Familiegegevens en opleiding
Willem Dirksz Ouwehand werd geboren op 20 maart 1820 te Katwijk als zoon van Dirk Willemsz Ouwehand en Dirkje Cornelisd. van den Bergh.
Hij trouwde te Katwijk in 1845 met Cornelia Jansd. Kruyt.
Hij overleed op 25 augustus 1879 op de Indische Oceaan na te zijn overboord geslagen op de Ottolina.054-116
NRC,28 november 1879
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.Ouwehand was met vlagnummer R271 in de periode 1849 t/m 1870 lid van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart”058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein W.Ouwehand met vlagnummer R271 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849, 1851, 1855 van de bark “Kinderdijk” 357 last varend voor M.Lels te Kinderdijk
* 1858, 1859, 1862 van de bark “Krimpen aan de Lek” 371 last varend voor M.Lels te Kinderdijk
* 1863 t/m 1867 van het fregat “Kanagawa” 642 last varend voor M. Lels te Alblasserdam
Op 31 januari 1862 vertrok vanuit Indië de bark “Krimpen aan de Lek” onder kapitein W.Ouwehand en arriveerde in Nederland op 17 mei 1862 na een reis van 105 dagen (de havens zijn niet vermeld)026(38/330).
Op 20 maart 1867 vertrok vanuit Semarang het fregat “Kanawaga” van Murk Lels onder kapitein W.Ouwehand en arriveerde 14 juli 1867 in Texel na een reis van 115 dagen026(39/068).
Bouma025 vermeldt W.Ouwehand als gezagvoerder gedurende:
* 1850 t/m 1856 op de bark “Kinderdijk”, gebouwd in 1849 te Kinderdijk, 680 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam.
Lloyd’s vermeldt: “28 Nov 1849 KINDERDIJK been on shore.”087.
* 1857 t/m 1863 op de bark “Krimpen aan de Lek”, gebouwd in 1856 te Krimpen aan de Lek, 703 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam;
* 1864 t/m 1869 op het fregat “Kanagawa”, gebouwd in 1863 te Krimpen aan de Lek, 1170 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam;
* 1870 t/m 1879 op het fregat “Ottolina”, gebouwd in 1870 te Krimpen aan de Lek, 1456 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam.
Overige bijzonderheden
Foto (nr.54) beschikbaar van kapitein W.Ouwehand047.
“Kapitein Willem Dirksz Ouwehand kreeg van de Amerikaanse regering, via de ZHRM (=Zuid-Hollandse Reddings Maatschappij), een grote gouden medaille uitgereikt voor het redden van 13 schipbreukelingen van de Amerikaanse clipper “IOWA”, tijdens hevig noodweer voor San Antonio (Chili) rond 1853”. (dit moet dus geweest zijn met de “Kinderdijk”)
De publicatie bevat foto’s van Willem Dirksz Ouwehand en het fregat Ottolina054-116.
“Ja, vrome kapitein Willem Ouwehand, gij die , ik meen op 76-jarigen ouderdom, door een stortzee, die de “Kanawaga” beliep, overboord geworpen werd en jammerlijk in de golven omkwaamt, …”075. (van der Wal maakt hier een fout. Ouwehand kwam om op de “Ottolina” - zie hier voor)
In 1982 verscheen een privé-uitgave over de stamboom van het zeevaardersgeslacht Ouwehand onder de titel “The Oldhand and the Sea”, waarin tevens gegevens over de familie Spaanderman.
Obe Douwes van der Wal, als matroos aan boord van de “Kinderdijk” onder gezag van kapitein Willem Ouwehand, beschrijft deze als het volgt:
“ laat ons eerst eens kennis maken met den gezagvoerder. Het is een man van middelbaren leeftijd. Zijn geheele voorkomen en handelingen duiden den onvervalschten Nederlandschen zeeman aan. Van Christelijke beginselen, rechtvaardig en gestreng, duldde hij geen laks- of halfheid. Het leven daar aan boord was aangenaam … aanpakken was de leus, maar ook rust op zijn tijd. ’s Morgens en ’s avonds verzamelde hij de bemanning om zich heen, dan sprak hij een gebed of dankzegging uit, naar de omstandigheden zulks medebrachten en Zondagsmorgens werd kerk gehouden (als het weder zulks toeliet) met het voorlezen van een preek uit “De Godsdienstige Zeeman”, er werd een psalmvers gezongen en verder de Zondag in gepaste vrolijkheid doorgebracht. Vloeken of onzedelijke taal werden niet geduld, ordinaire liederen mochten niet gezongen worden, Ziehier onze gezagvoerder in ’t kort geschetst, een man die door zijn ondergeschikten geacht en geprezen werd. Zelden heb ik dan ook zoo’n goeden geest aan boord van een schip aangetroffen.”075.
Van der Wal beschrijft zijn eerste reis onder kapitein Ouwehand, zonder daarbij een jaar te noemen. Het zal rond 1853 zijn geweest. De eerste reis ging vanuit Asterdam/Nieuwediep naar New York dat na 28 dagen werd bereikt. Men had aldaar bij Staten-Eiland met zware ijsgang te kampen. De reis ging daarna naar Trinidad de Cuba waar suiker werd ingenomen, dat naar Rotterdam werd vervoerd.
Op de tweede reis werd het geladen met suiker en steenkool naar Valparaiso via Kaap Hoorn. Dat werd bereikt na 118 dagen. Hier werd gelost en meel geladen voor Melbourne. Tevens werd extra gerst geladen in San Antonio niet ver van Valparaiso. Op de rede van San Antonio werd een zware storm doorstaan, waarbij een Amerikaanse clipper op de klippen kapot sloeg. Een deel van de bemanning werd door een aantal vrijwilligers op de “Kinderdijk” gered. In Melbourne werd wederom gelost en daarna vervolgde men de reis naar Akyab. Aldaar ontmoette men de “Kortenaer” onder leiding van kapitein Willem van der Plas waar een weddenschap werd gewonnen (zie bij Willem van der Plas). Via St.Helena werd Falmouth bereikt na 148 dagen. Vandaar ging het naar Hamburg - Londen - Australië (Sydney) - Batavia. Op Java werd suiker, koffie en peper ingenomen waarna terug gezeild werd naar Nederland.075.
In de collectie van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn bevinden zich een fotoreproductie van de bark “Ottolina”. Bruikleen van A.Lels. Onderschrift is “Ottolina van Alblasserdam, reeder Murk Lels, kapitein W.Ouwehand.”
Het fregat “Kinderdijk”onder kapitein W.Ouwehand verliet Brouwershaven op 12 november 1853 en arriveerde via Kaap Hoorn op 15 februari Valparaiso. Op 30 maart 1854 werden 14 bemanningsleden van een Peruviaans schip opgenomen dat op de klippen was gelopen.. Verder reis niet bekend.121
In de Harlinger Courant van begin Januari 1853 (geen preciese datum op de fotokopie) staat onder de rubriek
Harlinger Courant januari 1853
gepraaide schepen
Kapt. van der Horst, van Cheribon in Texel binnen rapporteert den 16den December, op 3o26 NBr. en 21o26’WL, gepraaid te hebben, de schepen Kinderdijk, kapt. Ouwehand, van Rotterdam naa Valparaiso, aan boord alles wel; en Hydrus, van Lissabon naar Rio Grande.
NRC 21 januari 1853114
Rotterdam, 20 januari. Volgens een particulier schrijven van kapt. Ouwehand, gezagvoerder van het schip KINDERDIJK, van hier naar Valparaiso, d.d. 16 december l.l, bevond hij zich toen in goede staat zeilende op 04º N.B. en 22º W.L. Tussen de 22e en 23e november l.l. had hij op de Gronden (opm: het ondiepe gedeelte van de Atlantische Oceaan voor de ingang van Het Kanaal; ruwweg het gebied binnen de 100 vademlijn) zwaar stormweer doorgestaan, en daarin enige zeilen verloren en enige onbeduidende schade bekomen.
NRC 22 februari 1853114
Rotterdam, 21 februari. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 16 schepen, als:
Voor Rotterdam: KINDERDIJK, kapt. W. Ouwehand, DRIE GEBROEDERS, kapt. J. Wilhelmie, PICTURA, kapt. R.J. Scholten, PRINSES MARIANNE, kapt. F. Rietmieijer, BERNHARD HERTOG VAN SAXEN WEIMAR, kapt. P.H. Hazewinkel (van Dordrecht)……
Algemeen Handelsblad 19 juni 1854114
Amsterdam, 17 juni. De navolgende schepen zijn te Londen naar de Australische volksplanting bevracht:
Naar Sydney: GRAAF VAN NASSAU, 689 ton, van Amsterdam, kapt. E. Sanders; DRIE GEBROEDERS, 392 ton, van Rotterdam, kapt. L.J. Wilhelmie; KINDERDIJK, 693 ton, van de Kinderdijk, kapt. W. Ouwehand; ARDJOENO, 522 ton, van Amsterdam, kapt. S.R. Post; en GENERAAL LIST , 765 ton, van Amsterdam, kapt. K. Latjes……
NRC 11 november 1856114
Krimpen aan de Lek, 10 november. Hedenmiddag ten 3 ure is van de werf van de heren J. en K. Smit alhier met het beste gevolg te water gelaten het barkschip KRIMPEN A/D LEK, groot circa 380 gemeten lasten, voor rekening ener rederij onder directie van de heer Murk Lels te Alblasserdam. Dit schip zal worden gevoerd door kapt. W. Ouwehand en is bestemd voor de grote vaart.
NRC 20 mei 1857114
Rotterdam, 19 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende …. schepen, als :
Voor Rotterdam : JACOBA CORNELIA, kapt. F. Rooseboom; EVERDINA ELIZABETH, kapt. C.J. Tönjes; CANTON, kapt. H.J. Tweehuis; ALBLASSERDAM, kapt. P.G. Pott; ARGO, kapt. A. Weber; SCHOONDERLOO, kapt. D. Kruy ; JACOBUS, kapt. J.J. van Loon; SOUBURG, kapt. H.B.L. Evers; VERTROUWEN, kapt. H.O. Piccardt; BULGERSTEIJN, kapt. A.J. Maas; LANDBOUW, kapt. P.A. Kleijnenberg; KRIMPEN A/D LEK, kapt. W. Ouwehand; WILLEM DE ZWIJGER, kapt. W.L. van den Dries……
Zierikzeesche Courant 14 januari 1860114
Brouwershaven, 11 januari. Binnengekomen: KRIMPEN a/d LEK, kapt. W. Ouwehand, van Rotterdam naar Kanagawa (bij Jeddo [opm: bedoeld wordt Jedo, thans Tokyo]), gesleept per stoomboot BROUWERSHAVEN binnendoor van Hellevoetsluis.
NRC 20 juni 1862114
Rotterdam, 19 juni. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn heden bevracht de …. navolgende schepen:
Voor Rotterdam: LOUIS MEIJER, kapt. G.H. Holtgreve; VREDE, kapt. J.L. ten Bruggen; BARON VAN PALLANDT VAN ROOSENDAAL, kapt. A. Hoogenstraaten; KRIMPEN AAN DE LEK, kapt. W. Ouwehand…..
NRC 12 april 1864114
Rotterdam, 11 april. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht de navolgende …. schepen, als:
Voor Rotterdam: PHILIPS VAN MARNIX (op 8 oktober 1863 te water gelaten), kapt. L.T. van Ruyven; KANAGAWA, kapt. W. Ouwehand; ALBLASSERDAM, kapt. J. ‘t Hoen; HENDRIK-IDO-AMBACHT, kapt. L. Bijl; KORTENAER, kapt. A.T. Schuchard; BATAVIA, kapt. J.J. Prange; HENRIETTE GERARDINA SUSANNE (voorheen genaamd HENRIETTE MARIA) , kapt. A. Sissingh, en CORNELIS ANTHONIE, A.E. Bouten…..
NRC 13 februari 1869114
Rotterdam, 12 februari. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende …. schepen, als:….
….Voor Rotterdam, KANAGAWA, kapt. W. Ouwehand, 642 lasten, à NLG 82,99…..
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.P.Carst werd met nr.625 effectief lid van Zeemanshoop per 22 mei 1855 op voorspraak van F.C.Jaski. Zijn schip was de "Tweelingzusters"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 15/22 mei 1855 werd als lid voor de vlag voorgedragen/benoemd Willem Pieters Carst, oud 32 jaar, voerend de bark “Tweeling Zusters”, voor rekening van D. v/d Berg, wonend te Nieuwendam, op voordracht van kapitein F.C.Jaski.023.
W.P.Carts was met lid voor de vlag van Zeemanshoop in de periode 1855 t/m 1866 met vlagnummer 625.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
625 1855-1861 bark Tweeling-Zusters D.van den Berg
1862-1866 brik Koerier P.Scheffer en Zn
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
W.P.Carst Tweeling Zusters 14 juli 1859
Tweeling Zusters 08 augustus 1860 04 september 1861
Tweeling Zusters 20 mei 1862
Bouma025 vermeldt W.P.Carst als gezagvoerder gedurende:
* 1852 t/m 1862 van de bark “Tweelingzusters”, gebouwd in 1851 te Nieuwendam; 327 ton o.m., varend voor D.v/d Berg te Amsterdam;
* 1863 t/m 1868 op de brik “Koerier”, gebouwd in 1855 te Elbing, 347 ton o.m., varend voor P.Scheffer & Zn te Amsterdam. Het schip was in 1869 van J.& J.Vinke te Amsterdam en herdoopt in “Adriana”;
* 1870 t/m 1883 op het fregat “Kanawaga”, gebouwd in 1863 te Krimpen aan de Lek, 1170 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam.
Overige bijzonderheden
In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr” staat de volgende opmerking080:
09 januari 1852 op de reede van Cilacap:
“Ik vond hier op de reede De Hector Persille, de Zorgvliet, kapt Appel, de Hendrik Wester, kapt. Rijnders, De Tweeling Zusters, kapt. Karst en kapt. Dupain van de Koophandel.”
Kapitein; schoenerkof "Jonge Willem " Id 9323.
Reder ;Dirk van den Berg Amsterdam.
Periode 1849 -1851.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.G.Swart als gezagvoerder gedurende:
* 1884 t/m 1886 op het fregat “Kanawaga”, gebouwd in 1863 te Krimpen aan de Lek, 1170 ton o.m., varend voor Murk Lels te Alblasserdam. Het schip werd in 1886 verkocht voor de sloop;
* 1886 van de bark “Willem” ex Rotterdam, gebouwd in 1866 te Elshout, 699 ton o.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam. Het schip voer in 1887 voor Joh.Meyjes Jeremz te Amsterdam en was herdoopt in “Jan & Carel”;
* 1888 t/m 1890 van de ijzeren bark “Concordia”, gebouwd in 1886 te Amsterdam, 1002 ton n.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam.
Pronker052 vermeldt een kapitein J.G.Zwart van 1894-1897 van de ijzeren bark “Concordia”, gebouwd in 1886 bij Huygens & van Gelder te Amsterdam, 1002 ton n.m., varend voor reder W.A.Huygens. Het schip is in 1898 verkocht naar Riga.
Overige bijzonderheden
Een getranscribeerd brievenboek onder de naam van “Bron Privaat” is uitgegeven in A-4 vorm door de heer Bron te Heemskerk. 102.
In het brievenboek staan opmerkingen over de werkzaamheden van kapitein Hinderikus Johannes Bron, met soms ook opmerkingen over zijn collega-kapiteins. Het lezen van het brievenboek zelf wordt aanbevolen door degene, die is geïnteresseerd in de maritieme levensloop van kapitein Bron in de periode 1894-1897.
p.237/244, Penco 15 januari 1896, brief aan “Waarde vriend Schneijder”:
“Mijn vrouw schreef mij onlangs dat J Swart slechts voor één reis binnen bleef, maar uit je brief begrijp ik dat het voor goed is. Zou hem zulks wel meevallen? Hij is nog jong genoeg. Ik meende dat hij zijn geld meest in de Concordia had, dan heeft hij dit zeker thans niet meer, want met niets is het dunkt mij moeilijk te beginnen.”
De bark “Concordia” onder kapitein J.G.Swart was op 09 september 1894 te Soerabaja en op 27 april 1895 te Valparaiso, dus via een oversteek van de Pacific. Via Talcahuano voer het schip naar Falmouth en was op 12 september 1895 te Cardiff. Kaap Hoorn werd gerond van west naar oost.121
De bark “Amsterdam” onder VERMOEDELIJK kapitein J.G.Swart was op 25 september 1901 te Newcastle NSW, op 05 januari 1902 te Cal.Buena, op 15 februari vermeld van 55oS/64oW en arriveerde, via Kaap Hoorn op 17 mei Falmouth en op 18 juli Havre.121
De bark “Amsterdam” onder kapitein J.G.Swart was op 15 september 1904 te Auckland, op 21 oktober te Sydney, werd op 07 december gesignaleerd op 11oZ/33oW en kwam op 06 februari 1905 aan te Falmouth en op 15 februari 1905 te Bristol. Kaap Hoorn werd gerond van west naar oost.121