Familiegegevens en opleiding
Sjoert Gruppelaar werd geboren te Veendam 30 augustus 1823 als zoon van de zeeman Jacob Sjoerts Gruppelaar en Feike Ottes (Hekman).
Sjoert trouwde op 07 januari 1853 te Veendam als zeeman met Zwaantje Jans Pomper, geboren te Veendam 19 juli 1827 als dochter van de zeeman, later schipper Jan Jans Pomper en Grietje Jezayas/Jezaaijas Schoonbeek. Zwaantje overleed op 03 april 1891 te Nieuwe Pekela, 63 jaar, weduwe.
Sjoert Jacobs overleed op 16 december 1882 te Zuidwending gem. Veendam, 59 jaar, arbeider.
Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Sjoert als zeeman in 1853, 1855, 1856, 1859, als schipper in 1860, 1861, 1862, 1864, als zeeman in 1869, als schipper in 1879 en als arbeider in 1882.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
S.J.Gruppelaar was vlaggelid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 132 in de periode 1861 t/m 1882.
S.J.Gruppelaar was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer N2 resp.37 in de periode 1859 t/m 1871.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt S.J.Gruppelaar als gezagvoerder gedurende:
* 1855 van de tjalk “Zwaantina”, geen verdere gegevens vermeld. Van Oosterrisør naar Termuntenzijl. 13 oktober 1855 gestrand op Ameland;
* 1859 t/m 1863 van de kof “Wilmina”, gebouwd in 1844 te Veendam, 72 ton o.m., varend voor K.& J.Wilkens te Veendam. Het schip werd in 1863 gesloopt;
* 1865 t/m 1868 op de kof “Zwaantina”, gebouwd in 1864 te Stadskanaal, 64 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam.
In de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege opgenomen in een almanak uit 1862 uitgegeven door de zeemanscolleges van Wildervank en Nieuwe Pekela wordt S.J.Gruppelaar vermeld als gezagvoerder van de “Wilmina” met vlagnummer N2.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
26 februari 1838, kof “Petrus Jacobus”, schipper Marten Pieters de Jonge, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok Sjoert Jacobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, matroos en een lichtmatroos.
28 januari 1839, kof “Petrus Jacobus”, schipper Marten Pieters de Jonge, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, en 3 matrozen.
25 januari 1840, kof “Petrus Jakobus”,schipper Marten Pieters de Jonge, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, en 3 matrozen.
29 januari 1842, kof “Alberdina”, schipper Jan Hindriks Deddes, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok Sjoert Jacobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, 2 matrozen en een lichtmatroos.
18 februari 1843, kof “Alberdina”, schipper Jan Hindriks Deddes, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok, matroos en 2 lichtmatrozen waaronder Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld.
06 maart 1844, kof “Gezina”, schipper Gouke Roelfs Oostra, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman, kok Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, matroos en een koksmaat.
02 maart 1850, smak “Jantina Margaretha”, schipper Jan Harms Hut, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, kok en een matroos.
21 januari 1854, kof “Rika”, schipper Geert Derks Puister, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman Sjoert Jacobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, kok en een lichtmatroos.
03 maart 1855, tjalk “Zwaantina”, schipper Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts een stuurman en een kok.
04 mei 1859, kof “Wilmina”, schipper Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts een koksmaat.
24 februari 1866, kof “Elizabeth”, schipper Jan Frans Nipperus, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman Sjoert Jakobs Gruppelaar, geen leeftijd en woonplaats vermeld, kok en een matroos.
06 februari 1875, schoenerbrik “Geerdina Afina”, schipper Jan Jans Pomper. Voorts stuurman Sjoert Jakobs Gruppelaar, 51 jaar uit Veendam, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos.
14 februari 1876, schoener/schoenerbrik,”Geerdina Afina”, schipper Jan Jans Pomper, 54 jaar uit Veendam. Voorts stuurman Sjoert J.Gruppelaar, 52 jaar uit Veendam, kok, lichtmatroos en een kajuitwachter.
11 juli 1878, kof “Wilhelmine”, kapitein Evert H.Cremer, 38 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Sjoert Gruppelaar, 54 jaar uit Veendam, kok en 2 matrozen.
In de 14 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Sjoert Jacobs/Jakobs Gruppelaar
Het overzicht luidt
1838-1840 kok op de kof “Petrus Jacobus” onder Marteen Pieters de Jonge geen leeftijd
1842 kok op de kof “Alberdina”onder Jan Hindriks Deddes idem
1843 lichtmatroos op de kof “Alberdina”onder Jan Hindriks Deddes idem
1844 kok op de kof “gezina” onder Gouke R. Oostra idem
1850 stuurman op de smak “Jantina Margaretha” onder Jan Harms Hut idem
1854 stuurman op de kof “Rika” onder Geert Derks Puister idem
1855 schipper op de tjalk “Zwaantina” idem
1859 schipper op de “Wilmina” idem
1866 stuurman op de kof “Elizabeth” onder Jan Frans Nipperus idem
1875-1876 stuurman op de schoenerbrik “Geerdina Afina” onderJan Jans Pomper 51-52 jaar
1878 stuurman op de kof “Wilhelmina” onder Evert H.Cremer 54 jaar
Overige bijzonderheden
Algemeen Handelsblad, 18 oktober 1855114
“Den 13den deze is, ten gevolge van in zee bekomen lekkagie en andere schade, op de reis van Osternsoer naar Termunterzijl, op het eiland Ameland gestrand het met hout beladen Ned. tjalkschip Zwaantina, kapt. S.J. Gruppelaar. De equipage, bestaande uit 3 man, is gered, en de lading en tuigagie onder directie van den Burgemeester, geborgen. Het schip is echter, als geheel wrak geworden, verloren.”
Leeuwarder Courant 19 oktober 1855114
Leeuwarden, 18 oktober. De 13e oktober j.l. is op het Oosteinde van het eiland Ameland, ten gevolge van in zee bekomen lekkage en andere schade op de reis van Ostrisöer naar Termunterzijl, gestrand het Nederlands tjalkschip ZWAANTINA, kapt. S.J. Gruppelaar, beladen met hout. De equipage, bestaande uit drie personen, is gered, en de lading en tuigage onder directie van de burgemeester geborgen. Het schip echter is, als geheel wrak geworden, verloren.
Familiegegevens en opleiding
Pieter Warnders Kramer werd geboren op 05 mei 1820 te Martenshoek/gem. Hoogezand als zoon van de schipper Jan Kramer en Agatha Hindriks (Zielstra).
Hij trouwde op 19 april 1849 te Groningen als schipper met Crina de Vries, geboren te Groningen 10 mei 1823 als dochter van de pruikmakersknecht, later koopman Abraham de Vries en Jacobje van Laten. Crina overleed op 04 juni 1849 te Hamburg, 26 jaar
Pieter Warnders hertrouwde op 05 maart 1852 te Meeden als schipper met Swaantje Derks Mulder, geboren te Meeden 18 juni 1827 te Meeden als dochter van de grutter Derk Meinderts Mulder en Corneliske Pieters Smedes. Swaantje overleed op 23 december 1870 te Groningen, 43 jaar.
Geen overlijdensakte van Pieter Warnders kunnen vinden, maar:
NRC 05 april 1874114-
Groningen, 2 april. Het bericht uit Hooksiel, dat bij Horumersiel een Nederlands kofschip zou zijn gestrand, wordt bevestigd. De Nederlandse consul aldaar heeft daaromtrent gemeld, dat genoemd schip is de alhier te huis behorende kof CHARLOTTE LOUISA, kapt. P.J. Kramer, van Hartlepool met een lading steenkolen bestemd naar Steinhausersiel. Het schip zit geheel onder water. De nummervlag is gemerkt GR.14 en ook de boot is komen aandrijven. Van de zich aan boord bevindende personen, waaronder de kapitein met vier kinderen, is nog niets bekend, zodat allen waarschijnlijk verdronken zijn.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.J.Kramer was effectief lid van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 14 in de periode 1871 t/m 1874.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt P.J.Kramer als gezagvoerder gedurende:
* 1848 t/m 1857 van de tjalk “Hoop”, gebouwd in 1837 te Sappemeer, 59 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen;
* 1858 van de tjalk “Annechiena Catharina”, gebouwd in 1850 te Hoogezand, 60 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen;
* 1862 (1861) t/m 1864 van de koftjalk “Annette Catharina”, gebouwd in 1861 te Waterhuizen, 64 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip werd in Engeland in averij verkocht
* 1866 (1865) t/m 1868 van de kof “Beneficium”, gebouwd in 1865 te Waterhuizen, 70 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip voer in 1869 voor kapitein/eigenaar H.C.Janknegt te Groningen en was herdoopt in “Elisabeth Hendrika”;
* 1869 t/m 1874 van de kof “Charlotte Louise” ex Zwaantina, gebouwd in 1864 te Stadskanaal, 64 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is bij Horumersiel gestrand en wrak geraakt;
In de documentatie van monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen wordt de naam genoemd van Pieter Warnders Kramer dd:
13 april 1848 als schipper, 27 jaar uit Groningen, van de tjalk “Hoop”
Overige bijzonderheden
Mulder083a vermeldt
“ ‘Annette Cathalina’ (naam uit het kadaster) b.j. 1861, volgens kadaster een smakschip en vanaf 21.5.1861 eigendom van Pieter Jans Kramer.
en
“ ‘Beneficium”, b.j. 1865, Pieter Jans Kramer was sinds 5/1865 K./E.”
NRC 05 april 1874114
Groningen, 2 april. Het bericht uit Hooksiel, dat bij Horumersiel een Nederlands kofschip zou zijn gestrand, wordt bevestigd. De Nederlandse consul aldaar heeft daaromtrent gemeld, dat genoemd schip is de alhier te huis behorende kof CHARLOTTE LOUISA, kapt. P.J. Kramer, van Hartlepool met een lading steenkolen bestemd naar Steinhausersiel. Het schip zit geheel onder water. De nummervlag is gemerkt GR.14 en ook de boot is komen aandrijven. Van de zich aan boord bevindende personen, waaronder de kapitein met vier kinderen, is nog niets bekend, zodat allen waarschijnlijk verdronken zijn.