1813
Op 20-12-1813 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.E. Brungers & Co. een zeebrief aangevraagd voor kapt. Tonnis Jacob Sickens.
1814
LC 080714
De notaris S. Stoffels zal, op vrijdag den 15den juli 1814, des namiddags ten twee uren, bij de beschrijving, en ten vijf uren, bij den finalen palmslag, in de Zwaan, te Workum, publiek bij strijkgeld verkopen: Een extra welbezeild en buitenlandsvarend tjalkschip, de MARIA en SOPHIA genaamd, liggende te Workum, lang 72 voeten, wijd en hol pro rato, met alle deszelfs rondhout, staand en lopend wand, zeilen, ankers, touwen en verdere scheepsgoederen , volgens biljetten en inventaris daar van zijnde.
Op 21-09-1814 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.E. Brungers & Co. een zeebrief aangevraagd voor kapt. Egbert Klases Brunger.
1816
LC 130316
Advertentie. Pier Passing, Deurwaarder te Workum, zal op vrijdag den 15den maart 1816 openbaar verkopen Een extra welbezeild en buitenlands varend tjalkschip MARIA SOPHIA genaamd, lang over steven 72 voeten, wijd bij de eerste balk van het grote luik binnen zijn huid 14 voeten en 4 duimen, hol in het ruim bij de eerste balk voor het grote luik op zijn uitwatering 7 voeten, Amsterdamsche maat: leggende te Workum, met alle daarbij behorende scheepsgoederen, in staat om dadelijk naar zee te varen.
Op 16-04-1816 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.D. Lovius een zeebrief aangevraagd voor hem zelf.
LCO 111116
Amsterdam den 9 november Te Terschelling zijn binnen gekomen R.D. Lovius MARIA SOPHIA, van Hamburg.
1817
RC 181217
Amsterdam, 16 december. Te Dokkum is met schade binnengelopen het schip MARIA SOPHIA, kapitein R.D. Lovius, van Bremen naar Amsterdam.
1818
Op 10-02-1818 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.D. Lovius een zeebrief aangevraagd voor hem zelf.
LC 170318
Harlingen, 14 maart. Den 12 maart zijn alhier uitgezeild: het smakschip de JONGE WILLEM, kapt. Klaas Pieters Faber, met haver naar Londen, het kofschip NEPTHUNUS, kapt. Harmanus Harmens, met haver, tarwe, klaverzaad en ruw vlas naar Hull, het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met haver naar Londen.
LC 010518
Harlingen, 30 april. Den 27 dezer is alhier binnengekomen het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse Douwes Lovius.
LC 090618
Harlingen, 8 juni. Den 3 juni is alhier binnengekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met ballast van Londen.
LC 120618
Harlingen, 11 juni. Den 8 juni is van hier uitgezeild het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met granen naar Londen.
LC 070818
Harlingen, 6 augustus. Den 3 dezer zijn alhier binnen gekomen het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met ballast van Londen.
LC 040918
Harlingen, 3 september.
Den 1 september zijn van hier uitgezeild het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met gerst naar Londen.
1819
LC 090219
Harlingen. Den 24 januari Den 27 januari binnen gekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinze D. Lovius, ledig scheeps van Makkum.
LC 090219
Harlingen.
Den 31 januari uitgezeild het sloepschip UNION, met boter naar Londen, het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinze D. Lovius, met granen naar Londen, en het tjalkschip de VROUW MARGARETHA, kapt. Albert H. Stuur, met granen naar Hull.
LC 020419
Harlingen. Den 21 maart binnen gekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met ballast van Londen.
LC 060419
Harlingen.
Den 4 april uitgezeild het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. Jelle H. van der Laan, met granen naar Londen; het kofschip MERCURIUS, kapt. J.B. van den Oever, met granen naar Londen en het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met pannen en chicorei naar Hamburg.
LC 250519
Harlingen.
Den 21 mei binnen gekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, het brikschip EMANUEL, kapt. Jens Strum, beide met hout van Noorwegen.
LC 180619
Harlingen. Den 15 juni Uitgezeild de smakschepen HELENA, kapt. P.A. Schuuring, de TWEE GEBROEDERS, kapt. J.L. Pinksterboer, BONTJE JOHANNA, kapt. Klaas D. Ekamp, alle drie met ballast, de beide eerste naar Noorwegen en de laatste op avontuur, en MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, met pannen en cichorei op avontuur. (opm: kapt. Lovius verkocht zijn lading kennelijk voor eigen rekening)
LC 070919
Harlingen.
Den 4 september binnen gekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, ledig van Amsterdam.
RC 091019
Amsterdam, 7 oktober. Den 28 september is te Travemünde, wegens contrariewind, binnengelopen het schip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, van Harlingen naar de Oostzee.
LC 071219
Advertentie.
Uit de hand te koop: een extra welbezeild Smakscheepje, genaamd MARIA SOPHIA, lang 72 voeten, hol en wijd naar advenant, zodanig hetzelve wordt bevaren door R.D. Lovius, leggende in de Stadsgragt bij Leeuwarden.
1820
Op 01-02-1820 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.D. Lovius een zeebrief aangevraagd voor hem zelf.
LC 040720
Harlingen. Den 20 juni, binnen gekomen het tjalkschip MARIA SOPHIA, kapt. Rinse D. Lovius, ledig van Amsterdam.
1823
LC 230523
Harlingen. Den 16 mei binnen gekomen het sloepschip William, kapt. Nazeby, met lood-erts van Londen. Uitgezeild het smakschip MARIA SOPHIA, kapt, Rinse D. Lovius, en het tjalkschip de jonge Wierd, kapt Klaas W. van den Berg, beide met diverse goederen naar Hamburg.
LC 101023
Harlingen. Den 4 oktober binnen gekomen het smakschip MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met hout van Hamburg.
1824
LC 020124
Advertentie:
Uit de hand te koop: Een extra welbezeild smakscheepje genaamd MARIA SOPHIA lang 20 Ellen 448 Strepen, hol en wijd naar advenant; zoodanig hetzelve wordt bevaren door R.D. Lovius, liggende in de Stads Gracht bij Leeuwarden.
Op 05-02-1824 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.D. Lovius een zeebrief aangevraagd voor hem zelf.
1825
LCO 281125
Het schip MARIA SOPHIA kapt. R.D. Lovius, van Hamburg naar huis, is den 21 november wegens averij, te Hamburg teruggekomen.
OHC 291125
Den 21 november is wegens averij te Hamburg terug gekomen het schip MARIA SOPHIA, kapt.R.D. Lovius, van Hamburg naar Hull.
1826
Op 10-01-1826 wordt voor de MARIA SOPHIA door R.D. Lovius een zeebrief aangevraagd voor hem zelf.
LC 040826
Harlingen. Den 24 juli binnen gekomen de smakschepen de DRIE Gebroeders, kapt. K.H. Pot, de TWEE Gebroeders, kapt. S.E. Scherpbier, beide uit de Oostzee, MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, van Hamburg, de JONGE JOHANN, kapt. R. Jans, van Noorwegen , alle met hout. (opm: het verdere lot van de MARIA SOPHIA van kapitein Rinse Douwe Lovius is niet gevonden, vermoedelijk is de in 1806 gebouwde smak niet weer naar zee gegaan en verkocht voor de sloop)