Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Muller werd met vlagnummer R295 in de periode 1851 t/m 1867 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
J.Muller was in 1861 afwisselend commissaris en in 1858 secretaris van de Maatschappij058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld “dat het bestuur art. 37 (heeft) moeten toepassen”, hetgeen betekent dat hij uit de Maatschappij is uitgeschreven, vanwege het niet nakomen van zijn financiële verplichtingen058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.Muller met vlagnummer R295 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1851 geen vermelding van schip en reeder
* 1855 van de bark “Zwarte Zwaan” 200 last varend voor Offers & Co te Rotterdam
* 1858 van de bark “St. Joris” 384 last varend voor Bicker Caarten & Anthonie te Rotterdam
* 1859 van de bark “Japan” 384 last varend voor Bicker Caarten & Anthonie te Rotterdam
* 1862 t/m 1864 geen vermelding van schip en reeder
* 1865 van het fregat “Elizabeth” 307 last varend voor W.G.Ledeboer te Rotterdam
* 1866 geen vermelding van schip en reeder
Bouma025 en van Sluijs013 vermelden J.Muller als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1854 van de bark “Mappa” ex Gerardina, ex Adelaar, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 234 ton o.m., varend voor J.C.Offers te Rotterdam;
* 1856 van de bark “Zwarte Zwaan”, gebouwd in 1855 te Maassluis, 336 ton o.m., reederij niet vermeld, maar het jaar erna voor P.C.Offers Az te Rotterdam;
* 1857 van de bark “Christiaan Huygens”, gebouwd in 1842 te Schiedam, 537 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam;
* de bark “St. Joris” wordt niet genoemd in Bouma025 nog nakijken in van Sluijs
* 1859 t/m 1862 van de bark “Japan” ex Nagasaki, te water gelaten op 07 juli 1841 van de werf Hollands Trouw te Maassluis met als scheepsbouwmeester E. v.d. Hoog, 375 last, 724 ton, varend voor Bicker Caarten & Anthony te Rotterdam. In 1862 geraakte het schip wrak, werd opgebracht en te Batavia verkocht;
* 1866 van het 3/m schip “Elisabeth”, gebouwd in 1855 te Zierikzee, 582 ton o.m., reederij niet vermeld, varend vanuit Rotterdam. Het schip stootte in 1866 lek in het Brouwershavense Gat en zonk.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
In het boekje “Bijzondere mensen, bijzondere zerken” van J.T.Bremer & L.R.Deugd Helderse Historische Reeks, nr. 20, 2006 staat de vermelding van graf F.R.2 op de Helderse Algemene Begraafplaats van Simon Stikkel met de tekst:
“Simon Stikkel / Rustend koopvaardij kapitein / Geboren te Alkmaar / 6 October 1810 / Overleden te Helder / 7 Februarij 1866 En zijne echtgenoote / Josina Reinbach Geb. 8 Julij 1812 / Overl. 19 mei 1879.”
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
S.Stikkel werd met vlagnummer 679 per 24 juni 1856 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein G.van Eijk Menkman. Als zijn schip werd vermeld de “Zwarte Zwaan” 002.
In de Algemene Vergaderingen van 17/24 juni 1856 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Simon Stikkel, oud 45 jaar, voerend de bark “Zwarte Zwaan”, voor rekening van Offers & Criellaert te Rotterdam, op voordracht van kapitein G. van Eijk Menkman.023
S.Stikkel was met vlagnummer R481 in de periode 1858 t/m 1865 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Dat betekent, dat hij wèl de Maatschappijvlag mocht voeren, maar geen financiële tegemoetkomingen genoot058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1858 wordt aan kapitein S.Stikkel een maand gage toegekend wegens schipbreuk.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 januari 1859 staat vermeld dat wegens schipbreuk een maand gage is toegekend aan kapitein S.Stikkel023
In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat Simon Stikkel conform art. 37 van het reglement is geroyeerd. Dat betekent waarschijnlijk dat hij zijn financiële verplichtingen niet is nagekomen058.
In de Jaarverslagen van 1858, 1859, 1862 t/m 1864 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat kapitein S.Stikkel met vlagnummer R481 in de ledenlijsten als gezagvoerder maar zonder schip en boekhouder058.
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
679 1856-1857 bark De Zwarte Zwaan Offers & Criellaert te Rotterdam
1858-1872 geen vermelding van schip en boekhouder
Het eindjaar is in strijd met het jaar van zijn overlijden in 1866 – zie hiervoor
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip Vertrek Terugkomst
S.Stikkel Elisabeth 18 februari 1860 26 januari 1861
Bouma025 vermeldt S.Stikkel als gezagvoerder gedurende:
* 1857 t/m 1858 van de bark “Zwarte Zwaan”, gebouwd in 1855 te Maassluis, 336 ton o.m., varend voor P.C.Offers Az te Rotterdam. Het schip is in 1858 op weg van Sydney naar Soerabaja vergaan in de Torresstraat.
Hiervoor vermeldde S.Stikkel niet in Bouma op de “Elisabeth”.
Overige bijzonderheden
Geen