1839
Gebouwd door Jan Nuveen, scheepsbouwmeester te Amsterdam, werf St. Jago, in de Groote Bikkerstraat aldaar
ZP 021239 – 562
Schepen in lading naar: Batavia: het nieuw gebouwd en gekoperd fregatschip CORNELIA EN HENRIËTTE, kapt. P. Bruining, van Amsterdam. Adres bij F. der Kinderen. Idem: het nieuw gekoperd tweedeks fregatschip MARIA, kapt. G. de Jong, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij d’Arnaud & Comp.
1840
ZP 170140
Volgens brief van kapt. Adboll, voerende het schip GESINA, van Amsterdam naar Batavia, in dato Falmouth 12 januari, was hij die dag zonder schade met zuid westen storm aldaar geankerd, het schip voldeed zeer wel en was met de equipage in goede staat. Voorts rapporteert kapt. Adboll de vorige avond bij zich gehad te hebben het schip ORION, kapt. Van der Linden en die dag gezien te hebben het schip MARIA, kapt. De Jong, beide van Amsterdam naar Batavia.
PGC 210140
Door de Texelse loodsschipper Frick, voerende de Loodsboot No. 2, zijn de 10 januari op de hoogte van de Singels, met O.N.O.-wind, bramzeilskoelte, gepraaid de schepen ORION, kapt. Van der Linden, MARIA, kapt. De Jong, en de STAD GRONINGEN, kapt. Blokziel, alle drie van Amsterdam naar Batavia.
ZP 310140
Volgens brief van kapt. De Jong, voerende het schip MARIA, van Amsterdam naar Batavia, in dato Falmouth 26 januari was hij na de 9de januari uit Texel te zijn vertrokken, de 20ste dito wegens storm te Falmouth binnengelopen en was alstoen aldaar nog in de beste staat liggende, het schip en tuig was in weerwil der doorgestane stormen in goede staat.
1842
LC 230942
Leeuwarden, den 22 september. Van Den Helder schrijft men van den 16 september: In den loop der maand oktober zal naar Suriname vertrekken de korvet JUNO, ter aflossing van Zr. Ms. korvet CASTOR, welke bodem zal terugkeren, als zijnde ongeschikt voor de dienst in die wateren bevonden. Zr. Ms. fregat de RIJN, onder bevel van den kapitein luitenant ter zee Bijl de Vroc, ad interim, en het fregat JASON, onder bevel van den kapitein ter zee Van der Plaat, zullen in de aanstaande maand ene reis naar de Middellandse Zee ondernemen. Den 16 dezer, is van hier naar Batavia uitgezeild het schip MARIA, kapitein H.D. van Wijk, de brik ACRA, kapitein Ludders, naar de kust van Guinea; en naar Curaçao het schip MARIA JACOBA, kapitein Bart.
LC 230942
Leeuwarden, den 22 september. Van Den Helder schrijft men van den 16 september: In den loop der maand oktober zal naar Suriname vertrekken de korvet JUNO, ter aflossing van Z. M. korvet CASTOR, welke bodem zal terugkeren, als zijnde ongeschikt voor de dienst in die wateren bevonden. Z. M. fregat de RIJN, onder bevel van den kapitein luitenant ter zee Bijl de Vroc, ad interim, en het fregat JASON, onder bevel van den kapitein ter zee van der Plaat, zullen in de aanstaande maand ene reis naar de Middellandse Zee ondernemen. Den 16 dezer, is van hier naar Batavia uitgezeild het schip MARIA, kapitein van Wijk, de brik ACRA, kapitein Ludders, naar de kust van Guinea; en van (naar?) Curaçao het schip MARIA JACOBA, kapitein Bart.
1857
NRC 030557
Amsterdam, 2 mei. Het schip (opm: fregat) LOUISE WILHELMINE, kapt. F.G. van Campen, van Batavia naar Amsterdam, is de 22e maart door de Franse advies-stoomboot LE VOYAGEUR, van Suriname naar Demarary bestemd, op ongeveer 6 mijlen afstand uit de wal, zwaar lek, met verlies van boten enz. ontmoet. Na zich omtrent de staat van het schip vergewist te hebben, was de VOYAGEUR naar land teruggekeerd en diezelfde avond aan de mond van de rivier Commewyne aangekomen, waar de kapitein aan de Nederlandse autoriteiten van de staat van het schip kennis gegeven had, en van waar hij niet teruggekeerd was, alvorens de nodige maatregelen gemaakt waren, om de LOUISE WILHELMINE te hulp te komen.
NRC 040557
Suriname, 4 april. Het Nederlandse schip (opm: fregat) LOUISE WILHELMINA, kapt. F.G. van Campen, van Batavia naar Amsterdam, is hier de 26e maart zwaar lek en met verlies van boten binnengesleept.
NRC 040757
Amsterdam, 3 juli. Het schip (opm: fregat) LOUISE WILHELMINA, kapt. F.G. van Campen, van Banjoewangie herwaarts gedestineerd, te Suriname met schade binnengelopen, zou volgens brief van daar van de 4e juni, binnen een maand weder gereed zijn om de reis voort te zetten.
1859
NRC 260459
Advertentie. H.J. Rietveld, P. Blom, J.F.L. Meijjes en W.Y. van Reinouts, makelaars, zullen op maandag, zijnde de 30e mei 1859, des avonds ten 6 ure precies, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ aan de meestbiedende of hoogst mijnende, ten overstaan aan de deurwaarder B.D. Beets, in publieke veiling verkopen: een extra ordinair welbezeild, gekoperd en kopervast fregatschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd: LOUISE WILHELMINE, laatst gevoerd door kapt. H.G. van Campen (opm: kapt. Frederik Gerard van Campen), en gemeten op 600 tonnen of 317 lasten. Alles breder bij biljetten omschreven. Het voorzegde fregatschip ligt aan de werf het Witte Kruis. Iemand nader onderricht begerende, spreke met bovengemelde makelaars of met de cargadoors Hoijman en Schuurman. (opm: verkocht voor de sloop, zie NRC 240260)