1826
Over de schrijfwijze van de scheepsnaam heerst tussen de Noordelijke- en Zuidelijke Nederlanden / België geen eenduidigheid. De Nederlandse zeebrieven en het K.B. van 28.10.1830 noemen de brik ELIZA. De bijlbrief zegt ELISA, terwijl Marhisdata’s Belgische correspondenten André Delporte en Luc van Coolput uitdrukkelijk de naam ELISA gebruiken zoals die ook door de Belgische autoriteiten algemeen is gebruikt. Op grond hiervan heeft Marhisdata de naam ELISA gehanteerd.
Gebouwd van eikenhout, vernageld met koperen spijkers en koperen bouten en voorzien van een koperen huid.
Op 16 augustus 1826 eerste zeebrief voor de ELIZA, aangevraagd door K. Loyaerts, Antwerpen, voor Theodorus Azon Jacometti als kapitein.
AG 220626
Antwerpen, 22 juny. Eergisteren, omstreeks vyf ueren, is op de scheepstimmerwerf naby de koninglyke battery van stapel geloopen de fraeye brik ELISA, van omtrent 200 tonnen, gebouwd door M. Carpentier voor den heer Ch. Loyaers, uytreeder alhier. (opm: de bijlbrief zegt tewatergelaten op 19 mei 1826)
DC 210926
Vlissingen, 16 september, Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van den 13 dezer tot heden van onze rede naar zee gezeild: DE VROUW ANNA, kapt. B.H. Schuring, naar Noorwegen met ballast; de ELISA (opm: eerste reis van deze brik), kapt. T. Azon Jacometti, naar Rio de Janeiro met stukgoederen;
RC 311026
Amsterdam, 29 oktober. Het schip (opm: brik) ELISA, kapt. T. Azon Jacometti, van Antwerpen naar Carthagena de Colombia, is, volgens brief van Lissabon van den 7 dezer, den 3 dito aldaar met verlies van de boegspriet binnengelopen, welke schade zonder lossing, ten spoedigste zou hersteld worden; de kapitein bevond zich wegens ziekte aan land.
1827
RC 240327
Rotterdam, 23 maart. Te Antwerpen zijn gearriveerd: TWEE VRIENDEN (opm: schoener), kapt. T. Hamilton, ELIZA, kapt. Jacometti (opm: brik ELISA, kapt. T. Azon Jacometti) en AIMABLE PAULINE (opm: brik), kapt. L.J. Luijtjes, van de Havannah;
RC 260527
Rotterdam, 25 mei. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE JONGE JOHANNA, kapt. J. van Puijvelde, naar Londen; MAGARETHA, kapt. H.J. Dijkhuis, naar de Marennes; DE ELISA, kapt. T. Azon Jacometti, naar Carthagena;
RC 171127
Rotterdam, 16 november. Te Antwerpen is gearriveerd ELIZA, kapt. Jacometti (opm: brik ELISA, kapt. T. Azon Jacometti), van de Havanna.
1828
Op 24 november 1828 nieuwe zeebrief voor de ELISA, aangevraagd door C. Loyaerts, Antwerpen, voor M. Harkema als kapitein.
RC 120128
Rotterdam, 11 januari. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE MARIA, kapt. A. Vollemaire, naar Marseille; ELEONORE, kapt. A.P. Moller, naar Corunha; HULL-PACKET, kapt. H.H. Lange, naar Hull; DE VRIENDEN, kapt. T. Nasten, NEPTUNES, kapt. P. Petijt, WILLEM DE EERSTE, kapt. J. Langhetee en ALEXANDER, kapt. A.E. van Dijck, naar Rio-Janeiro; DE JONGE JOHANNA, kapt. J. van Puijvelde, MARIANNA, kapt. A. van der Kan, DE LEEUW, kapt. J. Verbruggen en ELIZA, kapt. J. Renken, naar Londen; ELIZA (opm: brik ELISA), kapt. T. Azon Jacometti en FORTITUDE, kapt. D.J. Bulsing, naar Batavia LA REINE CHÉRIE, kapt. J.C. Kuiper, naar Corham en SOLON, kapt. J. Past, naar ……(geen opgave)
JC 290528
Batavia, 27 mei. Gisteren is alhier aangekomen het schip ZEEUW, kapt. C. Riekels, met Zr.Ms. troepen, den 6 januari van Middelburg vertrokken; heden zijn alhier gearriveerd de brik ELIZA (opm: ELISA), kapt. T. Azon Jacometti, met een passagier, den 6 januari van Antwerpen vertrokken, en het schip FORTITUDO, kapt. D.J. Bulsing, met Zr.Ms. troepen, den 7 januari van Antwerpen vertrokken.
JC 010728
Te Batavia vertrokken schepen:
Den 28. juni de brik CLEMENTINE, kapt. Abdul Rachman, naar Samarang; den 29. juni de bark RADJAH WALIE, kapt. P. Rough, naar Singapore, de brik ELIZA (opm: ELISA), kapt. T. Azon Jacometti, naar Antwerpen met een passagier en de schoener REMBANG, kapt. J.B. Berest, naar Pamanoekan.
DC 011128
Bericht voor de zeevarenden. De minister voor de marine en kolonien brengt ter kennis van de zeevarenden, dat, luidens een brief van de kapitein T. Azon Jacometti, voerende het brikschip ELIZA(opm: ELISA), van Antwerpen, gedagtekend Batavia, 2 juni 1828, door dien kapitein, op zijne reis van Vlissingen naar Batavia, de Kaap rondzeilende, den 6 april 1928 ontmoet zijn vijf grote ijs-eilanden, op 37°31’ zuider breedte, en 18°17’ oost Greenwich lengte. Gemelde kapitein passeerde dezelve op een kwart mijl afstand, en giste hunne hoogte te zijn van 150 tot 300 voeten, gelijkende naar hoge spitse torens, uitgezonderd één, hetwelk zeer plat en uitgestrekt was. De zee brandend op dezelven met zulk een vreselijk geweld, dat men op het vermoeden kwam, dat deze eilanden op een nog onbekende droogte vast zaten, in welk vermoeden men echter door het lood niet bevestigd is geworden. Sedert het verlaten van het eiland Trinidad, had kapitein Jacometti gestadig een om de noord lopende stroom bespeurd, welker dagelijks verschil, bij elkander getrokken, een verschil in breedte van 8°40’, ten tijde hij het ijs zag, opleverde, en twijfelde hij niet, of de gezegde stroom moest daarvan de oorzaak zijn; ook geloofde hij, dat men het gezegde ijs nog wel op 34° en 35° konde ontmoeten, eer het zoude gesmolten zijn, en hoewel daar minder gevaarlijk, dan op 37½ graad, echter voor de zeevarenden nog zeer te vrezen bleef.
In de Verzameling van berigten over eenige onderwerpen der navigatie, uitgegeven door de kommissarissen tot de zaken, het bepalen der lengte op zee en de verbetering der zeekaarten betreffende, het derde stuk, van den jare 1792, vindt men reeds gewag gemaakt van een dergelijke ontmoeting en waarneming van ijs-eilanden in den jare 1789, op een zuider breedte van 37°22’ en 38°44’, en lengte van 43°41’ en 40°50’ door ’s lands schepen THETIS, ZWALUW en MERCUUR, onder het bevel van de kapiteins Staringh, Gobius en Alberts, medegedeeld uit het journaal van eerstgenoemde kapitein Staringh. Ook deze ijsbergen giste men 300 à 400 voeten hoog boven water.
’s Gravenhage, 8 oktober 1828, de minister voornoemd, Elout.
1829
RC 100129
Rotterdam, 9 januari. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE JONGE HORTENSE, kapt. H.A. Nieberding, naar Marseille; COLUMBUS, kapt. N. Drinkwater, naar New York; DE JONGE TJITSKE TROMP, kapt. T.S. Oldendorp, naar Newhaven; DE MARIA, kapt. E.R. Borchers en DE ELISA, kapt. M. Harkema, naar Lima;(opm: de brik ELISA vertrok naar Valparaiso alwaar op 17 mei 1829 aangekomen, via een kustreis naar Arica op 26 november 1829 in Valparaiso teruggekeerd en vandaar naar Antwerpen gezeild waar het schip op 8 maart 1830 is binnengelopen)
1830
Ingevolge decreet van de koning per K.B. 28.10.1830 werden de zeebrieven van alle 196 schepen welke in de Zuidelijke Provinciën van het Rijk thuis behoorden, waaronder de brik ELIZA (vergelijk schrijfwijze), ingetrokken.
RC 090330
Rotterdam, 8 maart. Te Antwerpen zijn gearriveerd JONGE CAMILLE, kapt. Bakker en VROUW HELENA, kapt. De Vries, van Londen; VROUW JANTINA, kapt. Kuiper en FREDERIK WILHELM DRIE, kapt. Dirksens, van Bordeaux; AURORA, kapt. Wygers van Sevilie (opm: Sevilla); MERCURE, kapt. Smit, ANTWERPSCH WELVAREN, kapt. Peters, HARLINGER, kapt. Harrison en MARIA MATHILDA, kapt. Lofgreen, van Rio-Janeiro; HARMONY, kapt. Reus, CONCORDIA, kapt. Bonjer en MAGDALENA, kapt. Lutje, van Riga; ELISA (opm: brik), kapt. Harkema, van Valparaiso;
Eind 1830 is de brik ELISA verhaald naar Boom, gelegen aan de Rupel, een zijrivier van de Schelde, mogelijk om bij één van de Boomse werven (De Ceuster of Fleury-Duray) de reparaties te ondergaan van schaden ontstaan als gevolg van het tweemaal passeren van Kaap Hoorn.
1831 - 1833
In februari 1831 zijn enkele Belgische schepen naar Boom gevlucht om op de Schelde niet in handen te vallen van de Nederlanders, mogelijk is de brik ELISA ook om die reden in Boom blijven liggen. Op 6 januari 1833 is de brik in Antwerpen teruggekeerd, maar kon het schip wegens de weigering van Nederland om Belgische schepen vrije doorgang over de Schelde te verlenen tot de zomer nog niet uitvaren. De economische omstandigheden waren slecht, zodat het schip mogelijk zelfs tot juli 1834 heeft opgelegd gelegen.
1834
LvC:
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 11 juli 1834 uit dok; 12 juli 1834 uit Antwerpen vertrokken naar Rio de Janeiro; 2 november 1834 van Rio de Janeiro, bestemming Antwerpen.
1835
LvC:
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 17 januari 1835 aangekomen op de rede van Vlissingen; 20 januari 1835 aangekomen te Antwerpen met koffie, 5.050 huiden, hoornen, tapioca.
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 24 april 1835 uit dok; bestemming Rio de Janeiro; 02 januari 1836 aangekomen te Antwerpen uit Rio de Janeiro met koffie, huiden, suiker.
1836
DC 070136
Vlissingen, 4 januari. Voor Antwerpen bestemd zijn hier ter rede gekomen: ELIZA , kapt. S. Vandersweep, van Paraiba (opm: brik ELISA, van Parnaiba, Brazilië), met suiker; LONDON PACKET, kapt. F. Auman, van Liverpool, met klipzout; de KAREL, kapt. J.B. Stuurman, van Smirna, met fruit.
LvC:
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 23 maart 1836 uit Antwerpen vertrokken met bestemming Rio de Janeiro; pas op 9 april 1836 rede van Vlissingen verlaten; in Rio de Janeiro en Pernambuco (opm: Recife); daarna naar Marseille; 14 januari 1837 aangekomen te Antwerpen uit Marseille met zeep, olie, amandelen.
1837
LvC:
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 18 april 1837 uit Antwerpen vertrokken met bestemming Valparaiso; 15 augustus 1837 aangekomen te Valparaiso; daarna onbekend; naar Marseille.
1838
LvC:
De brik ELISA, kapt. S. Vandersweep, 9 juni 1838 uit Marseille, bestemming Antwerpen; 24 tot 26 juni in de baai van Gibraltar; 15 juli 1838 aangekomen op de rede van Vlissingen; 16 juli 1838 in Antwerpen met zeep en olie.
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 9 september 1838 uit Antwerpen met bestemming Villanova; 3 november 1838 aangekomen te Antwerpen uit Villanova met vijgen.
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 18 december 1838 vertrokken uit Antwerpen met bestemming Maio en Montevideo (Maio is eilandje van de Cabo Verde Eilanden waar zout werd ingeladen).
22 december 1838 gestrand op de Goodwin Sands; losgeraakt en 24 december 1838 Ramsgate binnengelopen voor reparaties.
1839
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 9 januari 1839 vanuit Ramsgate terug naar Antwerpen voor verdere reparaties; 12 januari 1839 aangekomen te Antwerpen en hersteld; 10 februari 1839 uit Antwerpen vertrokken met bestemming Maio en Montevideo; 24 juli 1839 uit Montevideo, bestemming Antwerpen; 23 september 1839 aangekomen rede Vlissingen; 25 september 1839 aangekomen te Antwerpen uit Montevideo met 7797 huiden.
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 29 oktober 1839 uit Antwerpen met bestemming Montevideo; zelfde dag van rede van Vlissingen; 29 december 1839 aangekomen Montevideo.
1840
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, via Cowes 24 mei 1840 aangekomen te Amsterdam; 22 juni 1840 uit het Vlie met bestemming Antwerpen; 24 juni 1840 aangekomen te Antwerpen met suiker en koffie.
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 26 juli 1840 uit Antwerpen vertrokken met bestemming Vera Cruz.
1841
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, van Havana 5 januari 1841 aangekomen rede Vlissingen, waar ijs op de Schelde; 21 januari 1841 aangekomen te Antwerpen uit Havana met suiker, sigaren.
LvC:
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 14 maart 1841 uit Antwerpen met bestemming Maio en Montevideo; 21 otober 1841 aangekomen te Antwerpen uit Buenos Aires met huiden.
LvC
De brik ELISA, kapt. C. Fertig, 8 december 1841 uit Antwerpen vertrokken met bestemming Montevideo; 16 februari 1842 aangekomen te Montevideo; vervolgens naar Nederland.
1842
RC 030942
Advertentie. P. van Santen, A.F. Pflughaupt, B.H. Timmer Bzn en J.H. Hienfeld, makelaars, zullen op woensdag den 21 september 1842, des avonds ten 6 ure, in de Nes, in de Brakke Grond, te Amsterdam, verkopen: Circa 30,000 stuks Buenos-Ayres en Montevideo gedroogde ossen- en koehuiden, directelijk van Buenes-Ayres en Montevideo ingevoerd, en nu laatstelijk per ELISE (opm: brik ELISA), kapitein C. Fertig, liggende als bij notitie zal worden aangewezen.
AH 060942
Texel, 4 september. Uitgezeild ELISA (opm: brik), kapt. C. Fertig, naar Antwerpen (opm: naar Villanova).
AH 151042
Villanova, 21 september. Binnengekomen ELISA (opm: brik), kapt. C. Fertig, van Amsterdam. (opm: op 5 oktober uitgezeild voor de thuisreis)
UPS 041142
Brussel, 30 oktober. Uit Antwerpen schrijft men van 29 oktober, dat de Belgische koopvaardijbrik ELISA, kapt. C. Fertig, behorende aan den heer Van Regemortel aldaar, op de kust van Portugal is vergaan (opm: onderweg naar Antwerpen op 13 oktober in positie 50°NB 011°WL als gevolg van een lek). De equipage is gered (opm: door het Engelse schip SIR WALTER SCOTT en op 26 oktober in Londen aangekomen). Het schip was geladen met vruchten, en zeilde van Villa Nova naar Antwerpen. (opm: bouwjaar 1826, tot 1830 onder Nederlandse vlag)