Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.Simons werd per 03 oktober 1861 met vlagnummer 71 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Zijn schip was de “Cornelis Pieter”, boekhouders Barend Visser & Zn. Verdere gegevens ontbreken028-fol.094.
Hij was met vlagnummer 71 lid van het College in de periode 1861-1866034.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
71 1861-1866 brik Cornelis Pieter Barend Visser & Zn, Harlingen
Bouma025 vermeldt A.Simonsz als gezagvoerder gedurende:
- * 1862 t/m 1867 van de brik “Cornelis Pieter”, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend voor Barend Visser & Zn te Harlingen. Het schip voer in 1868 voor N.Kranenborg te Oostwold en was herdoopt in “Jan & Antoon”.
Overige bijzonderheden
De bark “Cornelis Pieter” onder kapitein A.Simonsz “reported in Atlantic ‘Bremen to Valparaiso’but no arrival data found. In ieder geval één kaap Hoornronding.121
Datum vanaf: |
1861 |
Kapitein: |
Simons, A. |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Albert Potjewijd Scherpbier werd geboren te Oude Pekela op 05 maart 1825 als zoon van schipper Jacob Esderts Scherpbier en Jantje Alberts Potjewijd. Ook zijn broers de kapiteins Edzart (1816), Jan (1817), Boele (1821) en Jacob (1833) waren collegelid.
Albert trouwde op 11 augustus 1847 te Nieuwe Pekela als buitenvaarder met Jeltje Berends Wijgers, geboren op 03 maart 1827 te Oude Pekela als dochter van schipper Berend Jacobs Wijgers en Meiltje Klazens Potjewijd. Jeltje overleed op 30 juni 1883 te Annerveensche Kanaal, Drenthe.
Albert overleed te Oude Pekela op 11 december 1896, 71 jaar, weduwnaar, zonder beroep.
Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen vermelden Albert als buitenvaarder in 1847, als schipper in 1849, 1857, 1858, 1861, 1863, 1869, 1872, 1877, 1880, zonder beroep in 1882, 1887, 1906 en als koopman in 1885.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.P.Scherpbier was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela. met vlagnummer 45 in de periode 1852 t/m 1881 112.
A.P.Scherpbier was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 99 in de periode 1852 t/m 1881 en met vlagnummer 136 in de periode 1886 t/m 1896.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.P.Scherpbier als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1860 van de schoenerkof “Jeltina”, gebouwd in 1849 te Pekela, 128 ton o.m., varend voor A.Kranenborg te Oostwold;
-
* 1861 t/m 1866 van de 2-mastschoener “Jeltina”, gebouwd in 1861 te Pekela, 180 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold. Het schip is in 1866 gestrand bij St.Maria en verloren gegaan;
-
* 1868 t/m 1880 van de brik “Jan & Antoon” ex Cornelis Pieter, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold;
-
* 1876 van de brik “Ceres”, gebouwd in 1873 te Pekela, 210 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold.
Voorgaande vaarperiode overlappen elkaar.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
09 februari 1839, schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob E.Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier te Oude Pekela.
24 maart 1840, schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
06 februari 1841
22 februari 1842, , schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob E. Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
11 maart 1843, kof “Jantina Frauwina”, schipper Jacob Edzards Scherpbier, lichtmatroos Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
27 januari 1844, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, matroos Albert Potjewijd Scherpbier uit Oude Pekela.
18 februari 1845, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob E.Scherpbier, matroos Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
31 januari 1846, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, stuurman Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
22 februari 1847, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob E. Scherpbier, stuurman Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
10 maart 1849, schip “Jeltina”, kapitein Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
25 april 1849, kof “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijt Scherpbier uit Oude Pekela.
10 februari 1853, schip “Jeltina”, kapitein Albert P. Scherpbier uit Oude Pekela.
02 maart 1855, 21 februari 1860, schip “Jeltina”, kapitein Albert P. Scherpbier uit Oude Pekela.
27 april 1861, schoener “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier, 36 jaar uit Oude Pekela.
20 augustus 1861, schoener “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier, 36 jaar uit Oude Pekela.
23 januari 1877, brik “Jan en Antoon”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier uit Oude Pekela,
Overige bijzonderheden
Melding van het overboord vallen en verdrinken op 27 oktober 1857 van een kajuitjongen aan boord van de kof “Jeltina”, gezagvoerder Albert Pottjewijd Scherpbier op reis van Riga naar Delfshaven.115.
Provinciale Groninger Courant 04 januari 1850114
Lijst van de in het jaar 1849 in de provincie Groningen nieuw aangebouwde schepen…..
…..Voor de Pekela: AAFINA, kapt. Potjewijd, reder A. Waalkens; ALIDA, kapt. Veen, reder J.H. Feijen; ANNEGINA, kapt. Schuuring, reder de kapitein; ENGELINA, kapt. Jager, reder A. Kranenborg; ENGELINA, kapt. Smit, reder J.U. Zuiderveen; IDA GESINA, kapt. Brouwer, reder J.G. Heeres; JANTINA ANNA, kapt. Mulder, reder de kapitein; JELTINA, kapt. Scherpbier, reder A. Kranenborg; MARIA ANNA, kapt. Duit, reder C.M. Nap…….
Provinciale Groninger Courant 15 janiari 1861114
Advertentie. Mr. B. Haitzema Viëtor, notaris te Winschoten, gedenkt ten verzoeke van E.H. Schreuder, op dinsdag 5 februari 1861, des avonds te 5 uur, ten huize van logementhouder D.W. Drewes te Oude Pekela, in openlijke veiling te verkopen:….
….- II. Onderscheidene scheepsaandelen: 1/30 JELTINA, kapitein A.P. Scherpbier; 1/30 ENGELINA, kapitein P.O. Smid; 1/30 MARGARETHA GESINA, kapitein J.E. de Grooth; 1/30 FENNECHINA ARENTINA, kapitein H.B. de Jonge; 1/50 GOLDHOORN, kapitein B.M. Pott; 1/30 CORNELIA BERENDINA, kapitein E.U. Pott; 3/54 HILLECHINA HENDERICA, kapitein J. Kuiper; 1/60 EGBERTUS, kapitein H.H. Schrik.
De verkoopconditiën zullen in tijds ter lezing liggen ten kantore van de notaris B. Haitzema Viëtor.
NRC 30 december 1866114
Amsterdam, 29 december. Het Nederlandse schip JELTINA, kapitein Scherpbier, van Buenos Aires naar St. Catharina, is 26 oktober bij het eiland Lobas gestrand en verbrijzeld; de equipage is gered. (opm: mogelijk is de JELTINA gestrand op een eilandje genaamd Lobas nabij een hoek genaamd Santa Marta, positie 28º36’ ZB 48º49’ WL, gelegen in de provincie Santa Catarina, Brazilië)
Provinciale Groninger Courant 01 januari 1867114
Amsterdam, 29 december. Het schip JELTINA, kapt. Scherpbier (opm: 2m.sch JELTINA, kapt. A.P. Scherpbier), van Buenos Ayres naar St. Catharina, is op 26 oktober bij het eiland Lobas gestrand en verbrijzeld. Het volk is gered.
(opm: mogelijk is de JELTINA gestrand op een eilandje genaamd Lobas nabij een hoek genaamd Santa Marta, positie 28º36’ ZB en 48º 49’ WL, gelegen in de provincie Santa Catarina, Brazilië)
NRC 03 oktober 1872114
Cuxhaven, 30 september. De Nederlandse brik JAN EN ANTON, kapt Scherpbier, van Santa Martha aangekomen, heeft 31 augustus door zware storm de boten verschansingen, watervaten en vele zeilen verloren.
Provinciale Groninger Courant 03 november 1875114
Triëst, 22 oktober. Scheepsvrachten. Bevracht werd de schoener JOHANNA MARIA, kapt. Korter, naar Rotterdam tot NLG 4.200 in de roes, en de brik JAN EN ANTONA (opm: JAN EN ANTOON), kapt. Scherpbier, tot 3.800 banco mark in de roes naar Hamburg, terwijl de schoener GOEDHART, kapt. Sikkema, voor eigen rekening naar Rotterdam aanlegt.
NRC 10 februari 1876114
Cuxhaven, 7 februari. Het bericht, dat de Nederlandse brik AGATHA, kapt. Zeilinga - gisteren gemeld - van Cuxhaven naar Hamburg vertrokken is, blijkt onjuist te zijn; genoemd schip is 7 dezer van hier naar Curaçao en de Nederlandse schoener CERES, kapt. Scherpbier, van Rio de Janeiro, met behulp van een sleepboot uit deze haven naar Hamburg vertrokken.
Familiegegevens en opleiding
Berend Scherpbier werd geboren op 08 juni 1851 te Oude Pekela als zoon van de schipper en collegelid Albert Potjewijd Scherpbier en Jeltje Wijchers. Hij was de oudere broer van kapitein en collegelid Jacob Albertz.
Berend trouwde op 14 juni 1877 te Oude Pekela als schipper met Follegina Klein, geboren op 27 februari 1853 te Oude Pekela als dochter van Jan Trop Klein en Engelina de Jonge.
In een overlijdensakte dd 01 juli 1897 te Oude Pekela van dochter Jeltina wordt vader Berend vermeld als zijnde overleden en moeder Follechien levend te Oude Pekela
Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen vermelden Berend als schipper in 1877, 1878, 1880, als conducteur in 1882, 1884, 1886 (laatste 2 in Almelo).
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
B.A.Scherpbier was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela met vlagnummer 30 in de periode 1877 t/m 1883.112.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt B.A.Scherpbier als gezagvoerder gedurende:
-
* 1877 t/m 1881 van de brik “Ceres”, gebouwd in 1873 te Pekela, 210 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold. Het schip werd te Pernambucoe afgekeurd na averij.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
28 mai 1872, schoenerbrik “Ulrike”, kapitein Pieter Jacobs Bekkering, matroos Berend Scherpbier, 20 jaar uit Oude Pekela
27 februari 1875, brik “Jan en Antoon, kapitein Berene Alberts Scherpbier uit Oude Pekela.
Krantenberichten
Harlinger Courant dd 07 maart 1878, Scheepvaartberichten.
Uitgegaan:
Rio Grande 24 Jan. Ceres, B.Scherpbier, Falmouth.
Provinciale Groninger Courant 06 september 1879114
Buenos Ayres, 29 juli. Het schip CERES, kapt. B. Scherpbier, is bevracht van San Nicolas naar Rio Janeiro en terug van Paranagua.
Familiegegevens en opleiding
Albert Potjewijd Scherpbier werd geboren te Oude Pekela op 05 maart 1825 als zoon van schipper Jacob Esderts Scherpbier en Jantje Alberts Potjewijd. Ook zijn broers de kapiteins Edzart (1816), Jan (1817), Boele (1821) en Jacob (1833) waren collegelid.
Albert trouwde op 11 augustus 1847 te Nieuwe Pekela als buitenvaarder met Jeltje Berends Wijgers, geboren op 03 maart 1827 te Oude Pekela als dochter van schipper Berend Jacobs Wijgers en Meiltje Klazens Potjewijd. Jeltje overleed op 30 juni 1883 te Annerveensche Kanaal, Drenthe.
Albert overleed te Oude Pekela op 11 december 1896, 71 jaar, weduwnaar, zonder beroep.
Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen vermelden Albert als buitenvaarder in 1847, als schipper in 1849, 1857, 1858, 1861, 1863, 1869, 1872, 1877, 1880, zonder beroep in 1882, 1887, 1906 en als koopman in 1885.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.P.Scherpbier was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela. met vlagnummer 45 in de periode 1852 t/m 1881 112.
A.P.Scherpbier was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 99 in de periode 1852 t/m 1881 en met vlagnummer 136 in de periode 1886 t/m 1896.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.P.Scherpbier als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1860 van de schoenerkof “Jeltina”, gebouwd in 1849 te Pekela, 128 ton o.m., varend voor A.Kranenborg te Oostwold;
-
* 1861 t/m 1866 van de 2-mastschoener “Jeltina”, gebouwd in 1861 te Pekela, 180 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold. Het schip is in 1866 gestrand bij St.Maria en verloren gegaan;
-
* 1868 t/m 1880 van de brik “Jan & Antoon” ex Cornelis Pieter, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold;
-
* 1876 van de brik “Ceres”, gebouwd in 1873 te Pekela, 210 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold.
Voorgaande vaarperiode overlappen elkaar.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
09 februari 1839, schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob E.Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier te Oude Pekela.
24 maart 1840, schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
06 februari 1841
22 februari 1842, , schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob E. Scherpbier, kok Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
11 maart 1843, kof “Jantina Frauwina”, schipper Jacob Edzards Scherpbier, lichtmatroos Albert Jacobs Scherpbier uit Oude Pekela.
27 januari 1844, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, matroos Albert Potjewijd Scherpbier uit Oude Pekela.
18 februari 1845, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob E.Scherpbier, matroos Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
31 januari 1846, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob Edzarts Scherpbier, stuurman Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
22 februari 1847, schip “Jantina Frouwina”, kapitein Jacob E. Scherpbier, stuurman Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
10 maart 1849, schip “Jeltina”, kapitein Albert P.Scherpbier uit Oude Pekela.
25 april 1849, kof “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijt Scherpbier uit Oude Pekela.
10 februari 1853, schip “Jeltina”, kapitein Albert P. Scherpbier uit Oude Pekela.
02 maart 1855, 21 februari 1860, schip “Jeltina”, kapitein Albert P. Scherpbier uit Oude Pekela.
27 april 1861, schoener “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier, 36 jaar uit Oude Pekela.
20 augustus 1861, schoener “Jeltina”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier, 36 jaar uit Oude Pekela.
23 januari 1877, brik “Jan en Antoon”, kapitein Albert Potjewijd Scherpbier uit Oude Pekela,
Overige bijzonderheden
Melding van het overboord vallen en verdrinken op 27 oktober 1857 van een kajuitjongen aan boord van de kof “Jeltina”, gezagvoerder Albert Pottjewijd Scherpbier op reis van Riga naar Delfshaven.115.
Provinciale Groninger Courant 04 januari 1850114
Lijst van de in het jaar 1849 in de provincie Groningen nieuw aangebouwde schepen…..
…..Voor de Pekela: AAFINA, kapt. Potjewijd, reder A. Waalkens; ALIDA, kapt. Veen, reder J.H. Feijen; ANNEGINA, kapt. Schuuring, reder de kapitein; ENGELINA, kapt. Jager, reder A. Kranenborg; ENGELINA, kapt. Smit, reder J.U. Zuiderveen; IDA GESINA, kapt. Brouwer, reder J.G. Heeres; JANTINA ANNA, kapt. Mulder, reder de kapitein; JELTINA, kapt. Scherpbier, reder A. Kranenborg; MARIA ANNA, kapt. Duit, reder C.M. Nap…….
Provinciale Groninger Courant 15 janiari 1861114
Advertentie. Mr. B. Haitzema Viëtor, notaris te Winschoten, gedenkt ten verzoeke van E.H. Schreuder, op dinsdag 5 februari 1861, des avonds te 5 uur, ten huize van logementhouder D.W. Drewes te Oude Pekela, in openlijke veiling te verkopen:….
….- II. Onderscheidene scheepsaandelen: 1/30 JELTINA, kapitein A.P. Scherpbier; 1/30 ENGELINA, kapitein P.O. Smid; 1/30 MARGARETHA GESINA, kapitein J.E. de Grooth; 1/30 FENNECHINA ARENTINA, kapitein H.B. de Jonge; 1/50 GOLDHOORN, kapitein B.M. Pott; 1/30 CORNELIA BERENDINA, kapitein E.U. Pott; 3/54 HILLECHINA HENDERICA, kapitein J. Kuiper; 1/60 EGBERTUS, kapitein H.H. Schrik.
De verkoopconditiën zullen in tijds ter lezing liggen ten kantore van de notaris B. Haitzema Viëtor.
NRC 30 december 1866114
Amsterdam, 29 december. Het Nederlandse schip JELTINA, kapitein Scherpbier, van Buenos Aires naar St. Catharina, is 26 oktober bij het eiland Lobas gestrand en verbrijzeld; de equipage is gered. (opm: mogelijk is de JELTINA gestrand op een eilandje genaamd Lobas nabij een hoek genaamd Santa Marta, positie 28º36’ ZB 48º49’ WL, gelegen in de provincie Santa Catarina, Brazilië)
Provinciale Groninger Courant 01 januari 1867114
Amsterdam, 29 december. Het schip JELTINA, kapt. Scherpbier (opm: 2m.sch JELTINA, kapt. A.P. Scherpbier), van Buenos Ayres naar St. Catharina, is op 26 oktober bij het eiland Lobas gestrand en verbrijzeld. Het volk is gered.
(opm: mogelijk is de JELTINA gestrand op een eilandje genaamd Lobas nabij een hoek genaamd Santa Marta, positie 28º36’ ZB en 48º 49’ WL, gelegen in de provincie Santa Catarina, Brazilië)
NRC 03 oktober 1872114
Cuxhaven, 30 september. De Nederlandse brik JAN EN ANTON, kapt Scherpbier, van Santa Martha aangekomen, heeft 31 augustus door zware storm de boten verschansingen, watervaten en vele zeilen verloren.
Provinciale Groninger Courant 03 november 1875114
Triëst, 22 oktober. Scheepsvrachten. Bevracht werd de schoener JOHANNA MARIA, kapt. Korter, naar Rotterdam tot NLG 4.200 in de roes, en de brik JAN EN ANTONA (opm: JAN EN ANTOON), kapt. Scherpbier, tot 3.800 banco mark in de roes naar Hamburg, terwijl de schoener GOEDHART, kapt. Sikkema, voor eigen rekening naar Rotterdam aanlegt.
NRC 10 februari 1876114
Cuxhaven, 7 februari. Het bericht, dat de Nederlandse brik AGATHA, kapt. Zeilinga - gisteren gemeld - van Cuxhaven naar Hamburg vertrokken is, blijkt onjuist te zijn; genoemd schip is 7 dezer van hier naar Curaçao en de Nederlandse schoener CERES, kapt. Scherpbier, van Rio de Janeiro, met behulp van een sleepboot uit deze haven naar Hamburg vertrokken.
Burgerlijke Stand gegevens
Klaas Mulder weerd geboren te Nieuwe Pekela op 23 september 1853 als zoon van de koopvaardijkapitein Gerrit Mulder en Antje de Boer
Klaas trouwde op 04 november 1880 te Oude Pekela als zeeman met Meiltje Scherpbier, geboren te Oude Pekela op 08 juni 1855 als dochter van de schipper Albert Potje wijd Scherpbier en Jetje Wijchers.
Meiltje zou zijn overleden te Laren op 16 december 1933.
Klaas zou zijn overleden te Utrecht op 14 december 1928. http://www.dewijk.org/genealogie/Scherpbier.html
In Burgerlijke Stand gegevens in de provincie Groningen wordt Klaas Mulder vermeld als zeeman in 1880, 1881, 1883.
In een huwelijksakte van dochter Jeltje op 28 april 1904 te Amsterdam wordt vader Klaas Mulder vermeld als scheepskapitein.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.G.Mulder was effectief lid van het zeemanscollege “Trouw” te Oude Pekela met vlagnummer 45 in de periode 1881 t/m 1883.
K.G.Mulder was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 99 in de periode 1882 t/m 1920.(en wellicht later).
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In 1888 kwam van de werf het stalen clipper-fregat "Nil Desperandum" van reder A.Hendrichs & Co en F.F.Groen en werd gevoerd door kapitein K.G.Mulder026(39/119).
K.G.Mulder was van 1887-1888 gezagvoerder op het ijzeren fregat “Kinderdijk”, gebouwd in 1876 aan de Kinderdijk door J.& K.Smit, 948 ton, varend voor Murk Lels te Kinderdijk052.
K.G.Mulder was van 1888-1902 kapitein van de stalen bark “Nil Desperandum”, gebouwd in 1888 door F.F.(H.F.)Groen, varend voor rederij A.Hendrichs & Co te Amsterdam. In 1902 werd het schip verkocht naar Emden052.
K.G.Mulder was in 1905 kapitein van de stalen bark “Martina Johanna”, gebouwd in 1890/91 op de werf van J.& K.Smit te Krimpen aan de Lek, 1360 nrt, , varend voor P.van der Hoog te Krimpen aan de Lek. Het schip werd in 1905 verkocht naar Velje, Denemarken en herdoopt in “Ellen”052.
Bouma025 vermeldt K.G.Mulder als gezagvoerder gedurende:
* 1881 t/m 1884 van de brik “Jan & Antoon” ex Cornelis Pieter, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend voor N.Kranenborg te Oostwold;
* 1887 t/m 1888 van het fregat “Kinderdijk”, gebouwd in 1876 te Kinderdijk, 1040 ton n.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam;
* 1889 t/m 1902 van de stalen bark “Nil Desperandum”, gebouwd in 1889 te Amsterdam, 1164 ton n.m., varend voor A.Hendrichs & Co te Amsterdam. Het schip is in 1902 verkocht naar Emden.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Schepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
21 september 1883, brik “Jan en Antoon”, kapitein Klaas G.Mulder, 29 jaar uit Nieuwe Pekela.
Krantenberichten
NRC 03 december 1886114
Alblasserdam, 1 december. Volgens bij de reder ontvangen telegram vertrok het barkschip KINDERDIJK, kapt. Mulder, heden na volbrachte reparatie van Kaapstad naar Java.
NRC 31 januari 1887114
Alblasserdam, 29 januari. Volgens bij de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse barkschip KINDERDIJK, kapt. Mulder, heden te Batavia aangekomen.
NRC 23 maart 1887114
Rotterdam, 22 maart. Het Nederlandse schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, is volgens alhier ontvangen telegram bevracht van Java naar Melbourne met een volle lading suiker tegen Sh.22/6.
NRC 09 april 1887114
Soerabaja, 5 maart. Een commissie is door de rechtbank benoemd om de beschadigde lading van het schip KINDERDIJK na te zien en de schade op te maken. De KINDERDIJK vertrok op 3 maart van hier naar Batavia.
NRC 02 juni 1887114
Soerabaja, 27 april. Het barkschip KINDERDIJK vertrok gisteren van hier naar Probolingo om aldaar suiker te laden naar Melbourne.
NRC 15 juli 1887114
Alblasserdam, 14 juli. Volgens heden ontvangen telegram bij de rederij arriveerde het schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, 13 dezer te Melbourne.
NRC18 augustus 1887114
Alblasserdam, 16 augustus. Volgens bij de rederij ontvangen telegrafisch bericht is het barkschip KINDERDIJK, kapt. Mulder, bevracht met steenkolen van Newcastle (NZW) naar Java.
NRC 24 augustus 1887114
Rotterdam, 23 augustus. Volgens bij de rederij ontvangen telegram van Melbourne d.d. heden is het Nederlandse schip KINDERDIJK van Melbourne vertrokken naar Newcastle (N.Z.W.)
NRC 06 september 1887114
Alblasserdam, 4 september. Volgens bij de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, de 3e september te New Castle (N.S.W.) van Melbourne aangekomen.
NRC 07 deccember 1887114
Alblasserdam, 5 december. Volgens bij de rederij ontvangen bericht is het barkschip KINDERDIJK, kapt. Mulder, thans te Soerabaja, suiker ladende naar het Kanaal voor order.
NRC 29 april 1888114
Rotterdam, 29 april. Volgens door ons uit Londen ontvangen telegram arriveerden de Nederlandse schepen KINDERDIJK en BERTHA, beiden van Java, de eerste naar het Kanaal en de laatste naar Amsterdam voor 16 april te St. Helena.
NRC 01 juni 1888114
Rotterdam, 31 mei. Het Nederlandse schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, van Passaroeang, is volgens door ons ontvangen bericht uit Londen, de 31e mei te Falmouth aangekomen.
NRC 15 juni 1888114
Rotterdam, 14 juni. Volgens door ons uit Londen ontvangen telegram vertrok het Nederlandse schip CATHARINA, kapt. Bona, laatst van Wallaroo, de 14e juni van Falmouth naar Bordeaux en het Nederlandse schip KINDERDIJK, laatst van Passaroean, de 14e juni van Falmouth naar Londen.
NRC 19 juni 1888114
Rotterdam, 18 juni. Volgens telegram uit Londen is het Nederlandse schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, 17 juni te Londen aangekomen van Passaroeang, laatst van Falmouth.
NRC 17 juli 1888114
Rotterdam, 16 juli. Volgens door ons uit Londen ontvangen telegram vertrok het Nederlandse schip KINDERDIJK, kapt. Mulder, van Londen via Newcastle naar Java, 15 juli van Gravesend.
NRC 07 augustus 1888114
Rotterdam, 6 augustus. Het barkschip KINDERDIJK vertrok 6 augustus van Shields naar Java.
NRC 04 december 1888114
Alblasserdam, 3 december. Volgens bij de reders ontvangen telegram passeerde het barkschip KINDERDIJK, kapt. Ouwehand, van Shields naar Batavia, de 1e december Anjer.
Provinciale Groninger Courant 19 december 1888114
Alblasserdam, 17 december. Volgens heden bij de reders ontvangen telegram werd het barkschip KINDERDIJK, kapt. Ouwehand, van Java bevracht met een volle lading koffie naar Middelburg tot NLG 47 per last.
Provinciale Groninger Courant 20 juni 1890114
Rotterdam, 18 juni. Volgens telegram uit Londen vertrok het schip (opm: bark) NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, heden van Liverpool naar New-York, om daar een lading petroleum in te nemen voor Java.
Provinciale Groninger Courant 11 september 1891114
Falmouth, 7 september. Het schip NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, de 14e augustus van Samarang hier aangekomen, heeft order bekomen voor Liverpool.
NRC 23 maart 1892114
Londen, 22 maart. Het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, van New York naar Bangkok, is met schade aan de verschansing te Rio de Janeiro binnengelopen.
NRC 06 april 1892114
Amsterdam, 05 april. Volgens door de reder ontvangen telegram van kapt. Mulder, voerende het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, op de reis van New York naar Bangkok, met schade aan de verschansing te Rio binnengelopen, was de gezondheidstoestand aan boord uitstekend.
Provinciale Groninger Courant 22 april 1892114
Amsterdam, 20 April. Kapt. K.G. Mulder, gezagvoerder van het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, rapporteert uit Rio Janeiro: wij vertrokken de 1e februari 1892 van New-York naar Bangkok en werden de 6e februari daaraanvolgende op 36º30’ N.B. en 52’ W.L. belopen door hevig stormweder, dat tot een orkaan toenam. Het schip werd over bakboord plat op zijde geworpen en bleef zo liggen ongelet alle zeilen werden vastgemaakt en de ra’s vierkant gebrast, waarna de nokken der grote en fokkera’s ter lengte van ongeveer 15 voet door het water sleepten. De zee joeg vreselijk over het schip heen. Aan dek sloeg alles stuk en los en spoelde over boord en ’s avonds 10 uur begaf zich de bakboords stalen verschansing, die toen over ongeveer 40 voet lengte met 10 ijzeren stutten afscheurde. Ook een paar puttingijzers van het groot want braken af en de bovenste scheepsplaat van het vaste werk werd zwaar verbogen en beschadigd. De volgende dag, toen de orkaanvlagen iets minder waren, werd getracht het schip voor de wind te krijgen, hetgeen echter mislukte en nog het verlies van zeildoek kostte. De daaraanvolgende dag werd het weder handzamer, doch het schip bleek zodanig slagzijde te hebben gekregen, dat de bakboordzijde steeds met het dek onder water lag, zodat met stuurboordshalzen geen zeil kon worden gevoerd. In gehouden scheepsraad werd toen besloten een gedeelte der lading, plm. 800 kisten, petroleum van bakboordzijde op te breken, over boord te werpen en tot herstel der schade af te houden naar Rio Janeiro, alwaar het schip de 20e maart aankwam.
http://newspapers.nl.sg/Digitised/Article/stweekly18920824.2.81.1.aspx
In Straits Times Weekly Issue 24 augustus 1892
ANJER Passed Sunda Straits or arrived for orders.
Nederlandse bark Nil Desperandum onder kapitein Mulder zeilde op 25 mei van Rio de Janeiro naar Bangkok
Provinciale Groninger Courant 12 oktober 1892114
Amsterdam, 10 oktober. Het schip NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, is bevracht van Bangkok met rijst naar Falmouth.
Provinciale Groninger Courant 15 december 1892114
Bangkok, 10 november. Het barkschip NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, werd op de buitenrede, ten anker liggend om lading in te nemen naar Europa, door een inlands vaartuig aangevaren, waardoor een plaat en balkweger ingebogen en enige klinksels ontzet werden. Men heeft de schade weder hersteld. (Red: de NIL DESPERANDUM vertrok 19 november van Bangkok naar Het Kanaal.)
NRC 12 februari 1893114
Amsterdam, 11 februari. Het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, kapt. Mulder, van Bangkok naar het Kanaal, is 31 december te Banjoewangi aangekomen en zou de volgende dag de reis voortzetten.
Algemeen Handelsblad 18 juli 1894114
Rotterdam, 17 juli. Het zich te Java bevindende Nederlandse schip (opm: bark) NIL DESPERANDUM, kapt. K.G. Mulder, is bevracht met een lading suiker in krandjangs (opm: gevlochten mand van bamboe als verpakking voor suiker) van Java naar het Kanaal voor orders, tot sh. 25 aan het adres van de firma A. van Hoboken & Co alhier.
NRC 03 januati 1896114
Rotterdam, 1 januari. Het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, 22 november 1895 na een reis van vier maanden van hier te Batavia aangekomen, heeft gedurende de reis slecht weer gehad en schade aan tuig en zeilen geleden. Het stuurkompas werd weggeslagen en één van de reddingboten werd totaal verbrijzeld.
NRC 13 juni 1897114
Londen, 12 juni Het Nederlands schip NIL DESPERANDUM, kapt. Mulder, van Cardiff naar Batavia, is te Rio Janeiro binnengelopen met verlies van grote steng, grote bramsteng, en alles wat daaraan vast zat.
Provinciale Groninger Courant 28 september 1897114
Amsterdam, 25 september. De lading kolen van het Nederlandse schip NIL DESPERANDUM, kapt. Mulder, dat de 12e juni op reis van Cardiff naar Batavia te Rio Janeiro is binnengelopen, is in laatstgenoemde haven verkocht en het schip is, nadat het tuig de nodige reparatiën had ondergaan, gisteren naar Sabine Pass (opm: Texas) vertrokken, om aldaar te laden voor Europa.
NRC 18 juni 1902114
Rotterdam, 17 juni. Naar men verneemt is de stalen clipperbark NIL DESPERANDUM van de firma A. Hendrichs & Co te Amsterdam, laatst gevoerd door kapt. K.G. Mulder, voor GBP 6300 verkocht aan de heer Hemmes te Emden. De NIL DESPERANDUM werd in 1889 gebouwd en was 1165 ton groot.
Dagblad Scheepvaart 07 juli 1902114
Heden is de bark NIL DESPERANDUM onder Duitse vlag in ballast vertrokken van Amsterdam naar Hernösand.
Familiegegevens en opleiding
J.Wekenborg Jz woonde te Sappemeer.005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Hij was met vlagnummer R300 in de periode 1851 t/m 1867 efectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart.
Hij was ook lid van het college in Sappemeer058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij voor het effectief lidmaatschap heeft bedankt058
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.Wekenborg Jz met vlagnummer R300 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1851, 1855, 1858, 1859 kof “Anna Margarieta” 57 last varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer
* 1862 t/m 1866 sch. “Theresia” 75 last varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer
Bouma025 vermeldt J.Wekenborg als gezagvoerder gedurende:
* 1851 t/m 1861 van de schoenerkof “Anna Margaretha”, gebouwd in 1850 te Hoogezand, 106 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;
* 1861 van de schoenerkof “Jantina” ex Anna Margaretha, gebouwd in 1850 te Hoogezand, 106 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;
* 1862 t/m 1874 van de 2-mastscchoener “Theresia”, gebouwd in 1861 te Sappemeer, 149 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Het schip is in 1874 op reis van Weymouth naar Genua gezonken;
* 1876 t/m 1880 van de brik “Minerva”, gebouwd in 1859 te Hoogezand, 198 ton o.m., varend voor J.H.Nijhuis te Sappemeer;
* 1882 t/m 1883 van de 2-mastschoener “Tammo Sytse”, gebouwd in 1861 te Sappemeer, 165 ton o.m., varend voor J.H.Nijhuis te Sappemeer. Het schip werd in 1883 mastloos en zinkend verlaten;
* 1885 t/m 1892 van de brik “Jan & Antoon” ex Cornelis Pieter, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend voor J.H.Nijhuis te Sappemeer.
Overige bijzonderheden
Van Sluijs013 vermeldt kapitein J.J.Wekenborg in 1848 als gezagvoerder van de kof “Amsterdam”, gebouwd in 1838 te Hoogezand als “Jonge Cornelis”, 99 ton n.m.als vervanger van kapitein B.G.Smit, varend voor J.A.& C.M(A?).Simon Thomas.
Handelsblad 01 januari 1849 in de rubriek Scheepstijdingen.
“Vlie 19 Dec., O.Z.O. ….. - J.Wekenborg, voor B.G.Smit, Amsterdam, Emden”.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.H.Schuring als gezagvoerder gedurende:
- * 1893 t/m 1894 van de brik “Jan & Antoon” ex Cornelis Pieter, gebouwd in 1861 te Harlingen, 205 ton o.m., varend F.L.Drenth te Pekela. Het schip is in 1894 te Hungerburg (Nerva) gestrand en wrak geraakt.
Overige bijzonderheden
Geen
|