Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
C.Verheij Bz was met vlagnummer R19 in de periode 1848 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1864 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1864 heeft bedankt als effectief lid.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van het College staat kapitein C. Verhey als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849, 1851 op de bark “Jonge Cornelis” 177 last varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam
* 1855 op de bark “Delfshaven” 346 last varend voor T. von Holst te Delfshaven
* 1858, 1859 op de bark “Jan van Brakel” 258 last varend voor Pistorius & Bicker Carten te Rotterdam
* 1862, 1863 geen schip vermeld
Bouma025 vermeldt C.Verhey Bz als gezagvoerder gedurende:
* 1849 t/m 1852 op de bark “Jonge Cornelis”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam, 346 ton o.m., varend voor F.H. von Lindern te Alblasserdam. Het schip is op 31 december 1852 gestrand op Schouwen;
* 1853 t/m 1854 van de bark “Batavier”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 628 ton o.m., varend voor C.G.v/d Lee te Alblasserdam;
* 1855 t/m 1857 van de bark “Delfshaven”, gebouwd in 1854 te Delfshaven, 656 ton o.m., varfend voor T. van Holst te Delfshaven.
Overige bijzonderheden
NRC 14 april 1860114
Hongkong, 27 februari. Het Nederlandse schip JAN VAN BRAKEL, kapt. Verheij (opm: bark, mogelijk kapt. C. Verweij), dat 14 dezer alhier, na een reis van 35 dagen van Soerabaija arriveerde, is op de reis door zware stormen belopen en heeft daarin een lek bekomen en zeilen verloren. Na ontlossing van de lading zal men eerst kunnen beoordelen, welke reparatie het schip moet ondergaan
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt P. van Calcar als gezagvoerder gedurende:
* 1855 t/m 1857 van het 3/mschip “Helena Christina”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 650 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Co te Rotterdam;
* 1858 van de bark “Delfshaven”, gebouwd in 1854 te Delfshaven, 656 ton o.m., varfend voor T. van Holst te Delfshaven.
Overige bijzonderheden
De bark “Delfshaven” onder kapitein P. van Calcar, was te Chincha (Chili) op 10 december 1855 en wederom op 27 oktober 1856 te Portsmouth. Aankomst te Brouwershaven op 31 oktober 1856. De route van de heenreis in niet bekend, op de terugreis zal Kaap Hoorn zijn gerond.121
Familiegegevens en opleiding
Cornelis Maartensz Schaap werd geboren te Katwijk op 30 oktober 1833 als zoon van Maarten Florisz. Schaap en Niesje Zonneveld. Een huwelijk is niet vermeld. Hij overleed te Poeloe Bras in Atjeh.
De publicatie bevat een foto van Cornelis Maartensz Schaap054-155.
De schepen van de kapitein
Hij was van 1860-1863 gezagvoerder van de Delfshaven, van 1864-1873 op de bark Nijverheid, in 1874 op de Aeroliet en van 1875-1878 van het fregat Maasnymph (ex Fladda). 054-155.
Bouma025 vermeldt C.Schaap als gezagvoerder gedurende:
* 1859-t/m 1862 op de bark “Delfshaven”, gebouwd in 1854 te Delfshaven, 656 ton o.m., varend voor T.van Holst te Delfshaven. Het schip verongelukte in 1862 in de Torres Straat;
* 1864-1867 op de bark “Nijverheid”, gebouwd in 1851 te Kinderdijk, 670 ton o.m., varend voor T.van Holst te Delfshaven;
* 1867 t/m 1874 op dezelfde bark maar dan voor de Wed. T.van Holst te Delfshaven. Het schip werd in 1874 verkocht aan P.H.Kaars Sijpesteyn te Krommenie en herdoopt in Willem;
-
* 1870 t/m 1874 op de bark “Maasnymph” ex Pladda (sic), gebouwd in 1867 te Quebec, 1304 ton o.m., varend voor H.Veder te Rotterdam
* 1874 op het fregat “Aeroliet”, gebouwd in 1868 te Lübeck, 669 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam. Het schip brandde uit in 1874 te Soerabaja.
Overige bijzonderheden
Geen