Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.Z.Potjer als gezagvoerder gedurende:

*    1849 t/m 1864 van de kof “Dankbaarheid”, gebouwd in 1848 te Hoogezand, 89 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;

*    1866 t/m 1877 van de 2/msch “Menno”, gebouwd in 1865 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt M.Hilbrands als gezagvoerder gedurende:

*    1878 t/m 1879 van de 2/msch “Menno”, gebouwd in 1865 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Sappemeer;

*    1880 t/m 1881 van hetzelfde schip maar nu varend voor N.Sikkens te Sappemeer.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Uit Haskerrland? 04-01-1837??

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt H.Schuring als gezagvoerder gedurende:

• * 1884 t/m 1890 van de 2/msch “Menno”, gebouwd in 1865 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend voor H.J.Plant & C^o te Schiedam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Jan Burghout was getrouwd met Jantje Strak. Het echtpaar had ten tijde van de inschrijving bij ‘Zeemansvoorzorg‘ 3 kinderen: Gerritje (29 december 1854), Joseph (25 april 1857) en Feikje (11 augustus 1859).

Jan Burghout overleed op 10 mei 1897 te Egmond aan Zee.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Jan K.Burghout werd per 31 december 1859 met vlagnummer 8 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Zijn schip was de “Grietje”, boekhouder Braams & Zⁿ. De contributie werd betaald door zijn vrouw Jantje Strak, geen geboortedatum vermeld.

Jan.K.Burghout was van 1859-1897 met vlagnummer 8 lid van het College “Zeemansvoorzorg”⁰³⁴.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

De weduwe Burghout, wonende te Rotterdam, had recht op een bijdrage uit het fonds van ¦1600,- uit te betalen in 18 halfjaarlijkse termijnen.

Apart is vermeld dat J.K.Burghout, op 21 februari 1893 65 jaar oud zijnde en laatstelijk gevoerd hebbende de “Menno”, vraagt om per 01 juli 1893 een uitkering van ¦600,- te verkrijgen. Dit wordt toegestaan via 16 haljaarlijkse uitkeringen^028-fol.080.

De schepen van de kapitein

Lid van het Harlinger zeemanscollege Zeemansvoorzorg⁰³⁶

vlagnummer    periode      type           naam van het schip                                 boekhouder/reder

         8               1858-1859 kof             Grietje^025/034                                             Braams & Schaapsma, Harlingen

                           1860-1866 kof             Dirkje                                                        J.R.Walkenhorst, Harlingen

                           1867-1872 sch.kof      Friese Trouw (ex Johann Heinrich)     Y.O.Faber, Harlingen

                           1873-1877 sch.kof      Friese Trouw (ex Johann Heinrich)     H.J.Plant & C^o, Schiedam

                           1878-1888 bark           Adrianus (ex John L.Dimmock) H.J.Plant & C^o, Schiedam

                               1889       sch.brik     Rust en Werk

                                                                   (ex Hendrik Jan, ex M.Stewart) van Tubergen & Daam, Amsterdam

                                                                   gestrand bij Zandvoort. Wrak verkocht.

                           1890-1892 2/m sch.    Menno                                                      H.J.Plant & C^o, Schiedam

                                                                   1892 gestrand bij Egmond. Wrak verkocht.

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.K.Burghout als gezagvoerder gedurende:

• 1858 t/m 1860 van de sch.kof “Grietje”, gebouwd in 1851(?), bouwplaats en tonnage niet genoemd, varend voor Braams & Schaapsma te Harlingen;
• 1861 t/m 1866 van de kof “Dirkje”, gebouwd in 1832 te Hoogezand, 122 ton o.m., varend voor J.R.Walkenhorst te Harlingen. Het schip voer in 1867 voor kapitein/eigenaar M.E.Kuipers te Delfzijl en was herbouwd in “Elisabeth”;
• 1868 t/m 1873 van de sch.kof “Friesche Trouw”, ex Johann Heinrich, gebouwd in 1842, bouwlocatie niet vermeld, 170 ton o.m., varend voor Y.O.Faber te Harlingen;
• 1874 t/m 1878 van hetzelfde schip maar nu varend voor H.J. Plant & C^o te Schiedam. Het schip werd in 1878 verkocht te Frederikshavn;
• 1879 t/m 1888 van de bark “Adrianus” ex John L.Dimmock, gebouwd in 1854 te Brunswick, 1180 ton o.m., varend voor H.J.Plant & C^o te Schiedam. Het schip werd in 1888 te Nieuwediep gesloopt;
• 1887 t/m 1889 van de sch.brik “Hendrik Jan” ex M.Stewart, gebouwd in 1871 te Pr. Edw. Island, 216 ton o.m., varend voor H.J.Plant & C^o te Schiedam. Het schip voer in 1890 voor van Tubergen & Daam te Amsterdam en was herdoopt in “Rust en Werk”;
• 1891 t/m 1892 van de 2/msch “Menno”, gebouwd in 1865 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend voor H.J.Plant & C^o te Schiedam. Het schip is in 1892 gestrand bij Egmond en als wrak verkocht.

 

Overige bijzonderheden

De Harlinger Courant dd 29 oktober 1874 vermeldt in de rubriek Scheepvaart-berigten het volgende⁰⁹⁶:

Binnengekomen:

“Bolderaa  24 Oct. Friesche Trouw, J.K.Burghout, Schiedam.”