1820
Op 13-04-1820 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 150620
Den 12 dezer van Den Briel uitgezeild JANTINA, H.G. Sap naar (niet vermeld)
RC 110720
Arrivementen: Te Pillau H.G. Sap van Schiedam.
LCO 110820
Amsterdam, 9 augustus. Bij Terschelling binnengekomen H.G. Sap van Elbing.
RC 120920
Amsterdam, 10 september. Uit het Vlie gezeild H.G. Sap naar Riga.
RC 191020
Arrivementen: Te Croonstad H.G. Sap van Amsterdam.
Op 19-12-1820 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een Turkse pas aangevraagd voor zichzelf.
1821
OHC 200121
Arrivementen: Te Dieppe H.G. Sap van Libau.
RC 150921
Amsterdam, 13 september. In het Vlie binnengekomen H.G. Sap van Elbing.
LCO 171021
Amsterdam, 15 oktober. Uit het Vlie gezeild H.G. Sap op avontuur.
OHC 151121
Amsterdam, 13 november. Bij Terschelling binnengekomen H.G. Sap van Schulperzijl.
1822
RC 080122
Amsterdam, 6 januari. Van Texel uitgezeild H.G. Sap naar Lissabon.
LCO 080222
Arrivementen: Te Lissabon den 13 januari H.G. Sap van Amsterdam in 9 dagen.
Op 26-09-1822 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een Turkse pas aangevraagd voor zichzelf.
OHC 231122
Amsterdam, 21 november. Te Veere H.G. Sap van Port á Port naar Antwerpen bestemd.
RC 281122
Rotterdam, 27 november. Van Vlissingen meldt men den 23 dezer: Sedert onze vorige zijn alhier ter rede gekomen voor Antwerpen bestemd: JANTINA, H.G. Sap, van Port-au-Prince, laatst van Veere.
1823
DC 120423
Vlissingen, 5 april. Voorts zijn, van den 2 dezer tot heden, van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de VROUW ELLINA (opm: smak), kapt. J.R. Berg, naar Memel (opm: Klaipeda), en de JANTINA (opm: smak), kapt. H.G. Sap, op avontuur, beide met ballast.
DC 250823
Dordrecht, 25 augustus. Aan deze stad zijn gearriveerd; de schepen MERCURIUS (opm: kof), kapt. Reint Dirks en JANTINA (opm: smak), kapt. Hendrik G. Sap van Bergen met stokvis en traan.
DC 250823
Brielle, 22 augustus. Den 24 augustus. Gisteren namiddag arriveerden uit zee JANTINA, kapt. H.G. Sap en MERCURIUS, kapt. R. Dirks, beide van Bergen. De wind Z.Z.W.
DC 160923
Brielle, 10 september. Heden zeilden in zee SPECULANT, kapt. G.F. Hoven, naar Greifswald en JANTINA (opm: smak), kapt. H.G. Sap, op avontuur. De wind O.Z.O.
AC 241223
Texel, 22 december. Heden zijn van hier uitgezeild de schepen AASTROOM, kapt. B.J. Houwink, naar Cadix; DOLPHIJN, kapt. J. Brugge, naar Bilbao; CONCORDIA, kapt. H. van Wijk, naar Lissabon; JANTINA (opm: smak), kapt. H.G. Sap, naar Port-à-Port.
1824
RC 120224
Arrivementen: Te Port-à-Port H.G. Sap van Amsterdam.
OHC 150424
Amsterdam, 14 april. Den 13 april bij Texel binnengekomen H.G. Sap van Port-à-Port.
Op 15-05-1824 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een Turkse pas aangevraagd voor zichzelf.
OHC 240624
Amsterdam, 23 juni. Den 22 juni bij Texel uitgezeild H.G. Sap naar Lissabon.
RC 100824
Kapitein P. Haasnoot heeft den 19 juli, in het afzeilen van de rivier van Lissabon, gepraaid het schip JANTINA, kapitein H.G. Sap, van Amsterdam derwaarts.
RC 111124
Amsterdam, 9 november. Voor de jongste stormen zijn van de rede in de haven van Texel gekomen, en aldaar thans op gunstige wind wachtende, de schepen JANTINA, kapt. H.G. Sap, en de JONGE MARGARETA, kapt. H.H. Top, naar Yarmouth.
AC 221124
Texel, 19 november. Uitgezeild: NEDERL. KROONPRINS (opm: NEERLANDS KROONPRINS), kapt. J.P. Jelsma, TWEE JONKVROUWEN, kapt. M.P. v.d. Zee, beide naar Londen; JANTINA, kapt. H.G. Sap, naar Yarmouth.
RC 071224
Amsterdam, 5 december. Kapitein H.G. Sap, voerende de smak JANTINA, van Amsterdam naar Yarmouth, meldt, dat hij, den 20 november uit Texel gezeild zijnde, reeds dezelfde avond tegenwind kreeg en den 22 en 23 dito, zich naar gissing, 7 à 8 mijlen benoorden Yarmouth bevond, doch uithoofde van harde wind en dikke lucht de kust niet meer durfde naderen, had hij weer zee gekozen en daarop zware stormen doorgestaan en enige schade aan de zeilen bekomen, waarna hij den 20 te Zoutkamp is binnengekomen; het schip was voor het overige, benevens de lading, voor zover hij wist, in een goede staat; hij dacht spoedig gereed te zijn, om met de eerste gunstige wind zijn reis voort te zetten.
1825
DC 210625
Brielle, 17 juni. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: JANTINA, kapt. H.G. Sap van Rostock. De wind NNO.
Op 27-06-1825 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
DC 120725
Brielle, 8 juli. Van de morgen zeilde in zee: VEENSTROOM, kapt. S.E. Hoveling naar Firth of Forth; JANTINA, kapt. H.G. Sap naar Bo’ness.
DC 270825
Brielle, 26 augustus. Gisteren na posttijd arriveerden uit zee: VEENSTROOM, kapt. E.S. Hoveling en JANTINA, kapt. H.G. Sap, beide van Bergen.
DC 310825
Dordrecht, 29 augustus. Aan deze stad is gearriveerd: het schip JANTINA, kapt. H.G. Sap, van Bergen met stokvis en traan.
DC 130925
Brielle, 9 september. Heden zeilden in zee: ACHT GEBROEDERS, kapt. H.H. Kramer naar Firth of Forth; JANTINA, kapt. H.G. Sap naar Dantzig.
DC 151225
Hellevoetsluis, 12 december. Gisteren namiddag arriveerden uit zee: JANTINA, kapt. H.G. Sap, en JONGE HARM, kapt. J.G. Schrader, beide van Dantzig.
1826
RC 070126
Te Rotterdam ligt in lading: Naar Coloraine, het Nederlands smakschip JANTINA, kapt. H.G. Sap.
DC 110326
Brielle, 8 maart. Den 9 maart. Gisteren avond zeilden in zee: CLARA MARGARETHA, kapt. P.D. Dik en DOLPHIJN, kapt. H. Sluik, naar Belfast; JANTINA, kapt. H.G. Sap naar Collerin (opm: Coleraine.)
DC 300526
Dordrecht, 29 mei. Aan deze stad zijn gearriveerd; JANTINA, kapt. H.G. Sap, de SNELHEID, kapt. H.P. de Jonge en de VEENSTROOM, kapt. S.E. Hoveling, allen van Oléron met zout.
DC 010626
Brielle, 26 mei. Den 27 mei. Heden arriveerde uit zee: JANTINA, kapt. H.G. Sap van Oléron.
DC 080626
Advertentie. Te Dordrecht ligt in lading naar Drontheim, het Nederlands smakschip JANTINA, kapt. H.G. Sap. Adres bij Gerard Mauritz, aldaar.
DC 060726
Brielle, 1 juli. Heden zeilden in zee: KETTY, kapt. J. Ansdell naar Hull; JANTINA, kapt. H.G. Sap op avontuur.
1827
OHC 020127
Te Antwerpen gearriveerd H.G. Sap van Bilbao.
Op 10-04-1827 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een Turkse pas aangevraagd voor zichzelf.
RC 260427
Rotterdam, 25 april. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild ATALANTE, kapt. J. Wessels, naar Bayonne; JANTINA, kapt. H.G. Sap, naar Lissabon.
Op 09-07-1827 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
OHC 260727
Amsterdam, 24 juli. Den 19 juli uit het Vlie gezeild H.G. Sap op avontuur.
OHC 300827
Amsterdam, 29 augustus. Den 27 dezer in het Vlie binnengekomen H.G. Sap van Dantzig.
RC 271027
Te Terschelling binnengekomen H.G. Sap van Rostok
1828
RC 240428
Rotterdam, 23 april. Te Antwerpen zijn gearriveerd CATHARINA MARGARETHA, kapt. Broedersen, van Büsum; JANTINA, kapt. Sap, van Kiel.
RC 310528
Rotterdam, 30 mei. Van Antwerpen is de Schelde afgekomen en naar zee gezeild DE VROUW JANTINA, kapt. H.G. Sap, naar Kopenhagen.
AH 300728
Cargalijsten. Amsterdam, 29 juli. JANTINA, kapt. A.G. Sap, van Dantzig.
AH 221028
Carga-lijsten. Amsterdam, 21 oktober. JANTINA, kapt. H.G. Sap, van Koningsbergen.
1829
OHC 060629
Arrivementen: Te Kopenhagen H.G. Sap van Christiansand.
AH 040729
Carga lijsten Amsterdam, 3 juli. JANTINA, H.G. Sap van Gothenburg met rogge, ijzer en brons.
Op 23-07-1829 wordt voor de JANTINA door kapt./ eig. Hindrik Geuchies Sap uit Veendam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 080829
Amsterdam, 6 augustus. Uit het Vlie gezeild H.G. Sap naar Stockholm.
OHC 220929
Amsterdam, 21 september. In het Vlie binnengekomen H.G. Sap van Stockholm.
AH 260929
Carga lijsten Amsterdam, 25 september. JANTINA, H.G. Sap van Stockholm met ijzer.
RC 201029
Amsterdam, 18 oktober. Van Terschelling uitgezeild H.G. Sap naar (niet vermeld)
RC 141129
Amsterdam, 11 november. Kapt. H.G. Sap, gevoerd hebbende het schip JANTINA (opm: smak, kapt. Hindrik Geuchies Sap), van Amsterdam naar Randers, meldt van Refsness (opm: Refsnæs), in de Groote Belt, van de 1e dezer, dat, na de 26e oktober met een Rendsburger loods aan boord van Holtenau vertrokken te zijn, zijn schip in de vroege ochtend van de 30e dito op het Rif aan de noordpunt (opm: bij Røsnæs Fyr) van de rivier van Callundbon (opm: Kalundborg), gestrand en binnen een half uur vol water gelopen, doch het volk gered en een groot gedeelte van de goederen, als ook van de victualie en het kopergoed, geborgen was; het wrak was echter de volgende dag weg en, zo men zeide, aan de zuidzijde van de rivier, bij Asness (opm: Asnæs), aangedreven.