/16e Part in het gekoperd brikschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers: NLG 1075, koper H.I. Rietvelt.
(opm: H.I. Rietvelt was makelaar, waarschijnlijk gekocht voor zijn lastgever)
Op 16-10-1838 wordt voor de CATHARINA door J & T van Marselis uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. K.M. Hillers
1839
ZP 130339
De 23ste januari waren te Suriname bezig met laden voor Amsterdam de schepen: HARMONIE, kapt. Spreeuw, om de 25e januari te vertrekken, SUSANNA MARIA, kapt. Spiegelberg, om de 5e februari te vertrekken, CATHARINA, kapt. Hillers, PHOENIX, kapt. Kaijser, DINA MARIA, kapt. Wriburg en CONCORDIA, kapt. De Witt, alle vier om 15/20 dito te vertrekken
ZP 220439 – 371
Gearriveerd te Amsterdam de 20e april: H.C. Wrieburg qq, DINA MARIA, van Suriname met koffij en katoen. K.M. Hillers, CATHARINA, dito met suiker en katoen.
ZP 010539
Schepen in lading naar: Suriname:het gekoperd barkschip CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Amsterdam (Oosterdok).
Adres bij Hoyman & Schuurman.
1840
PGC 201040
Het schip CATHARINA, kapt. Hillers, van Amsterdam naar Suriname, was den 7den, en JULIA, kapt. Hilbrands, van Amsterdam naar Suriname, den 9 oktober op de hoogte van Wight.
1841
AH 080341
Carga-lijsten Amsterdam: SOPHIA MARIA, kapt. A.J. Andresen, van Suriname met suiker en koffie; DRIE GEBROEDERS, kapt. S.Y. Parma, van Suriname met suiker, katoen en koffie; CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname met rum, suiker, koffie en katoen; HUBERT CORNELIS, kapt. A. Hendriks, van Bayonne met terp. olie, harst, azijnstokken en palmhout; GOEDE HOOP, kapt. M.J. de Jonge, van Bordeaux met wijn, pruimen en anijszaad; EMANCE, kapt. A.Klein, van Bordeaux met wijn; IDA CATHARINA, kapt. J.V. Veenhorst, van Bordeaux met wijn; BORDEAUX, kapt. G. Wortelboer, van Bordeaux met wijn, brandewijn en voorloop.
(opm: het fregat CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, in 1810 als prijsschip aangekocht, werd na deze reis verkocht voor de sloop; de zeebrief werd op 6 november 1841 geroyeerd onder vermelding ‘schip gesloopt’)