Familiegegevens en opleiding
Hindrik Sprik werd geboren op 29 december 1812 te Oude Pekela als zoon van de winkelier Jacob Hindriks Sprik en Eltje Roelfs (Brakke).
Hindrik trouwde op 22 december 1840 te Oude Pekela als zeeman met Alida Jans Kuiper, geboren op 16 november 1814 te Oude Pekela als dochter van de schipper Jan Okkes Kuiper en Jantje Dieters. In de overlijdensakte van Hindrik wordt Alida Jans genoemd en zou toen nog in leven moeten zijn. Geen overlijdensakte van Alida gevonden.
Hendrik Jakobs overleed op 14 december 1875 te Oude Pekela, 62 jaar, rustend schipper.
Burgerlijke Stand gegevens uit de provincie Groningen vermelden Hindrik Sprik als zeeman in 1840, 1841, 1844, als schipper in 1846, 1849, 1851, 1856, 1862, en als rustend schipper in 1875.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.J.Sprik was met vlagnummer 28 in de periode 1851 t/m 1871 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela.112.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.J.Sprik als gezagvoerder gedurende:
-
* 1848 t/m 1857 van de schoenerkof “Alida”, gebouwd in 1846 te Pekela, 91 ton o.m., varend voor J.Freseman Viëtor te Winschoten;
-
* 1858 op hetzelfde schip maar nu voor B.Haitsema Viëtor te Winschoten;
-
* 1859 t/m 1872 van de galjoot “Alida”, gebouwd in 1858 te Pekela, 128 ton o.m., varend voor G.H.Addens te Winschoterzijl.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
27 maart 1830, schip “Catharina”, kapitein Jacob Hindriks Sprik, matroos H.J.Sprik, 17 jaar.
31 januari 1839, kof “Spruit”, kapitein Aarent Harms Karsiens, stuurman Hindrik Jacobs Sprik uit Oude Pekela.
10 maart 1840, of “Arentina Jakoba”, kapitein Hannes Oosterveld van Wijk, stuurman Hind Jacobs Sprik, 28 jaar uit Oude Pekela.
27 januari 1847, schip “Alida”, kapitein Hindrik Jacobs Sprik uit Oude Pekela.
15 februari 1849, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
11 maart 1851, schip “Alida”, kapitein Hendrik J.Sprik uit Oude Pekela.
28 februari 1852, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
12 maart 1853, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
31 januari 1854, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
27 maart 1856, kof “Alida”, kapitein Hindrik Jans Sprik uit Oude Pekela.
10 maart 1857, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
11 juni 1858, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
05 maart 1859, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik uit Oude Pekela.
Krantenberichten
NRC 27 november 1854114
Rendsburg, 23 november. In de Beneden-Eider is steeds veel drijfijs, zodat meest alle naar de Noordzee bestemde schepen, welke in de laatste 10 dagen hier aangekomen zijn, nog op gunstiger berichten wachten alvorens de reis voort te zetten. Een zestal schepen hebben beproefd zich door het ijs te werken en van deze zijn de Nederlandse schepen REGINA HILLECHINA, kapt. Scholtens, en ALIDA, kapt. Sprik, van Kjerteminde naar Schiedam bestemd, geretourneerd. De laatstgenoemde, welke door een stoomboot gesleept werd, had het ongeluk aan de grond te komen en geraakte toen onklaar met het Nederlandse schip LAMMECHINA, kapt. Koops, hetwelk door dezelfde boot gesleept werd, ten gevolge waarvan de ALIDA een lek en andere schade bekwam. Het schip is op dit ogenblik terug om te lossen en zal hier repareren.
NRC 19 oktober 1861114
Frederikshaven, 14 oktober. Het Nederlandse kofschip ALIDA, kapt. H.J. Sprik, van Rotterdam in ballast naar de Oostzee, is gisteravond bij Aalbeck aan de grond geraakt, doch des nachts met assistentie van bergers weer afgekomen en heeft, geheel dicht gebleven zijnde, de reis voortgezet
Algemeen Handelsblad 14 november 1865114
Elseneur, 9 november. ….
….Alhier zijn geretourneerd de schepen ALIDA (opm: galjoot), kapt. H.J. Sprik en ZWERVER (opm: kof), kapt. B.B. Höster…..
Provinciale Groninger Courant 26 november 1868114
Elseneur, 21 november. Gisteren zijn de volgende schepen, waarvan enige hier meerdere dagen wegens tegenwind ter rede hebben gelegen, met zuidwestelijke wind naar de Noordzee onder zeil gegaan, om hun reizen voort te zetten: MERCURIUS, kapt. Both; ARGO, kapt. Alta; JOHANNA, kapt. Wilmink;
en heden: JOHANNA, kapt Oldenburger; ANNAGIENA ELSINA, kapt. Kuiper; ZEEPLOEG, kapt. Luder; UNIE, kapt. Parrel; CHRISTINA, kapt. Staal; ALIDA, kapt. Sprik;…..
Familiegegevens en opleiding
Jacob Meijer werd geboren te Delfzijl op 19 september 1835 als zoon van de koopman Samuel Berends Meijer en Geessien Jacobs Houtman.
Hij trouwde te Delfzijl op 02 oktober 1863 als scheepskapitein met Auwina Wolkammer, geboren te Farmsum op 16 april 1840 als dochter van de scheepskapitein Albert Augustinus Wolkammer en Alberdina Hindriks Wolkammer. Zij hertrouwde op 01 mei 1885 te Delfzijl als koopvrouw met de verver Jan Edema. Auwina overleed op 20 maart 1917 te Groningen, 76 jaar.
Jacob werd vermist ca. 1877.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Meijer was effectief lid van het zeemanscollege de “Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 45 in de periode 1874 t/m 1879.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.S.Meyer als gezagvoerder gedurende:
* 1863 van de galjoot “Geziena Alida”, gebouwd in 1862 te Pekela, 118 ton o.m., varend voor G.H.Holtman te Pekela;
* 1864 t/m 1869 van hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Farmsum. Het schip geraakte in 1869 wrak na een stranding;
* 1873 t/m 1877 van de galjoot “Alida”, gebouwd in 1858 te Pekela, 128 ton o.m., varend voor G.H.Holtman te Pekela. Het schip werd vermist op reis van St.Valery en Caux naar Götenburg.
Monsterrol uit het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1854-51, 30 september 1854, kof “Concordia”, kapitein K.J.Zeven, geen leeftijd vermeld uit Oude Pekela. Voorts stuurman T.T.Leeuw, 26 jaar uit Delfzijl, matroos J.Meijer, 19 jaar uit Farmsum en 4 zonder rang aangeduide bemanningsleden;
Monsterrol 1856-A12b, 28 februari 1856, kof “Wia Gezina”, kapitein Jurjen Roelofs Bossinga. Voorts stuurman Kornelis Friedriks Tillema, 31 jaar uit Farmsum, kok, 2 matrozen waaronder Jacob Meijer, 20 jaar uit Farmsum en een kajuitwachter;
Monsterrol 1856-B7, 01 augustus 1856, kof “Wiea Geziena”, kapitein J.R.Bossinga, 27 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman K.P.Oosterveld, 22 jaar uit Appingedam en 3 matrozen waaronder Jacob Meijer, 20 jaar uit Farmsum;
Monsterrol 1860-3, 08 februari 1860, schoenerkof “Helena”, kapitein H.J.Schreuder, 46 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman J.S.Meijer, 24 jaar uit Farmsum, 2 matrozen en een lichtmatroos;
Monsterrol 1862-49, 13 mei 1862, galjoot “Geessina Alida”, kapitein Jacob Meijer, 26 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Geert J.Woutsma, 34 jaar uit Nieuwe Pekela, kok en 2 matrozen;
Monsterrol 1862-83, 26 augustus 1862, galjoot “Geessina Alida”, kapitein Jacob S.Meijer, 26 jaar uit Farmsum. Voorts een kok en een matroos;
Monsterrol 1874-1, 17 februari 1874, galjoot “Alida”, kapitein Jacob Meijer, 38 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Jacob de Vries, 25 jaar uit Delfzijl, kok en een lichtmatroos;
Monsterrol 1876-61, 08 april 1876, galjoot “Alida”, kapitein Jacob Meijer, 40 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman Frederik Smid, 30 jaar uit Nieuwolda, kok en 2 matrozen.
Overige bijzonderheden
In het periodiekje “11 en 30” van de afdeling Friesland van de NGV (ca. 2008) staat een korte bijdrage “De vingerhoed van tante” door mevr. K.H.Beintema-Meijer te Leeuwarden. Daarin een mededeling over haar overgrootvader Jan Meijer. “Overgrootvader Jan was een man, die gezag uitstraalde, een flamboyante man, die hield van de zee en het avontuur. Als kapitein-stuurman op zijn eigen schip voer hij vooral op de Oostzee en de Middellandse Zee, maar ook wel naar Zuid-Amerika. Mijn overgrootmoeder Atje voer steeds mee, met een groeiende kinderschaar. Als ze moest bevallen, ging ze naar de vaste wal, naar Groningen. Haar kinderen moesten daar geboren worden. Zo kwam ze volgens opa in de winter wel eens uit Riga thuis. Vader Jan vond dat zijn kinderen “verder” moesten leren, maar het noodlot sloeg toe: in 1877 is hij met zijn schip vergaan in Het Kanaal. Van studeren was nu geen sprake meer. Het kapitaal lag op de bodem van de zee. Opa, de derde van de zes kinderen, is behanger-stoffeerder geworden. … “
In een telefoongesprek dd 19 november 2009 vertelde mev, Beintema dat voorgaande Jan Meijer als stuurman was omgekomen. Hij zou geen gezagvoerder zijn geweest. Het betreft Jan Meijer, geboren te Groningen op 21 november 1835 als zoon van Johannes Arnoldus Antonius Meijer en Geesje Harmannus Klassens. Deze trouwde op 17 januari 1861 te Groningen als stuurman met Attje Siersema, geboren te Groningen op 26 maart 1837 als dochter van Gerrit Sierrsema en Ettje Wolthers. Zij overleed te Groningen op 21 oktober 1927, 90 jaar.
Bij de monsterrollen te Groningen is er één van deze Jan en wel
Monsterrol 1860-12, hektjalk “Eva Henderika”, kapitein Geert Ebels van Dijk, 46 jaar uit Farrmsum. Voorts stuurman Jan Meijer, 24 jaar uit Groningen en een kok
Provinciale Groninger Courant 12 januari 1869114
Christiansand (opm: Kristiansand), 7 januari. Het schip GESINA ALIDA (opm: galjoot GEZINA ALIDA), kapt. J.S. Meijer, van Malmö met haver naar Londen, is hier gestrand. Men hoopt een gedeelte van de lading en de inventaris te bergen. (opm: zeetijdingen: op 2 januari 1869 zeilkaar te Malmö, bestemd voor Londen)
NRC 13 januari 1869114
Christiansand, 7 januari. Volgens telegrafisch bericht, is het schip GEZINA ALIDA, kapt. J.S. Meijer, van Malmö naar Londen bestemd, geladen met haver, alhier gestrand. Men hoopt een deel van de inventaris en de lading te redden.
NRC 17 januari 1869114
Christiansand, 9 januari. Er wordt gemeld, dat het schip GESINA ALIDA, kapt. Meijer, van Malmö naar Londen bestemd, geladen met haver, de 7e dezer nabij deze haven is gestrand, en in ongeveer vier vadem water is gezonken. Een groot gedeelte der lading en van de inventaris is tegelijk gered geworden.