Familiegegevens en opleiding
Hendrik Rolff werd geboren te Amsterdam op 04 juni 1801.
Hij trouwde met Catharina Spiegelberg, geboren te Amsterdam op 01 april 1808 en overleden 31 augautus 1882..118
Hendrik Rolff, van beroep zeeman, oud 31 jaar, gedoopt in de Noorderkerk te Amsterdam op 07 juni 1801 als zoon van Pieter Rolff, koopman, en wijlen Antje Altenburg, trouwde op 16 augustus 1832 te Amsterdam met Catharina Spiegelberg, oud 24 jaar, gedoopt bij de Hervormd Lutherse Gemeente te Amsterdam op 05 april 1808 als dochter van Jan Christoffel Spiegelberg (overleden) en Elisabeth Voet.
Hendrik overleed op 20 april 1881 op de Haarlemmerdijk te Amsterdam, kanton 4 nr. 24, 79 jaar oud. (ontleend aan BS-gegevens in het GAA).
Hendrik Rolff werd per 07 juli 1815 “ingenomen” als leerling op de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Hij was toen 55 dm, 14 jaar en had “de kinderziekten gehad”. Hij werd geboren volgens ceduul nr.1219 op 07 juni 1801 te Amsterdam als zoon van Pieter Rolff en Antje Altenburg, beiden uit Amsterdam, gereformeerd en tijdens de inneming van hun zoon nog in leven. Het echtpaar woonde toen op de Rozengracht bij de Baangracht en de vader was “doende in hout en turf Negotie”.
In de periode 01 oktober 1815 en 01 januari 1819 werden er 3-maandelijkse rapporten over de vorderingen bijgehouden waarin geen speciale opmerkingen werden gemaakt. Voorts is vermeld:
01 november “bij den Tekenmeester”;
01 april 1816 “bij den Eng.Meester”;
17 juli 1816 “bij den Constapel”;
20 juni 1817 “als Ledemaat aangenomen bij Do Broer”;
15 juli 1817 “geplt als Cajuitwachter op het schip Aurora captn A.Bakker naar Smirna (d.i.Adriaan Bakker)011;
24 juli 1818 “terug van de reise met goede attestatie”;
12 maart 1819 “geplt als jong Matroos op het Schip Johanna Maria Constantia captn de Harder (d.i. Matijs de Harder011) na Suriname”;
27 oktober 1819 “terug van de reis. Verzoekt en bekomt zijn ontslag en honorabele attestatie alsmede certificaat van vrijstelling voor de nationale militie” 004/531-1219.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.Rolff werd met vlagnummer 215 per 22 mei 1827 benoemd tot effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein A.Bakker. Zijn schip was ten tijde van de inschrijving "De Stad Utrecht", in de tekst doorgestreept en vervangen door "Jacob Roggeveen"002. (deze opgave klopt niet met de gegevens uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001)
In de Algemene Vergaderingen van 15/22 mei 1827 van het college Zeemanshoop werd Hendrik Rolff, oud 26 jaar, wonende aan de Rozengracht bij de Baangracht te Amsterdam, voerend de schoener “Edams Welvaren”, op voordracht van kapitein A.Bakker, voorgedragen/benoemd als effectief lid. Zijn vlagnummer werd 215023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 30 oktober 1832. Toegevoegd is “van beroep veranderd met 1 Mei 1855”003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 september 1847 vraagt H.Rolff vrijstelling van de boeten op verzuim van bijwoning van de wekelijkse Algemene Vergaderingen “zolang schip niet is afgemonsterd.” Dit wordt toegestaan.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 02 juni 1881 verzoekt de wed. H.Rolff geb. Spiegelberg om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering dd 30 juni 1881 wordt toegekend ingaande 01 mei 1881.
In notulen dd 01 juni 1854 van een Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop023 staat de volgende mededeling:
“De Voorzitter de vergadering geopend hebbende zegt de Secretaris dat van de Heeren P.Huidekoper, H.Rolff, S.J.Rotgans en G.Mulder is ingekomen eene missive van de 23ste der vorige maand verzoekende eene buitengewone vergadering van effectieve Leden bijeenteroepen ten einde hun ter ondersteuning aan te bieden, een request aan den Minister van Justitie, ter verkrijging van wettelijke verordeningen op de tucht aanboord van koopvaardij schepen. Hij zegt dat ten gevolge hiervan de tegenwoordige vergadering is bijeengeroepen en leest hierop het request voor. Hij herinnert hoe reeds in den jare 1841 vanwege het Bestuur van Zeemanshoop aan den Koning een verzoekschrift gelijke strekking hebbende, doch zonder gevolg was ingediend en licht vervolgens de zaak nader toe.
Al de aanwezige Leden, het gewicht der zaak beseffende, bekrachtigen het voorgelezen request met hunne naamteekening welk request nog gedurende eene week op het Bureau ter verdere onderteekening
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 12 juli 1881 staat dat per 01 mei 1881 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. H.Rolff geb. Spiegelberg.023.
zal liggen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
215 1827-1834 sch.kof Edams Welvaren P.J.N.Vereul
1835 fregat De Handelmaatschappij Trakranen & Co
133 1836-1839 fregat De Stad Utrecht idem
1840-1853 fregat Jacob Roggeveen idem
38 1854 fregat Jacob Roggeveen idem
1855-1880 geen vermelding van schip en boekhouder
H.Rolff was in 1840 gezagvoerder van de "Jacob Roggeveen" (p.m.500 last), op 10 november 1840 te water gelaten op de werf "De Zwarte Raaf" van J.Knol, Kleine Kattenburgerstraat te Amsterdam, voor rederij Trakranen & Co 027.
H.Rolff was in 1834 gezagvoerder op de “Edams Welvaren” en had als stuurman Sies Jans Rotgans. In dat jaar ging het schip naar Suriname en beleefde op de terugreis een zware storm in het Kanaal. Na terugkomst kreeg kapitein Rolff het gezag over het fregat “Handelmaatschappij” en nam zijn Sies Jans Rotgans mee als 2e stuurman. Het schip voer in 1835 naar Batavia en nam aldaar en in Semarang lading in (suiker, koffie en kurk. Kwamen na een reis met veel slecht weer na 118 dagen weer in Amsterdam. Aldaar kreeg de kapitein weer ander schip “welke in aanbouw was” en opperstuurman Willem Hendrik Buykes werd bevorderd tot kapitein.
Uit: “Reizen en lotgevallen van Sies Jans Rotgans”, een typoscript van autobiografische aantekeningen. Aanwezig op het Nederlands Scheepvaart Museum te Amsterdam en het Fries Scheepvaartmuseum te Sneek.
Bouma025 vermeldt H.Rolff als gezagvoerder gedurende:
*1828 t/m 1834 op de schoenerkof (brik) (resp. kof met brikstuig) “Edams Welvaren”. De kiel van het schip werd gelegd op 21 november 1825 op de werf De Goede Verwachting te Edam van de Wed.J.van der Voort, geb. Croese, terwijl het op 27 april 1827 te water werd gelaten. Rolff voer voor de rederij P.J.N.Vereul te Amsterdam (Zie ook van Sluijs013);
* 1836 op het 3/m schip “Handelmaatschappij”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, varend voor Trakranen & Co te Amsterdam;
* 1837 t/m 1841 op het 3/m schip “Stad Utrecht”, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 673 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam;
* 1841 t/m 1855 op het 3/m schip “Jacob Roggeveen”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 696 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Gemeentearchief van Amsterdam011 bevinden zich 13 monsterrollen op naam van Hendrik Rolff en wel 9 betreffende de “Edams Welvaren” (periode 11 september 1827 t/m 14 juli 1834), 1 rol betreffende de “Handelmaatschappij” (dd. 04 mei 1835) en 3 betreffende de “Stad Utrecht” (periode 10 oktober 1836 t/m 12 november 1838)
Ik heb alleen de rol betreffende de “Handelmaatschappij” ingekeken, gedateerd 04 mei 1835, bestemming Batavia, varend voor “Ten Kraanen & Comp.” te Amsterdam (moet zijn Tra Kranen) In de equipagelijst staan o.a. stuurman Willem Buykes, oud 33 jaar, afkomstig van Texel, onderstuurman S.J.Rotgans, 29 jaar, afkomstig van Terschelling en ligtmatroos J.Buykes, 17 jaar afkomstig van Texel.
Overige bijzonderheden
H.Rolff verzorgde per 17 december 1838 vanuit Nieuwediep met de “Stad Utrecht”een troepentransport van 12 officieren en 4 manschappen. Zijn aankomstdatum en reisduur zijn niet vermeld
Per 18 augustus 1841 verzorgde hij vanuit Nieuwediep met de “Jacob Roggeveen” een troepentransport van 4 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 03 december 1841 na 107 dagen065.
Familiegegevens en opleiding
Feije Pieters Jans Jaski ("volgens geboorte & trouwacte Feye Pieters Jaskie”) werd geboren te Schiermonnikoog op 16 juni 1811 en overleed in 1865.
Hij trouwde met Willemina Bart, geboren te Amsterdam 22 oktober 1815 en overleden in januari 1849. Hij trouwde voor een tweede maal met Petronella Elisabeth Kuipers, geboren te Dordrecht op 30 september 1819. Lid van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 22 december 1840003.
Feije Pieter Jaski werd geboren te Schiermonnikoog op 16 juni 1811 als zoon van Jan Johannsz(Jansz) Jaski en Geertruida Feyes Visser.
Hij trouwde voor de eerste maal op 25 oktober 1839 te Amsterdam met Wilhelmina Bart, geboren op 22 oktober 1815 te Amsterdam als dochter van Jacob Jans Bart en Engeltje Simons Kraay. Zij kregen 5 kinderen, 3 zonen en 2 dochters. Wilhelmina Bart overleed op 02 februari 1849 te Amsterdam. Feye Pieter hertrouwde op 17 maart 1850 te Dordrecht met Petronella Elisabeth Kuipers, geboren op 30 september 1819 te Dordrecht. Het gezin woonde o.a. in de Regtboomstraat 353 te Amsterdam. Er werden uit dit huwelijk 2 zonen en 2 dochters geboren. Petronella overleed op 12 april 1887 te Amsterdam. Feije Pieter overleed op 29 juni 1865 op zee van Java naar Nederland aan boord van de bark “Jacoba en Christina” 046
Algemeen Handelsblad, 10 juli 1865114
Heden ontving ik het voor mij en de mijnen hoogst smartelijk berigt, dat mijn geliefde Echtgenoot, FEIJE PIETERS JASKI, Gezagvoerder van het Barkschip Jacoba & Christina, op de reis van Java herwaarts, den 29 Junij jl. in den ouderdom van 54 jaren is overleden. Amsterdam, 6 Julij 1865.
P.E.Jaski, Kuipers. Eenige kennisgeving”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
F.P.J.Jaski (adres Haarlemmerdijk bij de Brouwersstraat) werd per 01 december 1840 met vlagnummer 568 en op voordracht van kapitein H.Rolff ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege “Zeemanshoop”. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Stad Utrecht”. Toegevoegd is de opmerking “overleden”002. Ten tijde van de inschrijving waren Jaski en zijn vrouw 29 resp. 21 jaar. Ingeschreven staat 1 zoon uit 1840002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 01/08 december 1840 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Feye Jans Pieters Jaski (vóórnaamvolgorde correct weergegeven), oud 30 jaar, voerend het fregat “Stad Utrecht”, wonende aan de Haarlemmerdijk bij de Brouwerstraat 58, op voorspraak van kapitein H.Rolff. Hij kreeg vlagnummer 568023.
F.P.J.Jaski wonend te Amsterdam was in de periode 07 december 1849 t/m zijn overlijden op 29 juni 1865 met vlagnummer 68 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de “Stad Utrecht”.111 en 064
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 03 augustus 1865 vraagt de wed. F.P.J.Jaski geb. Kuipers om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 31 augustus 1865 wordt toegekend ingaande 01 augustus 1865 voor haar en 3 kinderen.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 26 september 1865 staat vermeld dat per 01 augustus 1865 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. F.P.J.Jaski geb. Kuipers voor haar en 3 kinderen.023.
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 31 december 1849 de storting van f 15,- als entreegeld voor lidmaatschap van het college.064b
De schepen van de kapitein
Hij was gezagvoerder op de "Stad Utrecht" (1841-1859) en de "Jacoba Christina" (1860-1865)046.
lidmaaschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
568 1841-1853 fregat Stad Utrecht Tra Kranen & Co
240 1854-1858 fregat Stad Utrecht idem
1859-1864 bark Jacoba en Christina G.W.van Barneveld Kooij
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
F.P.J.Jaski Jacoba Christina 08 december 1859 21 februari 1861
Jacoba Christina 21 mei 1861 12 maart 1862
Jacoba (&) Christina 23 juni 1862 13 mei 1863
Jacoba & Christina 01 juli 1863 19 april 1864
Jacoba & Christina 27 juli 1864 07 juli 1865
thuis met kap. Sorgdrager qq
Bouma025 vermeldt kapitein F.P.J.Jaski als gezagvoerder van de volgende schepen:
* het 3/m schip “Stad Utrecht” (gebouwd in 1836 te Amsterdam, 673 ton o.m.) van 1842 t/m 1858 varend voor Trakranen & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1859 gesloopt;
* de bark “Jacoba en Christina” (gebouwd in 1852 te Amsterdam, 453 ton o.m.) van 1860-1866, varend voor G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Op 11 maart 1844 wordt Adriaan Dirk Brinkhorst door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam geplaatst op de "Stad Utrecht" onder kapitein Jaski voor een reis naar Batavia vanuit Amsterdam010(533-1926).
In Maart 1844 monsterde J.G.de Roever als lichtmatroos aan op het fregat “Stad Utrecht” onder kapitein F.P.J.Jaski om met dit schip naar Java te gaan. “Hij maakte de reis vandaar (d.i.Nieuwe Diep) naar Batavia (112 dagen), Tegal, terug naar Batavia en weder naar Amsterdam. Toen de “Stad Utrecht” in Januari 1845 in het Nieuwe Diep binnenkwam was het N.H.Kanaal dichtgevroren, zoodat de bemanning te N.D. werd afgemonsterd en per diligence naar Amsterdam gebracht.”
Uit: “Eenige voorvallen uit mijn zeemansloopbaan” door J.C.de Roever. Ons zeewezen, 32, p. 255, 1933.
In het dagboek van Johan Gerrit de Roever (1841-1878) wordt verslag gedaan van zijn reizen. Dit dagboek is in bezit van mevr. J.H.A.de Graaf-de Roever, Ravellaan 20, Heemstede terwijl een transcriptie zich bevindt bij de Vereniging Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn.
De volgende reizen werden door de Roever gemaakt op het fregat “Stad Utrecht” onder kapitein F.P.J.Jaski
* Amsterdam - Batavia - Tagal - Samarang - Batavia - Amsterdam.
02 maart 1844 - 23 januari 1845. Lichtmatroos, 19 jaar.
* Amsterdam - Batavia - Soerabaja - Passoeroeang - Batavia - Amsterdam
28 april 1845 - 12 april 1846. Zwaar lichtmatroos , 20 jaar.
F.P.J.Jaski verzorgde per 09 april 1843 vanuit Nieuwediep met de “Stad Utrecht” een troepentransport van 3 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 26 juli 1843 na 108 dagen.
Per 22 mei 1845 vertrok hij vanuit Nieuwediep met de “Stad Utrecht”en een contingent van 3 officieren en 53 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 17 september 1845 na 118 dagen.
En per 25 februari 1858 vertrok hij wederom vanuit Nieuwediep met de “Stad Utrecht” en een troepentransport van 2 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 16 juni 1858 na 111 dagen. Onderweg was 1 militair overleden065.
Hendrik Sweys begon een reis als 1ste stuurman van Texel op 22 mei 1845 per “Stad Utrecht” onder kapitein F.P.Jaski met een detachement geweermakers en enige passagiers. Het schip arriveerde te Batavia op 10 september 1845. Het vertrok op 01 oktober 1845 naar Soerabaja en kwam aan op de 11de Het schip zeilde door op 16 oktober 1845 naar Passaroeang en kwam daar aan op de 17de. Men vertrok op 09 november om te Batavia op 17 november 1845 aan te komen. Op 23 november aanvaardde men de terugreis en kwam op 20 maart 1846 aan te Nieuwediep.090
In de Harlinger Courant van half maart 1853 (geen datum op de fotokopie van de pagina) staat in de rubriek SCHEEPS-BERIGTEN het volgende096:
“AMSTERDAM, 18 Maart. Volgens brief van kapt. Jaski, voerende het schip Stad Utrecht, in dato Sydney N.Z.W. 27 Dec., was hij toen aldaar bezig met het inladen der Ballast ten einde den 29 dito, de reis naar Batavia aan te nemen: twee matrozen waren gedeserteerd doch overigens alles wel aan boord.”