Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.Diepering werd met vlagnummer 755 effectief lid van Zeemanshoop per 08 maart 1859 op voorspraak van J.L.ten Boekel. Zijn schip was de "Java Koerier"002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 01/08 maart 1859 staat vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Gerrit Diepering, geen leeftijd vermeld, voerend de bark “Java Koerier”, voor rekening van gebr. Hendrichs, adres bij mej. Dekker op de Houtgracht bij de Zwanenburgwal te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.L ten Boekel.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
755 1859 bark Java Koerier Gebr.Hendrichs en Co
1860-1877 fregat India Packet idem
1878-1896 geen opgave van schip en boekhouder
Op 13 april 1859 vertrok van de rede van Texel de bark "Java Koerier" van Gebr. Hendrichs & Co onder kapitein G.Diepering en arriveerde op 10 augustus te Batavia na een reis van 108 dagen026(38/049).
In het Register van schepen, aangekomen in het Oosterdok045 komen o.a. de volgende meldingen voor:
bron aankomstdatum naam van het schip vertrekdatum bestemming
502-289 16 december 1857 Anna 27 maart 1858 Batavia
- 30 december 1858 Java Koerier 22 maart 1859 Samarang
G.Diepering was van 1861-1877 kapitein van het houten fregat “India Packet”, gebouwd in 1861 door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor Gebr. Hendrichs & Co (1861-1868) en Juiners & Co (1868-1877) beiden te Amsterdam052.
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
G.Diepering India Packet 20 november 1861 03 oktober 1862
India Packet 17 februari/04 maart 1863 22 november 1863
India Packet 17 april 1864 09 december 1864
India Packet 30 april 1865 25 januari 1866
India Packet 26 maart 1866 23 februari 1867
India Packet 11 juni 1867 15 april 1868
India Packet 04 juli 1868 geen melding
Bouma025 vermeldt G.Diepering als gezagvoerder gedurende:
* 1859 van de bark “Java Koerier”, gebouwd in 1840 te Elshout, 541 ton o.m., varend voor de Gebr. Hendrichs & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1860 gesloopt;
* 1859 t/m 1860 van de 3/m sch. “Anna”, gebouwd in 1857 te Amsterdam, 327 ton o.m., varend voor Groen & Bos te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht aan H.J.E.Hekman te Amsterdam en herdoopt in “Cito”;
* 1861 t/m 1867 van het 3/m schip “India Packet”, gebouwd in 1861 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor de Gebr. Hendrichs & Co te Amsterdam;
* 1868 t/m 1877 op hetzelfde schip maar nu voor Kinders & Co te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
03 mei 1859 (Noord Atlantische Oceaan op weg naar Batavia op 29o52’NB en 19o34’WL): “…Praaiden om 5 Glazen het Ned Barkschip Java Koerier Kap Diepering van Amsterdam naar Batavia Aan boord alles wel …”053 (reis Amsterdam-Batavia/Tegal/Batavia-Gronden. Maart 1859-februari 1860).
G.Diepering was in 1859 gezagvoerder van de bark “Java Koerier”, varend voor Gebr.Hendrichs & Co te Amsterdam025. Het Stortingsregister meldt het vertrek uit Amsterdam c.19 maart 1859 voor een reis naar Batavia en een terugkeer c.12 maart 1860044. Het Register van Schepen in het Oosterdok045 vermeldt het vertrek van de “Java Koerier” op 22 maart 1859 met bestemming Semarang.
G.Diepering vertrok per 04 maart 1863 vanuit Nieuwediep met de “India Packet” en 2 landmachtofficieren. Hij arriveerde te Batavia op 21 juni 1863 na een reis van 109 dagen.
Op 26 maart 1866 verzorgde hij vanuit Nieuwediep met de “India Packet” een troepentransport van 3 officieren en 150 manschappen. Na een reis van 103 dagen arriveerde hij de Batavia op 07 juli 1866065.
Amsterdam, 19 december 1869
Volgens brief van kapitein G. Diepering, varende het Nederlandse 3/m schip India Packet 4 november van Amsterdam te Batavia gearriveerd, was deze bodem op 7 oktober l.l. in de Indische Zee op 53°37' ZB en 50°7' OL met een ijsberg naar gissing 300 à 400 voet lang en 80 à 100 voet hoog, veel gelijkend op den hoek van Bevesier, in aanraking geweest, waardoor schip en tuig belangrijke schade bekwamen.
Donderdag, 7 oktober 1869
Dagnacht 4 ure des 's morgens aannemende stijve bovenbramzeil koelte, geiden de bezaan op, woelige zee met dikke mist. Konden niet meer dan een of twee scheepslengte van ons afzien. De lucht 7° en het zeewater 5°Celsius. Hielden goede uitkijk naar ijsbergen. Ten 6 ure des 's morgens riep de uitkijk van de bak Loef! Loef! een ijsberg vooruit. Loefden onmiddellijk op en bespeurden de steile hoek van een ijsberg nog wel 3 streken te loevert op, aan de lijzijde zagen wij niets dan een uitgestrekt ijseiland, blauw en doorschijnend wit van kleur, helder als kristal, met hoge spitse pieken en dieptens. Huiveringwekkend was het gezicht toen het schip met een tienmijls vaart het hoge ijseiland met de buitenkluiver reeds nabij was en men nog steeds de steile hoek van dat ijsgevaarte te loevert op gewaar werd. Er was dan ook geen andere gedachte of de India Packet zou binnen een minuut daarop in splinters verbrijzelen. Spoedig raakte de lijnok van de fokkenra tegen de hoge steile ijswand, waardoor hij door midden brak. Ook de grote en begijnera kwamen daarmee in aanraking en schuurde alras het gehele schip met een vreselijk geweld en gekraak met de SB zijde en met een 10 mijls vaart langs de overhangende ijswanden, welke over hert gehele campagne dek hingen, waardoor het stuurboordsdek gevuld werd met zware stukken ijs, welke van de wanden afbrokkelden. Sommige van deze stukken hadden een dikte van 3 voet middellijn. De giek die in de davids hing, alsmede het bord van de seinlantaarn werden in splinters tegen het schip verbrijzeld, de ijzeren sloepdavids braken als glas, de fokken- en grote rust werden gedeeltelijk verbrijzeld en de verschansing en reling op sommige plaatsen erg gehavend. Kwamen echter goddank met dodelijk schrik van de ijsberg vrij, doch konden door de dikke mist en snelle vaart de uitgestrektheid daarvan niet juist bepalen. Peilde na het voorval onmiddellijk de pomp en bevonden het schip dicht gebleven. Herstelde onmiddellijk zoveel doende de geleden schade. Observeerde de lucht 8° en het water 5° Celcius. De kapitein dacht vele ijsbergend gepasseerd te zijn en besloot hij, uit hoofde van de gevaren verbonden aan een zo dagelijkse route, om de zeilaanwijzing van Maaru te verlaten, ofschoon hij deze reeds gedurende acht reizen naar Java had gevolgd en meer Noordelijk af te houden. Stevende toen tot op 41° ZB vanwaar hij verder zonder buitengewone ongevallen op 4 november l.l. te Batavia arriveerde.
De India Packet, 756 ton, werd in 1861 gebouwd in Alblasserdam voor de reder Gebr. Hendrichs & Co., Amsterdam. In 1869 was de driemaster in het bezit van Kuinders & Co., Amsterdam.
In 1882 voer het schip verder onder de naam Heemse.
Bron: www.grotezeilvaart.nl
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
P.J.Klijn was in 1878 kapitein van het houten fregat “India Packet”, gebouwd in 1861 door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor D.Held te Amsterdam052.
Bouma025 vermeldt P.J.Klein als gezagvoerder gedurende:
* 1865 van de 2/msch “Economie”, gebouwd in 1858 te Elshout, 208 ton o.m., varend voor J.Smit Cz te A;blasserdam. Het schip voer in 1866 voor Heijdeman & Houck te Amsterdam en was herdoopt in “Julius”;
* 1871 t/m 1873 van de schbrik “Vier Gebroeders” ex Stad Oldenzaal, gebouwd in 1866 te Amsterdam, 241 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam. Het schip voer in 1874 voor van Vliet & Co te Nieuwediep en was herdoopt in “Den Helder”;
* 1875 t/m 1877 van de schbrik “Nelly”, gebouwd in 1868 te Nieuwendam, 223 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam;
* 1878 op het 3/m schip “India Packet”, gebouwd in 1861 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Handelsblad 08 november 1873, Nieuwediep 6 november 1873 “Door de Heeren van Vliet en Co. Alhier is aangekocht het Nederlandsche Klipperschoenerbrikschip “VIER GEBROEDERS”, gebouwd in 1866, groot 241 Nederlandsche tonnen, laatst gevoerd door kapitein Klijn. Het is nu genaamd “Den Helder” en zal gevoerd worden door kapitein Rab en Co.”037
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
G.Dokter was van 1879-1880 kapitein van het houten fregat “India Packet”, gebouwd in 1861 door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor D.Held te Amsterdam052.
Bouma025 vermeldt G.Dokter als gezagvoerder gedurende:
* 1879 t/m 1880 op het 3/m schip “India Packet”, gebouwd in 1861 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
A.Mosterman was in 1881 kapitein van het houten fregat “India Packet”, gebouwd in 1861 door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor D.Held te Amsterdam052.
Bouma025 vermeldt A.Mosterman als gezagvoerder gedurende:
* 1877 t/m 1878 van de bark “Anna Lucretia” ex Suzanna Elisabeth”, gebouwd in 1854 te Nw. Lekkerland, 739 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam. Het schip is te Nerva gestrand;
* 1879 t/m 1880 van de bark “Geessiena Maria”, ex Theodora Machtilda, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor D. Held te Amsterdam. Het schip werd in 1880 verkocht en gesloopt;
* 1881 op het 3/m schip “India Packet”, gebouwd in 1861 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor D.Held te Amsterdam. Het schip werd in 1882 verkocht aan J.& J.Vinke te Amsterdam en herdoopt in “Heemse”;
* 1883 op de bark “Anna Maria Wilhelmina” ex Frans & Elise, ex Odilia Margaretha, gebouwd in 1855 aan de IJssel, 627 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam. Het schip is in 1883 bij Farø op de noordpunt van Gotland gestrand en wrak geraakt. Bouma vermeldt bij 1883 ook een kapitein C. Lodewijks. Het is niet duidelijk of de stranding in 1883 onder Mosterdman of Lodewijks heeft plaatsgevonden. Of dat Mosterdman tijdens deze laatste reis het commando heeft overgenomen.
* 1886 t/m 1887 van de bark “Mr. Jacob van Lennep”, gebouwd in 1868 te Nieuwendam, 820 ton o.m., varend voor de Wed. J.van Wesel & Zn te Amsterdam. Het schip werd in 1887 verkocht naar Engeland;
* 1887 van de bark “Merwede” ex Soerabaya, ex Emma, ex Baron van Heemstra, gebouwd in 1852 te Middelburg, 739 ton o.m., varend voor J.Vriesendorp & Zn te Dordrecht. Het schip werd in 1887 te Bremerhaven verkocht wegens averij, daarna ging het naar Noorwegen als “Briljant”.
Overige bijzonderheden
Geen
VISSER, WIEBE WIEBESZ.
Familiegegevens en opleiding
Wiebe Wijbes Visser werd geboren te Schiermonnikoog op 10 september 1840 als zoon van Wijbe Jacobs Visser en Grietje Ytjes Post.
Hij trouwde op 19 januari 1865 te Schiermonnikoog als scheepsgezagvoerder met Catharina Maria Teensma, geboren op 30 augustus 1841 te Schiermonnikoog als dochter van Lourens Pieters Teensma en Reintje Pieters Colle. Zij overleed op 18 juni 1909 te Amsterdam op de leeftijd van 67 jaar.
Wiebe overleed te Amsterdam op 08 januari 1918 op de leeftijd van 77 jaar.
Portretten van Wiebe Wiebesz Visser en Catharina Maria Teensma staan op p. 71 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.W.Visser was met vlagnummer 4 in de periode 1864 t/m 1918 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “Zeemanshoop”.
Hij was met vlagnummer 13 in de periode 1877 t/m 1893 lid van het Helderse zeemanscollege “Goede Bedoeling”.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt W.W.Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1865 op de schoonerbrik “Sara”, gebouwd in 1838 te Emden, 294 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam.
Handelsblad: “Amsterdam 14 september 1865. Volgens telegram van Nerva van 12 september was aldaar bij zwaren storm van 12 september onder meer ter reede gestrand het schip SARA, kapitein W.Visser, volk gered.”;
“Nerva 19 september 1865. Het schip SARA kapitein Visser dat alhier is gestrand is afgekeurd en zal verkocht worden.” (Hoedemaker).
* 1867 t/m 1869 op de galjoot “Zwaluw”, gebouwd in 1864 bij W.Pattje & Zn te Waterhuizen, 94 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;
* 1871 t/m 1881 op de bark “Heemse” ex Koning Willem II, gebouwd in 1843 op de werf “De Hoop” van J.Meijjes & Zn te Amsterdam, 724 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;
* 1881 op de bark “Egbert & Nicolaas” ex Landbouw, gebouwd in 1856 bij J.Smit te Papendrecht, 607 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;
* 1882 t/m 1888 op de bark “Heemse” ex India Packet, gebouwd in 1861 bij J.Smit Cz te Alblasserdam, 710 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;
* 1889 t/m 1893 op hetzelfde schip maar nu varend voor Vinke & Co te Amsterdam.
Zeetijdingen 25 mei 1893: “bewesten Faro door het ijs gez.” (Sweys).
Er wordt geen W.W.Visser meer vermeld in de Staat der Nederlandse Zeemacht en Koopvaardij t/m 1905.
Overige bijzonderheden
De Dorpsbode 38(24):1984.Bijdrage 12 sSchiermonnikoog meldt nog de volgende bijzonderheden:
“In 1853 moet hij (=W.W.Visser) gevaren hebben op de bark Hellevoetsluis, dragende 335 lasten, gebouwd in 1853, van de rederij J.B.’t Hooft en T.C.Dekking Dura in Dordrecht.
Bovenstaande gegevens worden gegeven met enig voorbehoud, althans van vóór 1859. De naam Visser is in de zeevaart zo algemeen, en er zwerven in die jaren 7 Nederlandse schepen op zee met de naam Vrienschap, dat het moeilijk is om vast te stellen wie bij welk schip hoort”.
De bark “Hellevoetsluis” wordt door Bouma wel vermeld (gebouwd in 1853 bij Gips te Dordrecht, 631 ton, varend voor J.B.’t Hooft & Déking Dura te Dordrecht), maar de eerste kapitein van 1853 t/m 1863 is W.J.Vos. Een W.W.Visser wordt niet genoemd.
|