Familiegegevens en opleiding
Berend Engels Balkema werd geboren ca 1818 te Spijk, gem. Bierrum als zoon van de dekker Freerk Jans Balkema en Harmke Berends Gouda.
Hij trouwde op 23 november 1844 te Delfzijl met de dienstmeid Jacobtje Remkes Wildeboer, geboren ca 1816 te Oterdum als dochter van de timmerman Remke Jans Wildeboer en Aagtje Jacobs. Zij overleed te Delfzijl op 10 januari 1894, 78 jaar.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt B.Balkema als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de tjalk “Vrouw Grietje”, geen vermelding van bouwplaats en –jaar, 58 ton o.m., geen opgave van thuishaven en eigenaar. Het schip werd in 1858 geveild in Amsterdam;
* 1861 t/m 1862 van de kof “Vier Gebroeders”, ex Christina, gebouwd in 1844 te Wildervank, 88 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl;
* 1863 van hetzelfde schip maar nu varend voor A.J.Smaal te Delfzijl;
* 1864 t/m 1867 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.Borst te Delfzijl. Het schip is in 1867 gezonken bij Cardiff.
Navolgende monsterrollen zijn in het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1861 nr. 91 dd 27 augustus 1861 vermeldt de kof “Vier Gebroeders”, kapt. Berend Balkema, 43 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman E.Engelberts, 26 jaar uit Nieuweschans, kok Remko Balkema, 15 jaar uit Delfzijl, en een matroos.
Monsterrol 1861 nr. 113 dd. 07 november 1861 vermeldt de kof “Vier Gebroeders”, kapt. Berend Balkema, 43 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman E.Engelberts, 26 jaar uit Nieuweschans, kok Remko Balkema, 16 jaar, uit Delfzijl, matroos en lichtmatroos.
Monsterrol 1864 nr. 40 dd 23 maart 1864 vermeldt de kof “Vier Gebroeders”, kapt. Berend Balkema, 45 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Freerk Doornbos, 21 jaar uit Stedum, kok, matroos en lichtmatroos Remko Balkema, 18 jaar uit Delfzijl.
Overige bijzonderheden
Op 30 juli 1851 is aan mij, J.H.de Weerd, burgemeester en ambtenaar van de Burgerlijke Stand van de gemeente Nieuwe Pekela ter hand gesteld een brief van Zijne Excellentie de Heer Minister van Marine ad interim van 15 juli 1851 waarbij is overgezonden een akte van overlijden van Wubbe Ulms Pot van de volgende inhoud: Extract uit het journaal gehouden aan boord van het Nederlandse schip “de Vrouw Geziena”, gevoerd door schipper W.U.Pot, thuishorende te Pekela, op reis van Krageroe in Noorwegen met een lading hout, bestemd voor Delfzijl. Hadden de last in en gingen op 2 juli 1851 ’s avonds om elf uur in zee, de wind O.N.O., stijve koelte, alles wel aan boord, leusden voor Top en Bramzeil, hadden wel acht mijl vaart. Op 3 juli kregen wij een groot ongeluk waardoor onze schipper Wubbe Ulms Pot op de hoogte van Ostre Rasoe overboord sloeg en verdronk. Wij stelden dadelijk alle pogingen in het werk om hem te redden, doch wij kregen hem niet meer te zien. Waarschijnlijk is hij door de hevige wind weggedreven in zee, die hem dadelijk verzwolg. Wij vervolgden toen onze reis en kwamen op 6 juli 1851 behouden met schip en lading aan in de haven van Delfzijl om aldaar onze lading te lossen. Zijnde dit het bewijs, naar waarheid opgemaakt en door ons, ondergetekenden, allen in dienst op de onderwerpelijke reis aan boord van voormeld schip “De Vrouw Geziena”, met onze handtekeningen en hoedanigheid bekrachtigd om te strekken naar behoren. Delfzijl, 10 juli 1851.
Was getekend: B.Balkema, stuurman, F.Boeringa, matroos, Ullem W.Kok, kok.”115.
