Familiegegevens en opleiding
Jeremias Jans van der Veen werd geboren op 25 december 1817 te Groningen, Luthers. Hij woonde te Wildervank en vestigde zich op 04 juni 1879 te Rotterdam en woonde aldaar o.a. aan de Veemarktstraat Wijk 5/13 nr. 11 en de Leuvehaven Wijk 3 nr. 307. Hij was getrouwd met Hendrika Alberts Brink, geboren op 19 april 1821 te Oudshoorn, Nederlands Hervormd005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.J. van der Veen was met vlagnummer R228 in de periode 1847/48 t/m 1874 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Hij was tevens lid van het college te Sappemeer058
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat “het Bestuur zich genoodzaakt heeft gezien Art. 37 toe te passen” hetgeen betekende dat hij wegens het niet nakomen van zijn financiële verplichtingen uit de Maatschappij is gezet.058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein J.J. van der Veen met vlagnummer R228 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Proteus” 179 last voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam
* 1851 van de sch.galj. “Mevrouw Wenkel” ?. als kapitein/eigenaar vanuit Rotterdam
* 1855 geen vermelding van schip en reeder
* 1858, 1859 van de brik “Sappemeer” 104 last voor R.Meihuizen te Sappemeer
* 1862 t/m 1864 van de sch. “Hendrika” 100 last voor A.E.Maathuis te Sappemeer
* 1865 geen vermelding van schip en reeder
* 1866, 1867 van de brik. “Hendrika” 93 last als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer
Bouma025 vermeldt J.J. van der Veen als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1848 van de hoeker (sch.brik) “De Leeuw”, gebouwd in 1840 te Vlaardingen, 228 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam;
* 1849 t/m 1851 op de bark “Protheus”, gebouwd in 1838 te Schiedam, 343 ton o.m., varend voor de Groot Roelants & Co te Schiedam;
* 1855 van de kof “Mevrouw Wenkel”, gebouwd in 1852 te Sappemeer, 107 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer. Het schip voer in 1856 voor kapitein/eigenaar A.A.Breeland te Sappemeer en was herdoopt in “Limmina Arentina”;
* 1858 t/m 1861 van de brik “Sappemeer”, gebouwd in 1857 te Sappemeer, 197 ton o.m., varend voor R.Meihuizen te Sappemeer. Het schip is in januari 1861 gezonken ten W. van Brest;
* 1862 t/m 1862 van de 2/msch “Hendrika”, gebouwd in 1861 te Sappemeer, 152 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;
* 1864 t/m 1865 van hetzelfde schip en varend voor E.& C.Maathuis te Sappemeer. Het schip voer in 1866 voor Boom & Co te Middelburg en was herdoopt in “Volharding”;
* 1867 t/m 1875 van de brik “Hendrika”, gebouwd in 1866 te Sappemeer, 175 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;
* 1878 t/m 1881 van de 3/msch “Zeldenrust” ex Baltya Pidde, gebouwd in 1873 te Ruthern, 306 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.Pander als gezagvoerder gedurende:
* 1861 van de pleit “Catharina Elisabeth” ex Johanna, gebouwd in 1819 te Basserode, 88 ton o.m., varend voor J.Boom te Middelburg. Het schip is in maart 1861 bij Wassenaar gestrand en wrak geraakt;
* 1862 t/m 1864 van de 2/msch “Catharina Elisabeth” ex Gouverneur v/d Eb, ex Polaris, gebouwd in 1843 te Rotterdam, 115 ton o.m., varend voor Boom & Co te Middelburg. Het schip voer in 1865 voor F.Wibaut te Vlissingen en was herdoopt in Maria Adolfina”.
Ik noteerde bij deze opgave:
“Gouverneur v/d Eb”, 1845, 214 ton: Het schip werd in 1861 herdoopt in “Catharina Elisabeth (zie p. 194). Maar hier is het bouwjaar 1843 en (wat belangrijker lijkt) het tonnage 115, i.c. bijna de helft van hiervoor. Ook bij de “Polaris” op p. 881 is het tonnage beduidend lager, nl 144 ton. Verschillen in tonnages is heel gewoon maar is het verschil nu niet wat al te groot? Is er van een verschrijving sprake of is er sprake van een ander schip?
Bouma gaf als commentaar: “Gekozen voor 144 ton en bouwjaar 1845
* 1866 t/m 1867 van de 2/msch “Volharding” ex Henderika, gebouwd in 1861 te Sappemeer, 152 ton o.m., varend voor Boom & Co te Middelburg;
* 1868 t/m 1876 van hetzelfde schip maar nu varend voor Fokker & Jeras te Middelburg.
Overige bijzonderheden
Opde vraag of de wet op de Tucht voldoende werkt aan boord, anwoordt de heer Fokker:
“Ja. Ik ben wel geen regtsgeleerde, maar weet toch, dat aan boord van een klein schip, bij eene kleine locatie, de goede verstandhouding moeijlijker te bewaren is dan op een grooter schip met meer personeel. Kapitein Jacob Pander, die een geschikte kapitein is en zijn plaats kent en die vele moeijlijkheden met het volk gehad heeft, klaagde nooit overr die wet.”
Uit het het Commissie verslag van de “Enquete omtrent den Toestand van de Nederlandsche Koopvaardijvloot 1874-1875” en wel in een interview dd 17 augustus 1874 met de heer B.A.Fokkere, vraag 3106.
Familiegegevens en opleiding
Johannes werd geboren te Veendam op 05 december 1830 als zoon van de schoolmeester Geert Hendriks Lunenborg en Marchien Klaassens Koops.
Johannes trouwde op 26 november 1856 te Veendam als zeeman met Jantje Hanssens, geboren te Veendam op 28 november 1835 als dochter van de schipper Tonnis Alberts Hanssens en Aafien Jakobs Hoetjer.
Het Bevolkingsregister te Den Helder uit 1880-1917 vermeldt de vestiging van Johannes Lunenborg en Jantje Hanssens op 30 mei 1891 te Den Helder afkomstig uit Amsterdam als schipper en wederom vertrek naar Amsterdam op 27 februari 1897
In 1910 was Johannes overleden en Jantje nog levend en wonend te Amsterdam
In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Johannes Lunenborg vermeld als zeeman in 1856, als schipper in 1859, 1861, 1862, 1863, 1865, 1867, 1871. In 1891 wordt hij vermeld als schipper te Den Helder.
Lidmaatschap van zeemanscollege(s)
Joh, Lunenboerg was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer 243 in de periode 1858 t/m 1880.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.G.Lunnenberg als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de schoenerkof “Jantina”, gebouwd in 1857 te Pekela, 111 ton o.m., varend voor J.H.Wever te Pekela;
* 1859 t/m 1870 van hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam.
* 1873 t/m 1874 van de 2-mastschoener “Ommelanden”, gebouwd in 1852 te Groningen, 148 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;
* 1877 van de 2-mastschoener “Volharding” ex Henderika, gebouwd in 1861 te Sappemeer, 152 ton o.m., varend voor Fokker & Jeras te Middelburg. Het schip is in 1877 op zee gezonken.
In de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege opgenomen in een almanak uit 1862 uitgegeven door de zeemanscolleges van Wildervank en Nieuwe Pekela wordt Joh. Lunenborg vermeld als gezagvoerder van de “XXX” met vlagnummer 243
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
24 april 1847, kof “Sophia”, schipper Jan Alberts Hanssen, kok Johannes G.Lunenborg, 16 jaar uit Veendam/
14 februari 1848, kof “Jantina”, schipper Klaas Hendriks Bakker, kok Johannes G.Lunenborg, 17 jaar uit Ommelanderwijk.
26 januari 1850, kof “Jantina”, kapitein Hindrik Jans de Boer, lichtmatroos Johannes Lunenberg, 19 jaar uit Veendam.
10 februari 1852, kof “Jantina”, kapitein Hind. J de Boer, matroos Joh. Lunenborg, 21 jaar uit Veendam.
28 januari 1854, tjalk “Pieterdina Marchiena”, schipper Jelle Klein, stuurman Johannes Lunenborg.
14 februari 1859, galjoot “Jantina”, schipper Johannes Geerts Lundenborg, 28 jaar.
31 maart 1865, schoenerkof “Jantina”, kapitein Johannes G.Lunenborg, 34 jaar uit Veendam.
15 februari 1866, galjoot “Jantina” schipper Johannes G.Lunenborg, 36 jaar uit Veendam.
19 februari 1868, galjoot “Jantina” schipper Johannes Geerts Lunenborg, 37 jaar uit Veendam.
20 februari 1869, galjoot “Jantina” schipper Johannes G. Lunenborg, 38 jaar uit Veendam.
30 maart 1870, galjoot “Jantina” schipper Johannes G. Lunenborg, 40 jaar uit Veendam.
12 februari 1872, schoener “Ommelanden”, schipper Johannes Geerts Lunenborg, 41 jaar uit Veendam
Overige bijzonderheden
Geen
|