1823
Op 8 september 1823 werd de eerste of nieuwe zeebrief verstrekt voor de FELIX, aangevraagd door Serruys, Van der Heijde & Co, Antwerpen, voor C.M. van Dijcke als kapitein.
RC 260823
Te Antwerpen ligt in lading: Naar Sevilien, Gibraltar en Kadix, het Nederlands brikschip FELIX, kapt. C.M. van Dijcke, om bepaaldelijk tussen den 15 en 20 september aanstaande te vertrekken; zijnde reeds voor de helft bevracht. Adres bij de heeren Serruijs, Van Der Heijde en Comp., Fleurij te Antwerpen, en Boutmij en Comp., te Rotterdam.
DC 021123
Vlissingen, Den 25 oktober. Van den 22 dezer tot heden zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild: de WINDLUST (opm: kof), kapt. G.R. Engelman en AURORA (opm: kof), kapt. S.J. Brouwer, beide naar Londen met boomschors; l’AVENTURE, kapt. J.F. Poodts (opm: thuishaven Antwerpen, kapt. J.T. Poodts), naar St. Thomas met jenever enz; de TWEE GEBROEDERS (opm: kof), kapt. E.R. Borchers, naar Lissabon met tarwe; FELIX (opm: brik, thuishaven Antwerpen), kapt. C.M. van Dijcke, naar Sicilië met stukgoederen;
1824
DC 170424
Vlissingen, 13 april.
Sedert den 10 dezer zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen MINERVA, kapt. J.C. Kuijper, en de VROUW ELLINA, kapt. J.R. Berg, beide van Londen, met ballast; TELEMACHUS (opm: brik TÉLÉMAQUE, Gent), kapt. J. Ruurds, van Batavia, met suiker en koffie; die HOFFNUNG, kapt. G.E. Mundt, met wijn, en CAROLINE EN FREDERICH, kapt. C.T. Bodon, met wijn en stukgoederen, beide van Bordeaux; HENDRINA ELISABETH, kapt. A. Glazener, van Malaga, met fruit en wijn; ST. JOANNES, kapt. J.J. Rijcke, van Nantes, met stukgoederen, wijn en azijn; de FANNY (opm: driemaster, Gent), kapt. P. Robin, van Batavia, met koffie en suiker; FELIX (opm: brik, Antwerpen), kapt. C.M. van Dijcke, van Messina, met fruit; JOHANNA CHRISTINA, kapt. P.A. Walter, van Bordeaux, met wijn.
Op 3 juni en 18 december 1824 werd een Turkse Pas verstrekt voor de FELIX, aangevraagd door Serruys, Van der Heijde & Co, Antwerpen, voor C.M. van Dijcke als kapitein.
DC 211024
Vlissingen, 16 oktober. Van den 13 dezer tot heden zijn alhier ter rede gekomen: Voor Antwerpen bestemd CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, van Londen, met stukgoederen; DE VRIENDSCHAP, kapt. H. Gerlofs, van Kadix, met stukgoederen; de VROUW CHRISTINA, kapt. R.J. Dood, van Bordeaux, met potash, koffie, enz; de JONGE FERDINAND, kapt. M. van der Kerckhoven, van Christiaansand, met houtwaren; FELIX, kapt. C.M. van Dijck, van Malaga, met wijn en fruit;
1825
RC 150325
Amsterdam, 13 maart. De brik, voerende de vlag van het zeemanscollege te Antwerpen, met no. 104 (zijnde die van kapt. C.M. van Dijck (opm: FELIX, kapt. C.M. van Dijcke), van Antwerpen naar Cadix, laatst van Oostende), is den 27 februari, Goudstaart (opm: Start Point) Noord van zich hebbende, twee mijlen van de wal, gepraaid door kapt. H.G. de Boer, gekomen van Cette.
1826
DC 110326
Vlissingen, 4 maart. Van den 1 dezer tot heden zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: LE SAINT-PIERRE, kapt. J. de Potter, van Havre-de-Grace met koffie en rijst; FELIX, kapt. C.M. Dijcke, van Buenos Aires met huiden;
Op 2 november 1826 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de FELIX, aangevraagd door J. Serruys & Co, Antwerpen, voor C.M. van Dijcke als kapitein.
DC 281226
Vlissingen, 16 december. Eindelijk zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en gisteren en heden van onze rede naar zee gezeild: DE VIJF GEBROEDERS, kapt. J.F. Poodts, naar de Havanna met stukgoederen; DE JONGE HORTENSE, kapt. O.H. Arends naar Messina, met ballast; ZEPHYR, kapt. S. Nielsen, naar Gibraltar met stukgoederen; DE JONGE AUGUST, kapt. P.A. Durand, naar Rio-Grande met ballast; HARMANUS, kapt. H.A. Jongebloed, naar Topsham met boomschors; LEONIDAS, kapt. J.S. Stent, naar de Havanna met stukgoederen; DE JONGE CORNELIA, kapt. A.H. Oortjes, naar Hull met haver; DE JONGE ISABELLE, kapt. H.B. Drend, naar Londen met boomschors; JOHANNA, kapt. E. Ziffer en DE DRIE VRIENDEN, kapt. H.H. Ricke, beide naar Londen met haver; L’ADÈLE, kapt. H. Michielse, naar Rio de Janeiro met metselsteen; FELIX, kapt. C.M. van Dijcke, naar de Havanna met stukgoederen.
1828
RC 080428
Rotterdam, 7 april. Te Antwerpen zijn gearriveerd CATHARINA ELISABETH, kapt. Wachter, van Wismar; COUREUR, kapt. Bouton, van Libourne; CHRISTINA CORNELIA, kapt. Noord, van Liverpool; ANTWERPEN, kapt. Schut, van Cette en FELIX, kapt. Van Dijcke, van de Havannah.
AH 090428
Carga-lijsten: Amsterdam, 8 april. Antwerpen, 6 april. FELIX, kapt. C.M. van Dijcke, van Havanah; CHRISTINA CORNELIA, kapt. J. Noord, van Liverpool; CATHARINA ELIZABETH, kapt. J. Wachter, van Wismar.
RC 250928
Rotterdam, 24 september. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en naar zee gezeild METEORE, kapt. J. Stappers en DE FELIX, kapt. M. van Dijcke, naar Rio-Janeiro; DE VROUW HELENA, kapt. S.C. de Vries, naar Hull en MARIA, kapt. D. Lange, naar …. .
1829
OHC 070229
Amsterdam, den 5 februari. Te Vlissingen is gearriveerd de FELIX, kapt. C.M. van Dijcke, van Antwerpen.
1830
MCO 200530
Vlissingen, 18 mei. Sedert eergisteren zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: De FELIX, kapt. J. van Dijcke, en ARIADNE, kapt. G.M. Taggard, beide van de Havannah, met koffie en suiker; moeten quarantaine houden.
De FELIX, eigenaar J. Serruys & Cie, Antwerpen, kapt. C.M. van Dijcke, 85 last, was een van de schepen, waarvan op last van de koning volgens KB 28.10.1830 de laatste zeebrief moest worden ingetrokken omdat het schip in de zuidelijke Nederlanden thuis behoorde.
De brik is vermoedelijk vanwege de verwikkelingen als gevolg van de Afscheiding van Noord-Nederland tot voorjaar 1831 in Antwerpen blijven liggen, waarna de activiteiten vanaf Oostende werden voortgezet door enkele ladingen zout en stukgoed vanuit Liverpool aan te voeren. Intussen was het schip eind 1831 verkocht en voer het onder de naam LOUIS CONSTANT.
1833
OHC 120233
Amsterdam, 9 februari. Te Antwerpen is gearriveerd het schip LOUIS CONSTANT, van Liverpool.
1834
MCO 080334
Vlissingen, 7 maart. Van den 2 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen: LOUIS CONSTANT, kapt. L. Simons, van Liverpool, met klipzout en stukgoederen. (bekort)
RC 030634
Uittreksel uit de Lloydslijsten van den 30 mei.
De LOUIS CONSTANT, naar Antwerpen, is den 28ste op Burbo Bank bij Liverpool geraakt, doch bij den volgende vloed weder afgebracht.
1835
AH 160535
Vlissingen, 15 mei. Voor Antwerpen bestemd is alhier ter rede gekomen: LOUIS CONSTANT, kapt. L. Simons, van Liverpool.
AH 040835
Vlissingen, 31 juli. Van Antwerpen is de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild LOUIS CONSTANT, kapt. H. Hansen, naar Liverpool
1836
DC 150336
Vlissingen, 11 maart. Van Antwerpen zijn de Schelde en van onze rede naar zee gezeild: la JEUNE CLEMENCE, kapt. Th. Smit, met steen, en LOUIS CONSTANT, kapt. H. Hansen, met stukgoederen, beiden naar de Havannah;(opm: de lading van de LOUIS CONSTANT bestond uit 204 balen nagels, 12 kisten vuurwapens, 15 balen weefsel en 30.000 tegels)
DC 191136
Vlissingen, 14 november. Van Antwerpen zijn de Schelde afgekomen en van onze rede naar zee gezeild: la BELLE ALLIANCE, kapt. S. Petri, naar Cork, en LOUIS CONSTANT, kapt. J.F. Poodts, naar Liverpool, beiden met schors;
RC 121236
Rotterdam, 16 december. De brik, welke de 8dezer op den Banjaard vervallen is, was in korte ogenblikken geheel verbrijzeld. Ingevolge opgave was het de LANIE (opm: onjuist, Belgische brik LOUIS CONSTANT, zie AH 161236 en PGC 201236), kapt. Poodts, van Antwerpen, laatst van Duinkerken naar Liverpool bestemd en geladen met schors en vlas. De kapitein, een man en een jongen zijn verdronken, terwijl zes man met de boot aan Schouwen zijn aangekomen.
AH 161236
De op de Hinderd bij Brielle gebleven brik (opm: zie RC 121236 en PGC 201236) is gebleken te zijn de LOUIS CONSTANT, kapt. Poods, van Antwerpen naar Liverpool.
PGC 201236
De brik, op de Banjaard verongelukt, is gebleken te zijn het Belgisch schip LOUIS CONSTANT, kapt. J.F. Poodts (opm: ex-Zuid-Nederlandse brik FELIX, bouwjaar mogelijk 1810, zie ook RC 121236 en AH 161236), met schors van Antwerpen naar Liverpool, laatst van Ostende; bijna een maand in zee en reeds op de hoogte van Portland geweest zijnde, en onder Duins twee ankers en kettingen verloren hebbende, had de kapitein door zware storm en stroom verleid, het vuur van West-Kapelle voor dat van Duinkerken gehouden, ten gevolge waarvan hetzelve strandde en het roer afstootte, waarna de boot te water gebracht werd, welke, na dat zich zes man der equipagie daarin gered hadden, van het schip wegsloeg en te Zierikzee aan land kwam; weinige uren later verbrijzelde het schip, en verdronken daarbij de kapitein met twee matrozen, welke op hetzelve achtergelaten waren.